Seminarie
Les 142: Leer en Verbonden 133:36–74


Les 142

Leer en Verbonden 133:36–74

Inleiding

In deze les wordt het tweede gedeelte van Leer en Verbonden 133 behandeld. Joseph Smith ontvangt deze openbaring op 3 november 1831. De afdeling beantwoordt de vragen van zendelingen over de verkondiging van het evangelie en de vergadering van Israël. De openbaring beschrijft ook de wederkomst van de Heiland, met een uitleg hoe we ons daarop moeten voorbereiden.

Lessuggesties

Leer en Verbonden 133:36–40

De Heer verklaart dat het herstelde evangelie in de hele wereld verkondigd zal worden.

Begin de les met de volgende vraag:

  • Wanneer was je heel blij om iemand te zien? (Laat enkele cursisten over een ervaring vertellen. U kunt ook over een ervaring vertellen.)

Afbeelding
The Second Coming

Laat de plaat De wederkomst zien (Evangelieplatenboek [2009], nr 66; zie ook LDS.org).

  • Zijn jullie blij om de Heiland bij zijn wederkomst te zien? Waarom?

Leg uit dat de wederkomst van Jezus Christus voor sommige mensen een fijne en geweldige ervaring zal zijn, maar voor anderen een afschuwelijke ervaring. Getuig dat de Heiland hoopt dat alle mensen zich op zijn wederkomst zullen voorbereiden.

Vraag een cursist Leer en Verbonden 133:36–39 voor te lezen. Laat de klas meelezen en bewijzen opzoeken dat de Heiland hoopt dat alle mensen zich op zijn wederkomst zullen voorbereiden.

  • Welke bewijzen zie je in deze verzen dat de Heiland hoopt dat alle mensen zich op zijn wederkomst zullen voorbereiden? (Hij stuurde een engel [of engelen] om het evangelie op aarde te herstellen. Hij stuurt ook zijn dienstknechten over de hele wereld uit om het evangelie te prediken.)

  • Wie zijn de dienstknechten van God die de boodschap van het herstelde evangelie verkondigen? (Alle leden van de kerk zijn dienstknechten van God, met de verantwoordelijkheid om anderen over het evangelie te vertellen. U kunt de cursisten het volgende beginsel in hun Schriften laten noteren: Als dienstknechten van God kunnen we anderen aanmoedigen om zich op de wederkomst voor te bereiden door ze over het evangelie te vertellen.)

  • Hoe moeten we volgens vers 38 het evangelie verkondigen? Wat kan het betekenen om het evangelie ‘met luide stem’ te verkondigen? (Mogelijke antwoorden: we moeten het evangelie met moed en overtuiging verkondigen.)

Laat de cursisten Leer en Verbonden 133:40 doorlezen en opzoeken wat de dienstknechten van God nog meer zullen doen voordat de Jezus Christus terugkomt.

  • Wat zullen de dienstknechten van God volgens vers 40 doen voordat de Heiland terugkomt? (Ze zullen om de terugkeer van de Heiland bidden.)

Leer en Verbonden 133:41–56

Jezus Christus beschrijft zijn wederkomst

Vraag een cursist Leer en Verbonden 133:41–45 voor te lezen. Laat de klas meelezen en de zegeningen opzoeken die de mensen ontvangen die om de wederkomst van Jezus Christus bidden en op Hem wachten.

  • Wat belooft de Heer volgens vers 45 aan de mensen die op Hem wachten? (Als de cursisten antwoord hebben gegeven, zet u het volgende beginsel op het bord: De Heer heeft grote zegeningen voor de mensen die op Hem wachten.)

  • Wat houdt wachten op de Heer in? (Zorg ervoor dat de cursisten begrijpen dat ‘op de Heer wachten’ meer inhoudt dan slechts de tijd doorbrengen totdat Hij komt. Het betekent dat we ons moeten voorbereiden en aan zijn werk moeten deelnemen.)

Om de cursisten meer begrip bij te brengen van de manier waarop ze getrouw op de Heer kunnen wachten, laat u een cursist het volgende citaat van ouderling Jeffrey R. Holland van het Quorum der Twaalf Apostelen voorlezen: Laat de cursisten goed opletten wat we moeten doen terwijl we op de wederkomst wachten.

Afbeelding
Ouderling Jeffrey R. Holland

‘Tot wie zich zorgen maakt over de toekomst […]

‘God verwacht van jou dat je genoeg geloof en vastberadenheid hebt, genoeg vertrouwen in Hem, om in beweging te blijven, te blijven leven en je te blijven verheugen. Hij verwacht in feite dat je meer doet dan alleen de toekomst tegemoetzien (dat klinkt vrij grimmig en star); Hij verwacht van je dat je openstaat voor de toekomst en er vorm aan geeft – dat je er liefde voor opvat, je erin verheugt en genoegen schept in de geboden kansen.

‘God wil boven alles jouw gebeden beantwoorden en je dromen in vervulling laten gaan, zoals Hij altijd gedaan heeft. Maar dat kan Hij niet als je niet bidt en dat kan Hij niet als je niet droomt. Kortom, dat kan Hij niet als je niet gelooft.’ (‘Terror, Triumph, and a Wedding Feast’ [CES-devotional, 12 september 2004], 3, speeches.byu.edu.)

  • Wat moeten we volgens ouderling Holland doen terwijl we op de wederkomst wachten?

Laat de cursisten Leer en Verbonden 133:46–47 doorlezen en opzoeken wat er staat geschreven over sommige mensen die bij de wederkomst op aarde zullen zijn. De cursisten moeten begrijpen dat bij de wederkomst niet alle mensen zullen weten wie Jezus Christus is.

Laat een cursist Leer en Verbonden 133:48–49 voorlezen. Laat de klas meelezen en opzoeken hoe Jezus Christus er bij de wederkomst zal uitzien.

  • Wat is er kenmerkend aan de verschijning van de Heiland bij zijn wederkomst? (Hij zal in het rood zijn gekleed, en Hij zal in grote heerlijkheid verschijnen.)

Afbeelding
wine vat

Om de cursisten begrip bij te brengen van de rode kleding van de Heiland, wijst u op het woord wijnpers in vers 48. Laat de bijgaande afbeelding van een wijnpers zien, of teken er een op het bord. Leg uit dat in de oude wereld een wijnpers gebruikt werd om het sap uit de druiven te persen. Het vat werd met druiven gevuld, en verscheidene mensen stapten er in om met hun voeten op de druiven te stampen om het sap eruit te persen. Als ze op rode of paarse druiven stampten, kregen hun voeten en kleding een diepe rode kleur.

Vraag een cursist Leer en Verbonden 133:50–51 voor te lezen.

  • Hoe kunnen we met behulp van dit vers de gerechtigheid van de Heer beter begrijpen? (U moet de cursisten er wellicht aan herinneren dat de goddelozen die zich niet bekeren de vereisten van de gerechtigheid moeten ondergaan. Zij zullen de dag van de wederkomst niet verdragen [zie LV 38:8]. De rode kleur van de kleding van de Heiland vertegenwoordigt het bloed van de goddelozen die vernietigd worden als ze bij de wederkomst met gerechtigheid worden overgoten.)

Laat een cursist Leer en Verbonden 133:52–53 voorlezen. Laat de klas meelezen en opzoeken wat de rechtvaardigen zich bij de wederkomst zullen herinneren en wat zij zullen vermelden. Vraag de cursisten naar hun bevindingen.

  • Wat staat er in deze teksten over het mededogen van de Heiland?

Laat een cursist Leer en Verbonden 133:54–56 voorlezen. Laat de klas meelezen en opzoeken wie er bij de wederkomst met de Heiland zullen verschijnen.

  • Wie zullen er bij de wederkomst met de Heiland verschijnen? (De rechtvaardigen die vóór Jezus Christus hebben geleefd en al zijn herrezen, zullen in zijn heerlijkheid bij Hem zijn. Daarnaast zullen de rechtvaardigen die na Jezus Christus hebben geleefd en zijn gestorven, herrijzen en zich bij de Heiland en de anderen voegen. U wilt wellicht vermelden dat onze rechtvaardige familieleden die zijn gestorven daartoe behoren. De rechtvaardigen die nog op aarde leven zullen ‘opgenomen worden’ om de Heiland te ontmoeten [zie 1 Thessalonicenzen 4:17; LV 109:75].)

Leer en Verbonden 133:57–74

Het evangelie zal worden verkondigd om de aarde op de wederkomst van Jezus Christus voor te bereiden.

Deel de cursisten op in groepjes van twee. Laat ze de volgende vragen in hun groepje bespreken:

  • Wat heb je van Leer en Verbonden 133 over de wederkomst van de Heiland geleerd? Wat voel je als je aan die gebeurtenissen denkt?

Als de cursisten deze vragen hebben besproken, laat u ze Leer en Verbonden 133:57–62 in hun goepje bestuderen en beginselen opzoeken waaruit blijkt dat het evangelie vóór de wederkomst van de Heiland zal worden verkondigd. Vraag enkele cursisten na verloop van tijd wat ze hebben geleerd.

Geef uw getuigenis dat we, als we het evangelie leren en naleven, op de wederkomst zullen zijn voorbereid.

  • Welke uiteindelijke zegen zullen we volgens vers 62 ontvangen? (Zet na de antwoorden van de cursisten het volgende beginsel op het bord: Wie zich bekeren en heiligen, zullen het eeuwig leven ontvangen.)

Om de cursisten dit beginsel aan een beginsel te laten verbinden dat ze eerder hebben geleerd, stelt u deze vraag:

  • Hoe kan dit beginsel in vers 62 verbonden worden aan het beginsel in Leer en Verbonden 133:45, waarin staat: ‘Welke grote dingen Gij hebt bereid voor hem die U verwacht’?

Vat Leer en Verbonden 133:63–74 samen door uit te leggen dat de Heer in deze verzen enkele gevolgen noemt als we ons niet bekeren en ons niet op de wederkomst voorbereiden. Enkele van deze gevolgen zijn: ‘uit het midden des volks afgesneden’ worden (LV 133:63) en ‘overgeleverd aan de duisternis’ zijn (LV 133:72), wat inhoudt dat de goddelozen die bij de wederkomst overlijden, naar de gevangenis in de geestenwereld of de hel zullen gaan (zie Gids bij de Schriften, ‘Hel,’ scriptures.lds.org).

Moedig de cursisten tot slot aan om in hun aantekenschrift of Schriftendagboek te noteren wat ze van Leer en Verbonden 133 hebben geleerd en waardoor hun begrip en getuigenis van de wederkomst van Jezus Christus is gesterkt. U kunt enkele cursisten vragen om aan de klas te vertellen wat ze hebben opgeschreven. Getuig van de beginselen die u hebt besproken.