Museum herdenkt handkarrenkonvooien met tentoonstelling
Willie en Martin herdenking. In het Museum voor kerkgeschiedenis en kunst is van september 2006 tot januari 2007 een succesvolle tentoonstelling gehouden om de handkarrenkonvooien Willie en Martin te herdenken en de 150ste gedenkdag te vieren van de eerste tocht over de vlakten.
De tentoonstelling, met schilderijen en beeldhouwkunst over de handkarrenkonvooien Willie en Martin, die in 1856 onderweg naar Utah op de vlakten van Wyoming in sneeuwstormen terechtkwamen, kan nog steeds on line worden bekeken op www.lds.org/church history/museum.
‘Bijna alle aanduidingen op de tentoonstelling hadden een citaat van een van de pioniers of hun redders’, zei museumbeheerder Robert Davis. ‘Er is volgens mij geen krachtiger wijze om dit verhaal te vertellen dan door de woorden van hen die het hebben meegemaakt. De citaten en kunstwerken wekken een gevoel op van mededogen en eerbied voor deze getrouwen die zoveel ellende hebben doorstaan en zoveel geloof in God hebben geoefend.’
De tentoonstelling gaf een overzicht van de moeilijke reis van deze pioniers naar Utah, vanaf het moment dat ze in Engeland aan boord gingen tot hun tocht over de besneeuwde vlakten van Iowa en Nebreka. Aan het eind van de tentoonstelling kregen de bezoekers een hernieuwd gevoel van hoop omdat de moedige redders de beproefde handkarpioniers naar Salt Lake City brachten.
Het jaar 2006 stond in het teken van de aankomst 150 jaar geleden van het eerste handkarrenkonvooi in de Salt Lake Valley, en de tentoonstelling was daar een herdenking van. President Gordon B. Hinckley heeft tijdens de oktoberconferentie van 2006 het volgende over de beproevingen van de pioniers gezegd: ‘Hun geloof is ons erfgoed. Hun geloof is een herinnering aan de prijs die zij betaalden voor ons gerief.’ (‘Het geloof dat bergen verzet’, Liahona, november 2006, p. 84.)
Verscheidene kunstenaars die aan de tentoonstelling hebben bijgedragen zijn rechtstreekse afstammelingen van die pioniers en hun redders.
Op het schilderij van Stephen Mark Bartholomew staan zijn betovergrootmoeder en haar zus die als tieners hout in de sneeuw sprokkelen. Door middel van zijn onderzoek kwam hij erachter dat deze meisjes een van de twee handkarren van het gezin helemaal over de vlakten trokken totdat ze bij Devil’s Gate gered werden.
Kunstenaar Glen Hawkins heeft zijn voorouder Ann Jewell Rowley, een weduwe, geschilderd die met de hulp van haar zeven kinderen in het konvooi Willie een handkar door de sneeuw trok.