Waaruit bestond het onderricht dat Joseph Smith van Moroni kreeg?

Leer en Verbonden 2; Geschiedenis van Joseph Smith 1:27–65

(11–17 januari)

Afbeelding

pdf

Hij noemde mij bij de naam, Michael Malm

Op 21 september 1823 bad Joseph Smith om vergeving van zijn zonden. Ook wilde hij weten hoe hij er bij God voor stond. Terwijl Joseph bad, vulde zijn kamer zich met licht. Hij zag een engel in de lucht staan.

De engel noemde Joseph bij zijn naam en stelde zich voor als Moroni. Hij zei dat Joseph vergiffenis had ontvangen en dat hij voor God een taak te doen had.

Moroni vertelde Joseph dat zijn naam ‘onder alle natiën, geslachten en talen zowel ten goede als ten kwade bekend zou zijn’ (Geschiedenis van Joseph Smith 1:33).
Joseph kreeg te horen dat er in een nabijgelegen heuvel gouden platen lagen begraven, die ‘de volheid van het eeuwige evangelie’ bevatten (Geschiedenis van Joseph Smith 1:34). Moroni vertelde Joseph ook over de Urim en Tummim, die God had voorbereid zodat Joseph de platen kon vertalen (zie Geschiedenis van Joseph Smith 1:35).
Moroni citeerde verschillende profetieën die op het punt stonden in vervulling te gaan. Ze behelsden de vestiging van deze laatste bedeling en de zegeningen die de wereld daardoor ten deel zouden vallen.
Moroni verscheen die nacht drie keer aan Joseph, en de volgende morgen nog een keer. Hij bracht dezelfde boodschap, maar gaf telkens extra informatie en instructie (zie Geschiedenis van Joseph Smith 1:44–46, 49).