Maria en Elizabet

2–8 januari

Mattheüs 1; Lukas 1

‘Laat met mij geschieden overeenkomstig uw woord’

Schrijf terwijl u Mattheüs 1 en Lukas 1 leest en overdenkt, de geestelijke indrukken op die u krijgt. Welke leerstellige waarheden vindt u zoal? Welke boodschappen zijn voor u en uw gezin het waardevolst? Met de ideeën in dit lesschema doet u mogelijk nog meer inzichten op.

Schrijf uw indrukken op

Vanuit menselijk oogpunt was het onmogelijk. Een maagd kon niet zwanger zijn. Dat gold evenzeer voor een onvruchtbare vrouw die te oud was om kinderen te krijgen. Maar God had een plan voor de geboorte van zijn Zoon en de geboorte van Johannes de Doper. En dus werden Maria en Elizabet beiden, tegen alle aardse verwachtingen in, moeder. We kunnen uit hun ervaringen hoop putten als we zelf voor iets komen te staan wat schijnbaar onmogelijk is. Kunnen we onze zwakheden wel overwinnen? Kunnen we het hart van een onwillig familielid raken? Gabriël had de volgende woorden net zo goed tot ons kunnen richten toen hij tegen Maria zei: ‘Geen ding zal bij God onmogelijk zijn’ (Lukas 1:37). En Maria’s reactie kan ook de onze zijn wanneer God zijn wil openbaart: ‘Laat met mij geschieden overeenkomstig uw woord’ (Lukas 1:38).

individuele studie (pictogram)

Ideeën voor individuele Schriftstudie

Wie waren Mattheüs en Lukas?

Mattheüs was een Joodse tollenaar, of belastingontvanger, die door Jezus als een van zijn apostelen werd geroepen. (Zie Mattheüs 10:3; zie ook Gids bij de Schriften, ‘Tollenaar’.) Mattheüs schreef zijn evangelie voornamelijk voor mede-Joden. Hij beklemtoonde dan ook profetieën over de Messias in het Oude Testament die door het leven en de bediening van Jezus in vervulling gingen.

Lukas was een niet-Joodse arts die met de apostel Paulus meereisde. Hij schreef zijn evangelie na de dood van de Heiland voornamelijk voor een niet-Joods publiek. Hij getuigde van Jezus Christus als de Heiland van zowel de Joden als de andere volken. Hij legde ooggetuigenverslagen van gebeurtenissen in het leven van de Heiland vast. Ook schreef hij meer verhalen waarin vrouwen voorkomen dan in de andere evangeliën het geval is.

Zie ook Gids bij de Schriften, ‘Evangeliën’, ‘Mattheüs’, ‘Lukas’.

Mattheüs 1:18–25; Lukas 1:26–35

Jezus Christus had een sterfelijke moeder en een onsterfelijke Vader.

In Mattheüs 1:18–25 en Lukas 1:26–35 leest u hoe Mattheüs en Lukas het wonder van Jezus’ geboorte beschreven. Hoe versterken hun beschrijvingen uw geloof in de Heiland? Waarom is het belangrijk voor u dat u weet dat Jezus Christus de Zoon van God is en de zoon van Maria?

President Russell M. Nelson heeft uitgelegd dat de verzoening van Jezus Christus ‘het persoonlijke offer [eiste] van een onsterfelijk wezen, op wie de dood geen vat had. Maar toch moest Hij sterven en zijn lichaam weer opnemen. De Heiland was de enige die daaraan kon voldoen. Van zijn moeder erfde Hij het vermogen om te sterven. Van zijn Vader kreeg Hij macht over de dood.’ (Zie ‘Bestendigheid te midden van verandering’, De Ster, januari 1994, 32.)

Lukas 1:5–25, 57–80

Gods zegeningen komen op zijn bestemde tijd.

Als u op een zegening wacht of als God uw gebeden niet lijkt te horen, kan het verhaal van Elizabet en Zacharias u eraan herinneren dat Hij u niet vergeten is. Ouderling Jeffrey R. Holland heeft beloofd: ‘Dus doe ik u, terwijl we samen werken en wachten op antwoord op sommige gebeden, mijn apostolische belofte dat ze gehoord en verhoord worden, al is het misschien niet op het moment en de manier waarop wij dat wensen. Maar ze worden altijd verhoord op het moment en de manier waarop een alwetende en oneindig meelevende ouder ze zou moeten verhoren.’ (‘Op de Heer wachten’, Liahona, november 2020, 115–116.) Hoe bleven Zacharias en Elizabet trouw? (Zie Lukas 1:5–25; 57–80.) Wacht u op een bepaalde zegening? Wat verwacht de Heer van u terwijl u erop wacht?

Elizabet en Zacharias met baby Johannes

Elizabet en Zacharias werden na trouw wachten met een zoon gezegend.

Mattheüs 1:18–25; Lukas 1:26–38

De getrouwen onderwerpen zich gewillig aan Gods wil.

Net als Maria merken we soms dat Gods plannen behoorlijk afwijken van wat wij gepland hadden. Wat leert u van Maria over Gods wil accepteren? Noteer in de volgende tabellen uitspraken van de engel en van Maria (zie Lukas 1:26–38). Noteer ook de boodschappen die u erin tegenkomt:

De woorden van de engel tot Maria	Boodschap voor mij
De woorden van de engel tot Maria ‘De Heere is met u’ (vers 28).	Boodschap voor mij De Heer kent mijn situatie en moeilijkheden.
De woorden van de engel tot Maria	Boodschap voor mij
De woorden van de engel tot Maria	Boodschap voor mij

Reactie van Maria	Boodschap voor mij
Reactie van Maria ‘Hoe zal dat mogelijk zijn?’ (vers 34.)	Boodschap voor mij Het is prima om vragen te stellen zodat we Gods wil beter begrijpen.
Reactie van Maria	Boodschap voor mij
Reactie van Maria	Boodschap voor mij

Wat leert u uit Jozefs rechtschapen voorbeeld in Mattheüs 1:18–25 over Gods wil accepteren? Wat leert u nog meer uit de ervaringen van Zacharias en Elizabet? (Zie Lukas 1.)

Zie ook Lukas 22:42; Gids bij de Schriften, ‘Gabriël’.

Lukas 1:46–55

Maria getuigde van de zending van Jezus Christus.

Maria’s woorden in Lukas 1:46–55 kondigden aspecten van de zending van de Heiland aan. Wat komt u uit Maria’s woorden over Jezus Christus te weten? U zou deze verzen kunnen vergelijken met Hanna’s woorden in 1 Samuel 2:1–10 en met de zaligsprekingen van Jezus in Mattheüs 5:3–12. Wat leert de Geest u als u deze verzen overdenkt?

studie in gezinsverband (pictogram)

Ideeën voor Schriftstudie in gezinsverband en de thuisavond

Mattheüs 1:1–17.Lees het geslachtsregister van Jezus. Bespreek daarna eventueel uw eigen familiegeschiedenis en vertel enkele verhalen over uw voorouders. Hoe kan kennis van uw familiegeschiedenis uw gezin tot zegen zijn? Zie FamilySearch.org/discovery voor meer activiteiten rond familiegeschiedenis.

Mattheüs 1:20; Lukas 1:11–13, 30.Waarom zouden de mensen in deze verzen bang zijn geweest? Wat maakt ons bang? Hoe vraagt God ons ‘niet bevreesd’ te zijn?

Lukas 1:37.Help uw gezinsleden het geloof te ontwikkelen dat ‘geen ding […] bij God onmogelijk [zal] zijn’. Zoek daartoe samen in Lukas 1 op welke dingen God heeft gedaan die wij misschien onmogelijk achten. Welke andere verhalen kunnen we, uit de Schriften of ons eigen leven, vertellen waarin God ogenschijnlijk onmogelijke dingen heeft gedaan? Het Evangelieplatenboek kan ideeën opleveren.

Lukas 1:46–55.Welke ‘grote dingen’ heeft de Heiland zoal voor ons gedaan? Wat kan het voor onze ziel betekenen om de Heer groot te maken?

U vindt meer ideeën voor onderwijs aan kinderen in het lesschema van deze week in Kom dan en volg Mij – voor het jeugdwerk.

Aanbevolen liedje: ‘Hij zond zijn Zoon’, Kinderliedjes, p. 20–21.

Ons onderwijs verbeteren

Pas de Schriften in de praktijk toe. Vraag uw gezinsleden een tekst uit de Schriften te lezen en die op hun leven toe te passen. (Zie Onderwijzen naar het voorbeeld van de Heiland, 21.) Hoe kunnen uw gezinsleden bijvoorbeeld toepassen wat ze uit Mattheüs 1 en Lukas 1 geleerd hebben over gehoor geven aan een opdracht van God?

Gabriël verschijnt aan Maria

U bent gezegend onder de vrouwen, Walter Rane