De Farizeeër Nicodemus komt ’s nachts bij de Heiland en praat met Hem. Jezus leert Nicodemus dat iedereen opnieuw geboren moet worden om het koninkrijk van God binnen te gaan. Later legt Johannes de Doper aan zijn volgelingen uit dat hij de weg voor Jezus Christus moet voorbereiden.
Laat de cursisten zich inbeelden dat ze met een paar vrienden over godsdienst praten. Een van hen zegt: ‘Als ik goed leef, kom ik sowieso in de hemel terecht.’ Vraag de cursisten te bedenken hoe ze zouden reageren.
Spoor ze aan om in Johannes 3 te zoeken wat we moeten doen om het koninkrijk van God binnen te gaan.
Leg uit dat de Heiland aan het begin van zijn bediening naar Jeruzalem ging om het paasfeest te vieren. Veel mensen in Jeruzalem geloofden in Jezus toen ze de wonderen zagen die Hij verrichtte (zie Johannes 2:23–25).
Laat een cursist Johannes 3:1–2 voorlezen. Vraag de klas mee te lezen en te letten op wat er gebeurde toen de Heiland in Jeruzalem was.
Wie bezocht Jezus?
Leg uit dat ‘een leider van de Joden’ (Johannes 3:1) betekent dat Nicodemus lid van het Sanhedrin was. Het Sanhedrin was een bestuursraad van Farizeeën en Sadduceeën die veel van de burgerlijke en godsdienstige kwesties van de Joden behandelde.
Afbeelding
Nicodemus en Jezus
Nicodemus bezoekt Jezus
Waarom zou Nicodemus Jezus ’s nachts benaderd hebben?
Leg uit dat het feit dat Nicodemus erkende dat Jezus ‘van God gekomen [was] als leraar’ (vers 2) suggereert dat Nicodemus van Jezus wilde leren. Laat een cursist Johannes 3:3–5 voorlezen. Vraag de klas mee te lezen en vast te stellen wat de Heiland tegen Nicodemus zei.
Wat dacht Nicodemus dat de Heiland met ‘opnieuw geboren’ bedoelde (vers 3)?
Leg uit dat opnieuw geboren worden betekent: ‘Het teweegbrengen van een machtige verandering in iemands hart door de Geest van de Heer, zodat hij [of zij] geen verlangen meer heeft om het kwade te doen, maar in plaats daarvan verlangt de dingen van God na te streven.’ (Gids bij de Schriften, ‘Wedergeboren, uit God geboren’, scriptures.lds.org; zie ook Mosiah 5:2; Alma 5:14–15; Mozes 6:59.)
In vers 5 vertelt Jezus Nicodemus twee dingen die iemand moet doen om het koninkrijk van God binnen te kunnen gaan. Welke? Wat houdt ‘geboren [worden] uit water en Geest’ in?
Hoe zou je samenvatten wat er in deze verzen staat over wat er nodig is om geestelijk wedergeboren te worden en het celestiale koninkrijk binnen te gaan? (Laat de cursisten antwoorden en zet vervolgens het volgende beginsel met hun woorden op het bord: De doop en de gave van de Heilige Geest zijn vereist om geestelijk wedergeboren te worden en de verhoging in het celestiale koninkrijk te ontvangen.)
Herinner de cursisten aan het scenario met hun vrienden. Deel de cursisten op in groepjes van twee. Laat de ene cursist de vriend spelen die denkt dat we alleen goed hoeven te leven om het koninkrijk van God binnen te gaan. Laat de andere cursist die verkeerde opvatting aan de hand van Johannes 3:5 weerleggen.
Vat Johannes 3:6–12 samen met de uitleg dat Nicodemus Jezus vroeg hoe iemand opnieuw geboren kan worden. Jezus vroeg op zijn beurt hoe Nicodemus een godsdienstig leider en leraar in Israël kon zijn zonder te weten dat geestelijke wedergeboorte noodzakelijk is, en wat die geestelijke wedergeboorte mogelijk maakt.
In Johannes 3:13–21 lezen we dat de Heiland aan Nicodemus uitlegde hoe iemand opnieuw geboren kan worden. Vraag enkele cursisten beurtelings een vers uit Johannes 3:13–15 voor te lezen. Vraag de klas mee te lezen en te letten op het antwoord van Jezus op de vraag van Nicodemus.
Wat zei de Heiland in Johannes 3:13 over Zichzelf? (Hij getuigde dat Hij de Zoon van God was die uit de hemel neergedaald was.)
Afbeelding
Mozes en de koperen slang
Toon de plaat Mozes en de koperen slang. (Evangelieplatenboek [2009], nr. 16; zie ook LDS.org.) Laat de cursisten het verhaal uit de Schriften vertellen dat op de plaat afgebeeld is. Leg zo nodig uit dat de Heer in de tijd van Mozes giftige slangen stuurde omdat de Israëlieten tegen God zondigden. De Israëlieten werden vergiftigd als de slangen hen beten. De Heer droeg Mozes op om een koperen slang op een staak te zetten. Hij beloofde dat Israëlieten die naar de slang keken, genezen zouden worden. (Zie Numeri 21:4–9.)
Wat stelde de koperen slang volgens Jezus in Johannes 3:14 voor?
Afbeelding
De kruisiging
Laat de plaat De kruisiging zien. (Evangelieplatenboek [2009], nr. 57; zie ook LDS.org.)
Welke zegeningen krijgen mensen die in de Heiland geloven volgens vers 15?
Welke leerstelling over de verzoening van Jezus Christus halen we uit deze verzen? (De strekking van de antwoorden van de cursisten dient de volgende waarheid te omvatten: alle mensen kunnen dankzij de verzoening van Jezus Christus het eeuwige leven beërven. Zet dit beginsel op het bord.)
Laat een cursist Johannes 3:16–17 voorlezen. Laat de anderen meelezen en zoeken naar een leerstelling over onze hemelse Vader.
Waarom heeft onze hemelse Vader zijn Zoon gezonden?
Welke leerstelling over onze hemelse Vader kunnen we uit deze verzen halen? (De cursisten kunnen deze leerstelling met hun eigen woorden beschrijven: onze hemelse Vader heeft zijn kinderen zo lief dat Hij zijn eniggeboren Zoon gezonden heeft om voor hun zonden te lijden. Voeg deze leerstelling toe aan de lijst op het bord.)
Hoe toonde onze hemelse Vader zijn liefde voor ons door zijn Zoon, Jezus Christus, naar de aarde te zenden?
Laat een cursist het volgende citaat van ouderling Dallin H. Oaks van het Quorum der Twaalf Apostelen voorlezen. Laat de klas overwegen hoe het voelt om te weten dat hun hemelse Vader hen liefheeft.
Afbeelding
Ouderling Dallin H. Oaks
‘Er is geen groter bewijs van de oneindige kracht van Gods volmaakte liefde dan wat de apostel Johannes [in Johannes 3:16] heeft verklaard. […] Bedenk eens hoeveel verdriet het onze hemelse Vader moet hebben gedaan om zijn Zoon te sturen en te zien hoe onbevattelijk veel die moest lijden voor onze zonden. Dat is het grootste bewijs van zijn liefde voor ieder van ons!’ (‘De liefde en de wet’, Liahona, november 2009, 26.)
Hoe voel je je, wetende dat onze hemelse Vader je zo liefheeft dat Hij zijn eniggeboren Zoon heeft gestuurd om voor jou te lijden en te sterven?
Hoe kunnen we volgens Johannes 3:16–17 door de verzoening behouden worden? (Laat de cursisten antwoorden en zet dit beginsel op het bord: Als we in Jezus Christus geloven, wat inhoudt dat we ons van onze zonden bekeren en zijn woord gehoorzamen, kunnen we dankzij zijn verzoening het eeuwige leven beërven.)
Laat de cursisten de waarheden op het bord bekijken waarin Jezus Nicodemus onderwees.
Wat hebben deze waarheden met elkaar te maken?
Noem enkele manieren waarop we ons geloof in Jezus Christus kunnen tonen.
Getuig dat als we ons geloof in Jezus Christus tonen door ons te bekeren en Hem te volgen, we dankzij de verzoening verlost kunnen worden en het eeuwige leven kunnen beërven.
Zet de volgende zin op het bord: Ik ga mijn geloof in Jezus Christus tonen door … Laat de cursisten de zin in hun aantekenschrift of Schriftendagboek aanvullen door te noteren wat ze gaan doen om hun geloof in Jezus Christus te tonen.
Johannes de Doper verkondigt dat Jezus de Christus is
Toon een doorschijnende fles met water. Doe enkele druppels kleurstof in het water.
Hoe kunnen we de kleurstof met onze invloed op anderen vergelijken?
Laat een cursist de volgende uitspraken van president David O. McKay voorlezen. Laat de klas vaststellen wat we kunnen leren over onze invloed op anderen.
Afbeelding
President David O. McKay
‘Ieder mens laat zijn invloed gelden, hetzij ten goede, hetzij ten kwade.’ (Leringen van kerkpresidenten: David O. McKay [2003], 245.)
‘De invloed van onze woorden en daden in de wereld is enorm. Elk moment van uw leven verandert u in zekere zin het leven van de hele wereld.’ (Leringen: David O. McKay,245.)
Laat de cursisten in Johannes 3:22–36 zoeken naar een beginsel dat ons leert hoe we anderen ten goede kunnen beïnvloeden.
Vat Johannes 3:22–26 samen met de uitleg dat enkele volgelingen van Johannes de Doper bezorgd waren omdat de mensen Jezus volgden in plaats van Johannes de Doper.
Laat een cursist Johannes 3:27–30 voorlezen. Vraag de klas mee te lezen en vaststellen wat Johannes de Doper begreep over zijn rol ten opzichte van Jezus Christus.
Wat wilde Johannes de Doper dat zijn volgelingen over zijn rol zouden begrijpen? (Hij was voor Jezus Christus uitgezonden om anderen op Hem voor te bereiden.)
Welke gelijkenis gebruikte Johannes de Doper in vers 29?
Leg uit dat Jezus de Bruidegom is. De mensen die tot Christus komen zijn de bruid, en de vriend van de Bruidegom is Johannes de Doper.
Wat zou Johannes de Doper bedoeld hebben met: ‘Hij moet meer worden, ik echter minder’ (vers 30)? Wat zegt dit over het karakter van Johannes de Doper?
Wat kon Jezus Christus voor de mensen doen wat Johannes de Doper niet kon?
Wat leren we uit het voorbeeld van Johannes de Doper over wat we kunnen doen om anderen ten goede te beïnvloeden? (De cursisten kunnen verschillende antwoorden geven, maar zorg ervoor dat ze het volgende begrijpen: we kunnen anderen ten goede beïnvloeden door ze tot Jezus Christus te brengen.)
Waarom is het belangrijk dat we onze invloed aanwenden om anderen tot Jezus Christus te brengen?
Wanneer heb je iemand anderen tot de Heiland zien brengen?
Laat de cursisten nadenken over manieren waarop ze anderen tot de Heiland kunnen brengen. Moedig ze aan om daarbij naar de leiding van de Heilige Geest te streven.
Vat Johannes 3:31–36 samen met de uitleg dat Johannes de Doper verkondigde dat Jezus door God gestuurd was en dat ieder die in Hem gelooft het eeuwige leven kan beërven.
Help de cursisten om Johannes 3:5 uit het hoofd te leren door ze de eerste letter van elk woord in het vers in hun Schriftendagboek te laten noteren. Spoor ze aan om de Schrifttekst op te zeggen door gebruik te maken van de eerste letters en zo nodig naar de Schrifttekst te kijken. Als ze de hele tekst aan de hand van de eerste letters kunnen opzeggen, laat u ze de passage uit het hoofd opzeggen. U kunt ze de tekst gedurende enkele dagen aan het begin of eind van de les laten opzeggen.
Sommige mensen vragen zich net als Nicodemus af hoe ze opnieuw geboren kunnen worden. President Ezra Taft Benson heeft gezegd: ‘Naast het fysiek verrichten van de verordening van de doop en handoplegging, moet men geestelijk wedergeboren worden om de verhoging en het eeuwige leven te ontvangen.’ (‘Born of God’, Ensign, juli 1989, 2–4.) Wedergeboren worden houdt dus meer in dan alleen gedoopt en bevestigd worden. Om wedergeboren te worden, moet men zo leven dat de Heilige Geest het hart verandert.
Ouderling David A. Bednar van het Quorum der Twaalf Apostelen heeft gezegd:
‘Wij beginnen met het proces van de wedergeboorte door geloof te oefenen in Christus, ons te bekeren van onze zonden en ons door iemand met priesterschapsgezag te laten dopen door onderdompeling voor de vergeving van zonden. […]
‘Volledige onderdompeling in, en doorweking met, het evangelie van de Heiland zijn essentiële stappen in het proces van de wedergeboorte.’ (‘U moet wedergeboren worden’, Liahona, mei 2007, 21.)
Ouderling D. Todd Christofferson van het Quorum der Twaalf Apostelen heeft uitgelegd dat wedergeboren worden tijd vergt:
‘U kunt zich afvragen: waarom onderga ik die grote verandering niet wat sneller? […] Voor de meesten van ons zijn de veranderingen geleidelijker en hebben ze meer tijd nodig. In tegenstelling tot onze lichamelijke geboorte is de wedergeboorte meer een proces dan een gebeurtenis. En deelname aan dat proces is het belangrijkste doel van het sterfelijk leven.
‘Maar laten we onszelf niet rechtvaardigen als onze inspanningen achteloos zijn. Laten we niet tevreden zijn als we nog de neiging hebben om kwaad te doen. Laten we iedere week waardig aan het avondmaal deelnemen en de hulp van de Heilige Geest inroepen om de laatste sporen van onzuiverheid te verwijderen. Ik getuig dat als u voortgaat op het pad van de geestelijke wedergeboorte, de verzoenende genade van Jezus Christus uw zonden en de smet van die zonden zal wegnemen, verleidingen hun aantrekkingskracht zullen verliezen en u door middel van Christus heilig wordt, zoals Hij en onze Vader heilig zijn.’ (‘Wederom geboren’, Liahona, mei 2008, 78.)
Johannes 3:5. We hebben verordeningen nodig om het heil te ontvangen
De lering van de Heiland in Johannes 3:5 bevestigt dat verordeningen vereist zijn om het koninkrijk van God binnen te gaan. De profeet Joseph Smith heeft gezegd: ‘Wedergeboren worden gebeurt door Gods Geest, door middel van verordeningen.’ (Leringen van kerkpresidenten: Joseph Smith [2007], 104.)
President Boyd K. Packer van het Quorum der Twaalf Apostelen heeft gezegd: ‘Goed gedrag zonder de verordeningen van het evangelie verlost en verhoogt het mensdom niet; de verbonden en verordeningen zijn essentieel.’ (‘The Only True Church’, Ensign, november 1985, 82.)
Johannes 3:7–8. Waarom vergeleek Jezus de wedergeboorte met de wind?
Nicodemus was verward over de wedergeboorte. De Heiland vergeleek daarom de geestelijke wedergeboorte met de wind. (Het Griekse woord voor geest is pneuma, wat ook als adem of wind vertaald kan worden.) De wind is moeilijk te zien. Zo is het ook met het proces van de wedergeboorte. We kunnen de gevolgen van de wind zien, maar niet wanneer hij begint of eindigt of waar hij vandaan komt. We kunnen hetzelfde over het proces van de wedergeboorte zeggen. Het is moeilijk om te zien wanneer het precies begint of eindigt, maar de gevolgen ervan zijn zichtbaar wanneer handelingen en verlangens veranderen.
Ouderling Bruce R. McConkie van het Quorum der Twaalf Apostelen heeft over dit vers gezegd:
‘Dit is wellicht het bekendste en krachtigste vers in de Schriften. Het vat het hele heilsplan samen, en verbindt de Vader, de Zoon, zijn zoenoffer, het beginsel dat geloof in Hem met rechtschapen werken gepaard gaat, en uiteindelijk eeuwige verhoging voor de getrouwen.
‘[…] Evenzo heeft onze Heer “de wereld […] liefgehad dat Hij zijn eigen leven heeft gegeven, opdat zovelen als er geloven, zonen van God zullen worden” (LV 34:3).’ (Doctrinal New Testament Commentary, 3 delen [1965–73], deel 1, 144.)
