2002
Pa, bent u wakker?
November 2002


Pa, bent u wakker?

Vragen uw zoons zich ooit af of u slaapt als het gaat om zaken die voor hen heel belangrijk zijn?

Kort geleden hadden ouderling Pace, ouderling Condie en ik een gesprek met het Eerste Presidium. Toen we de kamer binnenkwamen keek president Hinckley goed naar ons en zei toen met een glimlach: ‘Hoe komt het dat drie grijze, oude mannen het jongemannenpresidium van deze kerk vormen?’ Wij antwoordden slechts: ‘Omdat u ons heeft geroepen, president.’

Jongemannen, wij hopen dat jullie enthousiast zijn over het programma ‘Aäronische priesterschap — onze plicht jegens God vervullen’. Het is ingevoerd bij de gehele Aäronische priesterschap over de hele wereld. Het is bedoeld om jullie geestelijk, lichamelijk, sociaal en verstandelijk tot zegen te zijn. De vereisten zijn zinvol en zullen het uiterste van je vergen. Je kunt persoonlijke doelen stellen en ze verwezenlijken met de hulp van je ouders en je geweldige leiders. Overal in de kerk is men er heel enthousiast over. Wij willen dat jullie je allemaal kwalificeren voor de begeerde onderscheiding ‘Plicht jegens God’, en die ook ontvangen.

Lang geleden ging ik met onze enige zoon voor het eerst kamperen en vissen — hij was nog jong. Het ravijn was steil, en de afdaling moeilijk. Maar het vissen ging goed. Elke keer als ik beet had, gaf ik de hengel aan de enthousiaste jongen en met vreugdekreten haalde hij een mooie zalm op. In de schaduw en de koelte van de namiddag begonnen we aan onze klim terug naar boven. Hij klauterde voor me uit de berg op, en riep uitdagend: ‘Kom op, pa, ik wed dat ik het eerst boven ben.’ Ik hoorde zijn uitdaging wel, maar negeerde die wijselijk. Het leek wel of zijn lichaampje letterlijk over, onder en rondom elk obstakel vloog, en terwijl elke stap die ik deed dwaas genoeg mijn laatste leek, stond hij mij op de top aan te moedigen. Na het avondeten knielden we neer om te bidden. Zijn stemgeluidje steeg zachtjes op naar de hemel terwijl hij dankte voor de dag. Toen kropen we in onze tweepersoonsslaapzak, en na wat duwen en trekken kwam hij met zijn kleine lichaam tegen me aan liggen voor warmte en veiligheid in de nacht. Terwijl ik naar mijn zoon naast me keek, voelde ik plotseling een golf van liefde met zoveel kracht door mijn lichaam stromen, dat er tranen in mijn ogen schoten. En precies op dat moment sloeg hij zijn armpjes om me heen en zei: ‘Papa.’

‘Ja, jongen.’

‘Bent u wakker?’

‘Ja hoor, ik ben wakker.’

‘Pa, ik hou heel veel van u!’

En onmiddellijk viel hij in slaap. Maar ik lag nog tot diep in de nacht wakker en uitte mijn grote dankbaarheid voor zulke fantastische zegeningen, belichaamd in zo’n kleine jongen.

Nu is mijn zoon een man. Hij heeft zelf een zoon. Af en toe gaan we met z’n drieën vissen. Ik kijk naar mijn roodharige kleinzoon naast zijn vader en in gedachten zie ik dat prachtige moment van lang geleden. Die zo naïef gestelde vraag: ‘Pa, bent u wakker?’ klinkt nog na in mijn hart.

Aan elke vader stel ik diezelfde doordringende vraag: ‘Vader, bent u wakker?’ Vragen uw zoons zich ooit af of u slaapt als het gaat om zaken die voor hen heel belangrijk zijn? Ik zou zeggen dat er diverse gebieden zijn die aangeven of we ‘wakker’ zijn of ‘slapen’ in de ogen van onze zoons.

Ten eerste: onze liefde voor God en de aanvaarding van onze rol als leider van het gezin bij het onderhouden van zijn geboden. Enige jaren geleden kreeg ik na een ringconferentie de ingeving om een broeder in de priesterschap te bezoeken die de kerk had verlaten. Hij was in zijn tuin bezig. Ik ging naar hem toe en zei: ‘Broeder, de Heer Jezus Christus heeft me gestuurd. Ik ben ouderling Hammond, een van zijn dienstknechten.’

We gaven elkaar een Latijnse abrazo [omhelzing] en gingen zijn mooie huisje binnen. Hij riep zijn vrouw en drie kinderen erbij. Twee knappe jongemannen en een mooi meisje kwamen naast hun ouders zitten. Ik vroeg de kinderen wat ze op dat moment het allerliefste zouden willen. De oudste zoon zei: ‘Als we maar weer met z’n allen, als gezin, naar de kerk konden, zouden we zo blij, zo dankbaar zijn.’ Wij zeiden hoezeer de Heiland hen nodig had en hoeveel Hij van hen hield. We gaven ons getuigenis en knielden toen neer om te bidden. De vader bad. De moeder huilde. Ze zijn nu helemaal terug in de kerk. De kinderen zijn trots op hun vader en ze zijn gelukkig.

Elke vader in de kerk behoort te functioneren als patriarch van zijn gezin. Hij behoort de leiding te nemen in geestelijke zaken. Hij delegeert zijn taken niet aan de moeder en maakt zich er niet vanaf. Hij behoort zijn gezinsleden bijeen te roepen voor het gezinsgebed, de gezinsavond, schriftstudie en persoonlijke gesprekken. Hij beschermt, verdedigt en disciplineert op een zachtmoedige manier. De vader behoort het gezin te leiden en tot een hechte eenheid te maken door het priesterschap van God te aanvaarden en gehoor te geven aan de roepingen en voorrechten die aan het priesterschap zijn verbonden. Zijn band met God en zijn Zoon Jezus Christus is een van de bakens die zijn zoons en dochters door de stormachtige gevaren van het leven loodsen.

Als de vader een echte discipel van Jezus Christus is, zullen de zoons hem volgen zoals de nacht volgt op de dag. ‘Pa, bent u wakker?’

Ten tweede: de band die we hebben met onze vrouw, hun moeder. Naast alles wat we doen, kan de manier waarop we met onze vrouw omgaan weleens de grootste invloed op het karakter van onze zoons hebben. Als een vader zich op wat voor manier dan ook schuldig maakt aan verbale of lichamelijke mishandeling van zijn partner, zullen zijn zoons hem dat kwalijk nemen, en hem misschien verachten. Maar helaas zullen ze, als ze volwassen en getrouwd zijn, waarschijnlijk hetzelfde met hun vrouw doen. Onze samenleving heeft dringend behoefte aan vaders die hun vrouw respecteren en haar vriendelijk, teder en liefdevol behandelen.

Onlangs hoorde ik dat een vader zo dwaas was om zijn mooie, intelligente vrouw ‘stom’ en ‘dom’ te noemen, op een hoogst vernederende manier en voor een foutje dat ze in onwetendheid had gemaakt. De kinderen luisterden, van hun stuk gebracht en bezorgd over hun moeder. Zij werd gekleineerd in aanwezigheid van wie zij het meest hield. Hoewel hij zijn excuses aanbood en zij hem vergaf, bleef er pijn en schaamte door dat gevoelloze moment.

We kunnen niet verwachten dat de Geest van de Heer ons zegent als we onze partner boos, harteloos en wreed blijven behandelen. We kunnen niet verwachten dat onze zoons respect en tederheid voor hun moeder ontwikkelen als wij niet het goede voorbeeld geven. President David O. McKay heeft gezegd: ‘Het belangrijkste wat een vader voor zijn kinderen kan doen, is van hun moeder houden.’ (Geciteerd uit Theodore Hesburgh, Reader’s Digest, januari 1963, blz. 25; in Richard Evans’ Quote Book [1971], blz. 11.) ‘Pa, bent u wakker?’

Ten derde: zorgen voor een rechtvaardige en liefdevolle discipline. Te vaak heffen we uit eigen frustratie en zwakheid onze hand op om onze kinderen te slaan, meestal in een poging om onze zelfzuchtige trots te beschermen. Elk kind heeft behoefte aan discipline. Ze hebben het niet alleen nodig, ze verwachten en willen het. Discipline geeft richting en leert zelfbeheersing aan, maar bij discipline hoort een rechtvaardig oordeel en reine liefde.

Als kleine jongen kreeg ik van mijn moeder, die weduwe was, eens de strengst mogelijke straf. Met tranen in haar ogen zei ze: ‘Jongen, ik ben zo teleurgesteld in je.’ De pijn in mijn hart was meer dan ik kon verdragen. Duizend zweepslagen hadden niet zoveel pijn gedaan. Ik wist dat zo’n berisping alleen uit haar reine liefde kon voortkomen, want als ik van iets zeker was, dan was het wel dat mijn moeder van me hield. Ik besloot dat ik nooit meer blootgesteld zou worden aan de teleurstelling en het gebroken hart van mijn engel van een moeder. Ik denk dat ik daarin geslaagd ben.

Met betrekking tot discipline: ‘Vader, bent u wakker?’

Vaders, als we willen dat onze zoons geestelijk en emotioneel volwassen worden, is het belangrijk dat we de problemen overwinnen die ik heb genoemd. Als dat lukt, zullen zij zich niet voor ons schamen, en ook niet voor zichzelf. Zij worden eerzame, liefdevolle mannen die respect hebben en bereid zijn de Heiland te dienen en hun wil aan Hem te onderwerpen. Dan zullen wij ons verheugen in het feit dat zij voor eeuwig bij ons horen. Zij zullen zeggen: ‘Pa, bent u wakker?’

Waarop wij antwoorden: ‘Ja, jongen, ik ben wakker.’

In de naam van Jezus Christus. Amen.