2018
‘Eigenlijk ben ik er een’
Juli 2018


‘Eigenlijk ben ik er een’

Abby Thorne

Utah (VS)

Afbeelding
woman on a bus

Illustratie Bradley Clark

Ik was net op de bus gestapt toen een man mij aansprak en zei: ‘U hebt een mooie ziel.’

Ik was natuurlijk erg verbaasd. Ik had nog nooit een compliment over mijn ziel gekregen. Omdat ik niet wist hoe te reageren, zei ik maar: ‘Dank u.’

De man zei dat hij het kon zien omdat hij bij een religieuze groepering zat. Ik luisterde aandachtig terwijl hij mij raad gaf om mijn ziel mooi te houden.

Toen de bus stopte en we allebei opstonden om uit te stappen, gaf hij me nog een laatste advies: ‘Pas op dat u niet naar die mormonen luistert.’

Het leek wel of de tijd even stilstond. Die man had iets bijzonders in mij gezien, maar hij wist niet dat dit dankzij mijn godsdienst was.

Wat moest ik doen? Om eerlijk te zijn, was ik eerst van plan om te zwijgen en te doen alsof ik hem niet had gehoord. Ik was bang dat hij negatief of zelfs grof zou reageren als ik vertelde dat ik lid van de kerk was.

Toen kwam er echter een Schrifttekst in mij op: ‘Want ik schaam mij niet voor het evangelie van Christus, want het is een kracht van God tot zaligheid voor ieder die gelooft’ (Romeinen 1:16). Ik besefte dat ik mij niet voor het evangelie schaamde, en ik wist dat mijn ziel niet voor anderen kon schijnen als ik niet als getuige stond. Vastberaden keek ik de man aan en zei: ‘Eigenlijk ben ik er een.’

De man staarde mij aan en ik beantwoordde zijn blik. Tot mijn verbazing begon hij te lachen en zei hij dat hij zich niet bij de kerk kon aansluiten omdat hij te graag koffie dronk. Ik lachte terug, en toen scheidden onze wegen zich.

Ik ben nog steeds blij met mijn keuze. Ik weet dat het soms moeilijk is om pal te staan als lid van de kerk. Het is soms zelfs beangstigend! Maar als we onverschrokken aan Gods kant staan, kan onze stralende ziel de wereld verlichten.