Inleiding tot het boek Moroni
Waarom dit boek bestuderen?
Bij hun studie van het boek Moroni kunnen de cursisten kracht putten uit de geweldige voorbeelden en leringen van Moroni en zijn vader, Mormon. Zij leren over fundamentele verordeningen en gebruiken van de kerk van Jezus Christus, het belang van rechtschapen werken met een oprechte bedoeling doen, de wijze van oordelen tussen goed en kwaad, het verband tussen geloof, hoop en naastenliefde, en het heil van kleine kinderen. De cursisten lezen ook Moroni’s aansporing om te bidden zodat ze zelf zullen weten dat het Boek van Mormon waar is (zie Moroni 10:3–5) en om ‘tot Christus’ te komen en ‘vervolmaakt in Hem’ te worden (Moroni 10:32).
Wie heeft dit boek geschreven?
Moroni heeft dit boek geschreven, bestaande uit zijn eigen woorden, uit de woorden van Jezus Christus aan zijn twaalf Nephitische discipelen (zie Moroni 2) en uit de woorden van zijn vader, Mormon (zie Moroni 7–9). Voordat de Nephieten vernietigd werden, diende Moroni als legeraanvoerder en kerkleider onder hen (zie Mormon 6:12; Moroni 8:1). Net als andere belangrijke schrijvers en samenstellers van het Boek van Mormon was Moroni een getuige van de Heiland. Hij getuigde dat hij Jezus had gezien die ‘van aangezicht tot aangezicht met mij heeft gesproken’ (Ether 12:39). Moroni bleef zijn getuigenis trouw en wilde Christus niet verloochenen in een tijd dat de Lamanieten iedere Nephiet doodden die Hem niet wilden verloochenen (zie Moroni 1:1–3). In 1823, ongeveer veertienhonderd jaar nadat hij de kroniek van het Boek van Mormon voltooid had, verscheen Moroni als opgestaan wezen aan de profeet Joseph Smith en gaf hij Joseph te kennen dat de kroniek zich in een heuvel nabij zijn woning bevond (zie Geschiedenis van Joseph Smith 1:29–35). Bij die gelegenheid en periodiek in de daaropvolgende vier jaar gaf Moroni Joseph Smith aanwijzingen ‘over hetgeen de Heer ging doen, en hoe en op welke wijze zijn koninkrijk in de laatste dagen moest worden bestuurd’ (Geschiedenis van Joseph Smith 1:54).
Voor wie is dit boek geschreven en waarom?
Moroni schreef: ‘Ik schrijf nog enkele dingen, in de hoop dat zij […] in de toekomst van waarde zullen zijn voor mijn broeders, de Lamanieten’ (Moroni 1:4; zie ook Moroni 10:1). Hij verklaarde ook dat hij ‘tot alle einden der aarde’ sprak, met de waarschuwing dat allen voor het gerecht Gods rekenschap zouden moeten afleggen voor de woorden die hij had geschreven (zie Moroni 10:24, 27). Ter voorbereiding op die gebeurtenis nodigde Moroni allen uit om ‘tot Christus te komen’ (Moroni 10:30, 32).
Wanneer en waar is het geschreven?
Moroni heeft dit boek vermoedelijk tussen de jaren 401 n. C. en 421 n.C. geschreven en samengesteld (zie Mormon 8:4–6; Moroni 10:1). Hij heeft niet verteld waar hij was toen hij het schreef — alleen dat hij overal rondzwierf voor de veiligheid van zijn leven (zie Moroni 1:1–3).
Wat zijn enkele onderscheidende kenmerken van dit boek?
Dit boek bevat gedetailleerde aanwijzingen van Jezus Christus aan zijn twaalf Nephitische discipelen toen Hij hun de macht gaf om de gave van de Heilige Geest te verlenen (zie Moroni 2; zie ook 3 Nephi 18:36–37). Het bevat ook de enige aanwijzingen in het Boek van Mormon aangaande het verrichten van priesterschapsverordeningen en de voorgeschreven gebeden voor de verordening van het avondmaal (zie Moroni 3–5). Andere specifieke kenmerken van dit boek zijn Mormons leringen over het onderscheiden van goed en kwaad (zie Moroni 7:12–19), de bediening van engelen (zie Moroni 7:29–39), naastenliefde als de reine liefde van Christus (zie Moroni 7:44–48) en het heil voor kleine kinderen (zie Moroni 8). Daarnaast bevat het Mormons beschrijving van de verdorvenheid van de Nephieten en de Lamanieten vóór hun laatste veldslag in Cumorah (zie Moroni 9). Moroni voegde zijn eigen leringen over gaven van de Geest aan het verslag toe (zie Moroni 10:8–26). Hij tekende ook de uitnodiging in Moroni 10:3–5 op, die een sleutelrol speelt in het Boek van Mormon. President Gordon B. Hinckley heeft in verband met deze passage verklaard: ‘Het [Boek van Mormon] is het enige boek dat een belofte bevat, namelijk dat de lezer door middel van goddelijke openbaring met zekerheid te weten kan komen dat het de waarheid bevat.’ (‘Een krachtig en waar getuigenis’, Liahona, augustus 2005, p. 4.)
Overzicht
Moroni 1–6 Terwijl hij rondzwerft voor de veiligheid van zijn leven, tekent Moroni verordeningen en gebruiken van De Kerk van Jezus Christus op. Deze omvatten het verlenen van de gave van de Heilige Geest, het verrichten van priesterschapsverordeningen, het bedienen van het avondmaal en de voorwaarden om in aanmerking te komen voor de doop. Moroni spreekt ook over de geestelijke voeding van kerkleden, het doel van kerkbijeenkomsten en hoe die geleid werden.
Moroni 7 Moroni tekent een redevoering van Mormon op over het licht van Christus, hoe belangrijk het is goede daden met een oprechte bedoeling te verrichten, onderscheid maken tussen goed en kwaad, al het goede aangrijpen, en het verband tussen geloof, hoop en naastenliefde.
Moroni 8–9 Moroni tekent brieven van Mormon op met uitleg waarom kleine kinderen de doop niet nodig hebben en een beschrijving van de grote goddeloosheid onder de Nephieten en de Lamanieten.
Moroni 10 Moroni spoort allen die het Boek van Mormon zullen lezen aan te bidden om de waarheid ervan te kennen, de macht en gaven van God niet te verloochenen, tot Christus te komen en in Hem vervolmaakt te worden.