Les 16 Leerkrachtenmateriaal

Jezus Christus bedient ieder één voor één

Jezus Christus’ bezoek aan de Nephieten en Lamanieten is een krachtig getuigenis van zijn goddelijkheid. Toen Jezus ieder één voor één bediende, was Hij het toonbeeld van menslievendheid en medeleven. In deze les vraagt u de cursisten op welke manieren ze tot Christus kunnen komen en een dieper persoonlijk getuigenis kunnen krijgen dat Hij hun Heiland is. De cursisten overdenken ook wat ze kunnen doen om Jezus’ wijze van bediening over te nemen.

Leswijzers

De verrezen Christus verschijnt aan de Nephieten en Lamanieten en nodigt hen uit om de wonden in zijn handen en voeten aan te raken.

U kunt de les eventueel beginnen met het tonen van de bijgaande afbeelding en een cursist vragen welke gebeurtenissen voorafgingen aan het bezoek van Jezus Christus aan de Nephieten en Lamanieten.

Eén voor één, Walter Rane

U kunt de cursisten vragen het citaat van ouderling Jeffrey R. Holland in sectie 1 van het voorbereidend materiaal door te nemen, en ze vragen waarom de verschijning van Jezus Christus de belangrijkste gebeurtenis in het Boek van Mormon is.

Vraag de cursisten in 3 Nephi 11:13–17 op te zoeken welke lessen we uit de interactie van Christus met de mensen daar kunnen leren. Bepaal welke van de onderstaande vragen u zou kunnen stellen om uw cursisten meer begrip te geven, zodat ze wat ze leren in praktijk kunnen brengen:

• Wat komen we uit deze verzen over het karakter van Jezus Christus te weten?

• Hoe zou je je voelen als je de wonden in de handen en voeten van de Heiland mocht aanraken?

• Wat zegt het ons over de Heiland dat Hij het volk uitnodigde om één voor één de wonden in zijn handen en voeten aan te raken? (Zo nodig herinnert u de cursisten eraan dat er 2.500 mensen aanwezig waren.)

• Hoe zou deze interactie symbool kunnen staan voor wat Jezus Christus ieder van ons vraagt te doen? (Formuleer op basis van wat de cursisten antwoorden een waarheid als deze: Jezus Christus nodigt ons uit om tot Hem te komen en een persoonlijk getuigenis te krijgen dat Hij onze Heiland is.)

• Wat kunnen we doen om tot Christus te komen en zelf een getuigenis te krijgen dat Hij onze Heiland is? (Voor meer inzicht kan het voor de cursisten nuttig zijn om het citaat van ouderling Walter F. González in sectie 1 van het voorbereidend materiaal door te nemen.)

Vraag de cursisten de schrijfactiviteit ‘Je gedachten opschrijven’ in sectie 1 van het voorbereidend materiaal door te nemen. Geef de cursisten een paar minuten de tijd om door te lezen wat ze hebben opgeschreven. Nodig daarna een paar cursisten uit om te vertellen wat ze hebben opgeschreven. Als er nog tijd over is, kunt u één of twee cursisten vragen of ze aan de hand van een vers uit de lofzang die ze hebben gekozen, kunnen vertellen waarom die betekenis voor hen heeft. U kunt de lofzang ook samen zingen.

Ook kunt u eventueel de volgende vraag laten zien en de cursisten aanmoedigen om hun gedachten en gevoelens te overdenken en op te schrijven.

• Wat kan ik doen om mijn getuigenis dat Jezus Christus mijn Heiland is te verdiepen?

Jezus Christus bedient de menigte één voor één.

Herinner de cursisten eraan dat de Heiland aan het eind van de eerste dag die Hij onder het volk doorbracht, de menigte aanspoorde om naar huis te gaan en zich op zijn bezoek van de volgende dag voor te bereiden (zie 3 Nephi 17:1–3).

Ons onderwijs en de leerinteresse verbeteren

Moedig de cursisten aan het voorbeeld van de Heiland te bestuderen en na te volgen. President Dieter F. Uchtdorf, die toen lid van het Eerste Presidium was, heeft tegen seminarie- en instituutsleerkrachten gezegd: ‘Onze jonge mensen willen geloven; zij smachten naar meer kennis over de Heiland’ (‘A Teacher of God’s Children’, Religious Educator, jaargang 12, nr. 3 [2011], 7). Eén manier waarop de cursisten meer over de Heiland te weten kunnen komen, is zich te concentreren op zijn volmaakte voorbeeld. Nodig de cursisten uit om Jezus Christus’ voorbeeld te bestuderen, en te overdenken hoe ze Hem kunnen evenaren. Ouderling Neal A. Maxwell van het Quorum der Twaalf Apostelen heeft verklaard dat ‘deze evenaring onze verering van Jezus direct doet toenemen.’ (‘Becoming a Disciple’, Ensign, juni 1996, 12.)

Deel de klas op in groepjes. Vraag ze 3 Nephi 17:5–9, 20–24 door te nemen en te bespreken op welke manieren de Heiland de mensen bediende. Moedig de cursisten aan om tijdens hun bespreking ook te bedenken hoe ze de volgende verklaring kunnen afmaken: ‘We bedienen zoals de Heiland als …’

Als de cursisten voldoende tijd hebben gehad om van elkaar te leren, vraagt u ze hoe ze de onvolledige verklaring hebben afgemaakt. Eventueel kunt u tijdens deze bespreking een paar van de volgende vragen stellen om de bespreking te verdiepen:

• Welke rol speelt liefde in bediening? (Laat de cursisten eventueel het citaat van presidente Jean B. Bingham in sectie 2 van het voorbereidend materiaal nog eens doorlezen.)

• Waarom denk je dat bediening de Heiland zoveel vreugde gaf? Wanneer heb je weleens vreugde gevoeld toen je iemand in nood hielp?

• Waarom is medeleven tonen een belangrijk onderdeel van bediening? Wanneer heb je het medeleven van de Heiland gevoeld door iemands bediening? Hoe heb je zelf het medeleven van Christus voor anderen door jouw bediening overgebracht?

• Hoe kunnen we iemand de geneeskracht van de Heer laten voelen door onze bediening?

Om de cursisten te helpen toepassen wat ze over bediening hebben geleerd, kunt u eventueel het volgende scenario met hen doornemen:

Alexander is een jonge alleenstaande. Hem is gevraagd Paul en John te bedienen. Hij heeft in de kerk een paar keer met Paul gesproken, maar John heeft hij nog nooit gezien. Alexander spreekt met de quorumpresident ouderlingen en hoort dat Paul ziek is, en dat John heeft laten weten dat hij geen zin meer in kerkbezoek heeft. Alexander wil graag zijn roeping vervullen, maar hij heeft geen idee waar hij moet beginnen.

Vraag de cursisten welke raad ze Alexander met de Heiland als voorbeeld zouden geven. Moedig de cursisten ook aan om hun eigen ervaringen met bediening te bespreken.

Herinner de cursisten eraan dat hun in voorbereiding op deze les is gevraagd om aan iemand te denken die zij kunnen bedienen (zie sectie 2 van het voorbereidend materiaal). Vraag de cursisten de situatie van die persoon te overwegen. Laat ze daarna in een paar minuten de volgende vraag overdenken en hun indrukken opschrijven:

• Wat ga je doen om het voorbeeld van de Heiland te volgen en deze persoon menslievend en medelevend te bedienen?

Voor de volgende keer

Vraag de cursisten na te denken over de uitdagingen waar kerkleden of -onderzoekers mee te maken kunnen krijgen als ze zich niet geaccepteerd voelen door de andere leden van de kerk. Druk de cursisten op het hart om het voorbereidend studiemateriaal voor de volgende les te bestuderen en na te gaan hoe we anderen duidelijk kunnen maken dat er voor ieder van ons een plek in de Kerk van Jezus Christus is.