Gemoedsrust bij vervolging
Beka F. (Montana, VS)
Illustraties Ben Simonsen
Ik ging rechtop zitten toen ik het onderwerp van de volgende spreekster hoorde: waarom de mormoonse kerk het bij het verkeerde eind heeft en waarom mormonen hypocriet en haatdragend zijn. Tijdens de spreekbeurt voelde ik mijn wangen branden. Ik was geschokt en voelde me verraden. Hoe kon mijn eigen vriendin, die wist dat ik lid van de kerk was, ten overstaan van de hele klas zulke lasterlijke opmerkingen maken?
Na de bel werd ik aangesproken door de spreekster en enkele van mijn andere vriendinnen. De Geest brandde in me, en ik zei dat wat ze had gezegd niet waar was en dat de kerk helemaal niet haatdragend is ten opzichte van andere mensen. Ze bestookten me met valse uitspraken en beschuldigingen. Ik voelde me alleen. Ik dacht: is dat nou eerlijk, dat ik word vervolgd om wat ik geloof?
Toen ik thuiskwam, zag ik dat mijn oma me een e-mail had gestuurd. Daarin vroeg ze me om Mattheüs 5:11–14 te lezen. Met tranen in mijn ogen las ik: ‘Zalig bent u als men u smaadt en vervolgt, en door te liegen allerlei kwaad tegen u spreekt, omwille van Mij. Verblijd en verheug u; want uw loon is groot in de hemelen; want zo hebben ze de profeten vervolgd die er vóór u geweest zijn. […] U bent het licht van de wereld. Een stad die boven op een berg ligt, kan niet verborgen zijn.’
Toen ik die woorden las, werd mijn hart door de Heilige Geest vervuld. Ik weet dat vervolging ons getuigenis kan versterken, en ik weet dat de zegeningen in de hemel ruimschoots opwegen tegen de pijn die we hier op aarde moeten verduren. De Heiland heeft het voor ons mogelijk gemaakt om gemoedsrust te vinden als we worden vervolgd omdat we zijn evangelie naleven. En daar ben ik heel dankbaar voor.