Bibliotheek
Thuisseminarie: unit 9


Thuisseminarieles

2 Nephi 32Jakob 4 (unit 9)

Lesmateriaal voor de thuisseminarieleerkracht

Samenvatting van dagelijkse thuisseminarielessen

De volgende samenvatting van de leerstellingen en beginselen die cursisten bij hun studie van 2 Nephi 32Jakob 4 (unit 9) geleerd hebben, is niet bedoeld om als onderdeel van uw les behandeld te worden. Uw les richt zich op slechts enkele van deze leerstellingen en beginselen. Volg de indrukken van de Heilige Geest terwijl u nadenkt over de behoeften van uw cursisten.

Dag 1 (2 Nephi 32)

Bij hun studie van 2 Nephi 32 kwamen de cursisten te weten dat als wij ons vergasten aan de woorden van Christus, de woorden van Christus ons alle dingen zullen zeggen die wij behoren te doen. Zij leerden ook dat als wij altijd bidden, wij alles kunnen doen wat de Heer van ons verlangt voor het welzijn van onze ziel. In de les kregen de cursisten de uitnodiging om 24 uur lang toe te passen wat ze over altijd bidden hadden geleerd.

Dag 2 (2 Nephi 33)

In deze les over Nephi’s laatste getuigenis leerden de cursisten dat wij ervoor kiezen om ons hart open te stellen of af te sluiten voor de inspiratie van de Heilige Geest. Ze gingen ook in 1 Nephi en 2 Nephi op zoek naar een Schrifttekst die hen heeft geïnspireerd om goed te doen of in Christus te geloven.

Dag 3 (Jakob 1–2)

In hun les over Jakob 1–2 leerden de cursisten dat priesterschapsleiders ijverig arbeiden om ons te helpen tot Christus te komen, en dat zij een door God gegeven verantwoordelijkheid hebben om het woord van God te verkondigen en ons tegen zonde te waarschuwen. Uit hun studie van Jakobs redevoering tot zijn volk werd de cursisten duidelijk dat wij vóór alles het koninkrijk Gods dienen te zoeken. Zij schreven in hun Schriftendagboek op welke manier zij de zegeningen en kansen die de Heer hun biedt kunnen aanwenden om het koninkrijk van God op te bouwen en anderen tot zegen te zijn. Zij verdiepten zich eveneens in de waarheid dat de Heer behagen schept in de kuisheid van alle mensen, zowel mannen als vrouwen. Ze konden overdenken hoe naleving van de wet van kuisheid gezinnen tot zegen is en de Heer behaagt.

Dag 4 (Jakob 3–4)

Bij hun verdere studie van Jakobs leerrede zagen zij in dat God de reinen van hart in hun ellende zal vertroosten. De les ging over deze leer: Dankzij de verzoening van Jezus Christus kunnen wij met hoop worden vervuld en ons met God verzoenen. De cursisten schreven hun eigen redenen op waarom ze van Jezus Christus en de verzoening willen getuigen.

Inleiding

Deze les zal de cursisten doen inzien dat Nephi van de zending van Jezus Christus getuigde. De cursisten krijgen de gelegenheid om te vertellen hoe zij zich door Jakobs woorden van hoogmoed kunnen ontdoen en hun zegeningen van God kunnen aanwenden om zijn koninkrijk op te bouwen. Zij kunnen de genoemde beginselen en leerstellingen in Jakob 2 gebruiken om het belang van gehoorzaamheid aan de wet van kuisheid van de Heer te bespreken. Zij zullen ook manieren bespreken om met anderen over Jezus Christus en de verzoening te praten.

Onderwijstips

2 Nephi 32–33

Nephi geeft ons de raad goddelijke leiding te zoeken door middel van de woorden van Jezus Christus

Begin deze les met het stellen van de volgende vragen:

  • Welke sport of hobby doe je graag?

  • Welke basisvaardigheid moet je vaak oefenen om die sport of hobby goed te beheersen?

  • Wat gebeurt er als iemand die basisvaardigheden verwaarloost?

Vertel de klas dat er basishandelingen zijn waardoor we de Heilige Geest uitnodigen om ons leiding van onze Vader in de hemel te geven. Zet het volgende op het bord of op een uitreikblad.

Gebed

Leiding ontvangen van de Heilige Geest

Schriftstudie

2 Nephi 32:8–9

2 Nephi 32:5; 33:1–2

2 Nephi 32:3; 33:4

Vraag iedere cursist een van de punten in het schema te kiezen en de bijbehorende Schriftteksten te lezen. Deel de klas op in koppels of in groepjes. Laat de cursisten beurtelings aan elkaar vertellen hoe zij door gebed, leiding van de Heilige Geest en Schriftstudie leiding van God hebben ontvangen.

Vraag de cursisten desgewenst hoe zij door ouderling David A. Bednars uitleg van het gebod om altijd te bidden zijn geholpen. U kunt ze ook vragen hoe hun gebeden zijn verbeterd door de opdracht om 24 uur lang toe te passen wat ze over altijd bidden hadden geleerd. (Deze opdrachten hoorden bij dag 1.)

Jakob 1–2

Jakob kastijdt zijn volk vanwege hun zucht naar rijkdom, hoogmoed en seksuele onreinheid

Zet de volgende zin op het bord: Omdat sommige mensen meer … hebben dan anderen, zijn ze soms geneigd om te denken dat ze beter zijn dan anderen.

Vraag de cursisten welke woorden in deze zin zouden passen. Mogelijke antwoorden zijn bijvoorbeeld: rijkdom, muzikale kwaliteiten, sportieve aanleg, talenten, opleiding, intelligentie, ontplooiingskansen, evangeliekennis en materiële bezittingen. Laat de cursisten overwegen of die zin, met een van de door hen genoemde woorden erin, wel eens op hen van toepassing is geweest.

Maak de cursisten duidelijk dat Jakob vanwege zijn liefde voor zijn volk en gehoorzaamheid aan de geboden van de Heer, de mensen voor hun zwakheden en zonden waarschuwde. Laat de cursisten Jakob 2:12–13 lezen en aangeven welke woorden zij in de zin op het bord kunnen invullen om sommige Nephieten te beschrijven gedurende Jakobs bediening.

Vraag de cursisten in Jakob 2:17–21 te zoeken naar raadgevingen waardoor ze zich van hoogmoed kunnen ontdoen. (Die raadgevingen hebben ze wellicht bij hun persoonlijke studie al gemarkeerd.) Vraag de cursisten naar de raadgevingen die zij hebben ontdekt en laat ze uitleggen hoe die raad hen kan helpen om zich van hoogmoed te ontdoen.

Leg uit dat in deze verzen de volgende waarheid naar voren komt: Wij dienen vóór alles het koninkrijk Gods te zoeken. Laat enkele cursisten vertellen op welke manier zij de zegeningen en kansen die de Heer hun biedt kunnen aanwenden om het koninkrijk van God op te bouwen en anderen tot zegen te zijn.

Vraag de cursisten zich ter voorbereiding op Jakobs leringen over seksuele reinheid voor te stellen dat iemand ze heeft gevraagd waarom zij in de naleving van de wet van kuisheid geloven. Vraag de cursisten om in Jakob 2:28–35 op zoek te gaan naar antwoorden op die vraag. Wijs ze erop dat ze de volgende waarheid in hun persoonlijke studie hebben geleerd: De Heer schept behagen in kuisheid. Zij hebben ook de gevolgen van seksuele losbandigheid in die verzen bestudeerd. Vraag de cursisten hoe ze deze vraag op basis van Jakob 2:28–35 zouden beantwoorden.

Vraag: Wat is volgens Jakob 2:27 het ‘woord des Heren’ aangaande het hebben van meer dan één vrouw? (Maak duidelijk dat de Heer heeft geboden dat een man met slechts één vrouw gehuwd dient te zijn.)

Leg uit dat de Heer in bepaalde perioden van de wereldgeschiedenis zijn volk heeft geboden het meervoudig huwelijk toe te passen. Het meervoudig huwelijk werd bijvoorbeeld in de tijd van het Oude Testament uitgeoefend door Abraham en Sara (zie Genesis 16:1–3; LV 132:34–35, 37) en door hun zoon Isaak en kleinzoon Jakob (zie LV 132:37). In de beginperiode van de herstelde kerk werd het ook een korte tijd toegepast, eerst door de profeet Joseph Smith (zie LV 132:32–33, 53). In 1890 gebood God zijn profeet Wilford Woodruff echter om het meervoudig huwelijk niet langer toe te staan (zie LV, Officiële Verklaring 1).

Laat de cursisten overwegen hoe de keuzes die zij maken om kuis en rein te blijven de Heer en anderen zouden behagen. Laat ze uitleggen hoe zij en hun gezinsleden nu en in de toekomst door gehoorzaamheid aan de wet van kuisheid gezegend zullen worden. Leg uit hoe u en uw gezin door gehoorzaamheid aan de wet van kuisheid zijn gezegend.

Jakob 3–4

Jakob moedigt zijn volk aan zich te bekeren en hoop te verkrijgen dat zij in de tegenwoordigheid van God kunnen terugkeren.

Plaats een kleine plaat van Jezus Christus midden op het bord, op een poster of op een vel papier. Zet om de plaat heen enkele woorden van zaken die mensen van de Heiland en zijn evangelie kunnen afleiden. Vraag de cursisten Jakob 4:14 op te slaan. Leg uit dat in dit vers de uitdrukking ‘voorbijzien van het doel’ staat. Vraag ze waar het ‘doel’ in dit vers betrekking op heeft. Ouderling Neal A. Maxwell van het Quorum der Twaalf Apostelen heeft verklaard dat ‘het doel Christus is’ (‘Jesus of Nazareth, Savior and King’, Ensign, december 2007, p. 45.) Laat na deze uitleg een cursist Jakob 4:14–15 voorlezen.

Vraag: Wat denk je dat ‘voorbijzien van het doel’ betekent? (Andere zaken dan de Heiland en zijn evangelie in ons leven centraal stellen.)

Vraag de cursisten Jakob 4:4–12 te lezen en enkele redenen te benoemen waarom Jakob in Jezus Christus geloofde en waarom hij het belangrijk vond om anderen over de verzoening in te lichten. Zie erop toe dat de volgende waarheid in deze bespreking duidelijk wordt: Dankzij de verzoening van Jezus Christus kunnen wij met hoop worden vervuld en ons met God verzoenen.

Verwoord uw gevoelens van dankbaarheid voor de Heiland en zijn verzoening. Getuig dat Jezus Christus het ‘doel’ is waarop wij ons dienen te richten. Vraag de cursisten tot slot van deze les te overdenken hoe zij zich de komende dagen op de Heiland willen richten.

Volgende unit (Jakob 5 t/m Omni)

Vraag de cursisten: Wat is een antichrist? Hoe zou je op een antichrist reageren? Let er bij het lezen van de Schriftteksten in de volgende unit op wat Jakob zei en deed toen hij met Sherem, een antichrist, te maken kreeg. Let ook op de zegeningen die Enos ontving omdat hij God met zijn gehele hart zocht en een hele dag tot in de nacht toe tot Hem bad. Let tot slot op redenen waarom de Nephieten hun eerste erfland verlieten en zich bij de Mulekieten voegden.