Seminarie
Les 70: Leer en Verbonden 64:20–43


Les 70

Leer en Verbonden 64:20–43

Inleiding

Op 11 september 1831 ontvangt Joseph Smith de openbaring die in Leer en Verbonden 64 staat. Leer en Verbonden 64:20–43 bevat de leringen van de Heer aangaande de offers die Hij van de heiligen verlangt en aangaande de vestiging van Zion in de laatste dagen.

Noot: in deze les krijgen twee cursisten de kans om les te geven. Geef deze cursisten ruim van tevoren het materiaal, zodat zij voldoende tijd hebben om zich voor te bereiden. U kunt ook besluiten om de hele les zelf te geven.

Lessuggesties

Leer en Verbonden 64:20–25

De Heer verklaart dat Hij ons hart verlangt

Laat de cursisten bedenken of ze weleens offers hebben gebracht om de geboden van de Heer te gehoorzamen. (Bijvoorbeeld: op zondag niet deelnemen aan een sportactiviteit of iets dergelijks.) Laat een aantal cursisten iets over hun ervaringen vertellen en hoe dit offer hen tot zegen is geweest.

Leg uit dat de cursisten in Leer en Verbonden 64:20–43 meer te weten komen over de offers die de Heer van ons verlangt. Laat de volgende tabel zien. (U kunt deze tabel eventueel vóór de les al op het bord zetten.)

Isaac Morley (LV 64:20)

Frederick G. Williams (LV 64:21)

Gebod

Antwoord

Resultaat

Leg uit dat Isaac Morley de eigenaar van een grote boerderij in Kirtland (Ohio) was. Hij was erg vrijgevig en liet veel leden van de kerk, onder wie Joseph Smith met zijn gezin, op de boerderij wonen. Laat een cursist Leer en Verbonden 64:20 voorlezen. Laat de klas meelezen en nagaan wat Isaac Morley van de Heer met zijn boerderij moest te doen.

  • Wat moest Isaac Morley van de Heer met zijn boerderij doen? (Nadat de cursisten geantwoord hebben, schrijft u Zijn boerderij verkopen in de tabel om aan te geven wat de Heer Isaac Morley gebood.)

Wijs erop dat de Heer Isaac Morley gebood om een groot offer te brengen. De opbrengst van de verkoop van de boerderij zou voornamelijk gebruikt worden om grond te kopen voor andere kerkleden in Independence (Missouri).

  • Welke zegening beloofde de Heer Isaac Morley als hij zijn boerderij verkocht? (De Heer beloofde dat Isaac ‘niet [zou] worden verzocht boven hetgeen hij [kon] dragen’ als hij zijn boerderij verkocht.)

  • Welk beginsel kunnen we uit deze belofte afleiden aangaande het vermijden van verleiding? (De cursisten moeten het volgende beginsel vinden: als wij de wil van de Heer voor ons volgen, worden we niet verzocht boven hetgeen wij kunnen dragen.)

Leg uit dat Isaac Morley gehoor gaf aan Gods gebod om zijn boerderij te verkopen. Hij was een van de eerste heiligen die zich in Independence (Missouri) vestigden om Zion op te bouwen. Hij was zijn hele leven een trouwe dienstknecht van de Heer. Zet in de tabel Hij gehoorzaamde bij het antwoord van Isaac. Schrijf Hij werd gezegend in het vakje van het resultaat.

  • Hoe kunnen we verleiding zoal vermijden door de geboden en normen van de Heer te volgen? (U kunt een aantal voorbeelden uit het boekje Voor de kracht van de jeugd gebruiken.)

Wijs erop dat een andere man, Frederick G. Williams, ook een grote boerderij in Kirtland bezat. Laat de cursisten Leer en Verbonden 64:21 in stilte doornemen en nagaan welk gebod de Heer aan Frederick G. Williams gaf.

  • Wat moest Frederick G. Williams van de Heer met zijn boerderij doen? (Laat de cursisten antwoorden en zet vervolgens Zijn boerderij niet verkopen in het juiste vakje van de tabel.)

Laat een cursist de volgende alinea voorlezen waarin wordt uitgelegd wat Frederick G. Williams met zijn boerderij deed:

Hoewel Frederick G. Williams zijn boerderij niet hoefde te verkopen, was hij wel gewillig om offers te brengen. Hij vertelde Joseph Smith dat noodlijdende kerkleden in de boerderij onderdak en voedsel zouden krijgen. Later schonk Frederick de hele boerderij aan de kerk en hij vroeg er niets voor terug. Dankzij de offers van Frederick G. Williams en andere trouwe heiligen in Ohio kon de Heer ‘een sterkte in het land Kirtland handhaven voor een periode van vijf jaar’ (LV 64:21). In deze periode bouwden de heiligen de Kirtlandtempel, wat een bron van grote zegeningen was voor de heiligen, onder wie broeder Williams.

Vul de tabel op het bord aan door in de kolom van Frederick G. Williams Hij gehoorzaamde en Hij werd gezegend te schrijven.

  • Wat kunnen we over gehoorzaamheid en opoffering afleiden uit het voorbeeld van Isaac Morley en Frederick G. Williams? (Vat de antwoorden van de cursisten samen en zet het volgende beginsel op het bord: Wij worden gezegend als wij de Heer gehoorzamen en de offers brengen die Hij van ons verlangt.)

Leg uit dat de offers van Isaac Morley en Frederick G. Williams nog op een ander offer wijzen dat de Heer van hen en van ons vraagt. Laat een cursist Leer en Verbonden 64:22 voorlezen. Laat de klas nagaan welk offer de Heer van ons eist.

  • Welk offer verwacht de Heer volgens vers 22 van ons? (Maak de cursisten de volgende leer duidelijk: De Heer verlangt ons hart. Laat de cursisten deze waarheid in hun Schriften markeren.)

  • Wat zou het betekenen dat de Heer ons hart verlangt?

  • Hoe lieten Isaac Morley en Frederick G. Williams zien dat ze bereid waren hun hart aan de Heer te geven? Ken je nog andere mensen die hun hart aan de Heer hebben gegeven? (Wijs erop dat de cursisten voorbeelden kunnen noemen van mensen uit de Schriften of van mensen die ze kennen.)

  • Hoe kunnen we aan de Heer laten zien dat we bereid zijn Hem ons hart te geven?

Laat een cursist Leer en Verbonden 64:23–25 voorlezen en laat de klas nagaan met welk gebod we kunnen laten zien dat we ons hart aan de Heer hebben gegeven.

  • Welk gebod heeft de Heer aan zijn volk gegeven? (Betaal tiende. Leg uit dat de heiligen in die tijd het woord tiende gebruikten voor al hun bijdragen aan de kerk. Ongeveer zeven jaar later openbaarde de Heer dat de tiende ‘jaarlijks een tiende deel van al [onze] opbrengsten’ is [LV 119:4].) In welk opzicht tonen wij dat we ons hart aan de Heer hebben gegeven door tiende te betalen?

  • Wat belooft de Heer volgens vers 23 aan hen die tiende betalen?

Leg uit dat de Heer ons ook nu zegent als wij tiende betalen, ook al heeft de belofte in vers 23 betrekking op de toekomst. Vraag de cursisten of zij willen vertellen hoe zijzelf of hun familieleden zijn gezegend omdat ze hun tiende hebben betaald.

Leer en Verbonden 64:26–43

De Heer geeft instructies voor de vestiging van Zion

Vat Leer en Verbonden 64:26–43 samen: In deze verzen geeft de Heer instructies voor de vestiging van Zion. De rest van de les is opgesteld om door cursisten gegeven te worden. Laat de eerste cursist-leerkracht naar voren komen om de les over te nemen.

Cursist-leerkracht 1 – Leer en Verbonden 64:26–33

Begin met het stellen van de volgende vraag:

  • Heb je weleens een moeilijke of overweldigende opdracht gekregen? (Nadat de cursisten hebben gereageerd, kunt u desgewenst zelf ook over een ervaring vertellen.)

Leg uit dat de Heer de heiligen in augustus 1831 de enorme opdracht gaf om geld te verzamelen zodat ze de nodige grond konden kopen om de stad Zion in Jackson County (Missouri) te bouwen. De heiligen wisten dat ze hard moesten werken om de stad en de tempel te bouwen zo gauw ze de grond hadden gekocht.In Leer en Verbonden 64:26–30 lezen we wat de Heer twee van zijn dienstknechten, Newel K. Whitney en Sidney Gilbert, gebood. Hij gebood hun om hun winkel in Kirtland (Ohio) te gebruiken om in de noden van de heiligen te voorzien. Dit is een voorbeeld van de manier waarop de heiligen offers moesten brengen en aan de bouw van Zion moesten bijdragen.

Laat een cursist Leer en Verbonden 64:31–33 voorlezen. Laat de klas meelezen en nagaan door welke zinsneden de heiligen zich misschien aangemoedigd voelden toen ze probeerden de enorme taak om Zion te bouwen, te volbrengen.

  • Welke zinsneden moedigden deze heiligen aan? (Als de cursisten zinsneden noemen, vraagt u hoe ze die woorden op zichzelf kunnen toepassen.)

Zet na de bespreking van deze verzen het volgende beginsel op het bord: Als wij ijverig het goede doen, kunnen we grootse dingen verwezenlijken. Getuig van dit beginsel. U kunt ook vertellen hoe u hebt geleerd dat dit beginsel waar is.

Cursist-leerkracht 2 – Leer en Verbonden 64:34–43

Laat de cursisten bedenken of ze weleens met een negatieve houding een ouder, kerkleider, leraar of trainer hebben gehoorzaamd. Laat een cursist Leer en Verbonden 64:34 voorlezen. Laat de klas meelezen en zoeken naar woorden die omschrijven met welke houding we de Heer dienen te gehoorzamen.

  • Welke woorden geven aan hoe wij tegenover gehoorzaamheid dienen te staan?

Laat de cursisten antwoorden en zet dan het volgende beginsel op het bord: Wij dienen de Heer met ons hart en met een gewillige geest te gehoorzamen.

  • Wat zou het betekenen om de Heer met ‘het hart en een gewillige geest’ te gehoorzamen?

Laat de cursisten bedenken of ze de Heer weleens met hun hart en met een gewillige geest hebben gehoorzaamd.

  • Was dat anders dan de keren dat je tegen je zin hebt gehoorzaamd? (U kunt ook over iets vertellen dat u zelf hebt meegemaakt.)

Wijs erop dat zij die de Heer met hun hart en een gewillige geest gehoorzamen volgens vers 34 in de laatste dagen de zegeningen van Zion zullen genieten. Laat een cursist Leer en Verbonden 64:41–43 voorlezen. Laat de klas meelezen en nagaan wat er over de vestiging van Zion in onze tijd wordt gezegd. Om de cursisten duidelijk te maken wat deze verzen betekenen, wijst u erop dat Zion in de laatste dagen wordt gevestigd in alle natiën waar mensen de Heer met hun hart en met een gewillige geest gehoorzamen.

Getuig dat het belangrijk is de Heer met je hart en een gewillige geest te gehoorzamen. Laat de cursisten bedenken hoe ze de Heer meer met hun hart en een gewillige geest kunnen gehoorzamen. Moedig hen aan om na te gaan hoe die gehoorzaamheid hun leven verandert.

Noot: als de cursist-leerkrachten klaar zijn met hun deel van de les, bedankt u hen voor hun inspanningen. Getuig dat de beloofde zegeningen het waard zijn om de Heer te gehoorzamen en de offers te brengen die Hij van ons verlangt. Laat een cursist de les samenvatten en uitleggen hoe hij of zij de beginselen die vandaag aan bod zijn gekomen, gaat toepassen.

Toelichting en achtergrondinformatie

Leer en Verbonden 64:20. Isaac Morley moet zijn boerderij verkopen

Toen de Heer de openbaring in Leer en Verbonden 64 gaf, was Isaac Morley in Missouri, maar hij had zijn zwager, Titus Billings, volmacht gegeven. Daarom kreeg Titus Billings eveneens de opdracht om de boerderij te verkopen (zie LV 63:39). In oktober 1831 verkocht Titus Billings ongeveer 32 hectare van de boerderij van Isaac Morley aan Richie en Hercules Carrell. (De locatie van de boerderij van Isaac Morley vindt u terug op Kaart 4, ‘Kirtland [Ohio], 1830–1838’ van de Kaarten Kerkgeschiedenis.)