2021
Mantelzorger? Zorg ook goed voor uzelf
April 2021


Digitaal thema-artikel: getrouw ouder worden

Mantelzorger? Zorg ook goed voor uzelf

De auteur woont in Yamanashi (Japan).

Voor een ander zorgen kan veel van u vergen. Het is dan ook belangrijk om weer op krachten te komen wanneer u maar kunt.

Afbeelding
jonge vrouw helpt bejaarde vrouw

In Japan is het traditie dat de oudste zoon of dochter het ouderlijk huis erft en voor de ouders op leeftijd zorgt. De huwelijkspartner van deze zoon of dochter voelt zich natuurlijk ook verantwoordelijk voor de zorg aan zijn of haar schoonouders. Hoewel deze traditie aan het afbrokkelen is, leven veel families nog steeds op die manier. Dat kan tot conflicten leiden, ook al wordt er mantelzorg verleend.

Vermoeidheid van mantelzorgers

Dat was het geval voor de moeder van een voormalige collega van mij. De voortdurende eisen en klachten van de schoonmoeder ontnamen de mantelzorgster de motivatie om nog hulp te bieden. De mantelzorgster kreeg een hekel aan haar schoonmoeder. Ze wenste op een gegeven moment zelfs dat ze maar zou overlijden.

De mantelzorgster raakte geleidelijk aan lichamelijk en mentaal uitgeput. Ze werd zelf ziek. Als gevolg daarvan moest mijn collega vaak betaald verlof nemen of haar rooster aanpassen zodat zij op haar beurt voor haar moeder kon zorgen. Zij werd de mantelzorgster van een mantelzorgster.

Hoewel mantelzorgers van alle leeftijden vermoeid kunnen raken, doet het probleem zich vooral voor bij mensen van boven de 65, wanneer de ene oudere persoon voor een andere zorgt. Denk bijvoorbeeld aan iemand die voor zijn of haar partner zorgt. Uit onderzoek blijkt dat mantelzorgers van 66–96 jaar die gestrest zijn, 63 procent meer risico op overlijden hebben dan wie geen mantelzorger zijn.1

Steun voor mantelzorgers

Mantelzorgers hebben steun nodig bij de hulp die ze anderen bieden. Veel families hebben er iets op gevonden hoe ze een mantelzorger geweldig kunnen ondersteunen. De ouders van mijn vrouw woonden bijvoorbeeld in de buurt van de oceaan in het district Chiba (Japan). Maar toen ze ouder werden, begonnen hun kinderen zich zorgen te maken over hun gezondheid.

Een van de oudste dochters vroeg ze om dichter bij haar te komen wonen, in Osaka, waar zij mantelzorg zou verlenen. Maar alle kinderen droegen hun steentje bij om hun ouders en hun zus te steunen. Ze zochten bijvoorbeeld een woning en knapten die op, verdiepten zich in de behoeften van hun ouders en respecteerden hun onafhankelijkheid. Zo konden ze volop vreugde en geluk in hun nieuwe leven op de nieuwe locatie genieten.

De vader van mijn vrouw, die dementie heeft, gaat inmiddels naar een nabijgelegen dagopvangcentrum. Daar verkeert hij in het gezelschap van andere senioren in plaats van zomaar wat rond te dolen in zijn buurt. Hoewel we ver weg wonen, geniet mijn vrouw ervan om elke zondag een leerstellige discussie met haar ouders te hebben via het internet. Ze moedigen elkaar dan aan en uiten hun liefde voor elkaar. En ze praat vaak met haar zus bij om te zien hoe de mantelzorg verloopt.

Zorgen voor mantelzorgers

Mantelzorg vindt onder veel verschillende omstandigheden plaats. In veel gevallen moeten mantelzorgers reizen om zorg te bieden. In andere gevallen woont de zorgbehoevende bij de mantelzorger in. Mantelzorg vraagt vaak om aanpassingen in de lichamelijke, mentale en financiële situatie van de mantelzorger, alsook in de relatie met hun huwelijkspartner, kinderen en omgeving.

In Japan kent men geen systeem voor ziekteverlof. In plaats daarvan nemen mantelzorgers al hun vakantiedagen op. Vervolgens onderhandelen ze met hun werkgever of ze hun werktijden kunnen aanpassen of stoppen ze helemaal met werken om fulltime mantelzorg te bieden. Volgens gegevens van de Japanse overheid hebben in 2017 ongeveer 90.000 mensen hun baan opgezegd om thuis mantelzorg te gaan bieden.2

Mantelzorgers komen geregeld in een spagaat terecht: ze willen graag hulp bieden, maar hebben zelf eigenlijk hulp nodig. Ze willen niet klagen tegen degenen voor wie ze zorgen en ze niet ontmoedigen. Ze voelen juist de druk om aan al hun verwachtingen te voldoen. Veel mantelzorgers getroosten zich langdurig enorme inspanningen en offers. Zonder steun van hun omgeving kan het zomaar gebeuren dat mantelzorgers hun verdriet en pijn voor zich houden. Sommigen hebben last van angsten, depressie, en lichamelijke of mentale vermoeidheid. Mantelzorg verlenen beïnvloedt de levenskwaliteit van de mantelzorger zelf ook. Uit onderzoek blijkt dat mantelzorgers op de lange termijn overbelast en gedeprimeerd raken.3

Het is belangrijk dat mantelzorgers beseffen dat ze er goed aan doen om:

  • Zich niet te schamen om hun zorgen en moeilijkheden met anderen te bespreken.

  • Te leren terug te vallen op familieleden en externe hulpbronnen.

  • Steun uit verschillende bronnen te accepteren.

Onderzoekers hebben geprobeerd factoren te identificeren die de last van mantelzorgers verlichten en methoden te ontdekken die hun lichamelijke en mentale welzijn bevorderen. Ze hebben ontdekt dat het volgende helpt:

  • Kennis verspreiden van de moeilijkheden waarmee elke mantelzorger te maken krijgt – onder meer aandacht voor de stapsgewijze verslechtering van de gezondheid van de mantelzorger.

  • Sneller ingrijpen.

  • Inzicht in en gebruik van hulpbronnen in de gemeenschap.

  • Terugvallen op steun uit de omgeving, zowel binnen als buiten de familie.

  • Goed luisteren naar de behoeften en wensen van de mantelzorger.

  • Inzet van meerdere mensen om de last van de mantelzorger te verlichten.

Eerste en tweede gebod

Natuurlijk is onze Heiland, Jezus Christus, de Meestermantelzorger. En we kunnen veel leren over mantelzorg naar het voorbeeld van Christus door de twee grote geboden te bestuderen:

‘Jezus zei tegen hem: U zult de Heere, uw God, liefhebben met heel uw hart, met heel uw ziel en met heel uw verstand.

‘Dit is het eerste en het grote gebod.

‘En het tweede, hieraan gelijk, is: U zult uw naaste liefhebben als uzelf’ (Mattheüs 22:37–39).

In deze verzen geeft de Heer ons volgens mij een handleiding die vooral nuttig voor mantelzorgers is. Ten eerste: heb de Heer lief. Verwaarloos de eenvoudige dingen die u geestelijk versterken niet. Bid. Lees in de Schriften. Vind rust in uw hart. Voel de kracht van de liefde die onze hemelse Vader voor u heeft.

U bent waarschijnlijk al vervuld van liefde voor uw naaste – in dit geval de persoon voor wie u zorgt. Maar hebt u zichzelf ook lief, op rechtschapen wijze? Voor een ander zorgen kan veel van u vergen. Het is dan ook belangrijk om zelf weer op krachten te komen wanneer u maar kunt. Wilt u echt ‘uw naaste liefhebben als uzelf’, dan zult u zelf steeds nieuwe kracht moeten opdoen zodat u hulp kunt blijven bieden.

Uzelf sterken

Ouderling Jeffrey R. Holland van het Quorum der Twaalf Apostelen heeft gezegd:

‘Voor wie onder u er oprecht naar streeft de lasten van een ander te dragen, is het belangrijk dat u zichzelf sterkt en opbouwt, wanneer anderen zoveel van u verwachten en inderdaad zoveel van u vragen. Niemand is zo sterk dat hij nooit moe of gefrustreerd wordt of de behoefte herkent voor zichzelf te zorgen. […]

‘De zorgverleners moeten ook worden verzorgd. U moet brandstof in uw tank hebben voordat u anderen ervan kunt geven.’4

En president Henry B. Eyring, tweede raadgever in het Eerste Presidium, heeft gezegd: ‘Hoewel langdurige en liefdevolle zorg voor mensen rijkelijk beloond wordt, bent u gaan inzien dat er lichamelijke, emotionele en financiële grenzen zijn aan wat u kunt doen. De persoon die lang genoeg zorg verleent, kan zelf hulpbehoevend worden.’5

Mantelzorgers als discipel van Christus

Mantelzorgers en leidinggevenden in de kerk behoren samen te werken om in de specifieke moeilijkheden van iedere familie te voorzien. Denk bijvoorbeeld aan werk, lichamelijke en mentale problemen, en moeizame familie- en huwelijksrelaties. Mantelzorgers moeten leren niet te overschatten wat ze onder stress en in moeilijke tijden zelf allemaal menen te moeten kunnen. Ze moeten er ook regelmatig aan worden herinnerd dat ze zelf weer op krachten mogen komen.

In mijn ervaring als therapeut en in mijn eigen gezin heb ik gemerkt dat mantelzorgers vaak het gevoel hebben dat ze alles zelf moeten doen. Dat is eenvoudigweg niet waar. Mantelzorgers die geen hulp aanvaarden, krijgen op een bepaald moment bijna altijd een burn-out. Ze moeten anderen de kans geven om te helpen. Ze moeten met familieleden, vrienden, leidinggevenden in de wijk of gemeente, en dienende broeders en zusters overleggen. Wie mantelzorgers graag wil helpen, moet rekening houden met hun verlangen om over hun dierbare te waken en hem of haar tot zegen te zijn.

Hier zijn enkele nuttige punten om samen te bespreken:

  • Wat voor steun is er van familieleden beschikbaar?

  • Wat kan er gedaan worden om de mantelzorger een paar minuutjes, of zelfs een paar uurtjes, rust te gunnen?

  • Hoe vaak zijn bezoeken nuttig? Wat voor soort bezoeken?

  • Hoe kan de mantelzorger de tijd vinden om verbonden te hernieuwen door naar de tempel of de kerk te gaan en aan het avondmaal deel te nemen?

  • Zou het de mantelzorger helpen om met iemand te praten?

  • Is er hulp nodig met eten, vervoer of overheidshulp?

Als lid van de kerk streven we ernaar om ware volgelingen van Jezus Christus te worden. We behoren ‘van [ons] bezit aan de armen [te geven], ieder naar hetgeen hij heeft, en wel door de hongerigen te voeden, de naakten te kleden, de zieken te bezoeken en in hun behoeften te voorzien, zowel de geestelijke als de stoffelijke, naar hun noden’ (Mosiah 4:26). Als heiligen der laatste dagen zijn we graag dienstbaar. Het is prachtig om kinderen voor hun ouders te zien zorgen. Het is ook mooi om te zien dat dienende broeders en zusters een steentje bijdragen, betrokkenen opbeuren en hun lasten mede dragen.

Daarnaast dienen mantelzorgers en wie hen ondersteunen erop toe te zien ‘dat al deze dingen in wijsheid en ordelijkheid worden gedaan, want het is niet nodig dat iemand harder loopt dan hij kracht heeft’ (Mosiah 4:27).

Noten

  1. Richard Schulz en Scott R. Beach, ‘Caregiving as a Risk Factor for Mortality: The Caregiver Health Effects Study’, Journal of the American Medical Association, vol. 282, nr. 23 (15 december 1999), 2215–2219.

  2. Labour Statistics (2017), Japan Ministry of Health, Labour and Welfare, 9 augustus 2018, mhlw.go.jp/toukei/itiran/roudou/koyou/doukou/18-2/dl/gaikyou.pdf.

  3. Alison Marriott, Catherine Donaldson, Nicholas Tarrier en Alistair Burns, ‘Effectiveness of Cognitive-Behavioural Family Intervention in Reducing the Burden of Care in Carers of Patients with Alzheimer’s Disease’, British Journal of Psychiatry, vol. 176, nr. 6 (juni 2000), 557–562.

  4. Jeffrey R. Holland, ‘Elkaars lasten dragen’, Liahona, juni 2018, 27–28.

  5. Henry B. Eyring, ‘Mantelzorgsters’, Liahona, november 2012, 123.