Bibliotheek
Inleiding tot de eerste brief van Paulus aan de Korinthiërs


Inleiding tot de eerste brief van Paulus aan de Korinthiërs

Waarom dit boek bestuderen?

Leden van de vroegchristelijke kerk in Korinthe ondervonden veel problemen die tegenwoordig ook bestaan, zoals onenigheid, valse leringen en onzedelijkheid. In 1 Korinthe zien we hoe Paulus deze heiligen leerde om eensgezindheid in de kerk te bevorderen, de dingen van God te leren, de rol van het stoffelijke lichaam als een tempel van de Heilige Geest, de aard van geestelijke gaven, het belang om waardig aan het avondmaal deel te nemen en de realiteit van de opstanding. Cursisten leren bij het bestuderen van Paulus’ leringen in 1 Korinthe leerstellingen en beginselen die hen zullen helpen om rechtvaardig te leven ondanks de goddeloosheid waarmee ze zijn omgeven.

Wie heeft dit boek geschreven?

Het openingsvers van de eerste brief aan de Korinthiërs geeft aan dat de brief door de apostel Paulus en een discipel met de naam Sosthenes werd verstuurd (zie 1 Korinthe 1:1). Sosthenes was mogelijk de schrijver voor Paulus. Hoewel het onduidelijk is wat de rol van Sosthenes was, is het duidelijk dat Paulus de auteur is van de inhoud van de brief (zie 1 Korinthe 16:21–24).

Wanneer en waar is het geschreven?

Paulus schreef de brief we als 1 Korinthe kennen aan het einde van zijn driejarig verblijf in Efeze tijdens zijn derde zending, die eindigde ergens tussen 55 en 56 n.C. (zie Handelingen 19:10; 20:31; Gids bij de Schriften, ‘Zendbrieven van Paulus’).

Voor wie is het geschreven en waarom?

Deze brief was gericht aan de kerkleden in Korinthe. Paulus had het evangelie bijna twee jaar lang in Korinthe verkondigd (zie Handelingen:18:1–18) en er een gemeente van de kerk gesticht (zie Gids bij de Schriften, ‘Zendbrieven van Paulus’). Toen Paulus achteraf in Efeze aan het prediken was tijdens zijn derde zendingsreis, ontving hij een bericht van kerkleden in Korinthe. Hij schreef terug aan de gemeente (zie 1 Korinthe 5:9), maar die brief is helaas verloren gegaan en is daarom niet aanwezig in onze Schriften. Paulus kreeg later een ander verslag van Korinthische kerkleden over problemen in de plaatselijke kerk (zie 1 Korinthe 1:11), waarop hij antwoordde met een nieuwe brief die wij als 1 Korinthe kennen. Dus 1 Korinthe is eigenlijk de tweede brief van Paulus aan de leden in Korinthe.

Korinthe was in de tijd van Paulus de hoofdstad van de Romeinse provincie Achaje. Die provincie besloeg het grootste deel van het vroegere Griekenland ten zuiden van Macedonië. Als een handelscentrum met veel rijkdommen was Korinthe een trekpleister voor mensen uit het hele Romeinse rijk, waardoor het een van de meest gediversifieerde bevolkingen in het gebied had. Afgoderij overheerste in de Korinthische godsdienstige cultuur en er waren door de hele stad talloze tempels en heiligdommen te vinden. In de tijd van de bediening van Paulus hadden de Korinthiërs de reputatie erg onzedelijk te zijn. Er werd bijvoorbeeld gezegd dat er in de Aphroditetempel aan rituele prostitutie werd gedaan.

Paulus eerste brief aan de Korinthiërs toont duidelijk aan dat het de kerkleden aan eensgezindheid ontbrak en dat sommige heidense geloven en gebruiken hun naleving van de evangeliebeginselen en -verordeningen waren gaan beïnvloeden (Zie 1 Korinthe 1:11; 6:1–8; 10:20–22; 11:18–22). Paulus schreef de kerkleden in Korinthe om ze te helpen met hun vragen en problemen, en om de bekeerlingen te sterken die het moeilijk vonden om hun oude geloof en gebruiken op te geven.

Wat zijn enkele kenmerkende elementen van dit boek?

Het Nieuwe Testament bevat meer raad en leringen van Paulus aan de kerk in Korinthe dan aan elke andere gemeente. De twee brieven van Paulus aan de Korinthiërs maken zelfs een kwart uit van al wat Paulus heeft geschreven.

In 1 Korinthe zien we dat Paulus uitlegt hoe Jezus Christus de wet van Mozes had vervuld. Paulus beklemtoonde het belang van ‘het in acht nemen van de geboden van God’(1 Korinthe 7:19) ‘onder de wet van Christus’ (1 Korinthe 9:21) om zo de zegeningen van het heil door het evangelie te ontvangen.

Overzicht

1 Korinthe 1–11 Paulus waarschuwt voor scheuringen binnen de kerk en benadrukt het belang van eenheid onder de kerkleden. Hij waarschuwt leden voor onkuisheid, onderwijst dat het lichaam een tempel voor de Heilige Geest is en moedigt zelfbeheersing aan. Hij bespreekt vragen over het huwelijk en zendingswerk, alsook de verordening van het avondmaal en of het is toegestaan om offervlees voor afgoden te eten.

1 Korinthe 12–14 Paulus leert dat we naar de gaven van de Geest moeten streven. Hij herinnert de Korinthische heiligen aan het belang van apostelen, profeten en leraren, en aan de zorg die leden voor elkaar dienen te hebben. Hij licht het belang van de naastenliefde boven alle andere geestelijke gaven toe.

1 Korinthe 15–16 Paulus getuigt dat hij zij aan zij staat met de vele anderen die getuigen van de herrezen Christus zijn. Hij onderwijst dat iedereen zal opstaan uit de dood en dat doop voor de doden de waarheid van een toekomstige opstanding bevestigt. Paulus legt uit dat herrezen lichamen in graad van heerlijkheid zullen verschillen en dat de overwinning op de dood door Jezus Christus de prikkel van de dood wegneemt. Paulus organiseert een inzameling voor de arme heiligen van Jeruzalem.