2013
Geloof gaat vooraf aan wonderen
augustus 2013


Geloof gaat vooraf aan wonderen

Cheenee Lagunzad (Bulacan, Filipijnen)

Als kind wilde ik altijd al op zending. Het begon als een eenvoudig verlangen en groeide geleidelijk aan. Maar het leven in de Filipijnen was zwaar. Mijn vader en broer waren beiden werkloos, dus was ik de enige die mijn moeder met het onderhouden van het gezin kon bijstaan. Omdat ik mijn familie op financieel gebied uit de brand hielp, spaarde ik maar langzaam voor mijn zending.

Ik wist niet zeker hoe ik het allemaal voor elkaar moest krijgen. Op een avond las ik Ether 12:12: ‘Want indien er geen geloof onder de mensenkinderen is, kan God geen wonder onder hen verrichten; daarom toonde Hij Zich pas na hun geloof.’ Toen las ik de boodschap van president Spencer W. Kimball (1895–1985) over geloof: ‘Er is geloof voor nodig — blind geloof — om als jonge mensen in onzekere financiële omstandigheden aan een gezin te beginnen. […] Er is geloof voor nodig om een voltijdzending te volbrengen. Maar weet dit: het zijn allemaal zaken die wij zaaien, terwijl we een getrouw, godvruchtig gezin, geestelijke geborgenheid, gemoedsrust en eeuwig leven kunnen oogsten.’1

Door die leringen begreep ik dat ik meer geloof moest hebben om mijn zendingsaanvraag in te dienen en een voltijdzending te vervullen. Ik wist dat God me zou helpen, ook al was het moeilijk.

Mijn gemeentepresident sprak met me en zei toen dat ik alleen nog de eerste betaling hoefde te doen en een gesprek met de zendingspresident moest hebben. Ik was erg gelukkig en opgewonden. Ik zou die week mijn salaris ontvangen, dus zou ik het vereiste bedrag kunnen betalen. Maar toen ik thuiskwam, hoorde ik dat mijn vader in het ziekenhuis lag. Ik was er kapot van toen ik besefte dat het bedrag dat we aan het ziekenhuis moesten betalen gelijk stond aan het bedrag dat ik voor mijn zending nodig had.

Maar onze hemelse Vader bereidde een weg. We kregen wat hulp van familie en van leden van de kerk, waaronder mijn gemeentepresident. Wonder boven wonder was mijn vader een week later het ziekenhuis uit, dus kon ik mijn betaling doen. Twee weken na mijn 22ste verjaardag kreeg ik mijn oproep naar het zendingsgebied Olongapo (Filipijnen).

Ik weet dat mijn hemelse Vader het mogelijk heeft gemaakt om mijn zendingsaanvraag in te dienen. Ik weet dat alles bij Hem mogelijk is als ik Hem blijf vertrouwen en in geloof handel. Dan verhoort Hij al onze gebeden en leidt Hij ons aan de hand zolang we Hem blijven gehoorzamen.

Noot

  1. Spencer W. Kimball, Faith Precedes the Miracle (1972), p. 11; zie ook Leringen van kerkpresidenten: Spencer W. Kimball (2006), p. 158.