2005
MOEILIJKE BESLISSINGEN
Juni 2005


MOEILIJKE BESLISSINGEN

Als je in je verdere leven inspiratie en lei- ding van de Heer wil ontvangen, zul je je nu voor moeten nemen dat je zult doen wat de Heer van je verlangt, zelfs als dat voor je gevoel moeilijk is en een groot offer inhoudt. Ik weet uit ervaring dat een juiste beslissing op het kritieke moment je hele verdere leven tot zegen zal zijn. Ik wil niets anders dan je laten inzien dat je wel degelijk de juiste beslissingen kan nemen. Ik heb die ervaring zelf gehad en ik heb er veel van geleerd.

De Heer begon me te zegenen

Nadat ik was afgestudeerd, op zending was geweest en was getrouwd, verhuisden mijn vrouw en ik naar het oosten van de Verenigde Staten, waar ik werk vond. Na een reeks van onverwachte ontwikkelingen had ik een sollicitatiegesprek voor een baan als technicus in een nieuwe en interessante beroepstak: kernreactoren voor onderzeeërs ontwerpen en bouwen. Nu ik erop terugkijk is het eigenlijk een groot wonder dat ik die baan toen gekregen heb. Er waren genoeg sollicitanten met meer ervaring. Ik had gewoon hulp van de Heer gekregen.

Dat maakt duidelijk dat de Heer ons leven zal zegenen als we zijn influisteringen volgen en doen wat de profeten zeggen. We moeten moed en geloof oefenen en het goede kiezen, zelfs als veel anderen dat niet doen.

Toen ik er al elf fantastische jaren in die baan op had zitten, was ik op een avond in vergadering met ingenieurs die een essenti-eel onderdeel voor kernreactoren aan het ontwikkelen waren. Mijn secretaresse kwam binnen en zei: ‘Ik heb iemand aan de telefoon die zegt dat als ik u zijn naam zeg, u hem te woord zult staan.’

Ik zei: ‘Wat is zijn naam?’

Ze zei: ‘Harold B. Lee.’

Ik zei: ‘Hij heeft gelijk.’ Ik stond hem te woord. Ouderling Lee, die later president van de kerk is geworden, vroeg mij of ik die avond naar hem toe kon komen. Hij was in New York City en ik was in Washington D.C. Ik nam het vliegtuig en we hadden een gesprek waarin hij mij riep als zendingspresident.

Het hoofd van de afdeling waarop ik werkte was admiraal Hyman Rickover, een hardwerkende, veeleisende man. Ik kende hem goed genoeg, dus ging ik hem persoonlijk vertellen dat ik een roeping had ontvangen. Toen ik de zendingsoproep aan hem uitlegde en dat ik er mijn baan voor oplegde, raakte hij over zijn toeren. Hij zei dingen die niet voor herhaling vatbaar zijn, sloeg het postvakje op zijn bureau stuk, en uit de woordenstroom die volgde werden twee zaken duidelijk:

‘Scott, wat je doet in dit defensieprogramma is zo belangrijk dat we een jaar nodig hebben om een vervanger te vinden, het is dus uitgesloten dat je kunt vertrekken. Ten tweede, als je gaat ben je een landverrader.’

Ik zei: ‘Ik kan mijn vervanger in de twee resterende maanden opleiden, er is dan geen enkel risico voor het land.’

Het gesprek viel stil en zijn laatste woorden waren: ‘Ik zal nooit meer een woord met je wisselen. Ik wil je nooit meer zien. Je bent uitgerangeerd, niet alleen hier, maar je kunt de hele kernindustrie wel vergeten.’

Ik antwoordde: ‘Admiraal, u kunt mij de toegang tot het kantoor ontzeggen, maar tenzij u mij ervan weerhoudt, ga ik deze opdracht aan een ander overdragen.’

Zijn woord gestand, sprak de admiraal vanaf die dag niet meer met me. Als er belangrijke beslissingen te nemen waren, stuurde hij een bode, of ik liet mijn antwoord door een derde overbrengen. Hij wees mijn taak aan een ander toe, en die leidde ik op.

Mijn moeilijke beslissing

Ik vond het niet moeilijk om weg te gaan; ik wist dat ik door de Heer als zendingspresident was geroepen. Maar ik wist dat mijn beslissing ook anderen zou treffen. In het gebied rond Idaho Falls (Idaho) woonden veel leden van de kerk die een baan hadden in de kernindustrie. Ik wilde hen geen schade berokkenen. Ik wist niet wat ik moest doen. Ik bleef mij afvragen: ‘Komt dit op zijn pootjes terecht, of zal er iemand ten onrechte zijn baan kwijtraken?’

Terwijl ik erover bad en nadacht, moest ik denken aan de lofzang ‘Strijd voor het recht’. Een regel uit die lofzang bleef in mijn hoofd spelen: ‘Strijd voor het recht, wees trouw steeds en moedig.’ Ook andere regels uit de lofzang sterkten mij, zoals: ‘Zijn macht is met u, dus strijd voor het recht!’ (Lofzang 161.)

Op mijn laatste dag op kantoor vroeg ik een gesprek aan met de admiraal. Zijn secretaresse hapte naar adem. Ik stapte zijn kantoor in met een boek-van-mormon in mijn hand. Hij keek me aan en zei: ‘Ga zitten, Scott, wat is er toch met je? Ik heb van alles geprobeerd om je van gedachte te laten veranderen. Wat is er met je aan de hand?’ Er volgde een uitermate interessant, kalm gesprek. Er werd nu meer geluisterd.

Hij zei dat hij het Boek van Mormon zou lezen. Toen gebeurde er iets wat ik niet voor mogelijk had gehouden. Hij voegde eraan toe: ‘Bel me maar als je terug van zending bent. Dan zorg ik dat er een baan voor je is.’

Jouw moeilijke beslissingen

Je zult je hele leven voor problemen komen te staan en moeilijke beslissingen te nemen hebben. Als jongeman is je eerste moeilijke beslissing wellicht of je wel of niet op zending moet gaan. Dat is niet echt een vraag. De Heer heeft aangegeven dat een zending een eer en een plicht is. Daarvoor zul je zo goed moeten leven dat je op zending kunt, je zult de leringen van de Heer moeten begrijpen, in het bijzonder de boodschap van de herstelling, en moeten beseffen dat je velen tot zegen kunt zijn als je jezelf verliest in de dienst van de Heer.

Als zendingspresident heb ik gezien hoe jonge mannen en vrouwen de kans kregen om enorme groei door te maken terwijl zij anderen rijkelijk tot zegen waren. De zendelingen wie het werk gemakkelijk afging, hadden de Schriften bestudeerd en zich de evangelieboodschap eigen gemaakt.

Doordat zendelingen de moeilijke beslissing namen om zaken op te geven die voor tieners belangrijk zijn, kregen zij van de Heer de kans om te dienen en, later, een geschikte huwelijkspartner. Zij groeiden uit tot uitstekende dienstknechten van God, doordat zij gedisciplineerd waren, hard werkten en op de Heer vertrouwden. Een belangrijk aantal van hen hebben leidinggevende posities in de kerk vervuld en behoren tot de top in hun beroep.

Het komt jou ten goede

Beslis nu om altijd het juiste te doen en accepteer de gevolgen. De gevolgen zullen jou altijd ten goede komen. Je zult erachter komen dat het op lange termijn eenvoudiger is om op te komen voor het goede, hoewel het aanvankelijk niet gemakkelijk hoeft te zijn. Als je die houding eenmaal hebt aangenomen, wordt de rest een stuk eenvoudiger.

Ik heb er nooit spijt van gehad dat ik voor het juiste heb gekozen — zelfs als ik zware kritiek over mij heen kreeg. Als die waarheid eenmaal tot je doordringt, zul je er achter komen dat je, doordat je gehoorzaam bent, de inspiratie ontvangt om te weten wat juist is en dat vervolgens te doen.

Met alle liefde die ik in mijn hart voel, vraag ik je om ervoor te kiezen de normen van de Heer na te leven. Leid een dusdanig leven dat de Heilige Geest je voortdurend tot het goede kan inspireren. Ik getuig dat het gevolg daarvan zal zijn dat je rechtschapen dromen of iets nog beters aan jou toebehoren.

Je Vader in de hemel en zijn geliefde Zoon houden van je. Ze willen je meer dan jij je nu kunt voorstellen, gelukkig zien. Zij zullen je helpen om dat geluk te verwezenlijken, mits jij standvastig al het mogelijk doet om de geboden te onderhouden.

Gedeeltelijk overgenomen uit het artikel ‘Het goede doen’, Liahona, maart 2001, pp. 10–17.