Bibliotheek
Les 44: Jakob 2:12–35


Les 44

Jakob 2:12–35

Inleiding

Jakob nam zijn verantwoordelijkheid als priesterschapsleider serieus en riep zijn volk op tot bekering. Hij waarschuwde de mensen tegen de zonde van hoogmoed en seksuele losbandigheid. Hij zette de gevaren en gevolgen van die twee veel voorkomende zonden uiteen.

Onderwijstips

Jakob 2:12–21

Jakob kastijdt zijn volk vanwege hun hoogmoed

Zet het volgende op het bord: geld, intelligentie, vrienden, talenten, evangeliekennis. Laat de cursisten bij zichzelf nagaan waarmee zij in die aspecten door de Heer gezegend zijn. Moedig ze aan om hun gevoelens aangaande die zegeningen onder de loep te nemen als ze Jakob 2 bestuderen.

Vraag een cursist Jakob 2:12–13 voor te lezen. Laat de anderen in de klas stilletjes meelezen en benoemen waar velen onder de Nephieten naar streefden.

Maak de cursisten na hun antwoorden duidelijk dat Jakob zijn volk erop wees dat zij rijkdommen hadden verkregen door de ‘hand der voorzienigheid’. Leg eventueel uit dat het woord voorzienigheid op God betrekking heeft.

  • Waarom is het belangrijk dat we beseffen dat alle zegeningen van onze hemelse Vader afkomstig zijn?

  • Waarom verhieven vele Nephieten zich volgens Jakob 2:13 in hoogmoed?

Laat een cursist het volgende citaat van president Dieter F. Uchtdorf van het Eerste Presidium voorlezen. Vraag de klas te letten op enkele verschijningsvormen van in hoogmoed verheven zijn:

Afbeelding
President Dieter F. Uchtdorf

‘In de kern is hoogmoed een zonde van vergelijken, want hoewel het vaak begint met “kijk eens hoe fantastisch ik ben en welke geweldige dingen ik heb gedaan”, lijkt het altijd te eindigen met “daarom ben ik beter dan jij”. […]

‘[…] Dit is de zonde van “dank zij God dat ik bijzonderder ben dan jij”. Ten grondslag hieraan ligt het verlangen om bewonderd of benijd te worden. Het is de zonde van zelfverheerlijking.’ (‘Hoogmoed en het priesterschap’, Liahona, november 2010, p. 56.)

Laat de cursisten zich afvragen of ze wel eens de zondige gedachte hebben gehad dat ze beter waren dan een ander.

Vraag een cursist Jakob 2:14–16 voor te lezen. Laat de klas zoeken naar woorden die de gevolgen van hoogmoed aantonen. Vraag ze naar hun bevindingen.

  • Waarom denk je dat hoogmoed onze ‘ziel [kan] verderven’? (Jakob 2:16.)

Vraag de cursisten Jakob 2:17–21 door te lezen. Laat ze letten op zinsneden die aangeven hoe we onze hoogmoed en ongepaste zucht naar materiële rijkdom kunnen afleggen. Laat de cursisten de desbetreffende woorden desgewenst markeren. Vraag ze na het bestuderen van die verzen één zinsnede te kiezen die ze gevonden hebben. Laat enkele cursisten uitleggen hoe de gekozen zinsnede ons kan helpen om ons van hoogmoed of ongepaste zucht naar materiële rijkdom te ontdoen. (Als onderdeel van deze activiteit kunt u de cursisten ook de volgende passages in de Schriften laten lezen: 1 Koningen 3:11–13; Marcus 10:17–27; 2 Nephi 26:31; Alma 39:14; LV 6:7.)

  • Wat betekent het om het koninkrijk Gods te zoeken? Wat betekent het om hoop in Christus te verkrijgen?

  • Hoe kunnen we door het koninkrijk Gods te zoeken en hoop in Christus te verkrijgen anders tegen rijkdom en materiële bezittingen aan gaan kijken?

Laat de cursisten bedenken hoe ze het kernpunt van Jakob 2:12–21 zouden samenvatten voor een cursist die vandaag de les mist. Laat twee of drie cursisten vertellen wat ze zouden zeggen. De cursisten kunnen uiteenlopende ware beginselen noemen. Maak ze duidelijk dat wij boven alles het koninkrijk Gods dienen te zoeken. Geef de cursisten de tijd om in hun Schriftendagboek of aantekenschrift te schrijven op welke manier zij de zegeningen en kansen die de Heer hun biedt kunnen aanwenden om het koninkrijk van God op te bouwen en anderen tot zegen te zijn.

Jakob 2:22–35

Jakob wijst mensen die de wet van kuisheid overtreden terecht

Zet de volgende uitspraak van president Ezra Taft Benson op het bord:

‘De kwellende plaag van deze generatie is …’

Laat de cursisten bedenken hoe president Benson deze zin af zou hebben gemaakt. Lees dan het volgende citaat voor:

‘De kwellende plaag van deze generatie is zedelijke verdorvenheid. De profeet Joseph Smith heeft gezegd dat dit, meer dan wat ook, de oorzaak zou zijn van vele verleidingen, geselingen en moeilijkheden voor de ouderlingen van Israël.’ (The Teachings of Ezra Taft Benson [1988], p. 277.)

Vraag de cursisten Jakob 2:22–23, 28 door te lezen en te zoeken naar woorden en uitdrukkingen waarmee Jakob de ernst van zedelijke verdorvenheid beschrijft. (Leg eventueel uit dat het woord hoererij op seksuele zonden betrekking heeft.) Vraag de cursisten welke woorden en uitdrukkingen ze hebben gevonden.

Om de cursisten de wet van kuisheid duidelijk te maken, leest u de volgende citaten voor uit het boekje Voor de kracht van de jeugd. Vraag de cursisten op te letten welke handelingen zij dienen te mijden.

‘De norm van de Heer inzake seksuele reinheid is duidelijk en onveranderd. Heb geen seks vóór het huwelijk en wees volledig trouw aan je partner als je eenmaal getrouwd bent. […]

‘Doe nooit iets wat tot een seksuele overtreding kan leiden. Behandel anderen met respect, niet als objecten waarop je je wellustige en zelfzuchtige begeerten botviert. Zoen vóór het huwelijk niet hartstochtelijk, ga niet op elkaar liggen, raak de geslachtsdelen van een ander niet aan, gekleed of ongekleed. Doe niets wat seksuele gevoelens kan oproepen. Wek die emoties ook niet bij jezelf op.’ (Voor de kracht van de jeugd [boekje, 2011], pp. 35–36.)

Wijs erop dat volgens Jakob 2:23–24 sommige mensen in de tijd van Jakob hun seksuele zonden probeerden goed te praten.

  • Hoe trachten mensen onzedelijkheid tegenwoordig soms goed te praten?

  • Wat kan de jeugd zoal doen om niet voor seksuele verleidingen te zwichten? (Mogelijke antwoorden: bidden om kracht, omgaan met goede vrienden, opbouwend amusement uitkiezen, en situaties en plekken mijden waar verleiding op de loer ligt.)

U kunt erop wijzen dat een van de zonden van de Nephieten kennelijk de ongeoorloofde uitoefening van het meervoudig huwelijk was. Vraag de cursisten Jakob 2:27–30 door te lezen. Licht eventueel toe dat bijvrouwen vrouwen waren die wettig met een man waren gehuwd maar een lagere status hadden dan die van een echtgenote.

  • Wat is volgens Jakob 2:27 het ‘woord des Heren’ aangaande het hebben van meer dan één vrouw? (Maak duidelijk dat de Heer vanaf het begin heeft geboden dat een man met één vrouw gehuwd dient te zijn. Zie ook LV 49:15–16.)

Leg uit dat een ongeoorloofd meervoudig huwelijk een voorbeeld is van hoererij, ofwel seksuele zonde. In Gods ogen zijn seksuele zonden uitermate ernstig.

  • Wanneer mag het volk van de Heer volgens Jakob 2:30 het meervoudig huwelijk alleen uitoefenen? (Als de Heer het gebiedt.)

Leg uit dat de Heer in bepaalde perioden van de wereldgeschiedenis zijn volk heeft geboden het meervoudig huwelijk toe te passen. Het meervoudig huwelijk werd bijvoorbeeld in de tijd van het Oude Testament uitgeoefend door Abraham en Sara (zie Genesis 16:1–3; LV 132:34–35, 37) en door hun kleinzoon Jakob (zie LV 132:37). In de beginperiode van de herstelde kerk werd het ook een korte tijd toegepast, eerst door Joseph Smith (zie LV 132:32–33, 53).

Beklemtoon de vernietigende gevolgen van onkuisheid op gezinnen door Jakob 2:31–35 voor te lezen. Laat de cursisten meelezen en letten op enkele gevolgen van zedeloosheid. Wijs erop dat Jakob weliswaar alleen tot mannen spreekt, maar dat de wet van kuisheid evenzeer voor vrouwen opgaat.

  • Welke gevolgen noemt Jakob voor gezinnen waarin een gezinslid de wet van kuisheid overtreedt? In hoeverre blijkt daaruit dat overtreding van de wet van kuisheid zo’n ernstige zonde is?

  • Sommige jonge mensen maken zichzelf wijs dat ze de wet van kuisheid kunnen overtreden omdat ze er niemand kwaad mee doen. Welke invloed kan iemands losbandigheid op andere mensen hebben?

Lees tot slot van deze bespreking over de gevolgen van seksuele zonden desgewenst het volgende citaat van ouderling Richard G. Scott van het Quorum der Twaalf Apostelen voor. Vraag de cursisten te letten op de gevolgen van seksuele onreinheid.

Afbeelding
Ouderling Richard G. Scott

‘De Heer heeft die intieme handelingen buiten het blijvende huwelijksverbond verboden omdat ze zijn doeleinden ondermijnen. Binnen het heilige huwelijksverbond voldoen dergelijke relaties aan zijn plan. Wanneer ze op enige andere wijze voorkomen, gaan ze in tegen zijn wil. Ze veroorzaken dan ernstige emotionele en geestelijke schade. Ook al beseffen de desbetreffende personen het nu niet, later zullen ze het wel inzien. Seksuele onreinheid belemmert de invloed van de Heilige Geest met alle daarbijhorende verheffende, verhelderende en machtgevende vermogens. Ze gaat gepaard met krachtige lichamelijke en emotionele stimulatie. Na verloop van tijd schept ze een onbevredigbaar verlangen dat de overtreder tot steeds ernstiger zonde brengt. Ze brengt zelfzucht teweeg en kan voeren tot agressieve handelingen, zoals mishandeling, abortus, seksueel misbruik en geweld. Een dergelijke stimulatie kan ook leiden tot homoseksueel gedrag. Ze is slecht en absoluut verkeerd.’ (Zie De Ster, januari 1995, p. 34.)

Laat de cursisten het begin van Jakob 2:28 doornemen en benoemen waar de Heer behagen in schept. (Laat ze hun bevindingen desgewenst markeren. Zie erop toe dat ze begrijpen dat de Heer behagen schept in kuisheid.)

  • Waarom denk je op basis van wat we vandaag hebben besproken dat de Heer behagen schept in kuisheid?

Laat eventueel een foto van uw gezin zien. Getuig van de zegeningen die u en uw gezinsleden hebben ontvangen door naleving van de wet van kuisheid van de Heer. Beklemtoon dat het vermogen om kinderen te krijgen een prachtige gave van onze Vader in de hemel is als we het binnen de grenzen gebruiken die Hij eraan stelt. Moedig de cursisten aan om zuiver en rein te zijn zodat de Heer ‘behagen in [hun] kuisheid’ kan scheppen (Jakob 2:28).

Stel de volgende vraag om de cursisten hun getuigenis over naleving van de wet van kuisheid te laten geven:

  • Wat zou je zeggen tegen iemand die beweert dat de wet van kuisheid niet meer bij deze tijd hoort? (Laat de cursisten bij het geven van hun antwoorden vooral getuigen van de zegeningen die we door naleving van de wet van kuisheid ontvangen, niet alleen van de gevaren als we er niet naar leven.)

Vertel de cursisten dat u er vertrouwen in hebt dat ze zedelijk rein kunnen zijn. Maak ze duidelijk dat ze bij overtreding van de wet van kuisheid hulp van hun bisschop of gemeentepresident moeten inroepen. Hij kan hulp bieden bij hun bekeringsproces, zodat ze door de verzoening van Jezus Christus weer rein kunnen worden.

Toelichting en achtergrondinformatie

Jakob 2:17. ‘Vrijgevig met uw bezit’

In De Kerk van Jezus Christus van de Heiligen der Laatste Dagen geven we vastengaven om mensen in nood te helpen. De leiders van de kerk moedigen ons aan om een royale vastengave te geven. Ouderling Joseph B. Wirthlin van het Quorum der Twaalf Apostelen heeft gezegd hoeveel we behoren bij te dragen:

‘Hoeveel vastengave behoren we te betalen? Broeders en zusters, aan de grootte van onze offergave om de armen tot zegen te zijn, kunnen we onze dankbaarheid jegens onze hemelse Vader afmeten. Zullen wij, die zo overvloedig gezegend zijn, degenen die onze hulp nodig hebben de rug toekeren? Aan een gulle vastengave kunnen we afmeten in hoeverre we bereid zijn ons toe te wijden aan de verlichting van het lijden van anderen.

‘Broeder Marion G. Romney, die bisschop was van onze wijk toen ik op zending werd geroepen, en die later lid werd van het Eerste Presidium, heeft uitdrukkelijk gezegd: “Wees vrijgevig, opdat u zelf zult groeien. Geef niet alleen voor de armen, maar geef voor uw eigen welzijn. Geef genoeg zodat u uzelf kunt geven in Gods koninkrijk door uw middelen en uw tijd toe te wijden.”’ (‘De wet van vasten’, Liahona, juli 2001, p. 91; citaat van Marion G. Romney, ‘The Blessings of the Fast’, Ensign, juli 1982, p. 4.)

Jakob 2:23–30. Meervoudig huwelijk

In de tijd van Jakob waren sommige Nephieten het meervoudig huwelijk gaan uitoefenen. Zij zeiden dat ze het voorbeeld van David en Salomo volgden. Jakob veroordeelde deze praktijk om minstens twee redenen:

  1. De Heer had dit volk bij monde van de profeet Lehi geboden er geen meervoudig huwelijk op na te houden (zie Jakob 2:27, 34).

  2. David en Salomo waren geen rechtschapen voorbeelden. Hoewel zij destijds met sommige vrouwen naar het gebod van de Heer in het huwelijk waren getreden, hadden ze zich ook aan ernstige seksuele zonden schuldig gemaakt (zie Jakob 2:24; LV 132:38–39).

Aangaande het meervoudig huwelijk heeft de Heer gezegd: ‘Als ik voor Mijzelf nageslacht wil doen opstaan, zal Ik mijn volk gebieden; maar anders moeten zij naar deze dingen luisteren’ (Jakob 2:30). Met andere woorden: het algemene gebod van de Heer is het meervoudig huwelijk niet toe te passen. Hij kan zijn volk echter gebieden het meervoudig huwelijk op tijdelijke basis toe te passen als Hij voor Zichzelf ‘nageslacht wil doen opstaan’ — met andere woorden, als Hij wil dat zijn volk in een korte tijdsperiode meer kinderen naar de aarde laat komen die onder het verbond geboren worden en opgroeien in een gezin waar het evangelie centraal staat. Op aanwijzing van God door een openbaring aan de profeet Joseph Smith namen sommige heiligen der laatste dagen in de negentiende eeuw hieraan deel (zie LV 132). In 1890, toen de omstandigheden in de kerk en de wetten van de Verenigde Staten waren veranderd, trok de Heer zijn goedkeuring voor dit gebruik in, in een openbaring aan president Wilford Woodruff, die toen president van de kerk was (zie LV, Officiële Verklaring 1). Sindsdien wordt het eeuwig huwelijk niet meer toegestaan door de Heer en door De Kerk van Jezus Christus van de Heiligen der Laatste Dagen. Heiligen der laatste dagen die zich met deze praktijk inlaten, verliezen hun lidmaatschap van de kerk. President Gordon B. Hinckley heeft gezegd:

‘Ik wil categorisch ontkennen dat deze kerk ook maar iets te maken heeft met de mensen die een meervoudig huwelijk hebben. Zij zijn geen lid van deze kerk. De meesten zijn er nooit lid van geweest. Zij overtreden de burgerlijke wet. Zij weten dat zij de wet overtreden. Zij zijn onderworpen aan de straffen die daarop staan. […]

‘Als wij erachter komen dat een van onze leden een meervoudig huwelijk heeft, wordt hij of zij geëxcommuniceerd, de zwaarste straf die de kerk kan opleggen. De mensen die hierbij betrokken zijn, overtreden niet alleen rechtstreeks de burgerlijke wet, maar zij overtreden ook de wet van deze kerk. Een van onze geloofsartikelen is bindend voor ons. Er staat in: “Wij geloven onderdanig te moeten zijn aan koningen, presidenten, heersers en magistraten, door het gehoorzamen, eerbiedigen en hooghouden van de wet” (Geloofsartikelen 1:12).

‘Meer dan een eeuw geleden heeft God duidelijk aan zijn profeet Wilford Woodruff geopenbaard dat het meervoudig huwelijk afgeschaft moest worden, wat inhoudt dat het nu tegen Gods wet is. Zelfs in landen waar de burgerlijke wet of de godsdienstige wetten het meervoudig huwelijk toelaten, leert de kerk dat het huwelijk monogaam moet zijn, en accepteert men geen nieuwe leden met een meervoudig huwelijk.’ (Zie ‘Wat vragen de mensen over ons?’, Ensign, november 1998, 71–72.)