2015
Maar wat als…? Vragen over op zending gaan
Juni 2015


Maar STEL DAT… Vragen over op zending gaan

Als je tijd om op zending te gaan nadert, vraag je je misschien af: kan ik dat eigenlijk wel? Ja, dat kun je! Het is misschien niet makkelijk, maar je zult er nooit spijt van krijgen.

Afbeelding
3 separate images. Two missionaries in Romania standing in the courtyard of a large building talking. A fountain is in the background. (PWO #12548) Bishop in his office talking to a young man in DR Congo. (PWO #12548) Elder missionary studying the scriptures. Shot in the Philippines. (PWO #12508)

Je op een zending voorbereiden kan eng zijn. Er zijn nogal wat dingen waar je je zorgen om kunt maken — geld, kennis, verlegenheid — maar hoe dan ook, je kunt de geruststelling en moed vinden die je nodig hebt. Hier zijn enkele gebruikelijke vragen en antwoorden om je angsten te overwinnen en het geloof te vinden om door te pakken.

Stel dat ik niet genoeg over de Schriften of het evangelie weet, wat dan?

Voorbereiding op een zending omvat zeker de noodzaak om je in het evangelie te verdiepen, maar je hoeft niet alles te weten voordat je gaat. Als jongeman was ouderling Neil L. Andersen van het Quorum der Twaalf Apostelen bijvoorbeeld bang dat hij niet op een zending voorbereid was. Hij zei: ‘Ik herinner me dat ik bad: “Hemelse Vader, hoe kan ik nou op zending gaan terwijl ik zo weinig weet?” Ik geloofde in de kerk, maar vond mijn geestelijke kennis erg beperkt. Terwijl ik bad, kreeg ik deze ingeving: “Je weet niet alles, maar je weet genoeg!”’1

Je doet kennis van het evangelie op als je je best doet om evangeliebeginselen te leren en de Schriften bestudeert. En je staat er niet alleen voor. De Heilige Geest zal je leiden en je krijgt hulp van je collega’s, leidinggevenden in het zendingsveld en je zendingspresident. Onthoud wat ouderling Jeffrey R. Holland van het Quorum der Twaalf Apostelen heeft gezegd: ‘Het gaat niet om de hoeveelheid geloof of de mate van je kennis — het gaat om de integriteit die je betoont ten aanzien van het geloof dat je hebt en de waarheid die je al kent.’2

Stel dat ik niet zeker weet of ik een getuigenis heb, hoe moet dat dan?

Een getuigenis verkrijgen is belangrijk voor je voorbereiding op een zending. Je voelt wellicht dat je getuigenis zwak is, maar dat zal sterk worden als je er weloverwogen aan werkt. Bedenk het volgende:

  • Zoek stille momenten voor studie en gebed. Je hebt tijd nodig waarin je de inspiratie van de Geest kunt voelen.

  • Leef het evangelie na. Lees in Johannes 7:17 waarom je getuigenis daardoor zal toenemen.

  • Ga stukje bij beetje te werk. ‘[Je] geestelijke reis zal je hele leven duren. Wij weten in het begin en zelfs onderweg niet alles. Onze bekering vindt stap voor stap […] plaats.’3

Bedenk ook dat je getuigenis misschien sterker is dan je beseft. Ouderling Holland heeft het volgende verhaal verteld: ‘Een veertienjarige jongen zei onlangs een beetje aarzelend tegen mij: “Broeder Holland, ik kan nog niet zeggen dat ik weet dat de kerk waar is, maar ik geloof het wel.” Ik heb die jongen geknuffeld tot zijn ogen uitpuilden. Ik zei […] tegen hem dat geloof een mooi woord is en een nog mooiere daad, en dat hij zich nooit hoeft te verontschuldigen dat hij “alleen maar gelooft”. Ik vertelde hem dat Christus zelf heeft gezegd: “Wees niet bevreesd, geloof alleen” […]. Ik vertelde deze jongen dat geloof altijd de eerste stap naar overtuiging was […]. En ik vertelde hem dat ik trots op hem was vanwege zijn eerlijke zoektocht.’4

Stel dat ik me niet waardig voel, wat doe ik dan?

Als er iets in je leven niet deugt, kun je ermee afrekenen. Je bisschop of gemeentepresident zal je uitleggen wat je moet doen om door de verzoening van Jezus Christus rein te worden. Ouderling Richard G. Scott van het Quorum der Twaalf Apostelen heeft gezegd: ‘Ik verzoek […] je dringend om niet te bidden of je wel [op zending] moet gaan, maar de Heer te vragen of Hij je wil helpen om een waardige, bevoegde voltijdzendeling te worden.’5

Rebekah S. uit Rusland vertelt over haar ervaring: ‘Ik had me weliswaar bekeerd, maar ik hield er een schuldgevoel en verdriet aan over. Ik dacht dat ik niet op zending kon gaan omdat ik te erge dingen had gedaan. Mijn bisschop en ringpresident hielpen me echter de genezende kracht van de verzoening in mijn leven in te zien. Ik ben erg dankbaar voor bekering! Waardig zijn is alles op een zending. Je kunt niet door de Geest onderwijzen als je Hem niet waardig bent (zie LV 42:14). Je moet vrede in je hart hebben om met heel je hart te dienen. Daar draait het om.’

Hoe overleef ik een zending zonder mijn familie en vrienden?

Afbeelding
Two images. Sister missionaries in Hong Kong. They are walking down a sidewalk. (PWO #12618) A group shot of people at a baptism in Thailand before the baptism. An elder missionary in white standing next to a woman also in white. (PWO #12508)

Het is moeilijk om afscheid te nemen van mensen om wie je geeft, vooral als je weet dat alles anders zal zijn wanneer je ze weer terugziet — voor je vrienden, voor je familie en vooral voor jou. Je maakt je misschien zorgen hoe je familie zonder jou financieel rondkomt of hoe ze over je zending zullen denken. Maar de Heer zal zorgen voor je dierbaren en ze zegenen voor jouw dienstvaardigheid (zie LV 100:1). Je zult ze wel missen, maar de Heer heeft je nodig om andere gezinnen de vreugde van het evangelie te brengen. Geloof dat onze hemelse Vader het beste voor jou en je familie voor ogen heeft, en bedenk: ‘Geloof is het vertrouwen dat God grote dingen voor ons in petto heeft.’6 De Heer heeft wonderbare zegeningen voor jou en je familie weggelegd als je in geloof voorwaarts gaat.

Stel dat ik denk een zending niet te kunnen betalen, hoe los ik dat op?

De kosten van een zending lijken misschien een groot offer, maar de Heer weet wat Hij van je vraagt. President Boyd K. Packer, president van het Quorum der Twaalf Apostelen, heeft gezegd: ‘Ik spreek tot de jongeman die geen idee heeft hoe hij een zending kan bekostigen. Dat weet ik ook niet. Maar dit weet ik wel: als je geloof hebt en besluit dat je gaan wilt, zal er een weg zijn.’7

Loran C. uit Engeland heeft het volgende meegemaakt: ‘Ik was net met mijn zendingspapieren begonnen toen de bank me meedeelde dat ik een forse creditcardschuld had. Mijn bisschop en ik een stelden een begrotingsplan op met het bedrag voor aflossing, mijn zending, mijn tiende en mijn andere uitgaven. Er kwamen veel offers bij kijken en ik dacht dat ik mijn doel niet zou kunnen bereiken. Ik betaalde echter trouw mijn tiende en de Heer schoot te hulp. Ik kreeg het benodigde geld van iemand die ik niet kende om mijn schuld af te betalen en mijn zendingsdoel te verwezenlijken.’

Stel dat ik verlegen ben en niet goed contacten leg, wat doe ik dan?

De gedachte dat je dag in dag uit mensen moet aanspreken die je niet kent, kan je benauwen. Sam L. uit Californië (VS) herinnert zich: ‘Voor iemand die zelfs niet graag de deur opendoet als er iemand aanbelt, was de gedachte dat ik met een evangelieboodschap bij een wildvreemde zou aanbellen volstrekt ondenkbaar.

‘Op een jeugdconferentie kregen we de opdracht om met zendelingen op pad te gaan en het evangelie te verkondigen. Met echte zendelingen meegaan? Naar echte mensen? Ik was zenuwachtig, maar dacht opeens aan een tekst uit de Schriften: ‘Want Ik ben de Heere, uw God, Die uw rechterhand vastgrijpt en tegen u zegt: Wees niet bevreesd, Ik help u’ (Jesaja 41:13). Ik bad om die hulp, en hoewel ik nog steeds die verlegen jongen was, voelde ik me gesterkt door de Heilige Geest. Het lukte me zelfs om twee exemplaren van het Boek van Mormon weg te geven.’

Stel dat ik vind dat een zending mijn opleiding of loopbaan in de weg staat, wat dan?

Afbeelding
Four separate images. Elder missionaries out walking in an alleyway. Shot in the Philippines. (PWO #12508) Missionaries riding in a vehicle. Shot in the Philippines. (PWO #12508) Elder missionaries in Hong Kong. They are walking outdoors. (PWO #12618) Missionaries in Portugal teaching a woman. (PWO #12548)

Je denkt misschien dat je met een zending een eventuele opleiding of loopbaan en daarmee je toekomst op het spel zet, maar het tegendeel is waar. De Heiland wil dat je succesvol bent en zal je daarbij helpen. Niets van wat je opgeeft zal opwegen tegen de vruchten van je zendingswerk.

Veel jonge mensen hebben voor dezelfde beslissing gestaan. William H. uit Australië liet een veelbelovende rugbycarrière voor wat het was, zonder te weten of hij na zijn terugkeer nog wel enige kans maakte om te spelen. (Zie ‘Tijd om op zending te gaan’, Liahona, juni 2012, 50–52.) Joseph B. uit de Filipijnen liep het kantoor van de secretaris van de universiteit binnen, bereid om een unieke droomkans op een opleiding op te geven. (Zie ‘Tot een brandoffer’, Liahona, september 2007, 40–42.) Of na je zending nu wel of niet gebeurt waar je op hoopte, geen enkele kans zal meer waard zijn dan je werk en dienstvaardigheid als zendeling.

Geen spijt

Onze hemelse Vader wil dat wij gelukkig zijn. Hij zal ons niet vragen iets te doen wat ons niet tot zegen en hulp is. Als je trouw doet wat de Heer van je vraagt, ook als dat moeilijk is, zul je merken dat de zegeningen die daaruit voortvloeien veel beter zijn dan wat de wereld ook te bieden heeft. Je zult nooit spijt krijgen dat je op zending bent gegaan.

Noten

  1. Neil L. Andersen, ‘Je weet genoeg’, Liahona, november 2008, 13.

  2. Jeffrey R. Holland, ‘Ik geloof, Heere’, Liahona, mei 2013, 94.

  3. Neil L. Andersen, ‘Je weet genoeg’, 13.

  4. Jeffrey R. Holland, ‘Ik geloof, Heere’, 94–95.

  5. Richard G. Scott, ‘Nu is de tijd om een zending te vervullen!’ Liahona, mei 2006, 90.

  6. Jeffrey R. Holland, ‘Het beste moet nog komen’, Liahona, januari 2010, 21.

  7. Boyd K. Packer, ‘Come, All Ye Sons of God’, Ensign, augustus 1983, 71.