Instituut
Hoofdstuk 51: Ether 6–10


Hoofdstuk 51

Ether 6–10

Inleiding

In Ether 6–10 geeft Moroni een samenvatting van vele generaties Jaredieten. Dit overzicht in vogelvlucht maakt de gevolgen duidelijk van rechtschapenheid en goddeloosheid. Moroni’s waarnemingen en waarschuwingen kunnen ons behoeden voor de valkuilen waar de Jaredieten in vielen. De Heer bleef de Jaredieten oproepen om zich te bekeren en tot Hem te komen, en Hij blijft een beroep op ons doen om hetzelfde te doen, zodat Hij ons vrede en geluk kan schenken.

Enkele leerstellingen en beginselen

  • Door op de Heer te vertrouwen en zijn wil te doen, geeft Hij richting aan ons leven (zie Ether 6:1–12).

  • De profeten veroordelen goddeloosheid en waarschuwen voor gevaar (zie Ether 7:23–27; 9:28–31).

  • Geheime verenigingen proberen naties te vernietigen en de vrijheid teniet te doen (zie Ether 8; 9:26–27; 10:33).

Onderwijsideeën

Ether 6:1–12. Als wij op de Heer vertrouwen en zijn wil doen, geeft Hij richting aan ons leven

Vraag de cursisten Ether 6:1–12 te lezen en te letten op overeenkomsten tussen de reis van de Jaredieten naar het beloofde land en onze reis door de sterfelijkheid naar het celestiale koninkrijk. Stel voor dat ze woorden en zinsneden uit deze teksten noteren die op ons leven kunnen worden toegepast. Ze kunnen bijvoorbeeld vinden dat de wind die in de richting van het beloofde land waaide, vergeleken kan worden met de invloed van God in ons leven. Ze kunnen ook overeenkomsten overwegen met de stenen, het voedsel dat voor de reis werd meegenomen, de diepte van de zee, de boten of vaartuigen, en de Jaredieten zelf.

Als de cursisten voldoende tijd hebben gehad om te lezen en na te denken, vraagt u ze groepjes te vormen en daarin met elkaar te bespreken wat ze gevonden hebben. Laat elk groepje een woordvoerder aanwijzen die de ideeën van de groep klassikaal bespreekt. Bied de cursisten de kans om tijdens de discussie aanvullende leerstellingen en beginselen naar voren te brengen. Geef ze in overweging aantekeningen te maken van wat elke groep naar voren brengt.

  • Welke beginselen kunnen we uit de ervaringen van de Jaredieten leren?

  • Hoe kunnen die beginselen ons tot leidraad zijn om Gods leiding ten volle te benutten?

Ether 6:9. ‘Zij zongen de Heer lof toe’

Geef de cursisten de tijd om Ether 6:9 en 1 Nephi 18:9 te lezen.

  • Wat was het verschil tussen de zang in deze twee verzen? (Zie voor een andere vergelijking van beide verhalen p. 390 in het cursistenboek.)

  • Hoe komt het ons en anderen ten goede als we ‘de Heer lof toe[zingen]’?

Ether 6:12. ‘Zij (…) vergoten tranen van vreugde (…) wegens de overvloed van [Gods] tedere barmhartigheden’

Lees Ether 6:12 klassikaal.

  • Wat betekent het woord barmhartigheden voor u?

Als onderdeel van deze discussie kunt u de cursisten vragen het onderwerp ‘Barmhartigheid’ op pp. 12–13 in Trouw aan het geloof te lezen.

  • Hoe voegt het woord tedere betekenis toe aan het woord barmhartigheden?

  • Wat draagt het woord overvloed bij aan ons begrip van dit vers?

  • Wat deden de mensen toen zij in het beloofde land aankwamen? Hoe kunnen wij hun voorbeeld zoal volgen?

Geef de cursisten de tijd om na te denken over ‘de overvloed van [Gods] tedere barmhartigheden’ in hun leven. Vraag de cursisten na vervolgens of zij hier voorbeelden van kunnen geven.

Ether 6:17. ‘Hun werd geleerd ootmoedig voor het aangezicht des Heren te wandelen’

Vraag een cursist Ether 6:17 voor te lezen.

Vraag de cursisten naar daden en gedragingen van anderen waaruit blijkt dat die mensen ‘ootmoedig voor het aangezicht des Heren […] wandelen’. U kunt de antwoorden van de cursisten eventueel op het bord zetten.

  • Waarom dienen wij ‘ootmoedig voor het aangezicht des Heren te wandelen’ om ‘vanuit den hoge geleerd’ te worden?

  • Hoe kunnen we nederiger worden? Hoe kan denken aan onze relatie met de Heer ons nederiger maken?

  • Op welke problemen stuiten we als we nederig proberen te zijn? Hoe kunnen wij die problemen oplossen?

Ether 7:23–27; 9:28–31. De profeten veroordelen goddeloosheid en waarschuwen voor gevaar

Geef de cursisten de tijd om Ether 7:23–27 and 9:28–31 te lezen. Vraag ze overeenkomsten en verschillen in deze twee verhalen op te zoeken. Bespreek de volgende vragen:

  • Wat zou iemand ertoe kunnen brengen om de waarschuwingen van een profeet te aanvaarden dan wel te verwerpen?

  • Welke waarschuwingen hebben we van onze huidige profeet gekregen?

  • Welke voorbeelden kunt u geven van mensen die gezegend worden omdat ze acht hebben geslagen op de waarschuwingen van de profeet? (Moedig de cursisten aan voorbeelden uit hun eigen leven of uit dat van mensen die zij kennen te geven.)

Ether 8; 9:26–27; 10:33. Geheime verenigingen proberen naties te vernietigen en de vrijheid teniet te doen

Vraag de cursisten de leerstof voor Helaman 6:18–40 op pp. 283–284 in het cursistenboek door te nemen, hetzij individueel of klassikaal. In deze leerstof worden geheime verenigingen beknopt uitgelegd.

Leg uit dat de profeet Moroni, terwijl hij de Jareditische geschiedenis samenvatte, de hedendaagse lezers waarschuwde voor het gevaar van geheime verenigingen. Laat de cursisten het resumé van Ether 8 lezen. Bespreek daarna aan de hand van Ether 8:20–26 enkele of alle van de volgende vragen:

  • Moroni zei dat geheime verenigingen de ondergang van zowel de Jareditische als de Nephitische beschaving tot stand brachten (zie de verzen 20–21). Waarom zouden geheime verenigingen zo verwoestend zijn?

  • Hoe kunnen personen of naties geheime verenigingen hun steun geven? (Zie vers 22.)

  • Waarom zou Moroni over de afschuwelijke gevolgen van geheime verenigingen hebben geschreven? (Zie de verzen 23–26.)

  • Hoe zijn geheime verenigingen een vervalsing van de ware verbonden met God?

Laat de cursisten Ether 9:26–27 en 10:33 lezen.

  • Waarom zou de Jareditische beschaving, zelfs na perioden van rechtschapenheid, ten prooi zijn gevallen aan geheime verenigingen?

  • Welke eigenschappen kunnen we ontwikkelen die ons wapenen tegen geheime verenigingen? (De cursisten kunnen antwoorden met: persoonlijke onkreukbaarheid, liefde voor de Heer, en liefde voor de geboden Gods.)

Laat de cursisten Helaman 6:37 en 3 Nephi 5:4–6 lezen.

  • Wat is de beste manier om een samenleving te ontdoen van geheime verenigingen?

Ether 10. Leiders kunnen een samenleving met hun invloed goddeloos of rechtschapen maken

Leg uit dat Moroni in Ether 10 in slechts 34 verzen verschillende generaties samenvat. Sommige koningen waren rechtschapen, wat leidde tot voorspoed en vrede voor het volk; andere waren goddeloos en brachten het volk ellende. Het is niet waarschijnlijk dat de samenleving snel van rechtschapenheid tot goddeloosheid verviel of snel van goddeloosheid naar rechtschapenheid overschakelde bij de wisseling van hun koningen. Het is eerder zo dat de veranderingen geleidelijk plaatsvonden.

Gebruik het volgende aanschouwelijke onderwijs om dit te illustreren. Het is verstandig om dit vóór de les uit te proberen.

Laat een glas zien dat halfvol is met schoon water.

Vraag een cursist Ether 10:5 voor te lezen. Voeg een druppel donkere kleurstof toe aan het water.

Laat een cursist Ether 10:9–11 voorlezen. Voeg nog een druppel kleurstof toe aan het water.

Vraag een cursist Ether 10:13 voor te lezen. Voeg nogmaals een druppel kleurstof toe aan het water.

Leg uit dat net als een samenleving met goddeloze leiders geleidelijk aan goddeloos wordt, een samenleving met rechtschapen leiders evenzo geleidelijk aan rechtschapener kan worden. Laat een cursist Ether 10:16 voorlezen. Voeg dan wat bleekwater toe aan het vervuilde water. Herhaal dit bij vers 17 en daarna bij de verzen 18–19. (Aan het eind zou het water weer schoon moeten zijn.)

  • Welke beginselen worden ons uit dit aanschouwelijk onderwijs duidelijk? Hoe waren deze beginselen van toepassing op de Jaredieten? Hoe gelden die tegenwoordig voor samenlevingen?

  • Welke invloeden in onze samenleving kunnen ons leven onrein maken? Wat kunnen we doen om ons leven rein te houden?

Besluit de les door te benadrukken dat we onder alle omstandigheden gelukkig kunnen zijn als we een rechtschapen leven leiden.