2022
Op een goede manier anders zijn: als bekeerling de fatsoensnormen begrijpen
Juni 2022


Jongvolwassenen

Op een goede manier anders zijn: als bekeerling de fatsoensnormen begrijpen

Ik dacht dat de fatsoensnormen me ervan zouden weerhouden om erbij te horen. Maar nu besef ik dat ik er anders door word – in de beste betekenis van het woord.

Afbeelding
jonge vrouw wandelt met haar hond op een zandweg

Foto, Getty Images, geënsceneerd

Als 16-jarige bekeerling in New York City wist ik dat ik als heilige der laatste dagen veel veranderingen in mijn levensstijl moest aanbrengen.

Maar die veranderingen waren veel moeilijker dan ik had verwacht.

Ten eerste is New York City een opwindende plek vol verschillende culturen, talen en geloofsovertuigingen – heel anders dan het stadje in Colombia waar ik was opgegroeid. Ik stond onder grote druk om op een bepaalde manier te handelen en te leven, ook al wist ik zelf nog niet wie ik wilde zijn en hoe ik wilde leven. Ik kon alle kanten op met mijn leven, maar eigenlijk wilde ik er gewoon bij horen. Ik probeerde mijn uiterlijk, taalgebruik en gedrag zoveel mogelijk aan mijn omgeving aan te passen.

Nu moest ik me ook aanpassen door elke zondag naar de kerk te gaan, in de Schriften te lezen, te bidden en geen koffie meer te drinken. Sommige veranderingen waren makkelijk, maar andere waren lastiger – vooral de fatsoensnormen. Ik vond het moeilijk mijn verlangen om Jezus Christus te volgen te rijmen met mijn verlangen om me te kleden zoals ik altijd had gedaan.

De fatsoensnormen begrijpen

Ik voelde me een beetje overweldigd toen ik mijn best deed om me fatsoenlijk te kleden. Ik was bang dat ik mijn vriendinnen zou kwijtraken en dat ik er niet meer bij zou horen. Maar ik vertrouwde erop dat Christus me de moed en het geloof zou geven om door te gaan.

Ik bestudeerde de beginselen van het evangelie grondiger, bad om hulp en zocht naar meer begrip van de wetten van onze hemelse Vader, waardoor ik het waarom achter de fatsoensnormen beter ging begrijpen. En omdat ik in mijn hart bereid was om me te bekeren, veranderde ik niet alleen vanbinnen, maar ook qua uiterlijk. Toen ik het evangelie van Jezus Christus verder omarmde, nam mijn liefde voor Hem en voor onze hemelse Vader toe. Veranderingen aanbrengen werd zoveel makkelijker.

Ik heb gemerkt dat onze hemelse Vader wil dat we fatsoenlijk zijn, niet alleen in onze manier van kleden, maar ook in gedachten, taalgebruik en gedrag. Nu zie ik er anders uit, praat ik anders en gedraag ik me anders – als een discipel van Jezus Christus, waartoe president Russell M. Nelson ons ook aanmoedigt.1 Mijn vriendinnen en zelfs vreemden merken iets bijzonders aan mij op. Ze vragen me waarom ik zo anders ben. Mensen zien de vreugde die ik heb en het licht van Christus in mij.

Elke keer als ik terug naar Colombia ga (of waar dan ook ben), lijkt het wel of ik er niet meer ‘bij hoor’, en dat is geweldig! Het is geweldig om te merken dat ik door de fatsoensnormen te volgen de kans heb om anderen over het evangelie te vertellen en waarom ik zo leef – waarom ik Jezus Christus volg.

Een volk dat ‘God Zich tot Zijn eigendom maakte’

Het evangelie is het kostbaarste geschenk dat ik heb mogen aannemen. Naarmate ik mijn Heiland beter leer kennen, neemt mijn verlangen toe om meer op Hem te gaan lijken. En Hij blijft me aanmoedigen om gaandeweg te ontdekken hoe fijn het is om anders te zijn dan de wereld.

Ik ben tien jaar geleden lid van de kerk geworden. Nu zie ik in dat ik niet bij de wereld hoef te horen, want ik ben een kind van God. Ik merk hoe fijn het is om deel uit te maken van ‘een volk dat God Zich tot Zijn eigendom’ heeft gemaakt (1 Petrus 2:9) en als discipel van Jezus Christus de bijbehorende zegeningen te ontvangen. Ik heb Hem lief. Door mijn streven om Hem te volgen, vooral door fatsoenlijk te leven, is mijn band met Hem gesterkt.

Omdat mijn uiterlijk en gedrag mijn innerlijke toewijding aan Hem weerspiegelen, vormen het evangelie en de leringen ervan de kern van alles wat ik doe. Dat geeft me heel veel vreugde. Ik vind het fijn om anders te zijn, het licht van Christus met anderen te delen en me te concentreren op wat echt belangrijk is: mijn geloof in Christus en op het verbondspad nader tot Hem komen.

Noot

  1. Zie Russell M. Nelson, ‘Hoop van Israël’ (wereldwijde devotional voor jongeren, 3 juni 2018), HopeofIsrael.ChurchofJesusChrist.org.