2007
Mag een mens God beroven?
Mei 2007


Mag een mens God beroven?

Als u en ik de Heer een eerlijke tiende betalen, zal de Heer de vensters van de hemel openen.

Afbeelding

Ik wil het graag over de wet van tiende hebben. In het boek Maleachi vraagt de Heer:

‘Mag een mens God beroven? Toch berooft gij Mij. En dan zegt gij: Waarin beroven wij U? In de tienden en de heffing.

‘Met de vloek zijt gij vervloekt, en Mij berooft gij, gij volk in zijn geheel.

‘Breng de gehele tiende naar de voorraadkamer, opdat er spijze zij in mijn huis; beproeft Mij toch daarmede, zegt de Here der heerscharen, of Ik dan niet voor u de vensters van de hemel zal openen en zegen in overvloed over u uitgieten.’1

Tiende is zo’n belangrijk gebod dat de Heer, toen Hij na zijn opstanding op het westelijk halfrond verscheen, deze woorden letterlijk herhaalde.2 En in onze bedeling zegt de Heer: ‘Zij die aldus zijn vertiend, [zullen] jaarlijks een tiende deel van al hun opbrengsten betalen.’3

In het boek Leviticus zegt de Heer drie keer dat tiende ‘De Here heilig’4 is.

De Heer zegt: ‘Beproeft Mij toch daarmede, (…) of Ik dan niet voor u de vensters van de hemel zal openen.’5 Velen van ons beproeven de Heer op de juiste manier, maar sommigen van ons doen dat niet.

Neem nu eens, bijvoorbeeld, tien appels. Al die tien appels zijn van de Heer, maar Hij vraagt slechts een tiende deel, één appel, van ons terug.

Wat geeft u Hem terug? Een appel waar een hap uit is, hoewel u negentig procent mag houden? Bent u bereid de Heer slechts tien procent terug te geven?

Schaamt u zich en probeert u de hap uit de appel af te dekken en hem zo aan de Heer terug te geven?

Wij willen dat onze offers volledig en eerlijk zijn. Ons is geleerd: ‘Zie, de Heer verlangt het hart en een gewillige geest; en de gewilligen en de gehoorzamen zullen in deze laatste dagen het goede van het land Zion eten.’6

Enkele jaren geleden kreeg ik de opdracht om de ring Carey in Idaho te reorganiseren. Ons vliegtuig landde in Twin Falls en president Roy Hubert, die een goede ringpresident was geweest, haalde me op en reed me naar zijn huis. Onderweg vroeg ik: ‘Is er iets wat ik voor u en de heiligen hier kan doen?’

Hij zei: ‘We hebben de afgelopen jaren heel weinig regen gehad. Dit jaar is het ergste jaar van alle. Veel boeren hebben de stad verlaten om elders werk te zoeken.’

Ik maakte me ernstig zorgen over onze getrouwe leden die de Heer en de kerk liefhadden maar hun boerderij kwijtraakten.

Een jonge bisschop, R. Spence Ellsworth, werd als nieuwe ringpresident geroepen. Tijdens de algemene bijeenkomst op zondag maakte ik me nog steeds grote zorgen over die droogte. Tijdens mijn toespraak voelde ik mij zeer geïnspireerd. Ik vroeg hun om het volgende te doen:

  1. Jong en oud, betaal trouw uw tiende.

  2. Bid geregeld, persoonlijk en als gezin.

  3. Bestudeer getrouw iedere dag de Schriften, persoonlijk en als gezin.

  4. Heilig de sabbat met een dankbaar hart.

  5. Ga geregeld naar de tempel om de Heer uw dank te betonen.

  6. Verleen steun aan en volg de nieuwe leiders.

  7. Vast met de gehele ring en met iedereen in de getroffen plaatsen die wil meedoen.

De volgende dagen na de ringconferentie plantten veel leden vol geloof hun gewassen, hoewel er geen regen verwacht werd.

Op aanwijzing van president Ellsworth vastte de hele ring op woensdag. Diezelfde week gingen veel leden, leiders en hun echtgenoten naar de Boisetempel om dankgebeden uit te spreken. Toen deze trouwe heiligen in de tempel waren, begon het in het hele gebied te regenen, hoewel de weersverwachting was dat er in de eerste paar weken geen regen zou vallen. Op de zaterdag die volgde begon het weer te regenen en het bleef een paar dagen regenen. Dat gebeurde aan het eind van de maand april. Er viel ook voldoende sneeuw in de bergen. In Dietrich en Richfield was het waterreservoir nog maar dertig procent vol, maar na het vasten was het reservoir bijna helemaal vol. De watervoorraad in Carey nam toe van zo’n 44 procent tot ruim 100 procent. Gedurende het groeiseizoen nam het geloof van de leden in de ring Carey toe. Ze vastten nog enkele malen, betaalden een eerlijke tiende en gingen vaker naar de tempel. Daarom hoorde en verhoorde de Heer hun gebeden. Dat jaar begon het later te vriezen zodat de boeren zonder problemen hun graan, suikerbieten, alfalfa, aardappelen en andere gewassen konden oogsten. Vanaf die tijd spreken ze ieder jaar hun dankgebeden uit en, ‘wegens (…) zijn tedere barmhartigheden’7, blijft de Heer hen zegenen.

In het boek Kronieken zegt de Heer: ‘En mijn volk waarover mijn naam is uitgeroepen, verootmoedigt zich en zij bidden en zoeken mijn aangezicht en bekeren zich van hun boze wegen, dan zal Ik uit de hemel horen, en hun zonde vergeven en hun land herstellen.’8

Als we een volledige en eerlijke tiende betalen, worden we naar de tempel geleid. Ik ben van mening dat tiende een van president Hinckleys profetische prioriteiten is.

Vorige week nog heeft president Hinckley in de bijeenkomst voor de jongevrouwen gezegd: ‘Hoewel tiende het betalen van geld is, is het veel belangrijker dat het in geloof betaald wordt.’9

Bij een andere gelegenheid zei Hij: ‘Tiende is geen geldzaak maar een geloofskwestie. (…) Ik verzoek u dringend (…) een ieder van u, om de Heer daarin op zijn woord te geloven.’10

Het is een kwestie van toewijding. De aarde behoort de Heer toe, evenals ons leven. We mogen alles op aarde van Hem gebruiken. Hij vraagt slechts een tiende deel terug. Tiende is een symbool van dankbaarheid, gehoorzaamheid, dankbetuiging — een symbool van onze gewilligheid en toewijding. Als we bereidwillig tiende betalen, ontwikkelen we een eerlijk en zuiver hart. Als wij tiende betalen, neemt onze liefde voor de Heer toe.

De Heer heeft gezegd: ‘Het is voorwaar een dag van offerande en een dag voor de vertiending van mijn volk.’11

Broeders en zusters, laten wij uiting aan ons geloof geven. Laten we bereidwillig en gehoorzaam zijn. Ik beloof u in de naam van de Heer Jezus Christus, dat als u en ik de Heer een eerlijke tiende betalen, de Heer de vensters van de hemel zal openen.

Ik weet dat onze hemelse Vader leeft. Daarom zal Hij u zegenen. Jezus Christus is de Heiland. Joseph Smith heeft onze hemelse Vader en zijn Zoon Jezus Christus gezien. Dit is zijn kerk. President Gordon B. Hinckley is de levende profeet van God. Hij heeft u gevraagd vaak naar de tempel te gaan. Dat is mijn nederig gebed in de naam van Jezus Christus. Amen.

Noten

  1. Maleachi 3:8–10.

  2. Zie 3 Nephi 24:8–10.

  3. LV 119:4.

  4. Zie Leviticus 27:30; zie ook vss. 32–33.

  5. 3 Nephi 24:10.

  6. LV 64:34.

  7. Ether 6:12.

  8. 2 Kronieken 7:14.

  9. “Laat deugd onophoudelijk uw gedachten sieren’, Liahona, mei 2007, p. 116.

  10. ‘Let Us Move This Work Forward’, Ensign, november 1985, p. 85.

  11. LV 64:23.