Instituut
Inleiding


Inleiding

Als de leerkracht van deze cursus is het u vergund de cursisten de reddende waarheden in het Boek van Mormon te helpen ontdekken, begrijpen en naleven. Neem bij uw voorbereiding op uw onderwijs de aansporing van de Heer om de leiding van de Heilige Geest te zoeken tot leidraad, ‘want wanneer een mens door de macht van de Heilige Geest spreekt, voert de macht van de Heilige Geest het tot het hart der mensenkinderen’ (2 Nephi 33:1). Het belangrijkste dat u kunt doen om u voor te bereiden op uw onderwijs is met gebed de Schriften te bestuderen en de leiding van de Heilige Geest te volgen. Dit boek vult uw voorbereiding aan. Het verschaft inleidende informatie bij elk schriftuurblok, geeft belangrijke evangeliebeginselen in het schriftuurblok aan, en doet u ideeën aan de hand over hoe u die beginselen zo kunt onderwijzen dat de cursisten ze begrijpen en toe gaan passen. Dit boek zal, of u nu voltijdkracht of vrijwilliger bent, een welkome aanvulling op uw voorbereiding zijn.

De opzet van dit boek

Dit boek bevat 56 hoofdstukken en daarmee zult u er het hele schooljaar mee kunnen volmaken. Het bestaat uit Godsdienst 121, dat 1 Nephi 1 t/m Alma 29 beslaat, en Godsdienst 122, dat Alma 30 t/m Moroni 10 beslaat. Elke les dient in ongeveer vijftig minuten te worden behandeld. Als u een semestercursus van veertien weken geeft, komt dat neer op twee lessen per week. Pas het materiaal aan uw omstandigheden aan als u eenmaal per week lesgeeft. Raak niet ontmoedigd als u onvoldoende tijd hebt om alle aspecten in elk schriftuurblok of alle voorgestelde leerstellingen en beginselen te behandelen. Kies en behandel datgene waar uw cursisten het meest bij gebaat zijn.

Elk hoofdstuk heeft drie onderdelen:

  • Inleiding

  • Enkele leerstellingen en beginselen

  • Onderwijsideeën

Inleiding

De inleiding licht de hoofdthema’s uit het schriftuurblok toe.

Enkele leerstellingen en beginselen

Het onderdeel ‘Enkele leerstellingen en beginselen’ bevat een opsomming van de belangrijkste leerstellingen en beginselen in het desbetreffende schriftuurblok. In hoofdstuk 23, waarin Alma 1–4 wordt behandeld, worden de volgende leerstellingen en beginselen opgesomd:

  • Heiligen der laatste dagen moeten priesterlist mijden (zie Alma 1).

  • God zal ons sterken als we goddeloosheid weerstaan (zie Alma 2).

  • Hoogmoed wordt bestreden met een onvervalst getuigenis (zie Alma 4).

Behalve de leerstellingen en beginselen die in dit onderdeel worden genoemd, vindt u wellicht andere belangrijke waarheden waarin u zou willen onderwijzen. Beslis onder leiding van de Heilige Geest zorgvuldig welke van die aanvullende leerstellingen en beginselen u in uw les wilt behandelen. Houd echter in gedachte dat als een beginsel of leerstelling uit een schriftuurblok niet aan de orde komt in een bepaald hoofdstuk, het mogelijk in een ander hoofdstuk wordt geïntroduceerd met een schriftuurblok dat uitgebreider op het onderwerp ingaat.

Onderwijsideeën

Het onderdeel ‘Onderwijsideeën’ biedt specifieke ideeën voor elk punt onder ‘Enkele leerstellingen en beginselen’. In sommige hoofdstukken bevat het onderdeel ‘Onderwijsideeën’ ook ideeën voor belangrijke kwesties die niet onder ‘Enkele leerstellingen en beginselen’ staan.

Ieder lesidee wordt voorafgegaan door dit pictogram: . Hoewel sommige ideeën naadloos in elkaar over gaan, kunt u ze onafhankelijk van elkaar gebruiken.

Deze ideeën dienen als leidraad voor uw lesvoorbereiding en u kunt ze aanpassen aan de behoeften van uw cursisten. Denk eraan dat het uw verantwoordelijkheid is onder leiding van de Geest les te geven, zodat de cursisten inzicht krijgen in leerstellingen en beginselen. U hoeft niet alle leerstof te behandelen. Belangrijker is het dat u, binnen de beperkingen van uw onderwijssituatie, oog hebt voor de behoeften van de cursisten en hun probeert begrip te geven van het schriftuurblok.

Door het hele boek heen worden de kernteksten voorafgegaan door dit pictogram: . Op p. 4 staan alle honderd kernteksten. Als de cursisten aan het seminarie hebben deelgenomen, zijn ze vertrouwd met deze leerstellig belangrijke schriftuurplaatsen. Als u in de les bij een van die kernteksten komt, kunt u de cursisten laten vertellen waarom die tekst belangrijk voor hen is. Moedig ze aan deze teksten (nogmaals) uit hun hoofd te leren en meer inzicht in deze teksten te krijgen. Ouderling Richard G. Scott van het Quorum der Twaalf Apostelen heeft gezegd: ‘Ik stel voor dat u schriftuurplaatsen uit uw hoofd leert die u raken en die uw ziel met begrip vervullen. Als schriftuurplaatsen gebruikt worden zoals de Heer ze heeft laten optekenen, dan hebben ze een kracht in zich die niet over te brengen is als u ze in uw eigen woorden weergeeft’ (Conference Report, oktober 1999, p. 112; of Ensign, november 1999, pp. 87–88).

Andere onderwijsmiddelen

Boek van Mormon — cursistenboek (godsdienst 121–122) (bestelnummer 32506 120). Elk hoofdstuk in het cursistenboek bevat de onderdelen ‘Stof tot nadenken’ en ‘Voorgestelde taken’. De vragen in het onderdeel ‘Stof tot nadenken’ en de oefeningen in het onderdeel ‘Voorgestelde taken’ bieden de cursisten de kans om hun begrip te vergroten en de beginselen van de Schriften toe te passen.

In verschillende onderwijsideeën in dit leerkrachtenboek wordt u doorverwezen naar het cursistenboek. Overweeg het cursistenboek in elke les te gebruiken om ideeën, vragen en taken uit te werken.

Meegeleverde dvd. Bij dit leerkrachtenboek zit een dvd. Op de dvd staan audio- en videoclips van hedendaagse profeten en andere algemene autoriteiten en algemene functionarissen van de kerk met raadgevingen die in het cursistenboek en leerkrachtenboek worden geciteerd. In dit boek worden de citaten die op de dvd staan voorafgegaan door dit pictogram: A. De dvd is onderverdeeld volgens de hoofdstukken in dit boek. De letter in het pictogram verwijst naar de opname op de dvd.

Woorden van hedendaagse profeten, algemene autoriteiten, en algemene functionarissen van de kerk. Wij raden u aan om wanneer u toespraken bestudeert die in de algemene conferentie zijn gehouden te letten op leringen die u en uw cursisten meer inzicht in de Schriften geven, zodat die beter kunnen worden toegepast.

Andere kerkelijke publicaties. In dit boek wordt veelvuldig uit andere goedgekeurde kerkelijke publicaties geciteerd, zoals de Bible Dictionary, de Gids bij de Schriften (scriptures.lds.org), Trouw aan het geloof: evangeliewijzer (bestelnummer 36863 120), en Voor de kracht van de jeugd: onze plicht jegens God vervullen (boekje, bestelnummer 36550 120).

Het gebruik van dit boek

U bereidt uw lessen voor met de Schriften als uw belangrijkste bron. Dit boek helpt u om uw cursisten uit de Schriften les te geven.

U kunt dit leerkrachtenboek op drie manieren gebruiken:

  1. U kunt de onderwijsideeën in dit boek nauwgezet volgen.

  2. U kunt dit boek als leidraad bij de studie gebruiken om u een idee te geven van de beginselen en thema’s die u in uw les kunt behandelen.

  3. U kunt dit boek als hulpbron gebruiken ter aanvulling van de ideeën die u krijgt terwijl u de schriftuurblokken bestudeert.

Beslis welke stof u wilt behandelen

Kies uit elk schriftuurblok de leerstellingen, beginselen en gebeurtenissen die voor uw cursisten het meest van belang zijn. Laat u leiden door de ingevingen van de Geest en de behoeften van uw cursisten bij uw keuze van de onderwerpen. Bestudeer het schriftuurblok grondig en noteer de leerstellingen, beginselen, gebeurtenissen, en moeilijke woorden of zinsneden die u uw cursisten duidelijk wilt maken. U zult er baat bij hebben als u het schriftuurblok meerdere keren leest.

U bent niet verplicht om alle voorgestelde leerstellingen en beginselen in elk hoofdstuk te behandelen. Sterker nog: u zult merken dat u daar niet genoeg tijd voor hebt. Ouderling Richard G. Scott geeft deze raad: ‘Bedenk dat het niet uw grootste prioriteit is om al het materiaal door te nemen, als dat betekent dat de leerlingen het niet voldoende in zich op kunnen nemen. Doe wat u kunt om de studenten de stof te laten begrijpen.’ (‘To Understand and Live Truth’, toespraak voor leerkrachten van de kerkelijke onderwijsinstellingen, 4 februari 2005, p. 2, ldsces.org).

Beslis hoe u de stof wilt behandelen

Houd bij uw keuze van onderwijsmethoden rekening met de geestelijke volwassenheid van uw cursisten. In een toespraak tot seminarie- en instituutsleerkrachten heeft president J. Reuben Clark jr. (1871–1961) van het Eerste Presidium verklaard: ‘U hoeft deze geestelijk ervaren jongeren niet ongemerkt te besluipen om hen godsdienst in te fluisteren’ (De uitgezette koers voor het kerkelijk onderwijs, herziene uitgave [boekje, 1994], p. 9).

Daar veel van uw cursisten geestelijk volwassen zijn, dient u ervan uit te gaan dat zij hun studie serieus zullen nemen. Help ze inzien dat zij verantwoordelijk zijn voor wat ze leren. De volgende ideeën kunnen daarbij nuttig zijn:

  • Raad ze aan het te behandelen schriftuurblok en de stof in het cursistenboek vóór elke les te lezen. Help ze bovendien een gewoonte te maken van dagelijkse schriftstudie. Moedig ze aan het Boek van het Mormon hun verdere leven te bestuderen.

  • Geef hun de gelegenheid om vragen te stellen en te beantwoorden. Goede vragen zullen ze helpen om verantwoordelijkheid te nemen voor wat ze leren. Laat ze niet alleen de leerstellingen en beginselen in het Boek van Mormon overdenken, maar moedig ze aan uitleg te geven, hun visie te geven, en getuigenis te geven van de waarheden die ze leren. Schep een situatie waarin de cursisten weten dat er van hun verwacht wordt dat ze luisteren en spreken. Bied ze volop de kans om elkaar op te bouwen (zie LV 88:122).

  • Zorg ervoor dat niet alleen u aan het woord bent. Maar zet de cursisten aan het werk. Open hun ogen voor zaken die u en anderen zien — en zelfs voor zaken die u nooit zijn opgevallen. Denk aan de woorden van ouderling David A. Bednar van het Quorum der Twaalf Apostelen: ‘Ik heb een gemene deler ontdekt in de leerkrachten die de grootste invloed op mijn leven hebben gehad. Ze hebben mij geholpen om te leren door geloof. Ze weigerden om mij hapklare antwoorden op moeilijke vragen te geven. Sterker nog, ze hebben me nooit enig antwoord gegeven. Maar ze hebben me wel de weg gewezen en me geholpen om mijn eigen antwoorden te vinden. Ik kon die aanpak niet altijd waarderen, maar de ervaring heeft mij geleerd dat een antwoord van een ander doorgaans niet lang blijft hangen, als het al blijft hangen. Maar een antwoord dat we zelf ontdekken door ons geloof te oefenen, blijft ons ons hele leven bij’ (‘Seek Learning by Faith’, toespraak voor leerkrachten van de kerkelijke onderwijsinstellingen, 3 februari 2006, p. 5, ldsces.org). Liever dan een lezing te houden waarin u informatie overdraagt, dient u gebruik te maken van onderwijsmethoden die uw cursisten meer begrip van de Schriften zullen geven, doordat ze zelf leerstellingen en beginselen gaan herkennen.

  • Moedig de cursisten aan om naar de geleerde beginselen te leven. Zorg dat ze zich de manier van leren eigen maken die ouderling Bednar omschreef — een manier van leren die ‘veel verder gaat dan cognitief leren en het onthouden en ophoesten van details en informatie’ en die ‘ons ertoe aanzet om de natuurlijke mens af te leggen (zie Mosiah 3:19), [en] ons hart te veranderen (zie Mosiah 5:2)’ (‘Seek Learning by Faith’, p. 3). Als u nadenkt over hoe u de leerstellingen en beginselen gaat behandelen, overweeg dan ook hoe u de cursisten kunt aanmoedigen om hun leerervaring buiten de klas voort te zetten.

De lessen aanpassen aan studenten met een handicap

Als u cursisten met een handicap in uw klas hebt, dient u de lessen aan hun behoeften aan te passen. In veel lessen wordt bijvoorbeeld van de cursisten gevraagd om iets (voor) te lezen en antwoorden op te schrijven. U kunt dergelijke oefeningen aanpassen voor cursisten die moeite hebben met lezen of schrijven, door bijvoorbeeld zelf voor te lezen, andere cursisten te laten voorlezen of gebruik te maken van audio-opnamen. Van schriftelijke oefeningen kunt u mondelinge oefeningen maken.

Voor meer ideeën en hulpbronnen raadpleegt u de sectie ‘Adapted Classes and Programs for Students with Disabilities’ in het beleidsboek van CES.

Kernteksten

Oude Testament

Nieuwe Testament

Boek van Mormon

Leer en Verbonden

Mozes 1:39

Matteüs 5:14–16

1 Nephi 3:7

LV 1:37–38

Mozes 7:18

Matteüs 16:24

1 Nephi 19:23

LV 8:2–3

Abraham 3:22–23

Matteüs 16:15–19

2 Nephi 2:25

LV 10:5

Genesis 1:26–27

Matteüs 25:40

2 Nephi 2:27

LV 14:7

Genesis 39:9

Lucas 24:36–39

2 Nephi 9:28–29

LV 18:10, 15–16

Exodus 20:3–17

Johannes 3:5

2 Nephi 28:7–9

LV 19:16–19

Exodus 33:11

Johannes 7:17

2 Nephi 32:3

LV 25:12

Leviticus 19:18

Johannes 10:16

2 Nephi 32:8–9

LV 58:26–27

Deuteronomium 7:3–4

Johannes 14:15

Jakob 2:18–19

LV 58:42–43

Jozua 1:8

Johannes 17:3

Mosiah 2:17

LV 59:9–10

Jozua 24:15

Handelingen 7:55–56

Mosiah 3:19

LV 64:9–11

1 Samuël 16:7

Romeinen 1:16

Mosiah 4:30

LV 64:23

Job 19:25–26

1 Korintiërs 10:13

Alma 32:21

LV 76:22–24

Psalmen 24:3–4

1 Korintiërs 15:20–22

Alma 34:32–34

LV 82:3

Spreuken 3:5–6

1 Korintiërs 15:29

Alma 37:6–7

LV 82:10

Jesaja 1:18

1 Korintiërs 15:40–42

Alma 37:35

LV 84:33–39

Jesaja 29:13–14

Efeziërs 4:11–14

Alma 41:10

LV 88:123–24

Jesaja 53:3–5

2 Tessalonicenzen 2:1–3

Helaman 5:12

LV 89:18–21

Jesaja 55:8–9

2 Timoteüs 3:1–5.

3 Nephi 11:29

LV 121:34–36

Jeremia 16:16

2 Timoteüs 3:16–17

3 Nephi 27:27

LV 130:18–19

Ezechiël 37:15–17

Hebreeën 5:4

Ether 12:6

LV 130:20–21

Daniël 2:44–45

Jakobus 1:5–6

Ether 12:27

LV 130:22–23

Amos 3:7

Jakobus 2:17–18

Moroni 7:16–17

LV 131:1–4

Maleachi 3:8–10

Openbaring 14:6–7

Moroni 7:45

LV 137:7–10

Maleachi 4:5–6

Openbaring 20:12–13

Moroni 10:4–5

Geschiedenis van Joseph Smith 1:15–20