2008
Ons hart open stellen
Mei 2008


Ons hart open stellen

Laten we er elke dag naar streven om ons hart open te stellen voor de Geest.

Afbeelding
Elder Gerald N. Lund

Vandaag wil ik spreken over het belang van ons hart openstellen voor de Heilige Geest.

Na de doop worden we bevestigd en ontvangen we de Heilige Geest. Dat is een goddelijke gave. De Heilige Geest troost, leert, waarschuwt, verlicht en inspireert ons. Nephi zei heel eenvoudig ‘dat indien gij langs de weg binnengaat en de Heilige Geest ontvangt, Hij u alle dingen zal tonen die gij behoort te doen’.1 We hebben de hulp van de Heilige Geest nodig om de door de apostel Paulus genoemde ‘zware tijden’ waarin we leven veilig te doorstaan.2

De Heilige Geest is een Persoon van Geest, waardoor Hij in ons hart kan wonen en rechtstreeks met onze geest kan communiceren.3 De stem van de Geest wordt omschreven als stil en zacht en als een stem die fluistert.4 Hoe kan een stem stil zijn? Waarom wordt de stem een fluistering genoemd? Omdat de Geest bijna altijd in onze gedachten en in ons hart5 tot ons spreekt en niet in onze oren. President Boyd K. Packer heeft gezegd: ‘De stem van de Heilige Geest zul je meer voelen dan horen.’6

We voelen dingen in ons hart. In de Schriften leren de profeten ons dat persoonlijke openbaring nauw verbonden is met het hart. Bijvoorbeeld:

Mormon heeft geschreven: ‘(…) dankzij de zachtmoedigheid en nederigheid van hart komt het bezoek van de Heilige Geest (…).’7

Alma heeft gezegd: ‘(…) daarom ontvangt hij die zijn hart verstokt, een kleiner deel van het woord; en hij die zijn hart niet verstokt, hem wordt een groter deel van het woord geschonken (…).’8

Mormon heeft over de Nephieten geschreven: ‘[Dat] hun ziel met vreugde en vertroosting werd vervuld (…) door de overgave van hun hart aan God.’9

En de psalmist schreef zonder meer: ‘De Here is nabij de gebrokenen van hart (…).’10

Willen we dat niet allemaal, broeders en zusters, dat we bezocht worden door de Heilige Geest, dat de Heer nader tot ons komt, dat we vreugde en vertroosting vinden in ons leven? Als dat zo is, is een zorgvuldige beoordeling van de toestand van ons hart een van de belangrijkste dingen die we kunnen doen in dit leven.

Het hart is een tere plek. Het is gevoelig voor vele invloeden, zowel positieve als negatieve. Anderen kunnen het pijn doen. Zonden kunnen het gevoelloos maken. Liefde kan het verzachten. Al vroeg in ons leven leren we ons hart te bewaken. Het is alsof we een beschermende muur optrekken om ons hart met een toegangspoort erin. Niemand komt erdoor, tenzij wij dat hem of haar toestaan.

Soms is de omheining om ons hart niet meer dan een tuinhekje met een bordje ‘Welkom’ erop. Andere harten zijn zodanig bezeerd of zo gevoelloos geworden door zonde, dat er meters- hoge tralies met prikkeldraad omheen zijn geplaatst. De toegang is vergrendeld en voorzien van een groot bord met ‘Verboden toegang’ erop.

Laten we het idee van een toegangspoort naar het hart toepassen op het ontvangen van persoonlijke openbaring. Nephi leerde: ‘Wanneer een mens door de macht van de Heilige Geest spreekt, voert de macht van de Heilige Geest het tot het hart der mensenkinderen.’11 Ouderling David A. Bednar benadrukte het gebruik van het woord tot. ‘U ziet dat de macht van de Geest de boodschap tot maar niet noodzakelijkerwijs in het hart voert. (…) Uiteindelijk zullen de inhoud van de boodschap en de invloed van de Heilige Geest alleen in het hart doordringen als de ontvanger daarvoor openstaat.’12

Waarom slechts tot het hart? Onze individuele keuzevrijheid is zo heilig, dat onze hemelse Vader het hart van de mens nooit met geweld zal binnendringen, ook al heeft Hij alle macht. Andere mensen kunnen dat wel proberen, maar God niet. Met andere woorden, God staat ons toe dat we ons eigen hart als poortwachters bewaken. We moeten ons hart uit eigen vrije wil openstellen voor de Geest, Hij dringt niet ongevraagd naar binnen.

Hoe stellen we ons hart dan open?

In de bergrede zei de Heiland: ‘Zalig de reinen van hart, want zij zullen God zien.’13 Als iets rein is, is het niet verontreinigd of aangetast door dingen die er niet in thuishoren. Reinheid van hart is zeker een van de belangrijkste voorwaarden om inspiratie van God te ontvangen. Niemand van ons heeft een volmaakt hart, maar hoe meer we ernaar streven ons hart te zuiveren en van dingen te ontdoen die er niet thuishoren, hoe meer we ons hart openstellen voor de Heilige Geest. Let op deze prachtige belofte van de profeet Jakob: ‘O gij allen die rein van hart zijt, heft uw hoofd op en neemt het aangename woord Gods aan en vergast u aan zijn liefde (…).’14

In de gevangenis te Liberty ontving de profeet Joseph Smith een openbaring die de toestand van sommige harten aangeeft.

‘Zie, er worden velen geroepen, maar weinigen worden gekozen. En waarom worden zij niet gekozen?

Omdat hun hart zozeer op de dingen van deze wereld is gezet en naar de eer van mensen streeft (…).’15

Velen in de wereld leven tegenwoordig in voorspoed en vrede. In het Boek van Mormon raakten de mensen door hun voorspoed vaak verwijderd van God. Mormon heeft geschreven: ‘(…) wij kunnen zien, juist wanneer Hij zijn volk voorspoedig maakt, ja, door de opbrengst van hun velden en van hun kleinvee en runderen, en door goud en door zilver en door allerlei kostbaarheden van iedere soort en bewerking; (…) dat is wanneer zij hun hart verstokken en de Heer, hun God vergeten.’16

De Heer heeft drie natuurlijke gevolgen aangeduid als ons hart op de dingen van de wereld is gezet. Eerst trachten we onze zonden te bedekken in plaats van ons ervan te bekeren. Vervolgens trachten we onze hoogmoed en ijdele eerzucht te bevredigen in plaats van de dingen van God te zoeken. Ten slotte beginnen we onrechtvaardige heerschappij op anderen uit te oefenen.17

U ziet dat hoogmoed een natuurlijk gevolg is als we ons hart op de dingen van de wereld zetten. Hoogmoed maakt ons hart al snel ongevoelig voor geestelijke ingevingen. De Heer heeft bijvoorbeeld gezegd: ‘(…) Ik, de Heer, heb geen welbehagen in mijn dienstknecht Sidney Rigdon; hij heeft zich in zijn hart verheven en geen raad aangenomen, maar de Geest bedroefd.’18 Vergelijk dat eens met deze belofte: ‘Wees nederig; en de Heer, uw God, zal u aan de hand leiden en u antwoord geven op uw gebeden.’19

In de openbaring in de gevangenis te Liberty beschreef de Heer de gevolgen van een hart dat op de wereld is gezet: ‘(…) zie, dan trekken de hemelen zich terug; de Geest des Heren is gegriefd; (…) Zie, eer hij het beseft, is hij aan zichzelf overgelaten (…).’20 Broeders en zusters, in deze ‘zware tijden’ kunnen we het ons niet veroorloven de Geest te grieven en aan onszelf te worden overgelaten.

Ik herhaal: de toestand van ons hart heeft rechtstreeks invloed op onze gevoeligheid voor geestelijke zaken. Laten we er elke dag naar streven om ons hart open te stellen voor de Geest. We zijn zelf de poortwachters van ons hart en kunnen daar dus voor kiezen. We kiezen wat we erin toelaten of erbuiten houden. Gelukkig wil de Heer ons graag helpen om in wijsheid te kiezen.

Ik besluit met twee beloften die Hij heeft gedaan aan hen die tot Hem willen komen: ‘Welnu, mijn geliefde broeders, bidt tot de Vader met alle kracht van uw hart dat gij met [zijn] liefde (…) vervuld zult zijn, (…) opdat wij gereinigd zullen worden zoals Hij rein is.’21

En deze inspirerende woorden van de apostel Paulus: ‘Ik vermag alle dingen in Hem, die mij kracht geeft.’22

Mogen wij Christus altijd vragen om ons hart kracht te geven en met zijn liefde te vullen, bid ik de naam van Jezus Christus. Amen.

Noten

  1. 2 Nephi 32:5.

  2. 2 Timoteüs 3:1.

  3. Zie LV 8:2.

  4. Zie LV 85:6.

  5. Zie LV 8:2.

  6. ‘Persoonlijke openbaring: de gave, de toets en de belofte’, De Ster, juni 1997, p. 10.

  7. Moroni 8:26.

  8. Alma 12:10.

  9. Helaman 3:35.

  10. Psalmen 34:18.

  11. 2 Nephi 33:1; cursivering toegevoegd.

  12. ‘Zoek wetenschap door geloof’, Liahona, september 2007, p. 17.

  13. Matteüs 5:8.

  14. Jakob 3:2.

  15. LV 121:34–35.

  16. Helaman 12:2.

  17. Zie LV 121:36–37.

  18. LV 63:55.

  19. LV 112:10.

  20. LV 121:37–38.

  21. Moroni 7:48.

  22. Filippenzen 4:13.