Studiewijzers
Hebreeën, brief aan de


Hebreeën, brief aan de

Een boek in het Nieuwe Testament. Paulus schreef deze brief aan Joodse leden van de kerk om hen ervan te overtuigen dat belangrijke aspecten van de wet van Mozes in Christus waren vervuld en dat de Mozaïsche wet was vervangen door de hogere evangeliewet van Christus. Toen Paulus aan het eind van zijn derde zendingsreis (omstreeks 60 n.C.) in Jeruzalem terugkwam, ontdekte hij dat veel Joodse kerkleden nog steeds de wet van Mozes aanhingen (Hand. 21:20), terwijl er tien jaar eerder, tijdens een conferentie van de kerk in Jeruzalem, al was besloten dat bepaalde verordeningen van de Mozaïsche wet niet noodzakelijk waren voor het eeuwig heil van de christenen die afkomstig waren uit de andere volken. Blijkbaar heeft Paulus de Hebreeën kort daarna geschreven om hen aan de hand van hun eigen Schriften en door gezond verstand te tonen waarom zij de wet van Mozes niet meer moesten naleven.

In de hoofdstukken 1 en 2 wordt uiteengezet dat Jezus groter is dan de engelen. In de hoofdstukken 3–7 wordt Jezus vergeleken met Mozes en met de Mozaïsche wet, en wordt er getuigd dat Hij groter is dan beide. Ook wordt uiteengezet dat het Melchizedeks priesterschap groter is dan het Aäronisch priesterschap. In de hoofdstukken 8 en 9 wordt beschreven hoe de Mozaïsche verordeningen het volk voorbereidden op de bediening van Christus en hoe Christus de Middelaar van het nieuwe verbond is (Alma 37:38–45; LV 84:21–24). Hoofdstuk 10 bevat een aansporing tot ijver en getrouwheid. Hoofdstuk 11 is een verhandeling over het geloof. Hoofdstuk 12 bevat vermaningen en groeten. In hoofdstuk 13 wordt melding gemaakt van de eerzame aard van het huwelijk en de belangrijkheid van gehoorzaamheid.