Bibliotheek
Les 60: Mosiah 15–17


Les 60

Mosiah 15–17

Inleiding

Abinadi bleef tot koning Noach en zijn priesters prediken en getuigde daarbij van de rol van Jezus Christus als de Verlosser. Een van de priesters van Noach, Alma, geloofde Abinadi. Koning Noach wierp Alma uit zijn hof en gaf zijn dienstknechten de opdracht om hem te doden. Alma wist echter te ontkomen en schreef de leringen op die hij van Abinadi had vernomen. Nadat Abinadi de boodschap had gebracht die de Heer hem had opgedragen, bedreigden koning Noach en zijn priesters hem met de dood als hij zijn woorden niet terug zou nemen. Hij weigerde zijn getuigenis te verloochenen en is daarom ‘de vuurdood […] gestorven’ en heeft ‘de waarheid van zijn woorden met zijn dood bezegeld’ (Mosiah 17:20).

Onderwijstips

Mosiah 15–16

Abinadi zet de rol van Jezus Christus als Verlosser uiteen

Geef de cursisten twee minuten de tijd om de woorden verlossen, verlost en verlossing op te zoeken in Mosiah 15–16. Laat ze die woorden desgewenst markeren. Leg uit dat als verschillende vormen van hetzelfde woord in een tekstblok worden herhaald, dat een teken kan zijn dat het woord belangrijk is voor de boodschap die de schrijver wil overbrengen. Laat de cursisten in deze les opletten wat Abinadi ons over verlost worden leert.

Teken het volgende op het bord om de cursisten de rol van Jezus Christus als Verlosser duidelijk te maken:

Afbeelding
Offender

Wijs op het poppetje ‘Overtreder’ en laat de cursisten zich indenken dat ze een misdrijf hebben gepleegd. Zij zijn veroordeeld tot het betalen van een forse boete en er is geen wettige en eerlijke manier om onder die boete uit te komen. Vraag de cursisten wat ze van een dergelijke straf zouden vinden. Laat ze zich daarna voorstellen dat een familielid of bekende de boete voor hen wil betalen.

  • Hoe zou je je ten opzichte van die persoon voelen?

Leg uit dat het familielid of de bekende ze daarmee vrijkoopt en van de straf verlost. Het woord (ver)lossen betekent onder meer iemand zijn of haar schuld kwijtschelden of iemand in vrijheid stellen door een losprijs te betalen. Laat de cursisten die betekenis desgewenst naast een van de verzen in Mosiah 15 zetten, die een vorm van het woord verlossen bevat.

Schrijf Wij onder Overtreder. Schrijf Gerechtigheid onder Straf. Leg uit dat wij hebben gezondigd en de wetten van God hebben overtreden, en daarvoor de straf moeten ondergaan. Met andere woorden: we moeten aan de eisen van de gerechtigheid voldoen. Lees de volgende uitspraak voor van ouderling Richard G. Scott van het Quorum der Twaalf Apostelen. Laat de cursisten letten op enkele gevolgen van het overtreden van Gods wetten:

‘De gerechtigheid eist […] dat iedere overtreding van de wet wordt vereffend. Als wij de geboden van God onderhouden, worden we gezegend, maar we bouwen geen tegoed op waarmee we overtredingen van de wet kunnen compenseren. Onopgeloste overtredingen kunnen het leven ellendig maken en ons ervan weerhouden bij God terug te keren.’ (‘De verzoening kan vrede en geluk waarborgen’, Liahona, november 2006, p. 42.)

  • Wat zijn volgens ouderling Scott enkele gevolgen van het overtreden van Gods wetten?

Veeg terwijl de cursisten de gevolgen van het overtreden van Gods wetten benoemen het woord Boete van het bord. Zet daarvoor in de plaats Ellende en Uitgesloten van de tegenwoordigheid van God. Laat de cursisten Mosiah 15:1, 8–9 doorlezen. Stel desgewenst de volgende vragen om ze de leer in die verzen beter te laten begrijpen:

  • Het woord bemiddelen betekent dat iemand tussen twee personen of groepen mensen in gaat staan om ze te helpen zich met elkaar te verzoenen — ofwel om de harmonie tussen hen te herstellen. Wat betekent het volgens jou dat Jezus Christus kwam om voor ons ‘te bemiddelen’?

  • Wat betekent het dat de Heiland tussen ons en de gerechtigheid staat? Wat betekent ‘Hij heeft aan de eisen der gerechtigheid voldaan’?

Maak de cursisten duidelijk dat de gerechtigheid eist dat we voor onze zonden worden gestraft. De Heiland doet de eisen van de gerechtigheid niet teniet; Hij staat tussen ons en de gerechtigheid in om aan de eisen van de gerechtigheid te voldoen door de straf voor ons op Zich te nemen. Hij heeft de losprijs voor ons betaald, zodat wij onze straf niet hoeven te ondergaan. Hang een plaat van de Heiland op het bord (bijvoorbeeld ‘De Heer Jezus Christus’ [64001]) tussen de overtreder en de straf.

Afbeelding
Offender Us

Vraag de cursisten Mosiah 15:5–7 door te lezen en te denken aan de prijs die Jezus Christus heeft betaald om hen te verlossen — om tussen hen en de eisen van de gerechtigheid in te staan.

Zet het volgende op het bord:

Zij die verlost willen worden

Zij die niet verlost willen worden

Mosiah 15:11–12

Mosiah 16:2–5, 12

Deel de klas in tweeën op. Laat de helft van de cursisten in Mosiah 15:11–12 zoeken naar kenmerken van mensen die verlost willen worden. Laat de andere helft van de klas in Mosiah 16:2–5, 12 zoeken naar kenmerken van mensen die niet verlost willen worden. Vraag na voldoende tijd de eerste groep cursisten naar hun bevindingen.

  • Wie worden volgens Mosiah 15:11–12 van hun zonden verlost? (Zie erop toe dat de cursisten begrijpen dat Jezus Christus aan de eisen van de gerechtigheid voldoet voor wie naar de woorden van de profeten luisteren, in zijn verlossende macht geloven en zich van hun zonden bekeren.)

Leg uit dat de prijs die de Heiland heeft betaald een persoonlijke gave is aan ieder die voor de verlossing in aanmerking wil komen door zich te bekeren en ernaar te streven de geboden en hun verbonden met de Heer na te komen.

Beklemtoon het persoonlijke karakter van de verzoening door een cursist Mosiah 15:10 te laten voorlezen. Vestig de aandacht van de cursisten vervolgens op de woorden in dat vers dat ‘Hij zijn nageslacht zal zien’. Laat ze die zinsnede desgewenst markeren. Het woord nageslacht heeft betrekking op kinderen.

  • Wat hebben we geleerd over ‘kinderen van Christus’ worden? (Herinner de cursisten aan de woorden van koning Benjamin over dit onderwerp in Mosiah 5. Zie ook les 55.)

Laat de cursisten Mosiah 15:10 desgewenst op zichzelf betrekken door hun naam in plaats van de woorden ‘zijn nageslacht’ te lezen. Laat ze stilstaan bij wat dit voor hen betekent.

  • In hoeverre geeft deze lering je meer inzicht in de verzoening?

Vraag de cursisten die Mosiah 16:2–5, 12 hebben gelezen wat ze hebben gevonden over wie niet verlost willen worden. Laat de cursisten Mosiah 16:5 doorlezen om de vreselijke gevolgen te onderstrepen als men niet verlost wil worden.

  • Wat gebeurt er met de tekening op het bord als de overtreder in zonde volhardt en zich niet wil bekeren? (Haal de plaat van Jezus Christus van het bord weg terwijl de cursisten antwoord geven. Wijs ze erop dat voor die persoon geldt ‘alsof er geen verlossing was teweeggebracht’.)

Laat de cursisten Leer en Verbonden 19:16–17 lezen en zien wat er gebeurt met wie zich niet willen bekeren en de verlossing van de Heiland niet aannemen. U kunt de cursisten aanmoedigen LV 19:16–17 naast Mosiah 16:5 in hun Schriften te noteren.

Plaats de plaat van de Heiland terug op het bord.

  • Welke waarheden heb je vandaag over je Verlosser geleerd?

Maak de cursisten na hun antwoorden op deze vraag duidelijk dat Abinadi niet alleen verkondigde dat de Heiland ons van de straf voor onze zonden wil verlossen, maar dat Hij ons ook van de dood verlost. Vraag enkele cursisten beurtelings een vers uit Mosiah 16:6–11 voor te lezen. Getuig dat dankzij de verzoening van Jezus Christus alle mensen uit de dood zullen opstaan. U moet er wellicht op wijzen dat de rechtvaardigen in een staat van geluk zullen herrijzen.

Laat de cursisten in hun Schriftendagboek of aantekenschrift schrijven over hun gevoelens voor hun Verlosser en wat ze gaan doen om de verlossing te kunnen ontvangen die Hij hen biedt.

Mosiah 17

Alma gelooft Abinadi en wordt uitgeworpen; Abinadi ondergaat de vuurdood

Vraag de cursisten:

  • Heb je ooit iemand pal zien staan voor het goede terwijl dat moeilijk voor hem of haar was? Wat gebeurde er toen?

Afbeelding
Abinadi Before King Noah

Toon de plaat ‘Abinadi voor koning Noach’ (62042; Evangelieplatenboek [2009], nummer 75). Vat Mosiah 17:1–6 samen met de uitleg dat een priester met de naam Alma na de boodschap van Abinadi de koning probeerde te overtuigen dat Abinadi de waarheid had gesproken en vrijgelaten moest worden. De koning wierp Alma uit en stuurde dienstknechten achter hem aan om hem te doden. Alma verschool zich en schreef de woorden van Abinadi op. Drie dagen later spraken de koning en zijn priesters het doodvonnis over Abinadi uit.

Deel de cursisten op in koppels. Vraag ze de volgende Schriftteksten met hun partner te bestuderen: Mosiah 17:7–10, die over Abinadi’s keuzes gaan, en Mosiah 17:11–12, die over koning Noachs keuzes gaan. Laat ze Abinadi’s keuzes met die van koning Noach vergelijken. Laat ze ook de volgende vragen bespreken. (Zet deze vragen eventueel op het bord.)

  • Waarom zouden Abinadi’s woorden de beschreven uitwerking op koning Noach hebben gehad? (Zie Mosiah 17:11.) Wat voor invloed hadden de priesters van koning Noach op hem? (Zie Mosiah 17:12–13.)

  • Wat kunnen we van Abinadi’s voorbeeld leren? (Een van de mogelijke antwoorden van de cursisten is dat we God in alle omstandigheden trouw kunnen zijn.)

Geef de cursisten indien mogelijk een kopie van het volgende citaat van president Gordon B. Hinckley:

Wees sterk — door pal te staan voor het goede. We leven in een tijd van compromissen. […] In de situaties waarmee we dagelijks geconfronteerd worden, weten we wat goed is. […] We moeten de kracht aankweken om onze overtuiging te volgen.’ (Zie ‘Uw tabernakel bouwen’, De Ster, januari 1993, p. 46.)

U kunt de cursisten ik blijf God in alle omstandigheden trouw in hun Schriften laten noteren naast Mosiah 17:9–12. Vestig de aandacht van de cursisten op Abinadi’s laatste woorden in Mosiah 17:19: ‘O God, ontvang mijn ziel.’ Laat een cursist daarna Mosiah 17:20 voorlezen.

  • Wat voor indruk maken Abinadi’s laatste woorden op je?

Laat de cursisten de volgende vraag in hun Schriftendagboek beantwoorden:

  • Wat ga je doen om God in alle omstandigheden trouw te zijn?

Vraag meerdere cursisten na verloop van tijd te vertellen wat ze hebben opgeschreven. Vraag ook of er cursisten zijn die willen vertellen wat het evangelie voor hen betekent en hoe ze de Heer in het verleden in moeilijke tijden trouw zijn gebleven. Sluit af met uw getuigenis.

Toelichting en achtergrondinformatie

Mosiah 15:9. Gerechtigheid en barmhartigheid

Ouderling Richard G. Scott van het Quorum der Twaalf Apostelen heeft over de werkelijkheid van de gerechtigheid en de zegeningen van de barmhartigheid het volgende gezegd:

‘Wij maken allemaal fouten. Daardoor worden eeuwige wetten gebroken. De gerechtigheid is het onderdeel van het plan van geluk van onze Vader in de hemel dat alles in stand houdt. Zij is als de zwaartekracht voor een rotsklimmer — altijd aanwezig. Zij is als een vriend wanneer de eeuwige wetten in acht worden genomen. Maar zij zal onze ondergang worden als we die wetten overtreden. De gerechtigheid zorgt ervoor dat we de zegeningen ontvangen die we door gehoorzaamheid aan de wetten van God verdiend hebben. De gerechtigheid eist ook dat iedere overtreding van de wet wordt vereffend. Als wij de geboden van God onderhouden, worden we gezegend, maar we bouwen geen tegoed op waarmee we overtredingen van de wet kunnen compenseren. Onopgeloste overtredingen kunnen het leven ellendig maken en ons ervan weerhouden bij God terug te keren. Alleen het leven, de leringen en vooral de verzoening van Jezus Christus kunnen ons uit onze benarde positie bevrijden.

‘De vereisten van de gerechtigheid kunnen door de barmhartigheid vereffend worden, en worden verdiend door onze voortdurende bekering en gehoorzaamheid aan de wetten van God. Die bekering en gehoorzaamheid zijn uitermate belangrijk, zodat het volledige wonder door de verzoening kan plaatsvinden. De Verlosser kan onze schuld afbetalen en ons door het genadige pad van onze bekering vergeving schenken. Door de verzoening kunnen we in een wereld leven waar de gerechtigheid u voor uw gehoorzaamheid zal belonen. En door zijn barmhartigheid kunt u de gevolgen van de gebroken wetten opheffen.’ (‘De verzoening kan vrede en geluk waarborgen’, Liahona, november 2006, pp. 41–42.)