Bibliotheek
Thuisseminarie: unit 7


Thuisseminarieles

2 Nephi 11–25 (unit 7)

Lesmateriaal voor de thuisseminarieleerkracht

Samenvatting van dagelijkse thuisseminarielessen

De volgende samenvatting van de leerstellingen en beginselen die de cursisten bij hun studie van 2 Nephi 11–25 (unit 7) geleerd hebben, is niet bedoeld om als onderdeel van uw les te worden behandeld. Uw les richt zich op slechts enkele van deze leerstellingen en beginselen. Volg de indrukken van de Heilige Geest terwijl u nadenkt over de behoeften van uw cursisten.

Dag 1 (2 Nephi 11–16)

Jesaja beschreef de hoogmoed en goddeloosheid van het oude Israël en de oordelen die de mensen te wachten stonden. Hij profeteerde ook van een tempel die in de laatste dagen gebouwd zou worden en zette uiteen dat God tempels opricht om ons te leren aangaande zijn wegen en ons in zijn paden te helpen wandelen. Jesaja zag de Heer en werd van zonde gereinigd. De cursisten leerden uit Jesaja’s ervaring dat wij door de verzoening van Jezus Christus van onze onwaardigheid gereinigd kunnen worden.

Dag 2 (2 Nephi 17–20)

Jesaja wees het koninkrijk Juda terecht omdat de mensen hun vertrouwen niet in onze hemelse Vader en Jezus Christus stelden. De cursisten leerden dat God ons zal bijstaan als wij op Hem vertrouwen, ook op moeilijke en bange momenten. Jesaja beschreef de vernietiging van de goddelozen bij de wederkomst. Hij verkondigde dat Jezus Christus een God van gerechtigheid en barmhartigheid is, en dat Hij barmhartig is jegens wie zich bekeren en zijn geboden onderhouden.

Dag 3 (2 Nephi 21–24)

In deze les leerden de cursisten dat Jezus Christus in gerechtigheid zou oordelen en dat de Heer zijn kerk uiteindelijk door middel van de profeet Joseph Smith zou herstellen om zijn volk in de laatste dagen te vergaderen. Nephi verlustigde zich ook in Jesaja’s profetie dat de aarde tijdens het millennium vol zal zijn van vrede en de kennis des Heren. De cursisten werden aangemoedigd om na te denken over deze waarheid en hoe zij zich beter op die tijd kunnen voorbereiden.

Dag 4 (2 Nephi 25)

Nephi vatte de kernboodschappen van de geschriften van Jesaja samen en beklemtoonde daarbij eenvoudige waarheden aangaande Gods werk onder de mensenkinderen: Jezus Christus is de enige naam onder de hemel ‘waardoor een mens kan worden gered’ (2 Nephi 25:20), en Jezus Christus is de enige Bron naar wie wij kunnen uitzien voor vergeving van onze zonden. Nephi wilde aan iedereen bekendmaken dat Jezus Christus ons ‘na alles wat wij kunnen doen’ zal zegenen met genade — met goddelijke hulp en kracht (zie 2 Nephi 25:23).

Inleiding

De cursisten bestudeerden deze week bepaalde hoofdstukken van Jesaja die Nephi in zijn geschriften heeft opgenomen. President Boyd K. Packer van het Quorum der Twaalf Apostelen heeft over deze hoofdstukken uit Jesaja gezegd: ‘Leg het boek niet neer! Worstel u door die moeilijk te begrijpen hoofdstukken van oudtestamentische profetieën heen, ook als u er maar heel weinig van begrijpt. Ga door, ook al leest u het oppervlakkig en krijgt u hier en daar slechts een enkele indruk.’ (‘The Things of My Soul’, Ensign, mei 1986, p. 61.)

Moedig de cursisten deze week aan geduld te oefenen als zij de profetieën van Jesaja bestuderen. U kunt ze ook vragen hoe de geschriften van Jesaja ze hebben geholpen ‘hun hart [te] verheffen en verblijd [te] zijn’ in Gods goedheid (2 Nephi 11:8).

Onderwijstips

2 Nephi 11–25

Nephi citeert profetieën van Jesaja aangaande Jezus Christus

Laat een vergrootglas zien of teken er een op het bord. Vraag een cursist 2 Nephi 25:13 voor te lezen. Laat de klas benoemen wat Nephi groot maakte. Leg uit dat in 2 Nephi 11–25 een van de redenen wordt genoemd waarom Nephi de woorden van Jesaja had opgetekend, namelijk om de naam, bediening en verzoening van Jezus Christus groot te maken in het leven van wie Nephi’s woorden zouden lezen.

Laat een cursist 2 Nephi 11:4–8 voorlezen. Vraag de klas te letten op woorden waaruit blijkt waarom Nephi de woorden van Jesaja citeerde.

Bij hun thuisstudie kregen de cursisten de opdracht om de naam ‘Christus’ overal in 2 Nephi 25:20–30 te markeren. Laat ze nu in 2 Nephi 25:28–29 zoeken naar een zinsnede die in deze verzen wordt herhaald. (‘De juiste weg is om in Christus te geloven en Hem niet te verloochenen.’)

Vraag de cursisten waardoor ze er zelf achter zijn gekomen dat in Jezus Christus geloven en Hem volgen de juiste levenswandel is?

De volgende opsomming bevat de waarheden, leerstellingen en beginselen die de cursisten deze week in 2 Nephi 11–25 hebben bestudeerd. Zet de volgende negen uitspraken op het bord of maak er een uitreikblad voor iedere cursist van. Laat de cursisten de lijst doornemen en die waarheden, leerstellingen en beginselen in de genoemde verzen opzoeken.

Jesaja’s leringen begrijpen in onze tijd

  1. God heeft tempels gevestigd om ons te leren aangaande zijn wegen en ons in zijn paden te helpen wandelen (zie 2 Nephi 12:2–3).

  2. Wij kunnen door de verzoening van Jezus Christus van onze onwaardigheid gereinigd worden (zie 2 Nephi 16:5–7).

  3. God zal ons bijstaan als wij op Hem vertrouwen, ook op moeilijke en bange momenten (zie 2 Nephi 17:4, 7, 14).

  4. Jezus Christus is een God van gerechtigheid en barmhartigheid. Zijn barmhartigheid strekt zich uit tot wie zich bekeren en zijn geboden onderhouden (zie 2 Nephi 19:12, 17, 21; 20:4).

  5. De Heer heeft zijn evangelie en zijn kerk door middel van de profeet Joseph Smith hersteld en is zijn volk in de laatste dagen aan het vergaderen (zie 2 Nephi 21:10, 12).

  6. De aarde is tijdens het millennium een plek van vrede omdat die vol zal zijn van de kennis des Heren (zie 2 Nephi 21:6–9).

  7. De Heer zal barmhartig zijn jegens zijn volk, maar de goddelozen zullen verloren gaan (zie 2 Nephi 23:22).

Nephi’s leringen

  1. Dankzij Jezus Christus kunnen wij, na alles wat wij kunnen doen, door de genade worden gered (zie 2 Nephi 25:23).

  2. Dankzij de verzoening van de Heiland kunnen wij vergeving van onze zonden ontvangen (zie 2 Nephi 25:26).

Stel na voldoende tijd de volgende vragen:

  • Welke thema’s zie je in de leringen van Jesaja en Nephi? (Mogelijke thema’s: onze hemelse Vader stuurde zijn Zoon, Jezus Christus, om zijn kinderen eeuwig heil en vrede te brengen. Wij kunnen in alle omstandigheden op God vertrouwen. Tempels leren ons aangaande God.)

  • Welke van deze negen uitspraken zeggen je het meest? Waarom?

Wijs iedere cursist een leerstelling of beginsel uit de bovengenoemde lijst toe en geef de cursisten de volgende opdrachten:

  1. Lees de Schrifttekst waaruit de leerstelling of het beginsel afkomstig is.

  2. Hoe kan deze leerstelling of dit beginsel je helpen je in de Heer te ‘verlustigen’? (Zie 2 Nephi 11:4–6.)

  3. Denk aan een situatie waarin kennis van deze leer of dit beginsel je hoop en kracht kan geven.

Vraag de cursisten naar hun gedachten. Vraag na enkele reacties eventueel: ‘Wie kan nog meer getuigen van of iets toevoegen aan wat we net hebben geleerd?’ Aks u ze hun inzichten en getuigenissen naar voren laat brengen, worden waarheden in hun hart en dat van hun medecursisten bevestigd. Bedank de cursisten voor hun inbreng.

Vraag een cursist 2 Nephi 25:13 voor te lezen. Laat de andere cursisten in hun eigen Schriften meelezen en nagaan waarom het voor Nephi een lust was om de naam van de Heer groot te maken. Vraag de cursisten naar hun bevindingen.

Vraag een cursist het volgende getuigenis van president Thomas S. Monson voor te lezen:

‘Ik geloof dat geen van ons de volledige draagwijdte kan bevatten van wat Christus voor ons heeft gedaan in Getsemane, maar ik ben elke dag van mijn leven dankbaar voor het zoenoffer dat Hij voor ons heeft gebracht.

‘Hij had er op het laatste moment van af kunnen zien. Maar dat deed Hij niet. Hij daalde onder alle dingen neer om alle dingen te kunnen redden. Daarmee gaf Hij ons leven na dit sterfelijke bestaan. Hij heeft ons gered van de val van Adam.

‘Ik ben Hem vanuit het diepst van mijn ziel dankbaar. Hij heeft ons geleerd hoe we moeten leven. Hij heeft ons geleerd hoe we moeten sterven. Hij heeft ons heil veiliggesteld.’ (‘Ten afscheid’, Liahona, mei 2011, p. 114.)

Vraag welke overeenkomsten zij zien tussen Nephi’s woorden in 2 Nephi 25:13 en President Monsons woorden.

Laat de cursisten tot slot van de les van vandaag manieren beschrijven waarop jonge heiligen der laatste dagen de naam van de Heer groot kunnen maken. Moedig ze na hun antwoorden aan om de naam van de Heer elke dag groot te maken.

Volgende unit (2 Nephi 26–31)

In de volgende unit gaan de cursisten enkele profetieën van Nephi over de laatste dagen bestuderen. Nephi zag dat er overal valse kerken en geheime verenigingen zouden zijn. Hij zag ook dat de Heer ‘een wonderbaar werk en een wonder’ zou doen (2 Nephi 27:26) en dat velen het Boek van Mormon zouden verwerpen omdat zij de Bijbel al hadden. Daarnaast zette Nephi de leer van Christus uiteen.