Adam en Eva buiten de hof van Eden

Beter dan het paradijs, Kendal Ray Johnson

17–23 januari

Genesis 5; Mozes 6

Leer ‘uw kinderen deze dingen vrijelijk’

Uw onderwijs voorbereiden, begint met uw studie van Mattheüs 5 en Mozes 6. Let bij die studie op ingevingen van de Heilige Geest over het onderwijs dat de kinderen nodig hebben.

Schrijf uw ingevingen op

Meedoen (pictogram)

Meedoen stimuleren

Schrijf op strookjes papier enkele kernwoorden die de kinderen kunnen herinneren aan wat ze de afgelopen week thuis hebben geleerd of in een eerdere jeugdwerkles. Laat de kinderen om de beurt een woordstrookje kiezen. Laat de kinderen die dat willen dan iets vertellen wat ze aangaande dat woord geleerd hebben.

Onderwijs (pictogram)

Kleine kinderen in de leer onderwijzen

Mozes 6:27, 31–34

God kan mij helpen om moeilijke dingen te doen.

Toen Henoch was geroepen om het evangelie te prediken, was hij bezorgd dat hij het niet kon. Maar God hielp hem om geweldige dingen te doen.

Mogelijke activiteiten

• Vraag de kinderen of ze weleens iets moesten doen wat ze moeilijk of eng vonden. Vertel het verhaal van Henochs roeping tot profeet dat in Mozes 6:27, 31–34 staat. (Zie ook ‘Henoch’ in Verhalen uit het Oude Testament.) Benadruk dat Henoch zich weliswaar niet klaar voelde om profeet te worden, maar dat God beloofde hem te helpen. Bespreek verschillende manieren waarop God ons helpt als we moeilijke dingen moeten doen.

• Geef voorbeelden uit de Schriften waarbij God mensen hielp om moeilijke dingen te doen. Bijvoorbeeld toen Noach de ark bouwde, toen David met Goliath vocht, toen Ammon de kudden van de koning beschermde, of toen Samuel de Lamaniet het evangelie predikte. (Zie voor afbeeldingen en tekstverwijzingen Evangelieplatenboek, nr. 7, 19, 78, 81.) Vertel over een gelegenheid waarbij de Heer u met iets moeilijks hielp.

Mozes 6:52

Het evangelie leert mij hoe ik bij mijn hemelse Vader terug kan keren.

God leerde Adam wat wij moeten doen om bij Hem terug te keren, namelijk geloof hebben, ons bekeren, ons laten dopen, en de gave van de Heilige Geest ontvangen. Hoe kunt u de kinderen hier meer over leren?

Mogelijke activiteiten

• Zoek of teken afbeeldingen van geloof, bekering, de doop en de gave van de Heilige Geest (zie de doe-pagina van deze week). Leg de afbeeldingen achter elkaar zodat ze naar een plaat van Jezus Christus leiden. Lees Mozes 6:52 voor en laat de kinderen bij de juiste afbeelding gaan staan als ze het woord of de woorden bij de afbeelding horen.

• Zing liedjes die de leringen in Mozes 6:52 belichten, zoals ‘Geloof’, ‘Help mij, o Vader’ (tweede strofe), ‘Als ik gedoopt ben’, en ‘De Heilige Geest’, (Kinderliedjes, p. 50–51, 52, 53, 54–55). Leg de kinderen uit dat wij tot onze hemelse Vader kunnen terugkeren, als we doen wat we in deze liedjes leren.

Mozes 6:58

Onze hemelse Vader wil dat ouders hun kinderen onderwijzen.

Vanaf de tijd van Adam en Eva hebben ouders de opdracht gekregen om hun kinderen in het evangelie te onderwijzen. Hoe kunt u de kinderen aanmoedigen om naar de goede leringen van hun ouders te luisteren en daarnaar te handelen?

Mogelijke activiteiten

• Lees Mozes 6:58 voor en toon de afbeelding van Adam en Eva’s gezin in het lesschema van deze week in Kom dan en volg Mij – voor personen en gezinnen. Herhaal samen het zinnetje ‘Leer “uw kinderen deze dingen vrijelijk”’. Leg uit dat God wil dat alle ouders het voorbeeld van Adam en Eva volgen en hun kinderen over Jezus Christus en zijn evangelie leren. Vraag de kinderen wat zij kunnen doen als hun ouders of anderen hen over het evangelie leren.

• Laat de kinderen foto’s van zichzelf bij foto’s van hun ouders zoeken, of foto’s van jonge dieren bij volwassen dieren van hun soort. Hoe helpen ouders hun kinderen? Wat leren zij hun? Laat de kinderen tekenen hoe hun ouders de kinderen onderwijzen. Ze kunnen bijvoorbeeld tekenen dat het gezin samen de Schriften leest, samen bidt of samen eet.

  gezin bestudeert Schriften

  Ouders onderwijzen hun kinderen in het evangelie.

Onderwijs (pictogram)

Grote kinderen in de leer onderwijzen

Mozes 6:26–34

God kan mij helpen om moeilijke dingen te doen.

Hoewel Henoch zichzelf niet geschikt achtte, hielp God hem om zijn roeping als profeet te vervullen. God kan de kinderen die u onderwijst ook helpen om moeilijke dingen te doen.

Mogelijke activiteiten

• Lees Mozes 6:26–34 met de klas. Waarom meende Henoch dat hij het evangelie niet kon prediken? (Zie Mozes 6:31.) Hoe hielp God Henoch? (Zie Mozes 6:32–34; 7:13.)

• Laat de kinderen enkele moeilijke dingen noemen die kinderen van hun leeftijd soms doen, zoals een opdracht voor school maken, vriendelijk zijn tegen iemand die onvriendelijk is, of de waarheid vertellen als ze iets verkeerds hebben gedaan. Laat de kinderen in Mozes 6:32–34 zoeken naar zinsneden waar ze iets aan hebben. Laat de kinderen vertellen over een situatie waarin God ze hielp om iets moeilijks te doen. Vertel ook iets wat u zelf hebt meegemaakt.

Mozes 6:50–62

Geloof, bekering, doop en de gave van de Heilige Geest bereiden mij voor om bij God terug te keren.

Adam en Henoch leerden hun volk de eerste beginselen en verordeningen van het evangelie: geloof, bekering, de doop en het ontvangen van de gave van de Heilige Geest (zie ook Geloofsartikelen 1:4). Hoe kunt u de kinderen het belang van deze beginselen en verordeningen laten inzien?

Mogelijke activiteiten

• Laat de kinderen in Mozes 6:52, 57 zoeken naar de beginselen en verordeningen van het evangelie die in het vierde geloofsartikel worden genoemd.

• Schrijf het vierde geloofsartikel op het bord en laat de kinderen het lezen. Veeg dan een of twee woorden uit en laat ze het opnieuw lezen, waarbij ze de ontbrekende woorden aanvullen. Herhaal die procedure totdat de kinderen het geloofsartikel kennen.

• Laat de kinderen een kort toespraakje over geloof, bekering, de doop en het ontvangen van de gave van de Heilige Geest schrijven. Iets wat ze thuis kunnen voordragen. Ieder toespraakje bevat een tekst, een ervaring en een getuigenis. Ze kunnen in hun toespraakje ook uitleggen hoe het beginsel ons helpt om bij onze hemelse Vader terug te keren.

Mozes 6:57–58

Ouders zijn verantwoordelijk voor het onderricht aan hun kinderen.

God vertrouwt ouders het leeuwenaandeel van evangelieonderwijs aan hun kinderen toe. Hoe kunt u de kinderen aanmoedigen om hun ouders daarbij te steunen?

Mogelijke activiteiten

• Laat een kind Mozes 6:58 voorlezen. Welk gebod heeft onze hemelse Vader ouders in dit vers gegeven? Toon een afbeelding van Adam en Eva die hun kinderen onderwijzen. (Zie het lesschema van deze week in Kom dan en volg Mij – voor personen en gezinnen.) Vraag de kinderen wat ze op deze afbeelding zien. Moedig ze aan om iets te vertellen over belangrijke evangeliebeginselen die ze thuis hebben geleerd.

• Laat de kinderen een bedankbriefje aan hun ouders schrijven of iets anders bedenken om hun waardering voor hun ouders te tonen. Zing een liedje over het gezin, zoals ‘Omdat hier liefde is’ (Kinderliedjes, p. 102–103). Hoe kunnen we onze ouders helpen om thuis een liefdevolle sfeer te scheppen?

Studie (pictogram)

Thuisstudie stimuleren

Hoe kunt u zorgen dat de kinderen buiten de klas verder leren? U kunt ze aanmoedigen om aan Henoch te denken als ze de komende week met iets moeilijks te maken krijgen.

Ons onderwijs verbeteren

Gebruik de doe-pagina’s. Terwijl de kinderen kleuren, kunt u de beginselen uit de les herhalen. Lees de woorden erop zo nodig aan ze voor.

doe-pagina: Het evangelie leert me hoe ik bij mijn hemelse Vader kan terugkomen