Leringen van kerkpresidenten
De vrouwen van de kerk


Hoofdstuk 20

De vrouwen van de kerk

Rechtschapen vrouwen die de geweldige rol vervullen die God hun heeft gegeven, zijn hun gezin, de kerk en de wereld zeer tot zegen.

Uit het leven van Spencer W. Kimball

‘Ik verwonder mij over de getrouwheid van zo veel van onze zusters en hun onwrikbare toewijding aan de zaak van de gerechtigheid’, schreef president Spencer W. Kimball ooit. Vervolgens vertelde hij:

‘Het dagboek van mijn eigen lieve moeder bevat een beschrijving waaruit blijkt dat ze haar hele leven dankbaar was dat ze anderen kon dienen en het alleen maar spijtig vond dat ze niet nog meer kon doen. Toen ik onlangs las wat ze op 16 januari 1900 had geschreven, moest ik glimlachen. Ze was eerste raadgeefster in onze ZHV in Thatcher (Arizona) toen het presidium naar het huis van een zuster ging wier baby zo ziek was dat de moeder onmogelijk haar naaiwerk kon doen. Moeder nam haar naaimachine mee, een broodlunch, haar baby en een kinderstoel en ze gingen aan de slag. Die avond schreef ze: “We maakten vier schorten, vier broeken en begonnen aan een blouse voor een van de jongens.” Ze moesten om vier uur ’s middags stoppen om naar een begrafenis te gaan, waardoor ze “verder niets gedaan kregen”. Ik zou dat al een hele prestatie hebben gevonden in plaats van te denken “Dat is ook niet veel.”

‘Twee dagen later kwam de ZHV bij ons thuis bijeen voor een werkvergadering. “We hadden een goede opkomst en bereikten veel”, schrijft mijn moeder. En na die werkvergadering ging ze zonder te klagen naar een bestuursvergadering.

‘In zo’n thuis ben ik geboren — gerund door een vrouw die in alles dienstbaar was. En zo’n soort thuis heeft mijn vrouw ook geschapen. En zo’n thuis hebben duizenden fantastische vrouwen overal in de kerk geschapen.’1

President Kimball leerde de leden hoe belangrijk rechtschapen vrouwen zijn in het plan van onze hemelse Vader voor zijn kinderen. Hij zei: ‘Op een dag, als het hele verhaal van deze en vorige bedelingen wordt verteld, zal het vol verhalen van de moed van onze vrouwen zijn, van hun wijsheid en toewijding, van hun moed, want men voelt wel aan dat onze rechtschapen vrouwen, net als de vrouwen die na zijn herrijzenis het eerst bij het graf van de Heer Jezus Christus waren, vaak instinctief open hebben gestaan voor zaken van eeuwig belang.’2

Leringen van Spencer W. Kimball

Man en vrouw hebben verschillende taken gekregen, maar ze moeten als gelijkwaardige partners en met wederzijds respect samenwerken

De Schriften en de profeten hebben ons duidelijk geleerd dat er bij God, die wat rechtvaardigheid betreft volmaakt is, ‘geen aanneming des persoons is’ (Handelingen 10:34). (…) We waren als zijn geestkinderen volledig gelijkwaardig. We zijn ook gelijkwaardig als ontvangers van Gods volmaakte liefde. Wijlen ouderling John A. Widtsoe heeft geschreven:

‘De plaats van de vrouw in de kerk is naast de man, niet vóór hem en niet achter hem. In de kerk zijn man en vrouw volledig gelijkwaardig. Het evangelie (…) is door de Heer voor zowel de man als de vrouw ingesteld.’ (Improvement Era, maart 1942, p. 161.)

Binnen die grote zekerheden zijn onze rollen en taken echter anders. Het gaat om eeuwige verschillen — de vrouwen krijgen de grote verantwoordelijk van het moederschap en het zusterschap, en de mannen krijgen de grote verantwoordelijkheid van het vaderschap en het priesterschap — maar in de Heer is de man niets zonder de vrouw en de vrouw niets zonder de man. (Zie 1 Korintiërs 11:11.) Zowel rechtschapen mannen als rechtschapen vrouwen kunnen ieder met wie zij in aanraking komen tot zegen zijn.

Vergeet niet dat getrouwe vrouwen in het voorsterfelijk bestaan bepaalde taken hebben gekregen en dat getrouwe mannen tot bepaalde priesterschapstaken zijn geordend. Hoewel we ons nu de details niet meer herinneren, verandert dat niets aan de heerlijke realiteit waar we ooit mee ingestemd hebben.3

Soms horen we verontrustende berichten over de behandeling die onze zusters krijgen. Misschien heeft dit ongevoeligheid en onnadenkendheid als oorzaak, maar het zou niet moeten voorkomen, broeders. De vrouwen van deze kerk hebben werk te doen dat weliswaar anders is dan het onze, maar dat net zo belangrijk is. Hun werk is in feite hetzelfde als dat van ons, alleen zijn onze rollen en taken daarin verschillend. (…)

Onze zusters willen niet neerbuigend of laatdunkend behandeld worden; zij willen gerespecteerd en geëerd worden als onze zusters en onze gelijken. Ik noem dit alles, broeders, niet omdat de leringen van de kerk aangaande vrouwen in twijfel te trekken zijn, maar omdat ons gedrag in sommige situaties twijfelachtig is.4

De ZHV is de organisatie die de Heer voor de vrouw in het leven heeft geroepen. Zij is een aanvulling op de priesterschapstraining die de broeders krijgen. Er schuilt een kracht in die organisatie die nog niet ten volle is benut om de gezinnen van Zion te sterken en het koninkrijk Gods op te bouwen. (…)

(…) In zijn wijsheid en barmhartigheid heeft onze Vader man en vrouw zo geschapen dat ze van elkaar afhankelijk zijn als ze hun volledige potentieel willen ontwikkelen. Omdat hun aard enigszins verschilt, kunnen ze elkaar aanvullen; en omdat ze enigszins op elkaar lijken, kunnen ze elkaar begrijpen. Laten zij elkaar niet benijden vanwege hun verschillen; laten ze allebei onderscheiden welke aspecten aan die verschillen oppervlakkig zijn en welke fundamenteel daarnaar handelen. En moge de broederschap van de priesterschap en de zusterschap van de zustershulpvereniging alle leden van deze geweldige kerk tot zegen zijn in hun onderlinge steun op de weg naar volmaking.5

God heeft de vrouw geroepen om mede haar gezin te verrijken, beschermen en bewaken

In ieder tijdperk is het heerlijk om een rechtschapen vrouw te zijn. Een rechtschapen vrouw zijn in de eindtijd van deze aarde, vlak voor de wederkomst van onze Heiland, is een bijzonder edele roeping. De kracht en invloed van de rechtschapen vrouw kan in deze tijd tien keer zo groot zijn als in rustiger tijden. Zij is hier op aarde om mede het gezin te verrijken en te beschermen — het fundament van de samenleving en de edelste instelling. Andere instellingen in de samenleving kunnen wankelen en zelfs falen, maar de rechtschapen vrouw kan het gezin helpen redden — het mogelijk laatste en enige heiligdom te midden van alle stormen en onrust.6

U leest de krant, kijkt tv, luistert naar de radio, leest boeken en tijdschriften, en veel van wat er in uw bewustzijn wordt gestopt, is bedoeld om u te misleiden. (…) Tegenwoordig zeggen zij u onder meer: het is niet nodig om te trouwen; kinderen krijgen hoeft niet beslist binnen het huwelijk; kinderen krijgen is eigenlijk helemaal niet nodig; zonder die verplichtingen kunt u alle mogelijke wereldse pleziertjes hebben. (…) Er zijn [veel] manieren om u die zogenaamde vrijheid te verschaffen. Zij zeggen u dat u aan uw huis gekluisterd bent, aan uw man, aan uw kinderen, aan uw huishoudelijk werk. Ze spreken en schrijven over een vrijheid waar zij niets vanaf weten. (….)

Toen Eva nog maar pas de eeuwige troon verlaten had, leek zij de bedoeling van het leven al goed begrepen te hebben, want zij was blij — blij! — dat ze van de verboden vrucht hadden gegeten. (…) Onze geliefde moeder Eva begon blijmoedig aan het mensenras. Zij wilde kinderen en was blij met de vreugde die ze haar zouden geven. Zij was bereid de problemen op zich te nemen die een gezin met zich mee brengen, maar ook de vreugde. (…)

Moeders hebben een heilige rol. Zij zijn partners met God en met hun echtgenoot — eerst in het baren van de geestkinderen van de Heer, en vervolgens in het grootbrengen van die kinderen zodat zij de Heer zullen dienen en zijn geboden onderhouden. (…) Het moederschap is een heilige roeping, heilige toewijding aan de uitvoering van het werk van de Heer, toewijding aan het grootbrengen en opvoeden, aan het voeden van lichaam, verstand en geest van hen die hun eerste staat behouden hebben en naar deze aarde zijn gegaan voor hun tweede staat, om te leren, beproefd te worden en naar het godschap toe te werken.7

Te veel vrouwen besteden hun tijd aan sociale contacten, politiek of vrijwilligerswerk, terwijl ze thuis horen te zijn om hun kinderen te onderwijzen, op te voeden en lief te hebben, zodat ze veilig zijn.8

Een vrouw kan geen grotere eer krijgen dan [God] bij de uitvoering van zijn goddelijk plan te mogen assisteren. Ik wil ondubbelzinnig verklaren dat een vrouw geen grotere bevrediging en vreugde en gemoedsrust kan vinden, en geen grotere bijdrage aan de mensheid kan leveren, dan een wijze, goede vrouw te zijn en goede kinderen groot te brengen.9

De Heer heeft alle getrouwe vrouwen de zegeningen van een eeuwig gezinsleven beloofd

Sommigen van u hebben geen man meer, door overlijden of echtscheiding. Sommigen van u zijn nog nooit getrouwd. Maar in het eeuwig perspectief zal het ontbreken van deze zegeningen ‘slechts van korte duur zijn’ (zie LV 121:7). (…)

Vergeet ook niet, nu we ons op de heerlijkheid en het belang van het gezin concentreren, dat wij allemaal deel uitmaken van het eeuwige gezin van onze Vader in de hemel.

Wees er ook van overtuigd dat alle getrouwe zusters die buiten hun schuld niet in hun tweede staat in de gelegenheid zijn om aan een goede man verzegeld te worden, die zegen in de eeuwigheid zullen ontvangen. Als u af en toe verlangt naar de aanvaarding en genegenheid die bij het gezinsleven horen, weet dan dat onze Vader in de hemel op de hoogte is van uw leed, en dat Hij u op een dag onuitsprekelijk zal zegenen.

Soms houden onze beproevingen tijdelijke ontberingen in, maar rechtschapen vrouwen en mannen zullen op zekere dag alles ontvangen wat de Vader heeft — denk daar eens aan zusters: alles! Dat is niet alleen de moeite waard om op te wachten, dat is de moeite waard om voor te leven!

En het is niet noodzakelijk om getrouwd of moeder te zijn om de eerste twee grote geboden te onderhouden — God en onze naasten liefhebben — waaraan volgens Jezus de ganse wet en de profeten hangen.10

Diegenen onder u die ongewild nog niet de traditionele rol van de vrouw vervullen, kunnen toch nog zo veel doen om anderen te helpen.11

Iedere vrouw zou ernaar moeten streven haar goddelijk potentieel te verwezenlijken

Wij verheugen ons in de gepaste ontwikkeling en uitingen van de vele talenten van onze zusters.12

Wij moedigen al onze zusters aan de hun geboden gelegenheden te baat te nemen om licht en kennis te ontvangen op school, via individuele studie en in de zustershulpvereniging.13

Jonge vrouwen, jullie kunnen doelen stellen waar je echt moeite voor moet doen. Blijf ernaar streven. Bid veel en streef er ootmoedig naar om wijsheid en kennis te ontvangen. Je bevindt je in een periode van je leven die voor studie en voorbereiding bedoeld is. Leer zoveel je kunt. Je maakt pas groei door als je hoge doelen stelt en naar de sterren reikt.14

Ieder meisje — let wel, ik zeg: ieder meisje — dient zich voor te bereiden op het huwelijk en op haar huiselijke taken. Dat lees je niet in hedendaagse tijdschriften, maar toch is het waar. Ze dient aangemoedigd te worden om er trots op te zijn dat ze zich voorbereidt op waar vrouwelijk dienstbetoon. Ze behoort die dingen te leren die nuttig zijn in het gezinsleven en die het verrijken. Ze dient haar talenten te ontwikkelen, haar kennis en getuigenis van het evangelie te versterken en anderen graag te willen helpen. Sommige meisjes zullen op een voltijdzending geroepen worden, maar alle meisjes zullen het voorrecht krijgen om zich uiterst dienstbaar te maken in het koninkrijk van God, als ze zich daarop voorbereiden. (…) We willen dat onze vrouwen goed geschoold zijn, want kinderen herstellen misschien wel nooit van de gevolgen van de onwetendheid van hun moeder.15

Wij willen dat u die opleiding volgt en afrondt (…) waarmee u zichzelf toerust voor de eeuwigheid én voor volledige dienstbaarheid in het sterfelijk leven. Naast de fundamentele vaardigheden als het huishouden, zijn er ook andere vaardigheden die op de juiste manier ontwikkeld kunnen worden en waarmee u thuis, in de kerk en in de samenleving iets kunt betekenen.

Nogmaals, wees wijs bij de besluiten die u neemt. Wij verwachten niet van de vrouwen in de kerk dat ze onwetend of onbekwaam zijn. Als u uw vaardigheden ontwikkelt en de talenten gebruikt die God u heeft gegeven, zult u een betere moeder en vrouw zijn, zowel in dit leven als in de eeuwigheid.16

Wij willen graag dat onze zusters al het goede hebben. Wij geloven in het bezitten van al deze zegeningen: cultuur, ontwikkeling, scholing, kennis, volmaking — zodat de moeders van onze kinderen in staat zullen zijn om hen in rechtschapenheid groot te brengen en op te voeden.17

Ik leg nogmaals veel nadruk op het belang van schriftstudie voor elke vrouw. We willen dat onze gezinnen worden gezegend met zusters die de Schriften kennen — of ze nu alleenstaand of gehuwd zijn, jong of oud, weduwe of leven in een gezinssituatie.

Ongeacht uw persoonlijke omstandigheden, als u de waarheden in de Schriften steeds beter leert kennen, zult u beter in staat zijn om het tweede grote gebod te onderhouden: uw naaste liefhebben als uzelf. Word schriftgeleerden — niet om anderen neer te halen, maar om ze op te bouwen! Wie heeft ten slotte meer behoefte om de waarheden van het evangelie ‘te vergaren’ (teneinde die in moeilijke tijden te kunnen gebruiken) dan de vrouwen en moeders die zoveel verzorgen en onderrichten?

Streef naar volmaaktheid in al uw rechtschapen inspanningen, en in alle aspecten van uw leven.

Geliefde zusters, houd in gedachten dat de eeuwige zegeningen die u als lid van De Kerk van Jezus Christus van de Heiligen der Laatste Dagen kunt ontvangen, veel groter zijn dan andere zegeningen die u mogelijk kunt ontvangen. U kunt in deze wereld geen grotere erkenning krijgen dan als vrouw van God bekend te staan. U kunt geen belangrijker status krijgen dan die van dochter van God, die als een ware zuster, vrouw en moeder door het leven gaat, of die andere taken verricht om anderen tot zegen te zijn. (…)

U dient allemaal de waarheden van het evangelie tot u te nemen die te maken hebben met de eeuwige aard van uw eigen identiteit en unieke persoonlijkheid. U dient steeds meer de volmaakte liefde van onze Vader in de hemel te voelen en te begrijpen dat Hij u als persoon waardeert. Denk over deze grote waarheden na, vooral op momenten dat u (in de stilte van de zorgen die u als mens kunt ervaren) zich anders zou verbazen en in de war zou zijn.

Er zijn geen betere en grotere beloften aan vrouwen gegeven dan die door middel van het evangelie en de kerk van Jezus Christus verkregen worden. Waar kunt u nog meer te weten komen wie u werkelijk bent? Waar kunt u nog meer de nodige uitleg en zekerheden over de aard van het leven krijgen? Uit welke andere bron kunt u uw eigen unieke identiteit leren kennen? Van wie kunt u nog meer het heerlijke plan van geluk van onze Vader in de hemel leren?18

Rechtschapen vrouwen kunnen grote bijdragen leveren aan de wereld en het koninkrijk Gods

Er is in de wereldgeschiedenis nog nooit een tijdperk geweest waarin er zo veel verwarring was over de rol van de vrouw. Er is in de kerkgeschiedenis nooit eerder een tijdperk geweest waarin vrouwen meer konden doen om te laten zien wat hun ware rol in de wereld zou moeten en kunnen zijn. De uitwerking en invloed die vrouwen en moeders over de hele wereld hebben, is van het grootste belang. Het gezegde dat ‘de hand die de wieg schommelt, de wereld bestuurt’, is tegenwoordig meer waar dan ooit tevoren.19

Wat is het bijzonder voor vrouwelijke heiligen der laatste dagen om die verheven opdrachten van onze Vader in de hemel te krijgen, vooral voor u die in deze periode van de laatste bedeling bent geboren. Laat andere vrouwen maar achteloos (…) hun zelfzuchtige belangen najagen. U kunt op deze aarde een invloed van liefde, waarheid en rechtschapenheid zijn, en daar is dringend behoefte aan. (…)

Geliefde zusters, ten slotte wil ik nog iets zeggen wat nog nooit op deze manier gezegd is. Een groot gedeelte van de groei die de kerk in de laatste dagen doormaakt, komt door de vele goede vrouwen die in groten getale lid van de kerk worden (omdat ze vaak veel geestelijker zijn ingesteld). Dit zal gebeuren omdat de vrouwen van de kerk rechtschapen en welbespraakt door het leven gaan en omdat zij — in positieve zin — als anders gezien worden dan de vrouwen van de wereld. (…) Zo worden vrouwelijke voorbeelden van leden van de kerk een drijvende kracht achter de getalsmatige en geestelijke groei van de kerk in de laatste dagen. (…)

Zusters, wij hebben u lief. Wij hebben vertrouwen in u. Wij verheugen ons in uw toewijding. Wij voelen ons zeer bemoedigd door uw aanwezigheid (…) in dit deel van deze bedeling waarin uw talenten en geestelijke kracht zo dringend nodig zijn.20

Ideeën voor studie en bespreking

Denk na over deze ideeën terwijl u het hoofdstuk bestudeert of u zich voorbereidt op uw onderwijs. Zie pp. V–IX voor meer informatie.

  • Lees het verhaal op pagina 236 en de eerste alinea van pagina 237. Welke inspirerende verhalen over vrouwen in uw familie en in de kerk kunt u bedenken?

  • Lees de derde volledige alinea op pagina 239. Hoe kunnen mannen en vrouwen, gezien hun verschillende aard en taken, elkaar helpen? Hoe moeten ze in het gezin als partners te werk gaan? En in de kerk?

  • Waarom is het juist in deze tijd belangrijk om een rechtschapen vrouw te zijn en waarom is het een ‘edele roeping’? (Zie p. 239.) Op welke manieren probeert de wereld vrouwen van deze roeping af te leiden? Hoe kunnen we jonge mannen en vrouwen ertoe brengen deze edele roeping te waarderen?

  • Denk bij het lezen van pagina 241 en de eerste drie alinea’s van pagina 242 na over de vraag wat deze leringen zeggen over de liefde die onze hemelse Vader voor al zijn kinderen heeft.

  • Op welke manieren kunnen vrouwen in de kerk hun goddelijk potentieel verwezenlijken? (Zie pp. 242–244.) Hoe kunnen de mannen in de kerk de inzet van de vrouwen in de kerk ondersteunen? (Zie pp. 238–239.)

  • Lees de eerste alinea op pagina 246. Wat valt u op aan die uitspraak? Hoe gaat die profetie over de groei van de kerk tegenwoordig in vervulling?

Relevante teksten: Spreuken 31:10–31; Efeziërs 5:22–29; Alma 56:41–48; LV 25:1, 5–10; Mozes 3:18, 21–25

Noten

  1. ‘Relief Society — Its Promise and Potential’, Ensign, maart 1976, pp. 2, 4.

  2. Conference Report, april 1978, p. 6; of Ensign, mei 1978, p. 5.

  3. ‘The Role of Righteous Women’, Ensign, november 1979, p. 102.

  4. Conference Report, oktober 1979, pp. 71–72; of Ensign, november 1979, p. 49.

  5. ‘Relief Society — Its Promise and Potential’, Ensign, maart 1976, pp. 4, 5.

  6. ‘Privileges and Responsibilities of Sisters’, Ensign, november 1978, p. 103.

  7. ‘The Blessings and Responsibilities of Womanhood’, Ensign, maart 1976, pp. 71–73.

  8. The Teachings of Spencer W. Kimball, red. Edward L. Kimball (1982), p. 319.

  9. ‘Sisters, Seek Everything That Is Good’, Ensign, maart 1979, p. 4.

  10. Ensign, november 1979, pp. 102–103.

  11. My Beloved Sisters (1979), p. 11.

  12. Conference Report, april 1978, p. 6; of Ensign, mei 1978, p. 6.

  13. ‘Relief Society — Its Promise and Potential’, Ensign, maart 1976, p. 4.

  14. Ensign, november 1978, p. 103.

  15. Men of Example (brochure, 1975), pp. 9–10.

  16. Ensign, november 1979, p. 103.

  17. Ensign, maart 1979, p. 4.

  18. Ensign, november 1979, pp. 102–103.

  19. Voorwoord, Woman (1979), p. 1.

  20. Ensign, november 1979, pp. 103–104.