2020
Kevin en Kendra Henderson – North Carolina (VS)
September 2020


Geloofsportret

Kevin en Kendra Henderson

North Carolina (VS)

Afbeelding
Henderson family praying

Eerst moest Kendra niets hebben van Kevins interesse voor de kerk. Nu kijken ze terug en zien ze hoe de Heer hen beiden naar het evangelie heeft geleid.

Leslie Nilsson, fotograaf

Kevin:

Ik leerde Gregory kennen toen ik in het ziekenhuis voor oorlogsveteranen werkte. Op een dag waren we in gesprek, toen iemand Gregory vroeg of hij mormoon was. Ze begonnen de Bijbel en het Boek van Mormon te vergelijken. Terwijl ze aan het praten waren, werd ik door iets getroffen. Ik werd nieuwsgierig.

Thuis vroeg ik Kendra of ze iets over mormonen wist.

‘Geloof daar maar niks van’, zei ze.

Maar ik bleef nieuwsgierig en wilde graag de volgende dag op het werk meer horen. Tijdens ons gesprek vroeg Gregory mij of ik geloofde dat mijn geest vóór dit leven al bestond. Die vraag raakte me diep. Daar had ik nog nooit over nagedacht.

‘Als ik moet gokken, zou ik zeggen van wel’, zei ik.

‘Er is nog zoveel meer kennis die onze hemelse Vader voor al zijn kinderen in petto heeft’, zei Gregory.

Ik besprak met Kendra wat ik te weten was gekomen, maar zij wilde er niets van weten. Ze zei dat zij en de kinderen nooit een voet in ‘die’ kerk zouden zetten. Ik schoot in de verdediging, en dat was gek. Ik verdedigde iets waar ik niets van wist.

Op een avond zette ik Kendra af bij een vriendin, en ik ging bij mijn vader langs. Hij is diaken in een andere kerk, dus ik durfde hem haast niet te vragen of hij iets over de mormoonse kerk wist.

Hij zei: ‘Ik heb gehoord dat zwarte mensen bij hen geen priesterschap kunnen dragen. Maar je bent een goed mens. Bid erom, en God zal het je laten weten.’

Die avond begon ik te bidden, maar ik wist niet wat ik moest zeggen. Ik ben nu al aan het knielen, dacht ik. Ik moet toch iets zeggen! Dus ik zei gewoon: ‘Hemelse Vader, ik houd van U.’

Die nacht kon ik niet slapen. Ik bleef maar woelen. Ik wilde iets, het was net of ik ergens een sterke behoefte aan had. De volgende ochtend werd ik wakker en hoopte dat Gregory het niet meer over de kerk zou hebben. Ik was in de war door wat er gebeurde. Ik wilde hier ook niet mijn vrouw door kwijtraken. Maar soms wekten bepaalde dingen toch mijn interesse, en dan vroeg ik Gregory ernaar. Langzaam maar zeker kwam ik meer over de kerk te weten.

Kendra en ik bleven ruziemaken. Tijdens een bepaalde ruzie kreeg ik de ingeving om niets meer te zeggen. Ik ging naar de badkamer en knielde neer.

Ik zei tegen mijn hemelse Vader dat ik alles zou doen als Hij me liet zien welke weg ik moest nemen. Toen ik dacht aan de doop, voelde ik een luchtstroom, als de wind, over me heenkomen. Dat was de Heilige Geest die zei: ‘Dit is wat je moet doen.’

Ik was klaar om mij te laten dopen. De volgende ochtend vertelde ik mijn ervaring op het werk aan Gregory. Ik zei: ‘Ik ben er klaar voor.’

Hij regelde een ontmoeting met de zendelingen. Zij gaven me de lessen, en dat ging goed en erg snel! Ik twijfelde nergens aan. Ik wist dat de profeet Joseph Smith had gezien wat hij had gezien. Ik had een getuigenis. Maar dit maakte de afstand met Kendra alleen maar groter.

Kendra:

Ik was mentaal, lichamelijk en geestelijk helemaal uitgeput. Ik ben zelfs een paar maanden naar Florida verhuisd. Op een dag riep ik tot God: ‘Ik heb genoeg van al dat geruzie. Help me alstublieft om erachter te komen of deze kerk waar is.’

Terwijl ik bad, werd ik rustig. Toen ik terug naar North Carolina ging, was ik al mijn negatieve energie kwijtgeraakt. Ik ging altijd de kamer uit wanneer de zendelingen kwamen. Maar na deze ervaring raakte ik met ze aan de praat en kookte ik voor ze. Maar ik was er nog niet klaar voor om met Kevin naar de kerk te gaan.

Ik begon een andere kerk te zoeken waar mijn kinderen naartoe zouden willen, maar hoe goed de kerk ook was, mijn dochter Aryanna zei steeds: ‘Ik wil met papa mee naar de kerk!’ Uiteindelijk besloten we op een zondag mee naar Kevins kerk gaan, en de zondag daarna naar een andere kerk.

Later kreeg ik een berichtje van een vriendin in de wijk, die vroeg of ik in het koor wilde zingen voor een ringconferentie. Waarom vraagt ze me om te komen zingen? dacht ik. Ik ben geen lid. Na veel weerstand zei ik uiteindelijk: ‘Oké, ik doe het.’

Het was niet als zingen in andere kerken. Daar hebben ze een band, er is veel lawaai en het lijkt wel alsof je bij een concert bent. We zongen ‘Come, Thou Fount of Every Blessing’. De woorden van die lofzang en het lieflijke geluid van de melodie raakten me echt.

Kevin:

Een paar maanden later zaten we in een vasten- en getuigenisdienst, toen Kendra tegen me zei: ‘Misschien kun je je getuigenis van het gebed geven na wat het voor papa heeft betekend.’

Kendra’s stiefvader had net een zware hartaanval gehad. We hadden de wijk toen gevraagd om voor hem en voor ons gezin te bidden. Gelukkig heeft hij het gered.

‘Waarom doe jij het niet’, zei ik. Ze stond op en gaf haar getuigenis. Het was geweldig. Daarna begon alles voor haar in elkaar te passen.

Kendra:

Begin 2018 hoorde ik steeds de naam ‘president Monson’. Ik wist toen niet dat hij de profeet was. Op een avond kwamen de zendelingen langs, en vroegen ze hoe het met me ging.

‘Prima,’ zei ik, ’maar ik heb steeds iemands naam in mijn hoofd, en ik weet niet wie het is’.

‘Welke naam?’ vroegen ze.

‘President Monson.’

Ze zeiden: ‘Kendra, dat is niet zomaar een naam. Dat is de naam van de profeet die net is overleden. Kijk maar eens naar zijn toespraken en zie wat de Heer wil dat je van hem leert.’ Ik heb een aantal van zijn toespraken bekeken. Ze raakten me en hielpen me. Vanaf dat moment leek het alsof het evangelie steeds weer naar me toe kwam.

Als we vroeger uit eten gingen, bestelde ik meestal zoete thee. Kevin zei dan: ‘Dat is niet goed voor je, bestel toch wat anders.’

Op een dag ging ik naar een fastfoodrestaurant voor de lunch, en ik bestelde zoete thee. Een paar minuten later zei de medewerker: ‘Precies op het moment dat u zoete thee bestelde, ging het apparaat kapot.’

Ze zei dat het ongeveer een uur zou duren om het apparaat te repareren. Ik had maar 30 minuten om te lunchen. Dus ik bestelde maar frisdrank. Ik moest lachen en zei: ‘Oké, ik heb het begrepen!’

Ik wilde lid worden van de kerk, maar ik wilde niet dat mijn moeder boos werd. Mijn moeder speelde een grote rol in mijn beslissingen toen ik opgroeide. Zij was zelf voorganger in een kerk, dus ik luisterde altijd naar haar in plaats van naar de kerk te gaan en het zelf uit te zoeken.

Ik aarzelde om een doopdatum vast te leggen. De zendelingen kwamen langs en we hadden het erover.

Uiteindelijk vroeg ik mijn dochter Aryanna: ‘Wil je je laten dopen?’

Zij zei: ‘Mama, wanneer jij er klaar voor bent, doe ik met je mee.’

Ze vertelde me dat als we naar de kerk gingen, alle meisjes haar kwamen begroeten. Ze namen haar dan mee naar het jeugdwerk en waren altijd vriendelijk. Ze wilden haar bij alles betrekken. Met een van de meisjes werd ze goede vrienden. Dat was wat ze er leuk aan vond.

Aryanna huilde van blijdschap bij haar doop. Toen ik haar zag, dacht ik: Ik ben op de goede plek.

Kevin:

Ik weet dat onze hemelse Vader het evangelie in ons gezin heeft gebracht omdat Hij zoveel van ons houdt en om ons geeft.

Afbeelding
family studying scriptures

Toen Kevin en Kendra trouwden, was Aryanna (links) twee jaar. ‘Ik wist al vroeg dat ze op geestelijk vlak heel bijzonder was’, zegt Kevin. Ze werd aangetrokken tot het Boek van Mormon en voelde de Geest toen ze voor het eerst naar de kerk ging. Aryanna vindt het fijn om bij de jongevrouwen in haar wijk te horen.

Afbeelding
father and son reading

Kevin en zijn zoon, Kevin jr., lezen samen een les in Kom dan en volg Mij. Voor het gezin Henderson is gezamenlijke evangeliestudie een zegen.