Hoofdstuk 12: Mensen bijstaan in de voorbereiding op hun doop en bevestiging
‘Hoofdstuk 12: Mensen bijstaan in de voorbereiding op hun doop en bevestiging’, Predik mijn evangelie: gids om het evangelie van Jezus Christus te delen (2023)
‘Hoofdstuk 12’, Predik mijn evangelie
Afbeelding
Johannes de Doper doopt Jezus, Greg K. Olsen
Hoofdstuk 12
Mensen bijstaan in de voorbereiding op hun doop en bevestiging
Ter overweging
Hoe bereid ik mensen voor op de doop en bevestiging?
Hoe voer ik een doopgesprek?
Hoe plan en leid ik een opbouwende doopdienst?
Waarom is het belangrijk om het formulier Doop en bevestiging in te vullen en in te dienen?
Hoe steun ik nieuwe leden?
De doop is een vreugdevolle, hoopvolle verordening waardoor iemand de macht van God ontvangt. Hij of zij krijgt die macht door de gave van de Heilige Geest te ontvangen. Die macht neemt toe als iemand tot het einde toe volhardt om zijn of haar doopverbond na te leven.
Het doel van je onderwijs is om mensen te helpen geloof in Jezus Christus te ontwikkelen, zich van hun zonden te bekeren en zich te laten dopen met het oprechte verlangen om Christus te volgen. Mormon zei: ‘De eerste vrucht van de bekering is de doop’ (Moroni 8:25). Als mensen hun toezeggingen nakomen, bereiden ze zich voor om verbonden met God te sluiten en na te leven, en de beloofde zegeningen te ontvangen.
De doop en bevestiging zijn geen einddoel. Deze verordeningen zijn eerder de poort waardoor de kinderen van God het verbondspad betreden. Dat pad leidt naar de verordeningen, verbonden en vreugdevolle zegeningen van de tempel – en uiteindelijk tot het eeuwige leven (zie 3 Nephi 11:20–40).
Vereisten voor de doop en bevestiging
God nodigt al zijn kinderen uit om door de doop en bevestiging tot Hem te komen (zie 2 Nephi 26:33; 3 Nephi 27:20). De vereisten voor de doop zijn voor iedereen gelijk.
Treed naar voren met een gebroken hart en een verslagen geest.
Bekeer je van al je zonden en bid om vergeving.
Wees gewillig om de naam van Christus op je te nemen.
Wees vastbesloten om Christus tot het einde toe te dienen.
Laat door je werken zien dat je de Geest van Christus hebt ontvangen ter vergeving van je zonden.
Van het Eerste Presidium en het Quorum der Twaalf Apostelen:
Geef gepast antwoord op de vragen van het doopgesprek.
Volg alle zendelingenlessen.
Maak kennis met de quorumpresident ouderlingen, de ZHV-presidente en de bisschop.
Woon meerdere avondmaalsdiensten bij.
Deze vereisten zijn indicatoren in het geestelijke bekeringsproces. Als mensen aan deze vereisten voldoen, zijn zij er klaar voor om de heilige verordeningen van de doop en bevestiging te ontvangen.
Als iemand een doopdatum heeft vastgesteld:
Ga in de app Predik mijn evangelie nauwkeurig na of je alle noodzakelijke leerstellingen en geboden hebt onderwezen.
Maak een planning voor de dingen die ter voorbereiding op de doop en bevestiging nog moeten gebeuren. Neem deze planning met de betrokkene door.
Nodig hem of haar indien mogelijk uit om vóór de eigen doop een andere doopdienst bij te wonen.
Schriftstudie
Bestudeer de onderstaande Schriftteksten. Hoe kun je mensen beter op hun doop en bevestiging voorbereiden? Schrijf op wat je van je studie leert.
Het doopgesprek is een belangrijke stap om ervoor te zorgen dat iemand voldoet aan de vereisten die de Heer voor de doop heeft gesteld. Plan een doopgesprek pas als iemand er klaar voor is.
Bereid mensen erop voor zodat ze zich op hun gemak voelen. Leg uit hoe het gesprek zal verlopen. Vertel dat ze met een andere zendeling gaan praten.
Leg het doel van het gesprek uit. Ze kunnen laten zien dat zij ‘zich waarlijk van al hun zonden hebben bekeerd [en] door hun werken tonen dat zij van de Geest van Christus hebben ontvangen ter vergeving van hun zonden’ (Leer en Verbonden 20:37).
Bespreek de vragen die worden gesteld (zie hieronder). Hierdoor kunnen ze er beter antwoord op geven.
Zorg ervoor dat de betrokkene begrijpt wat je hebt onderwezen en wat het doopverbond inhoudt. Dit is het verbond om:
gewillig te zijn de naam van Jezus Christus op zich te nemen;
Getuig van de grote zegeningen die voortvloeien uit de doop en bevestiging en uit naleving van het doopverbond. Deze zegeningen zijn onder andere vergeving van zonden en de gave van de Heilige Geest.
Het doopgesprek voeren
Iedereen die gedoopt wil worden, heeft een gesprek met een bevoegde priesterschapsleider. In een zendingsgebied is dit een districts- of zoneleider. Hij spreekt met:
mensen van 9 jaar of ouder die niet eerder zijn gedoopt en bevestigd;
kinderen van 8 jaar en ouder van wie de ouders geen lid van de kerk zijn;
kinderen van 8 jaar en ouder die zich samen met een ouder laten dopen en bevestigen.
Hieronder staan richtlijnen voor degene die het gesprek leidt.
Houd het gesprek op een aangename, besloten plek waar je de Geest kunt voelen.
Als je met een kind, jongere of vrouw spreekt, neemt je collega in een aangrenzende ruimte of in de hal of gang plaats. Als de dopeling dat wenst, mag een andere volwassene het gesprek bijwonen. Zendelingen mijden elke situatie die verkeerd kan worden opgevat.
Begin met een gebed.
Stel de dopeling op zijn of haar gemak.
Maak van het gesprek een geestelijk opbouwende ervaring.
Zorg ervoor dat de dopeling het doel van het gesprek begrijpt.
Stel de onderstaande vragen van het doopgesprek. Pas de vragen waar nodig aan de leeftijd, volwassenheid en omstandigheden van de dopeling aan.
Geef antwoord op vragen van de dopeling.
Controleer de gegevens op het formulier Doop en bevestiging. Als de dopeling minderjarig is, moet het formulier vóór de doop door een ouder of voogd worden ondertekend. (Zie ‘Doop en bevestiging: vraag en antwoord’ in dit hoofdstuk.)
Vraag de dopeling om zijn of haar getuigenis of gevoelens onder woorden te brengen.
Vertel de dopeling dat je blij bent om met hem of haar te kunnen spreken.
Vragen doopgesprek
Dit zijn de vragen van het doopgesprek:
Gelooft u dat God onze eeuwige Vader is? Gelooft u dat Jezus Christus de Zoon van God is, en de Heiland en Verlosser van de wereld?
Gelooft u dat de kerk en het evangelie van Jezus Christus door de profeet Joseph Smith zijn hersteld? Gelooft u dat [huidige president van de kerk] een profeet van God is? Wat betekent dit voor u?
Wat houdt bekering in voor u? Hebt u het gevoel dat u zich bekeerd hebt van vroegere zonden?
U is geleerd dat het lidmaatschap in De Kerk van Jezus Christus van de Heiligen der Laatste Dagen het naleven van evangelienormen met zich meebrengt. Hoe begrijpt u de volgende normen? Bent u bereid die te gehoorzamen?
De wet van kuisheid, die elke seksuele omgang buiten het wettelijke huwelijk tussen man en vrouw verbiedt
De wet van tiende
Het woord van wijsheid
De sabbat heiligen, wat onder meer inhoudt dat u elke week aan het avondmaal deelneemt en goeddoet aan anderen
Hebt u ooit een ernstig misdrijf begaan? Zo ja, bent u nu voorwaardelijk vrij of staat u onder toezicht?
Bent u ooit bij een abortus betrokken geweest? (Zie Algemeen handboek, 38.6.1.)
Bij uw doop sluit u een verbond met God dat u bereid bent de naam van Christus op u te nemen, anderen van dienst te zijn, te allen tijde als getuige van God op te treden en zijn geboden uw verdere leven na te komen. Bent u bereid dit verbond te sluiten en ernaar te streven het getrouw na te leven?
Zie Algemeen handboek, 38.2.8.7 en 38.2.8.8 voor instructies als iemand bevestigend antwoordt op vraag 5 of 6.
Zorg ervoor dat je het beleid en de richtlijnen met betrekking tot de doop en bevestiging in Algemeen handboek, 38.2.8 kent. Sommige beleidsregels hebben betrekking op bijzondere omstandigheden waarmee jij te maken kunt krijgen.
Na het gesprek sluiten de zendeling en dopeling zich weer bij de andere zendelingen aan. Als iemand er klaar voor is om zich te laten dopen, leggen de zendelingen uit hoe de doopdienst zal verlopen. Ze leggen ook uit dat de bevestiging doorgaans plaatsvindt in een avondmaalsdienst van de wijk waartoe iemand behoort.
De doop uitstellen
Soms moet de doop omwille van het getuigenis of de waardigheid van de dopeling worden uitgesteld. Als dat gebeurt, ga daar dan tactvol en vertrouwelijk mee om. Leg uit hoe hij of zij zich kan voorbereiden om zich later te laten dopen.
Moedig hem of haar aan en bied hoop in Christus en zijn verzoening. Vraag de leden van de wijk om hem of haar te begeleiden. Blijf de basisbeginselen van het evangelie onderwijzen totdat hij of zij er klaar voor is om zich te laten dopen en bevestigen. Plan dan pas een nieuwe doopdatum.
Doop en bevestiging: vraag en antwoord
Heb ik toestemming nodig om een minderjarige te dopen? De kerk vindt het welzijn van kinderen en de harmonie in hun thuissituatie erg belangrijk. Een wettelijk minderjarige mag zich laten dopen en bevestigen als aan de volgende twee voorwaarden wordt voldaan:
De ouder(s) of voogd(en) geeft/geven schriftelijk toestemming. Ze begrijpen in algemene zin in welke leerstellingen hun kind als lid van de kerk onderwezen wordt. Ze zijn ook bereid om het kind te steunen bij het sluiten en nakomen van het doopverbond.
De persoon die het gesprek voert, oordeelt dat het kind het doopverbond begrijpt. Hij moet ervan overtuigd zijn dat het kind zijn of haar best zal doen om dit verbond na te komen door de geboden na te leven, waaronder op zondag naar de kerk gaan.
Heb ik toestemming van de huwelijkspartner nodig om een man of vrouw te kunnen dopen? Ja. Iemand die gehuwd is, wordt niet zonder toestemming van zijn of haar huwelijkspartner gedoopt.
Als een van de ouders van het gezin nog niet klaar is om zich te laten dopen, mag ik dan de rest van het gezin dopen of moet ik wachten tot beide ouders klaar zijn? Het heeft de voorkeur om gezinsleden samen te dopen. Als sommige gezinsleden echter nog niet klaar zijn, kunnen de andere gezinsleden zich al laten dopen zolang de noodzakelijke toestemming wordt gegeven.
Moet de doop van gezinsleden worden uitgesteld totdat de vader het Aäronisch priesterschap ontvangt en de doop zelf kan verrichten? Nee. Broeders ontvangen het Aäronisch priesterschap niet op dezelfde dag als hun doop. Ze moeten eerst een gesprek met de bisschop hebben en door de leden van de wijk worden gesteund.
Mag ik iemand onderwijzen en dopen van wie het kerklidmaatschap is ingetrokken of opgezegd? Mensen van wie het kerklidmaatschap is ingetrokken of opgezegd, kunnen door de doop en bevestiging weer tot de kerk toetreden. Als ze les willen krijgen, overleg jouw rol dan met plaatselijke priesterschapsleiders en je zendingspresident.
In een ring valt deze toetreding door de doop onder de bisschop of ringpresident. In een zending valt deze onder de zendingspresident. Deze leiders ontvangen waar nodig raad van het Eerste Presidium. De zendelingen zijn in deze gevallen niet verantwoordelijk voor het doopgesprek en het invullen van het formulier Doop en bevestiging. Een zendeling kan wel worden gevraagd om de doop te verrichten.
Voormalige leden van de kerk die zich laten herdopen, zijn geen bekeerlingen. Toch kunnen zendelingen soms een belangrijke rol spelen om ze te helpen de zegeningen van het kerklidmaatschap opnieuw te ontvangen.
Wat doe ik als iemand een doopdatum heeft, maar nog niet alle toezeggingen nakomt? Wacht met het plannen van een doopgesprek totdat iemand zijn of haar toezeggingen nakomt en aan de doopvereisten voldoet. Zie ‘De doop uitstellen’ in dit hoofdstuk.
Wat doe ik als een koppel dat zich wil laten dopen, samenwoont? Mensen die ongehuwd samenwonen kunnen pas gedoopt worden wanneer ze de wet van kuisheid naleven. Dat betekent niet meer samenwonen – of het nu om een heteroseksueel of homoseksueel stel gaat – of, in het geval van een man en een vrouw, trouwen. Ze dienen ook geloof tot bekering te oefenen, zoals in Leer en Verbonden 20:37 wordt beschreven. Het huwelijk tussen man en vrouw is een essentieel onderdeel van Gods plan.
In vraag 5 en 6 van het doopgesprek wordt gevraagd of de persoon ooit een ernstig misdrijf heeft begaan of bij een abortus betrokken is geweest. Wat doe ik als iemand hier ‘ja’ op antwoordt? Als dit tijdens een doopgesprek ter sprake komt, vraag dan niet naar de details. Beloof niet dat hij of zij zich mag laten dopen. Toon wel je liefde en leg vriendelijk uit dat een volwassener iemand met meer ervaring met hem of haar zal spreken en hen zal helpen.
Stuur een verzoek om een doopgesprek naar je zendingspresident. Hij of een van zijn raadgevers zal met de dopeling afspreken. Zie Algemeen handboek, 38.2.8.7 en 38.2.8.8.
Wat doe ik als er een lidmaatschapskaart is aangemaakt voordat ik het formulier Doop en bevestiging heb ingediend? Vraag je zendingspresident om instructies.
Individuele studie
Stel jezelf in de plaats van de dopeling en vraag je af hoe je je tijdens het doopgesprek zou voelen. Denk na over de onderstaande vragen en schrijf je ingevingen op.
Wat kan het gesprek ongemakkelijk voor je maken? Wat zou de zendeling kunnen doen of zeggen om je op je gemak te stellen?
Hoe zou je willen dat de zendeling met je omgaat?
Hoe zou je willen dat de zendeling reageert als je twijfels of bezwaren uitspreekt of een ernstige zonde bekent?
Afbeelding
doop
De doopdienst
De doopdienst en bevestiging moeten geestelijke hoogtepunten voor nieuwe leden zijn. De doopdienst wordt gepland zodra iemand aan de doopvereisten voldoet. Leg uit wat je hebt gepland en waarom. Bespreek welke kleding gepast is, en zeg dat de dopeling voor de doop witte kleding krijgt.
Doopdiensten voor bekeerlingen worden op aanwijzing van de bisschap gepland. De wijkzendingsleider (indien geroepen) of het lid van het quorumpresidium ouderlingen dat leiding aan het zendingswerk geeft, plant en leidt deze diensten. Hij coördineert die met de voltijdzendelingen. Doopdiensten zijn eenvoudig, kort en geestelijk opbouwend.
Nodig een lid van de bisschap, een lid van het ZHV-presidium en een lid van het quorumpresidium ouderlingen (als hij de leiding niet heeft) uit om de doopdienst bij te wonen. Nodig indien gepast andere leidinggevenden van organisaties, jongerenleid(st)ers en dienende broeders en zusters (indien toegewezen) uit. Nodig samen met de dopeling zijn of haar vrienden en familieleden voor de doopdienst uit.
Je kunt ook andere mensen die je onderwijst, uitnodigen. Door deze ervaring kunnen zij de Geest voelen en meer over het evangelie leren. Vraag na de dienst wat zij ervan vonden en nodig ze uit om de lessen te volgen.
Een doopdienst kan er als volgt uitzien:
Welkomstmuziek
Een korte verwelkoming door de priesterschapsleider die de dienst leidt (een lid van de bisschap presideert indien mogelijk)
Openingslofzang en -gebed
Een of twee korte toespraken over evangelieonderwerpen, zoals de doop en de gave van de Heilige Geest
Muzikale bijdrage
De doop
Een moment van eerbied terwijl de mensen die aan de doop hebben deelgenomen, zich omkleden. (Er kunnen dan lofzangen of jeugdwerkliedjes worden gespeeld of gezongen. De zendelingen kunnen ook een korte presentatie over het evangelie geven.)
Getuigenis door nieuwe leden, indien gewenst
Slotlofzang en -gebed
Muziek ter afsluiting
Als de doopdienst op zondag is, zorg er dan voor dat deze de andere kerkdiensten zo min mogelijk hindert.
Afbeelding
bevestiging
Bevestiging
Iemand ontvangt de verordening van de bevestiging na zijn of haar doop (zie Leer en Verbonden 20:41). Een bekeerling is pas lid van de kerk als zowel de verordening van de doop als de verordening van de bevestiging is verricht en geregistreerd.
De bevestiging wordt op aanwijzing van de bisschop verricht. Hij voert hiervoor echter geen apart gesprek.
Werk nauw samen met de bisschop en wijkzendingsleider (indien geroepen) om nieuwe bekeerlingen te laten bevestigen. De bevestiging vindt zo snel mogelijk na de doop plaats, het liefst de volgende zondag. De bisschop kan bij uitzondering echter toestaan dat de bevestiging tijdens de doopdienst plaatsvindt. (Zie Algemeen handboek, 18.8.)
Bekeerlingen worden doorgaans bevestigd in een avondmaalsdienst van de wijk waartoe zij behoren. De bisschop nodigt de zendelingen die in de wijk dienen doorgaans uit om aan de bevestiging deel te nemen. Als een zendeling de bevestiging verricht, moet hij daarvoor ook toestemming van de zendingspresident hebben. (Zie Algemeen handboek, 18.8.1.) Ten minste één lid van de bisschap neemt aan de verordening deel.
Vul het formulier Doop en bevestiging in
Het is van essentieel belang dat er onmiddellijk na de doop en bevestiging een lidmaatschapskaart wordt aangemaakt. Moroni schreef daarover in zijn tijd dat nieuwe leden ‘onder het volk van de kerk van Christus [werden] gerekend; en hun naam werd opgeschreven, zodat zij bekend zouden blijven en gevoed worden door het goede woord van God, om hen op het rechte pad te houden’ (Moroni 6:4).
Begin al met het invullen van het formulier Doop en bevestiging in de app Predik mijn evangelie als iemand zich op de doop voorbereidt. Leg uit dat aan de hand van dit formulier een lidmaatschapskaart wordt aangemaakt. Hierin staan belangrijke gegevens over de verordeningen die iemand ontvangt. Als leden van de kerk verhuizen, wordt hun lidmaatschapskaart naar hun nieuwe wijk gestuurd, zodat de plaatselijke leidinggevenden en leden hen daar kunnen steunen.
Zodra het nieuwe lid zich heeft laten dopen en bevestigen, werk je het formulier bij met de gegevens van beide verordeningen, zoals wie die hebben verricht. Als je het formulier hebt ingevuld, zet je de gegevens in de app Predik mijn evangelie en dien je die digitaal in bij de wijkadministrateur. Zodra de administrateur het formulier heeft ontvangen, neemt hij het door en maakt hij een lidmaatschapskaart aan.
Als de lidmaatschapskaart is aangemaakt, maakt een administrateur een doop- en bevestigingscertificaat aan. De bisschop ondertekent het certificaat, waarna het aan het nieuwe lid wordt overhandigd.
De naam en het geslacht op de lidmaatschapskaart en het certificaat moeten met de naam op het geboortebewijs, de geboorteakte of de huidige wettige naam van de betrokkene overeenkomen.
Individuele studie of studie met je collega
Bestudeer Mosiah 6:1–3 en Moroni 6:1–4. In welk opzicht hebben deze teksten betrekking op het correct registreren van de doop en bevestiging?
Na de doop en bevestiging
Ga door met bedienen
Blijf nieuwe leden na hun doop en bevestiging begeleiden en steunen. Help ze naar de kerk te gaan en een band met de leden te ontwikkelen. Lees met ze in het Boek van Mormon en help ze om het evangelie met hun familieleden en vrienden te delen. Wijs ze op het boekje Mijn verbondspad. Blijf hun vooruitgang bijhouden in de app Predik mijn evangelie, waaronder hun aanwezigheid in de avondmaalsdienst en de lessen die ze hebben gevolgd.
Afbeelding
mannen omhelzen elkaar
Geef de zendelingenlessen na de bevestiging opnieuw. Jij neemt daarbij het voortouw. Coördineer dit echter wel met de leidinggevenden in de wijk zodat de wijkzendelingen en andere leden daaraan kunnen deelnemen. Moedig de nieuwe leden aan om alle toezeggingen in de lessen na te komen.
Overleg in de wekelijkse coördinatievergadering hoe de leden de nieuwe bekeerlingen kunnen steunen en helpen actief in de kerk bezig te zijn. Plan wie ze aan de leidinggevenden van de quorums of organisaties voorstelt. Coördineer de bijdrage van andere leden bij het opnieuw geven van de lessen. Vraag of er dienende broeders (en dienende zusters voor vrouwen) kunnen worden toegewezen.
Een man komt na zijn bevestiging in aanmerking om het Aäronisch priesterschap te ontvangen als hij aan het einde van het jaar minstens 12 jaar oud is. Ordening in het Aäronisch priesterschap gebeurt op aanwijzing van de bisschop. (Zie Algemeen handboek, 38.2.9.1.)
Houd voor zover mogelijk je leven lang contact met de mensen die je hebt onderwezen. Steun hen om alle zegeningen van het evangelie van Jezus Christus te ontvangen.
Afbeelding
Ouderling Gerrit W. Gong
‘Als we met een gebroken hart en een verslagen geest tot Hem komen, zullen we een luisterend oor bij Jezus Christus vinden en in zijn begripvolle, veilige armen worden gesloten. Gewijde verordeningen bieden verbondssaamhorigheid en “de macht der goddelijkheid”, tot heiliging van de innerlijke intentie en het uiterlijk gedrag [Leer en Verbonden 84:20]. Dankzij zijn tedere zorg en verdraagzaamheid wordt zijn kerk onze herberg.’ (Gerrit W. Gong, ‘Plaats in de herberg’, Liahona, mei 2021, 27.)
Help nieuwe leden de zegeningen van de tempel te ontvangen
Nieuwe leden van de juiste leeftijd kunnen een tempelaanbeveling krijgen, zodat ze zich voor hun overleden familieleden kunnen laten dopen. (Zie Algemeen handboek, 26.4.2.) Deze aanbeveling krijgen ze van hun bisschop. Moedig nieuwe leden aan en help ze om zo snel mogelijk een tempelaanbeveling te krijgen. Als er een tempel in de buurt is, kun je de nieuwe leden uitnodigen om zich op een specifiek moment voor hun overleden voorouders te laten dopen.
Plan in de wekelijkse coördinatievergadering wie de nieuwe leden aan de wijkleider tempelwerk en familiegeschiedenis voorstelt. Deze leider kan ze bijstaan in hun voorbereiding om de zegeningen van de tempel te ontvangen door hun eigen tempelverbonden te sluiten.
Ideeën voor studie en toepassing
Individuele studie
Bedenk met welke moeilijkheden een dopeling te maken kan krijgen. Waarom is het belangrijk dat dopelingen de liefde en vriendschap van de leden van de kerk voelen?
Bestudeer Moroni 6 en Leer en Verbonden 20:68–69. Wat kun je uit deze teksten leren over het voorbereiden van mensen op de doop en bevestiging? Schrijf op wat je leert. Bespreek je gedachten tijdens je studie met je collega.
Studie met je collega en uitwisseling van collega’s
Ouderling Henry B. Eyring heeft uitgelegd waarom de evangelienormen zo belangrijk zijn. Bespreek zijn onderstaande raad. Hoe kun je mensen aanmoedigen om ernaar te streven deze normen na te leven?
‘De Heer stelt zijn normen zodat Hij ons kan zegenen. Denk eens over die zegeningen na: Hij belooft diegenen die voldoen aan de normen de hulp van de Heilige Geest. Hij belooft gemoedsrust. Hij belooft de mogelijkheid om de heilige verordeningen in zijn huis te ontvangen. En Hij belooft het eeuwige leven aan de mensen die tot het einde toe volharden in het naleven van die normen. […]
‘Omdat we de mensen die we dienen, liefhebben, willen we beter ons best doen om ervoor te zorgen dat de kinderen van onze hemelse Vader getrouw en rein zijn om alle zegeningen van de Heer te kunnen ontvangen. […]
‘Duidelijk en zonder excuses begint u met het verkondigen en naleven van de normen van de Heer. En hoe meer de wereld van die normen afdwaalt en ze bespot, hoe moediger wij ze moeten verkondigen en naleven.’ (‘Standards of Worthiness’, eerste wereldwijde instructiebijeenkomst voor leidinggevenden, januari 2003, 10–11.)
Neem de vragen van het doopgesprek door. Bedenk hoe je de onderstaande situaties zou aanpakken:
Iemand heeft je niet verteld dat hij of zij een voorwaardelijke straf voor een misdrijf heeft gekregen.
Iemand heeft geen duidelijk antwoord op gebed ontvangen dat Joseph Smith een profeet was.
Iemand heeft twee dagen geleden een sigaret gerookt.
Iemand weet niet zeker of ze wel een antwoord op haar gebeden heeft ontvangen.
Het gezin voelt de druk van vrienden en weet niet zeker of ze klaar zijn om zich te laten dopen.
Neem het formulier Doop en bevestiging door. Waarom moeten deze gegevens juist en volledig zijn?
Districtsraad, zoneconferenties en zendingsleidingsraad
Bespreek hoe belangrijk het doopgesprek is. Bespreek ook hoe zendelingen mensen op het gesprek kunnen voorbereiden.
Bespreek welke mogelijkheden doopdiensten en bevestigingen bieden om belangstellenden te vinden.
Zendingsleiders en -raadgevers
Werk samen met de plaatselijke leidinggevenden in de wijk om ervoor te zorgen dat ze het rapport Voortgang op verbondspad goed gebruiken.
Leer districtsleiders, zoneleiders en zustertrainingsleidsters hoe ze mensen op het doopgesprek kunnen voorbereiden. Vraag ze om dit aan de andere zendelingen te leren.
Leer districtsleiders en zoneleiders hoe ze een doopgesprek voeren.
Leer ze hoe ze in een doopgesprek reageren als iemand vertelt dat hij of zij een ernstige zonde heeft begaan.
Woon indien mogelijk doopdiensten voor nieuwe leden bij. Praat met de nieuwe leden en luister naar hun bekeringsverhaal. Bespreek wat u daaruit leert met uw partner en met de zendelingen.