2010
Een verslag bijhouden
Februari 2010


Een verslag bijhouden

De medewerkers van de afdeling kerkgeschiedenis werken achter de schermen aan het behoud van de kerkelijke en úw geschiedenis.

De bezoekers aan de bibliotheek voor kerkgeschiedenis verdiepen zich nabij de entree in de bewaarde dagboeken, kranten en familiegeschiedenissen. Daar vlakbij staat met vetgedrukte letters op de muur: ‘Zie, er zal onder u een verslag worden bijgehouden’ (LV 21:1).

Vanaf 1830, toen de profeet Joseph Smith deze goddelijke opdracht kreeg tot vandaag zijn er niet alleen veel kerkverslagen bijgehouden in de vorm van historische documenten, textielen en andere voorwerpen, maar ook bewaard, dankzij een klein maar toegewijd team conservatoren.

Kerkelijke conservatoren

De hoofdtaak van de kerkelijke conservatoren is het behoud van de verslagen — de natuurlijke slijtageprocessen een halt toeroepen.

Op de derde verdieping van de bibliotheek voor kerkgeschiedenis bevindt zich een hypermodern conservatielab waarin de conservatoren hun werk doen, zoals het aanbrengen van lagen doorschijnend Japans papier over kleine scheurtjes in broze, decennia-oude bladen en het opknappen van bijna onbruikbare fotonegatieven. Het gerepareerde of verduurzaamde werk wordt binnen bereik op een boekenplank gelegd, of opgeslagen in een kluis waarvan temperatuur en vochtigheidsgraad zorgvuldig zijn afgesteld.

Slechts twee straten verder in het Museum voor kerkgeschiedenis zijn vaklui etalagepoppen aan het naaien, metaal en hout aan het oppoetsen, quilts aan het maken, en vitrines aan het opbouwen. Veel van hun werk wordt tentoongesteld in het museum of naar historische kerklocaties vervoerd, maar een deel wordt ook geprepareerd voor opslag.

Bijhouden betekent in ons geval ook “bewaren”’, meent kerkelijk conservator Christopher McAfee. ‘Het wil niet zeggen dat we alleen een geschiedenis schrijven, maar dat we er ook voor zorgen dat die lang meegaat.’

De kerkelijke conservatoren delen hetzelfde standpunt, namelijk dat elk item, van de dagboeken van de profeten tot de familiegeschiedenissen, intrinsieke waarde hebben.

‘Het is een gevoel, zo van: als iemand de moeite heeft genomen om het bij te houden, dan kan ik er maar beter zorg aan besteden’, aldus broeder McAfee. ‘Wij zijn de beschermers van de collectie.’

Een leven dat niet op schrift is gesteld, zal snel worden vergeten, zegt hij, en net zo tragisch is het verlies of de beschadiging van een van die documenten.

‘Geschiedschrijving is een schriftuurlijke opdracht,’ vindt Jennifer Hadley, conservator in het Museum voor kerkgeschiedenis, ‘zodat we nooit zullen vergeten wat de Heer voor zijn volk heeft gedaan.’

Documenten conserveren

Het conservatielab krijgt te maken met een verscheidenheid aan documenten, zoals boeken, journalen, kranten, plakboeken en foto’s. Elk idem krijgt, afhankelijk van de staat waarin het verkeert, een unieke behandeling.

In het ruime lab staan dan ook interessante toestellen en machines — een snijmachine, een reliëfmachine, een bindmachine en een ultrasonische hechtmachine om er een paar te noemen — die afhankelijk van het type project worden gebruikt.

Vaak wordt de kaft van een boek verwijderd en de rug gereinigd en gerepareerd. Scheurtjes in documenten worden gevuld met een hoge kwaliteit Japans papier, waarvan de lange vezels kracht toevoegen terwijl de flexibiliteit van het papier gewaarborgd blijft. De conservatoren gebruiken een pasta van tarwestijfsel en water als lijm. De bestaande structuur word verstevigd, waardoor zoveel mogelijk van het origineel zichtbaar blijft.

‘We proberen het niet in een gloednieuw jasje te steken’, zegt broeder McAfee. ‘We proberen het originele werk in stand te houden. ‘Alles wat we doen is omkeerbaar.’

Een andere methode van conserveren is wassen. De papieren worden in baden van gefiltreerd, gedeïoniseerd water en, ten slotte, gealkaliseerd water gelegd. Het water en de chemicaliën in elk bad verwijderen vuil en neutraliseren de zuren in het papier om het slijtageproces te vertragen.

Textielen en voorwerpen conserveren

De conservatoren hebben ook tot taak om voorwerpen te bewaren die van belang zijn voor de geschiedenis van de kerk — textielen, meubilair, schilderijen enzovoort.

‘Achter alles schuilt een verhaal, een geschiedenis’, meent zuster Hadley. ‘Alles wat we hebben is verbonden aan de heiligen in de internationale kerk.’

Het museum staat vol met historische kleding, boeken, schilderijen, modellen en andere voorwerpen — zadels, gereedschap, zelfs een model van de binnenarchitectuur van de Tabernakel in Salt Lake City. De conservatoren die met dergelijke objecten werken, moeten wel inventief zijn, want elk nieuw voorwerp brengt een nieuwe uitdaging met zich mee.

Volgens zuster Hadley is ‘elk object even uniek als een individu. Elk heeft een specifieke aanpak en een specifieke oplossing nodig.’

Elk voorwerp wordt zorgvuldig onderzocht. De conservatoren overleggen vaak welke behandeling een object moet krijgen. De meeste voorwerpen worden gereinigd en verduurzaamd. Er wordt gedaan wat er nodig is om het slijtageproces een halt toe te roepen. Soms houdt dit in een voorwerp te ontzuren, zijn oorspronkelijke structuur te verstevigen, een beschermende coating te geven, er een opbergkist, of een steun of een standaard voor te maken. Soms hoeft een voorwerp alleen maar afgestoft te worden.

Een kapje uit de pionierstijd was aan het rafelen, dus werd er een eenvoudige ronde steun genaaid om het zijn vorm te laten behouden. Bovendien naaide zuster Hadley met kleine steekjes een identiek lapje zijde over het origineel heen.

James Raines, die zichzelf de ‘manusje-van-allesconservator’ noemt, werkt aan elk voorwerp dat niet onder documenten, textielen of schilderijen valt. Het handvat van een leren zweep, verzwaard met lood, was gescheurd, waardoor het zijn soepelheid verloor en een gevaar vormde, omdat het lood wegschoot. Conservatoren verwijderden het achtergebleven lood en plaatsten een acrylaatstaaf in het handvat om de oorspronkelijke vorm en soepelheid terug te krijgen.

‘Het gaat om het behoud van het artefact zoals het toen in gebruik was’, zegt zuster Hadley. ‘Voor mij is het behoud van antieke voorwerpen een tastbare verbinding met het verleden.’

Christopher McAfee verwijdert het lint van een oorspronkelijk 19e-eeuwse document.

Foto Welden Andersen

Kathy Cardon snijdt papier in het conservatielab.

Foto Welden Andersen