2013
Het Boek van Mormon — vertel anderen erover
januari 2013


Het Boek van Mormon — vertel anderen erover

Afbeelding
Ouderling Juan A. Uceda

Ik wist dat het Boek van Mormon waar was vanwege drie dingen die ik voelde toen ik erin las.

Toen ik achttien was, woonde ik in Lima (Peru). Daar was ik geboren en getogen. Mijn vader kwam in die tijd een goede vriend tegen die hij al lang niet meer had gezien.

Mijn vader was onder de indruk van zijn vriend omdat die er jonger en goed verzorgd uitzag. Hij vroeg aan zijn vriend hoe het kwam dat hij zo veranderd was. ‘Heb je net de loterij gewonnen?’ vroeg hij. Zijn vriend antwoordde: ‘Nee, eigenlijk iets beters. Ik ben nu mormoon en ik wil jou en je gezin graag over het evangelie vertellen.’

Mijn vader dacht dat zijn vriend een grapje maakte, dus zei hij: ‘Oké, stuur de zendelingen dan maar.’ Maar deze man meende het echt, dus stonden binnen een paar dagen de zendelingen voor de deur. Dat was het begin van een fantastische ervaring.

De zendelingen vertelden ons over het Boek van Mormon en lieten een exemplaar voor ons achter. Dat was tijdens de zomer, toen ik na een jaar aan de universiteit twee maanden op vakantie was. Dus begon ik die middag na de les in het boek te lezen.

Ik las de ene na de andere pagina en wist van geen ophouden. Het boek had een soort betoverend effect. Ik houd van lezen en heb veel boeken, maar dit boek was anders. Het boek boeide mij. Toen ik een paar uur had gelezen, zei mijn moeder: ‘Juan, doe het licht uit! Je broers willen slapen.’ ‘Ja, is goed. Nog even’, zei ik, en las door. Zelfs nadat ik uren gelezen had, had ik geen honger of dorst en geen zin om te slapen.

Afbeelding
young man reading in bed

Voordat ik het boek uit had, wist ik dat er iets bijzonders in stond. Ik had een getuigenis vanwege drie dingen die ik voelde terwijl ik het boek voor de eerste keer las.

Het eerste wat ik tijdens die uren voelde, was gemoedsrust, anders dan ik ooit tevoren gevoeld had. Die gemoedsrust bleef een paar uur bij me.

Het tweede wat ik tijdens het lezen voelde, was vreugde. Het was niet de soort blijdschap die ik kreeg als ik vrienden om mij heen had of iets leuks voor mijzelf kocht. Het was geen gevoel van blijdschap, maar van vreugde. Tijdens het lezen huilde ik en ik besefte: ‘Wauw, ik vind het leuk!’

Het derde wat ik voelde, was verlichting. Toen ik net met lezen begon, was het moeilijk te begrijpen omdat er voor mij onbekende woorden als Nephi en verzoening in stonden. Maar na een paar uur gelezen te hebben, werd mijn verstand opengesteld en was het net alsof er een lichtje in mijn gedachten ging branden, zodat ik steeds beter begreep wat ik las.

Ik kwam er later achter dat de Geest ons onder meer door die drie gevoelens iets openbaart. Ik had de Geest ontvangen en was klaar om me te laten dopen, maar ik moest wachten tot de rest van mijn familie zelf een getuigenis had ontvangen. Uiteindelijk, op 6 april 1972, lieten mijn moeder, mijn zus en ik ons dopen. Mijn vader en twee andere broers waren aanwezig en letten goed op wat er gebeurde. Een paar maanden later lieten zij zich ook dopen.

De kerk en het evangelie kwamen op het juiste moment in mijn leven. In mijn eerste jaar aan de universiteit werd ik blootgesteld aan veel filosofieën van de mens, en aan nieuwe denkbeelden en levenswijzen die heel anders waren dan ik gewend was. Veel van de waarden die ik in mijn jeugd in mijn andere kerk had geleerd, werden ontkracht door de nieuwe denkbeelden waar ik mee te maken kreeg.

Ik vond het moeilijk omdat ik erdoor in de war raakte. Er waren zoveel dingen die ik als onjuist beschouwde, maar de rest deed daar niet moeilijk over. En ik kon mijn waarden niet goed verdedigen met het beetje kennis dat ik had.

Na mijn doop was het heel anders voor mij om terug naar de universiteit te gaan. Nu kon ik met liefde op anderen reageren. Ik kon met zelfvertrouwen zeggen: ‘Nee, dank je, dat doe ik liever niet.’ En nu weet ik waarom ik dat moest zeggen. De kerk en het Boek van Mormon kwamen op het juiste moment. Ik ben er erg dankbaar voor, want mijn leven is erdoor veranderd.

Ik ben gezegend omdat ik lid van de kerk ben geworden. In de kerk ben ik mijn beste vrienden tegengekomen. Ik was daarvóór erg verlegen en zat liever thuis te studeren of boeken te lezen. Zo had ik het naar mijn zin. Maar toen ik in de kerk kwam, kwam ik erachter wat echte vriendschap is. Ik heb in de kerk een fijne jonge vrouw ontmoet die mijn echtgenote is geworden. Ik heb kennisgemaakt met priesterschapsleiders en mensen die om mij geven. In de kerk van de Heer heb ik gevonden waar ik behoefte aan had.

Veel mensen zouden in de kerk vinden waar ze behoefte aan hebben. Wees niet bang om je mond open te doen en tegen je vrienden te zeggen: ‘Dit is wat ik geloof. Ik wil jou er graag over vertellen.’ Soms hoor je dat volwassenen je vertellen wat goed en fout is, maar als een vriend of vriendin van jouw leeftijd hetzelfde zegt, volg je die. Om de een of andere reden telt de stem van onze vrienden meer mee dan de stem van volwassenen. Dus wees een goed voorbeeld, want je weet maar nooit of er een Juan Uceda op je staat te wachten. Je weet het nooit, tenzij je je mond open doet en zegt: ‘Juan, ik wil graag dat je mee naar mijn kerk komt. Ik wil graag dat je dit boek leest.’ Als je dat ene kleine ding doet, kunnen er levens veranderd worden.

Ouderling Uceda (tweede van rechts) met zijn familie in Lima (Peru), kort nadat hij lid van de kerk was geworden.

Nadat ouderling Uceda lid van de kerk was geworden, kreeg hij op zijn voltijdzending in Peru vaak de kans om zijn getuigenis van het Boek van Mormon te geven. Linksboven: ouderling Uceda (rechts) staat naast een gezin van bekeerlingen die hij onderwezen heeft. Linksonder: ouderling Uceda (achterste rij, rechts) komt met andere zendelingen buiten het kerkgebouw bijeen.

Familiefoto’s geplaatst met toestemming van ouderling Uceda: illustraties Brian Call