2009
Tot we elkaar weerzien
May 2009


Tot we elkaar weerzien

Mogen wij ons nog lang herinneren wat we tijdens deze conferentie hebben gehoord. Ik spoor u aan om de toespraken te bestuderen en de daarin vervatte leringen te overpeinzen, om ze vervolgens na te leven.

Afbeelding
President Thomas S. Monson

Geliefde broeders en zusters, mijn hart is vervuld van tedere gevoelens nu we deze prachtige algemene conferentie beëindigen.

We zijn rijkelijk gezegend door de adviezen en getuigenissen van hen die tot ons hebben gesproken. Ik geloof dat we allemaal vastbeslotener zijn om de beginselen van het evangelie van Jezus Christus na te leven.

Ik uit mijn oprechte dank aan hen die aan deze conferentie hebben meegewerkt, met inbegrip van de broeders die de gebeden hebben uitgesproken.

De muziek was fantastisch. Ik ben uitermate dankbaar voor hen die gezegend zijn met muzikale talenten en die anderen laten delen in hun talenten. Dat doet mij denken aan de tekst die in de Leer en Verbonden staat: ‘Want mijn ziel schept genoegen in het gezang des harten; ja, het gezang der rechtvaardigen is Mij een gebed, en het zal verhoord worden met een zegen op hun hoofd.’1

Mogen wij ons nog lang herinneren wat we tijdens deze conferentie hebben gehoord. Ik herinner u eraan dat de toespraken in de Ensign en de Liahona van volgende maand worden gepubliceerd. Ik spoor u aan om de toespraken te bestuderen en de daarin vervatte leringen te overpeinzen, om ze vervolgens na te leven.

Ik wil u laten weten hoezeer ik mijn toegewijde raadgevers, president Henry B. Eyring en president Dieter F. Uchtdorf, waardeer en liefheb. Het zijn wijze en begripvolle mannen. Hun werk is van onschatbare waarde. Ik steun en hou van mijn broeders van het Quorum der Twaalf Apostelen. In deze conferentie hebben we een nieuw lid van dat quorum gesteund. Hij is volledig toegewijd aan het werk van de Heer en ik getuig dat hij de man is die onze hemelse Vader in deze positie wilde.

Ik uit mijn liefde voor de leden van de Zeventig en de Presiderende Bisschap. Zij dienen onbaatzuchtig en doeltreffend. Evenzo breng ik hulde aan de algemene functionarissen van de hulporganisaties. Overeenkomstig ons beleid van roulatie hebben we een nieuw algemeen jongemannenpresidium en algemeen zondagsschoolpresidium gesteund. Wij verheugen ons op onze samenwerking met hen. Wij spreken onze dank uit jegens hen die in deze conferentie uit die functies zijn ontheven en daarin zo getrouw werkzaam zijn geweest.

Broeders en zusters, moge ons doel zijn om dichter tot de Heer te komen. Laten we niet vergeten ‘altijd [te] bidden, opdat [we] niet in verzoeking val[len]’.2

Tot u, ouders zeg ik, breng uw liefde voor uw kinderen tot uiting. Bid voor ze, zodat zij het kwaad van de wereld weten te weerstaan. Bid dat zij in geloof en getuigenis mogen toenemen. Bid dat ze een goed en hulpvaardig leven zullen leiden.

Kinderen, laat je ouders weten dat je van ze houdt. Laat ze weten hoezeer je waardeert wat ze voor je hebben gedaan en wat ze nu voor je doen.

En nu een waarschuwend woord tot eenieder — jong en oud, man en vrouw. We leven in een tijd waarin de boze alle mogelijke middelen gebruikt om ons in zijn bedrieglijke web te strikken, hij wil ons wanhopig meesleuren in zijn val. Er zijn vele paden waarop hij ons wil weglokken — paden die tot onze ondergang kunnen leiden. De technologische ontwikkelingen op velerlei gebied kunnen ten goede worden aangewend, maar ook gebruikt worden om ons op die duistere paden mee te voeren.

Ik wil er één in het bijzonder noemen en dat is het internet. Aan de ene kant voorziet het in een bijna onbegrensde stroom nuttige en belangrijke informatie. We kunnen ermee met anderen over de hele wereld communiceren. De kerk heeft een prachtige website die vol staat met waardevolle en opbouwende informatie en hulpmiddelen van onschatbare waarde.

Aan de andere kant zijn er ook, en dat is zeer alarmerend, berichten over talloze individuen op het internet die het voor slechte en lage doeleinden gebruiken, waarvan pornografie een van de meest voorkomende is. Broeders en zusters, laat u daar niet mee in, want het zal de geest letterlijk vernietigen. Wees sterk. Wees rein. Mijd dergelijke verlagende en vernietigende beelden tegen elke prijs — waar ze ook zijn! Ik richt mijn waarschuwing tot iedereen, waar u ook bent. En ik voeg daaraan toe — in het bijzonder voor de jongeren — dat dit ook geldt voor pornografische beelden die via mobiele telefoons worden verstuurd.

Geliefde vrienden, laat u onder geen enkele voorwaarde in met pornografie, een van Satans doeltreffendste verleidingen. En als je je daarmee al hebt in gelaten, houd er dan nu mee op. Zoek de hulp die je nodig hebt om ervan af te komen en een andere richting in te slaan. Neem de noodzakelijke stappen om terug te keren op het enge en smalle pad, en blijf daar dan.

Mogen wij, gelijk Jozua van weleer, zeggen: ‘Kiest dan heden, wie gij dienen zult. (…) Maar ik en mijn huis, wij zullen de Here dienen.’3

Goed, broeders en zusters, we hebben over de hele wereld tempels gebouwd en zullen dat blijven doen. Wie de tempel mogen en kunnen bezoeken, raad ik aan zo vaak mogelijk te gaan. De tempel is een plek waar we gemoedsrust vinden. Daar doen we hernieuwde toewijding aan het evangelie op en een vaster voornemen om de geboden te onderhouden.

Het is een voorrecht om naar de tempel te gaan, waar we de heiligende invloed van de Geest des Heren kunnen ervaren. We bewijzen grote diensten als we aan de plaatsvervangende verordeningen deelnemen voor hen die zich in het geestenrijk bevinden. In veel gevallen kennen we de personen voor wie we het werk doen niet. We verwachten geen dank, noch hebben we de zekerheid dat zij onze dienst zullen aanvaarden. Maar we doen het wel, en al doende verwerven we datgene wat we op geen andere wijze kunnen bereiken. We worden letterlijk heilanden op de berg Zions. De Heiland heeft zijn leven als een plaatsvervangend offer voor ons neergelegd. Wij doen, in geringe mate, hetzelfde met ons plaatsvervangende werk in de tempel, voor hen die niet vooruitkomen, tenzij wij dat werk voor hen doen.

Ik ben zeer dankbaar dat we als kerk humanitaire hulp blijven verlenen aan mensen in nood. We hebben veel goeds gedaan en zijn tienduizenden van de kinderen van onze Vader, binnen en buiten de kerk, tot zegen geweest. We zijn van plan om hulp te blijven bieden waar dat nodig is. We uiten onze dank voor uw bijdragen in dit verband.

Broeders en zusters, ik ben ontzettend dankbaar voor de herstelling van het evangelie in deze bedeling en voor alle zegeningen die mij en en u daardoor ten deel zijn gevallen. Wij zijn een gezegend volk, want wij hebben de vaste kennis dat God leeft en dat Jezus de Christus is.

Mogen de zegeningen des hemels op u rusten. Mogen uw huis vervuld zijn van liefde en saamhorigheid. Moge u constant uw getuigenis koesteren, dat het voor u een bescherming tegen de boze mag zijn.

Als uw nederige dienstknecht verlang ik met heel mijn hart Gods wil te doen en Hem en u te dienen.

Broeders en zusters, de conferentie is voorbij. Mogen wij in veiligheid onze woning bereiken.

Ik heb u lief. Ik bid voor u. Ik wil u vragen om mij en alle algemene autoriteiten in uw gebeden te gedenken. Tot wij elkaar over een half jaar weerzien, vraag ik God ons allen te zegenen, En dat doe ik in de naam van Jezus Christus, onze Heer en Heiland. Amen.

Noten

  1. LV 25:12.

  2. 3 Nephi 18:18.

  3. Jozua 24:15.