Bibliotheek
Les 48: Jakob 7


Les 48

Jakob 7

Inleiding

Jakob vertrouwde op de Heer en op zijn onwankelbare getuigenis om de valse ideeën en argumenten van Sherem, een antichrist, te weerstaan. Hij putte in het bijzonder kracht uit eerdere ervaringen die zijn geloof in Jezus Christus hadden versterkt. Hij vertrouwde ook op de leiding van de Heilige Geest, zijn kennis van de Schriften en de woorden van de profeten, en zijn getuigenis van Jezus Christus. Toen Sherem een teken eiste dat Jakobs woorden zou bewijzen, werd hij door God geslagen. Jakob beschreef aan het einde van zijn kroniek hoe de Nephieten op de Heer vertrouwden toen zij zich tegen de Lamanieten wapenden. Voordat Jakob stierf, droeg hij de kleine platen over aan zijn zoon Enos.

Onderwijstips

Jakob 7:1–14

Jakob vertrouwt op de Heer bij zijn ontmoeting met Sherem, een antichrist

Zet voordat de les begint het volgende citaat van ouderling Robert D. Hales van het Quorum der Twaalf Apostelen op het bord. (Uit: ‘Christelijke moed: de prijs van het discipelschap’, Liahona, november 2008, p. 72.)

‘Bezwaar tegen of kritiek op ons geloof is een van de moeilijkste proeven in het leven van een heilige der laatste dagen.’ (Ouderling Robert D. Hales)

Vraag de cursisten te denken aan een keer dat iemand hun geloof in twijfel trok of daar kritiek op uitte. Laat enkelen van hen vertellen wat ze toen voelden. U kunt ook in het kort een ervaring uit uw eigen leven noemen.

Leg uit dat in Jakob 7 Jakobs ervaring met Sherem, een antichrist, is opgetekend. (Leg indien nodig uit dat een antichrist wordt omschreven als ‘iemand die, of iets wat, het ware heilsplan vervalst en openlijk of heimelijk Christus bestrijdt’ [Gids bij de Schriften, ‘Antichrist’].) Sherem vocht het geloof van Jakob aan.

Laat de cursisten Jakob 7:1–5 doorlezen. Vraag ze aan te duiden (1) wat Sherem probeerde te doen en (2) hoe hij zijn doeleinden probeerde te verwezenlijken. Vraag de cursisten als ze klaar zijn met lezen wat ze over Sherem te weten zijn gekomen. U kunt de bespreking bevorderen door enkele van de volgende vragen te stellen:

  • Welke invloed had Sherem op het volk?

  • Wat doet je in Jakob 7:1–5 denken aan momenten dat anderen jouw geloof in twijfel trokken of daar kritiek op uitten? (Wijs de cursisten er bij deze bespreking indien nodig op dat niet alle mensen die ons geloof in twijfel trekken of daar kritiek op uiten dezelfde motieven hebben als Sherem. Sommigen zullen er net als Sherem op uit zijn om ons geloof opzettelijk te ondermijnen, maar anderen zetten wellicht vraagtekens bij ons geloof omdat ze nieuwsgierig zijn of er verkeerde informatie over hebben.)

  • Waarom is het soms moeilijk om ons geloof tegen mensen zoals Sherem te verdedigen?

Zet de volgende tekstverwijzingen en uitspraken op het bord. (U kunt ze eventueel vóór de les al op het bord schrijven om tijd te winnen.) U kunt er ook een uitreikblad van maken.)

1. Jakob 7:5

a. Getuigde van de Schriften en de woorden van profeten.

2. Jakob 7:8

b. Liet het resultaat in Gods handen.

3. Jakob 7:10–11

c. Vertrouwde op de leiding en kracht van de Heilige Geest.

4. Jakob 7:12

d. Dacht aan eerdere ervaringen die zijn geloof hadden versterkt.

5. Jakob 7:13–14

e. Gaf het getuigenis dat hij door de Heilige Geest had ontvangen.

Leg uit dat de verzen in deze lijst Jakobs reacties beschrijven toen Sherem zijn geloof aanviel. De uitspraken aan de rechterkant stellen Jakobs reacties voor. Ze staan echter in de verkeerde volgorde en moeten aan de juiste verzen worden gekoppeld. Vraag enkele cursisten beurtelings een vers uit Jakob 7:5–14 voor te lezen. Laat ze na het lezen van elke genoemde passage op het bord even stoppen. Vraag de cursisten elke passage aan de bijbehorende uitspraak te koppelen. Laat desgewenst een cursist op het bord lijnen trekken tussen de Schriftteksten en de bijbehorende uitspraak. (Antwoorden: 1-d; 2-c; 3-a; 4-e; 5-b.)

Na deze activiteit vraagt u de cursisten:

  • Welke beginselen zie je in de verzen die we net hebben gelezen?

Als niemand met het volgende antwoord komt, zie er dan op toe dat de cursisten begrijpen dat we aanvallen op ons geloof kunnen weerstaan als we op de Heer vertrouwen. (U kunt dit beginsel eventueel op het bord zetten.)

Leg uit dat Jakobs reacties op Sherem voor ons een voorbeeld zijn hoe wij kunnen reageren op mensen die ons geloof in twijfel trekken of daar kritiek op uiten.

Aan de hand van de vervolgvragen hierna kunt u de cursisten dieper laten nadenken over wat Jakob deed om op de Heer te vertrouwen. Door het beantwoorden van deze vragen kunnen de cursisten toelichten en getuigen hoe ze door soortgelijke handelingen aanvallen op hun geloof hebben weerstaan. Ook leren ze hoe ze gepast op toekomstige aanvallen op hun geloof kunnen reageren. Aangezien hieronder meer vragen staan dan u vermoedelijk in de les kunt gebruiken, kiest u er een paar uit voor uw bespreking. Laat u daarbij leiden door de Heilige Geest en de ervaringen waarover de cursisten aan het begin van de les hebben verteld. Laat de cursisten desgewenst aangeven welke handelingen van Jakob ze verder willen bespreken.

  • Wat was Jakob in het verleden overkomen waardoor zijn geloof onwankelbaar was geworden? (Zie Jakob 7:5.)

  • Welke ervaringen hebben jouw geloof zoal versterkt? (Geef de cursisten de tijd om over deze vraag na te denken voordat ze die beantwoorden. Vertel ze dat ze niet over ervaringen hoeven te praten die te persoonlijk zijn.) Hoe kun je je met die ervaringen in gedachte gesterkt voelen als iemand jouw geloof in twijfel trekt of daar kritiek op uit?

  • Wanneer heeft de Heilige Geest je geholpen op vragen of kritiek aangaande je geloof te reageren? (Zie Jakob 7:8.)

  • Hoe kan dagelijks de Schriften en de woorden van de hedendaagse profeten bestuderen je helpen als anderen jouw geloof in twijfel trekken of daar kritiek op uiten? (Zie Jakob 7:10–11.)

  • Wanneer heb je tot iemand getuigd die jouw geloof in twijfel trok of daar kritiek op uitte? (Zie Jakob 7:12.) Wat was het resultaat?

  • Waarom was het verstandig dat Jakob de uitkomst in de handen van de Heer liet toen Sherem een teken eiste, en de waarheid van zijn getuigenis niet zelf probeerde te bewijzen? (Zie Jakob 7:14.) Wat heb je aan het besef dat je de waarheid van je getuigenis niet hoeft te bewijzen aan wie je geloof aanvallen?

Jakob 7:15–27

Nadat Sherem door God wordt geslagen, bekent hij zijn zonden, getuigt hij van de waarheid en sterft hij, waardoor de Nephitische schare tot de Heer terugkeert

Lees de volgende uitspraak van ouderling Robert D. Hales voor:

‘Door de jaren heen is het duidelijk geworden dat aantijgingen tegen ons geloof niet nieuw zijn, en dat ze ook niet binnen afzienbare tijd zullen verdwijnen. Maar ware discipelen van Christus zien kansen te midden van weerstand. […]

‘[…] Gelukkig kent de Heer het hart van onze criticasters, en Hij weet hoe we het beste op hen kunnen reageren. Ware discipelen zoeken de leiding van de Geest, waarna zij de inspiratie krijgen die op hun situatie is toegesneden. En in elke situatie reageren ware discipelen op een manier die de Geest des Heren verwelkomt.’ (Zie ‘Christelijke moed: de prijs van het discipelschap’, pp. 72–73; cursivering in origineel.)

  • Wat denk je dat ‘kansen te midden van weerstand’ zien betekent? (Maak de cursisten bij hun antwoorden op deze vraag duidelijk dat er iets goeds uit kan voortkomen als we op aantijgingen tegen ons geloof zo reageren dat de Geest van de Heer wordt uitgenodigd.)

Deel de cursisten op in koppels. Laat elk koppel Jakob 7:15–23 lezen en letten op het goede dat uit Jakobs confrontatie met Sherem voortkwam. Vraag enkele cursisten naar hun bevindingen als ze klaar zijn met lezen. Help de cursisten deze verzen eventueel aan de hand van enkele van de volgende vragen te analyseren:

  • Welke bewijzen zie je dat Jakob hoopte dat zijn confrontatie met Sherem anderen zou helpen? (Zie Jakob 7:22. Maak de cursisten duidelijk dat Jakob had gebeden voor de Nephitische schare die getuige was van Sherems bekentenis en dood.)

  • Welke invloed had Jakobs confrontatie met Sherem volgens Jakob 7:23 uiteindelijk op de schare?

  • Welke waarheden komen uit de gevolgen van Jakobs confrontatie met Sherem naar voren? (De cursisten kunnen meerdere antwoorden op deze vraag noemen. Sommigen noemen wellicht de onderstaande beginselen.)

  • Alle profeten getuigen van Jezus Christus.

  • Als we zo reageren op vragen of kritiek aangaande ons geloof dat de Geest wordt uitgenodigd, kunnen wij anderen helpen zich tot de Heer te keren.

  • Profeten helpen ons Satans misleidingen te herkennen en te weerstaan.

  • Wie tegen God opstaan en actief tegen de waarheid prediken, zullen met ernstige gevolgen van de Heer te maken krijgen.

  • De Schriften onderzoeken zal ons voor misleiding behoeden.

Stel de cursisten eventueel vervolgvragen terwijl zij beginselen noemen zoals die hierboven staan, om ze die beginselen te helpen toepassen.

  • Hoe kan het naleven van dit beginsel jou helpen?

  • Hoe kan kennis van dit beginsel jou helpen om andere mensen te helpen?

  • Hoe kun je dit beginsel in je eigen leven toepassen?

Laat de cursisten de volgende vraag in hun Schriftendagboek beantwoorden:

  • Wat ga je doen (of blijf je doen) om voorbereid te zijn op een situatie waarin iemand jouw geloof aanvalt?

Getuig dat we aanvallen op ons geloof kunnen weerstaan als we Jakobs voorbeeld volgen om op de Heer te vertrouwen.

Jakob: terugblik

Help de cursisten op het boek Jakob terug te blikken. Vraag ze na te denken over wat ze van dit boek hebben geleerd, zowel in het seminarie als in hun individuele Schriftstudie. U kunt ze indien nodig aanmoedigen de zeven hoofdstukken van Jakob nog eens door te bladeren om hun geheugen op te frissen. Vraag ze zich voor te bereiden om iets te vertellen over Jakob of zijn geschriften dat indruk op ze heeft gemaakt. Wijs ze er nog eens op dat Jakob werd geboren in de wildernis in het land Overvloed (in de buurt van de Rode Zee) en dat hij stierf in het land Nephi. Hij werd ook gezegend door Lehi (zie 2 Nephi 2:1–4) en hij zag de Heiland (zie 2 Nephi 11:3). Zijn oudere broer Nephi nam enkele van zijn redevoeringen op de kleine platen op (zie 2 Nephi 6–10). Vraag diverse cursisten na verloop van tijd naar hun gedachten en gevoelens. Getuig desgewenst hoe Jakobs voorbeeld en leringen u tot zegen zijn.

Toelichting en achtergrondinformatie

Jakob 7:5. ‘En hij hoopte mij te doen wankelen in het geloof’

President Dieter F. Uchtdorf van het Eerste Presidium heeft ons raad gegeven waardoor we kunnen weten wat te doen als vragen, zorgen of gebeurtenissen ons geloof aan het wankelen dreigen te brengen:

‘Hoe zit het met twijfels en vragen? Hoe weet je of het evangelie waar is? Mag je vragen hebben over de kerk of haar leer? Beste jonge vrienden, wij zijn een volk dat vragen stelt, want we weten dat vragen stellen tot de waarheid leidt. Zo is de kerk begonnen, met een jongeman die vragen had. Ik zou zelfs niet eens weten hoe je waarheid moest ontdekken zonder vragen te stellen. Je zult zelden in de Schriften een openbaring ontdekken die niet werd ontvangen in antwoord op een vraag. Als er een vraag rees en Joseph Smith niet zeker was wat het antwoord was, legde hij die voor aan de Heer, en de geweldige openbaringen in de Leer en Verbonden zijn daar het gevolg van. De kennis die Joseph ontving, ging vaak veel verder dan de oorspronkelijke vraag. Dat komt doordat de Heer niet alleen antwoord kan geven op vragen die we stellen, maar — belangrijker nog — Hij kan ons antwoorden geven op vragen die we hadden moeten stellen. Laten we luisteren of we die antwoorden horen.

‘Het zendingswerk van de kerk is gebaseerd op doorvoelde vragen van oprechte onderzoekers. Navraag is de geboorteplaats van het getuigenis. Sommigen schamen zich of voelen zich ontoereikend omdat ze diepgaande vragen over het evangelie hebben. Maar het is onnodig om zich zo te voelen. Vragen stellen is geen teken van zwakheid; het gaat vooraf aan groei.

‘God gebiedt ons om naar de antwoorden op onze vragen te zoeken (zie Jakobus 1:5–6) en vraagt ons vervolgens om dat te doen “met een oprecht hart, met een eerlijke bedoeling en met geloof in Christus” (Moroni 10:4). Doen we dat, dan wordt de waarheid van alle dingen aan ons kenbaar gemaakt “door de macht van de Heilige Geest” (Moroni 10:5).

‘Wees niet bang; stel vragen. Wees nieuwsgierig, maar twijfel niet! Houd altijd vast aan het geloof en aan het licht dat je al hebt ontvangen. Omdat we in het sterfelijk leven niet alles volmaakt zien, zal niet alles logisch lijken. Sterker nog, ik denk dat als alles logisch leek, dit een aanwijzing zou zijn dat het allemaal door een sterveling was bedacht. Bedenk dat God heeft gezegd:

‘“Mijn gedachten zijn niet uw gedachten en uw wegen zijn niet mijn wegen. […]

‘“Want zoals de hemelen hoger zijn dan de aarde, zo zijn mijn wegen hoger dan uw wegen en mijn gedachten dan uw gedachten” (Jesaja 55:8–9).

‘Niettemin weet je dat een van de doelen van het sterfelijk leven is om meer te gaan lijken op je hemelse Vader, in gedachte en in daad. Als je het vanuit dat standpunt bekijkt, dan kan het zoeken naar de antwoorden op je vragen je dichter tot God brengen en je getuigenis eerder sterken dan het doen wankelen. Dit is waar: “geloof is niet volmaakte kennis” (Alma 32:21), maar als je geloof oefent en dagelijks onder alle omstandigheden evangeliebeginselen toepast — waar je ook bent, en te allen tijde — proef je de zoete vruchten van het evangelie, en door deze vruchten weet je dat het waar is (zie Matteüs 7:16–20; Johannes 7:17; Alma 32:41–43).’ (‘Het spiegelbeeld in het water’ [CES-haardvuuravond voor jongvolwassenen, 1 november 2009].)

Verwijs de cursisten naar de volgende bronnen om ze te helpen reageren op vragen of kritiek aangaande hun geloof:

  • Robert D. Hales, ‘Christelijke moed: de prijs van het discipelschap’, Liahona, november 2008, pp. 72–75.

    In deze conferentietoespraak zet ouderling Hales uiteen hoe we met moed, verdraagzaamheid en naastenliefde op kritiek of vervolging kunnen reageren.

  • Trouw aan het geloof: evangeliewijzer (2004).

    Dit boekje bevat een alfabetische lijst met evangelieonderwerpen en nadere toelichting. Het Eerste Presidium schreef dat een van de doelen van dit boek is de leden van de kerk te helpen ‘vragen over de kerk te beantwoorden’. (Trouw aan het geloof, p. 1.)

  • www.lds.org/study/topics

    De officiële website van de kerk bevat een alfabetische lijst met evangelieonderwerpen en nadere toelichtingen, met links naar verwante studiematerialen en toespraken, artikelen en uitspraken van kerkleiders.