Jaarlijkse uitzendingen
De kracht van persoonlijke openbaring


De kracht van persoonlijke openbaring

Trainingsuitzending kerkelijke onderwijsinstellingen • 12 juni 2019 • kantoorgebouw van de kerk, auditorium begane grond

Voordat ik vandaag aan mijn toespraak begin, wil ik mijn dankbaarheid en liefde voor u uitspreken. Het is een vreugde om dit grote werk met u te doen om de opkomende generatie te helpen het evangelie van Jezus Christus diepgaand te leren. Ik heb u lief en bid dat u en uw gezin de zegeningen van de Heer mogen ontvangen.

Ik wil vandaag spreken over drie patronen van persoonlijke openbaring in het Boek van Mormon:

Heilige kronieken die van Jezus Christus en van het plan van de Vader getuigen. Het getuigenis van de Heilige Geest dat geloof in Jezus Christus versterkt en onze bekering tot Hem verdiept. Levende profeten die van Jezus Christus getuigen en zich tegen het kwaad uitspreken.

Deze patronen worden levendig en krachtig in het Boek van Mormon voorgesteld omdat ze in onze tijd essentieel zijn – zelfs cruciaal – voor een vergroting van het geloof in Jezus Christus en een diepgaandere bekering tot Hem.1

We leven in een tijd waarin goddeloze en misleide mensen al het mogelijke in het werk stellen om de opkomende generatie ervan te overtuigen dat goed kwaad is en kwaad goed. Ze gebruiken methoden zoals Sherem, Nehor en Korihor in het Boek van Mormon die gebruikten: sluwe argumenten, vleiende denkbeelden, en zorgvuldig uitgedachte etiketten en beelden, om valse leerstellingen over onze band met God, liefde, tolerantie, huwelijk, eeuwige identiteit, gezin en nog veel andere onderwerpen te scheppen. Veel van deze ideologieën en leerstellingen van de mens hebben ‘een schijn van godsvrucht, maar verloochenen de kracht daarvan’.2

Onze cursisten worden elke minuut van elke dag met zulke boodschappen gebombardeerd, en zij hebben persoonlijke openbaring nodig om hun geloof in Jezus Christus te versterken en hun bekering tot Hem diepgaander te maken. Ik hoop en bid dat u alles zult doen wat in uw vermogen ligt om onze cursisten te helpen deze patronen van persoonlijke openbaring diepgaander te leren.

Heilige kronieken die van Jezus Christus getuigen

Ik begin met heilige kronieken die van Jezus Christus getuigen. Dit is een thema dat als een rode draad door het Boek van Mormon heenloopt. Het begon met de koperen platen.3

Nephi’s ervaring met Laban was een vruchtbaar voorval in zijn leven. Nephi leerde hoe belangrijk die kronieken voor hem en zijn familie waren: ‘Het is wijsheid in Gods bestel dat wij die kronieken verkrijgen om de taal van onze vaderen voor onze kinderen te bewaren; en ook […] de woorden […] die bij monde van alle heilige profeten zijn gesproken.’4

De koperen platen hadden een grote uitwerking op de geestelijke, godsdienstige en sociale ontwikkeling van het Nephitische volk. Ze werden een bron van persoonlijke openbaring en heerlijke profetieën aangaande de komst van de Zoon van God, de Heilige van Israël. Zij gaven ook krachtig getuigenis van het wonderbaarlijke heilsplan van de Vader. De heilige profeten die op de koperen platen worden aangehaald, getuigden dat de Messias voor de zonden van de wereld verzoening zou brengen, zou lijden en sterven, en triomferend over zonde en dood zou herrijzen.5

De koperen platen bevatten ook de verbonden van de Vader met Abraham en het hele huis van Israël. Lehi ontdekte dat hij een afstammeling van Jozef was en dat zijn nageslacht kinderen van het verbond zouden zijn, erfgenamen van alle beloften die God Abraham had gedaan, inclusief de vergadering van Israël in de laatste dagen.

Lehi gebruikte de koperen platen om zijn kinderen aangaande de Heiland te onderwijzen en aangaande de verbonden die de Vader met het huis van Israël had gesloten. Nephi en zijn broer, Jakob, zetten die praktijk voort en voegden later op aanwijzing van de Heer hun eigen kronieken toe.6 Nephi werd werkelijk bekeerd tot het belang van blijvende kronieken bijhouden, met name van alles wat heilig was.7

Op het fundament dat de Nephieten in die eerste dagen in het beloofde land legden, bouwden ze een cultuur waarin het bijhouden, lezen en onderwijzen uit heilige kronieken verheven en heilige taken waren. Met geloof in Jezus Christus en toewijding aan het koesteren en behouden van zijn woord, werden de Nephieten een samenleving waarin men heilige kronieken bijhield, las en eruit onderwees.8 De officiële kronieken werden op platen bijgehouden, maar in de loop der tijd ontwikkelden de Nephieten een publicatiesysteem zodat de heilige kronieken gekopieerd konden worden op lichtgewicht materialen, en wijd en zijd verbreid konden worden.9

Door deze verbreiding van heilige kronieken konden ouders hun kinderen de geboden van de Heer leren, konden die kinderen hun eigen kinderen onderwijzen, en zo ging het door de eeuwen heen verder.10 Zendelingen, zoals de zoons van Mosiah, konden de kronieken met zich meenemen en ze gebruiken bij hun onderricht aan de Lamanieten, en ze hadden daar heel veel succes mee.11 Zoals Alma Helaman leerde, schiepen de heilige kronieken een ervaring met openbaring die ‘de gedachten van dit volk [heeft] verruimd, ja, en [duizenden Lamanieten] tot de kennis van de Heer, hun God, [heeft gebracht] en tot blijdschap in Jezus Christus, hun Verlosser.’12

Die verheuging bereikte een climax toen de herrezen Heiland in het land Overvloed aan het volk bij de tempel verscheen.13 We hebben dit fantastische, overtuigende ooggetuigenverslag van het zoenoffer en de heerlijke opstanding van de levende Christus in het Boek van Mormon dankzij de genade, de gave en de macht van God.14 Net als de Nephieten, en dankzij hen, hebben wij heilige kronieken die van Jezus Christus en van het heilsplan van de Vader getuigen. Zoals Alma lang geleden tot zijn zoon Helaman profeteerde, heeft de Heer ‘deze dingen met een wijs doel in zijn bestel [bewaard], om zijn kracht aan toekomstige geslachten te kunnen tonen’.15

Die toekomst is aangebroken. De Heer toont de opkomende generatie op wonderbaarlijke wijze zijn macht. Als we in de volheid van het evangelie van Jezus Christus onderwijzen die in het Boek van Mormon staat, kunnen onze cursisten die macht voelen. Als onze cursisten naar persoonlijke openbaring streven door zich aan het Boek van Mormon te vergasten, wordt het voor hen wat de koperen platen voor het volk van Nephi waren – een getuige van Jezus Christus en van zijn verlossende macht, en een bron van persoonlijke openbaring en vreugde.

Het getuigenis van de Heilige Geest dat geloof in Jezus Christus versterkt en de bekering tot Hem verdiept

Nu gaan we het over de Heilige Geest hebben. Lehi’s reis naar het beloofde land was een reis van geestelijke kracht. Het was een tijd waarin de Heer Lehi, Sariah en al hun kinderen onderwees, leidde en troostte door de macht van de Heilige Geest, middels inspiratie, dromen, visioenen, zijn eigen stem, en de verschijning van hemelse boodschappers. Nephi verklaarde dat deze zegeningen van geestelijke kracht tot hem kwamen ‘door de macht van de Heilige Geest, die de gave van God is aan allen die Hem ijverig zoeken.’16

Nephi zocht de Heer oprecht en ontving door de Heilige Geest grote openbaringen. Zijn zoektocht om het zelf te weten te komen, vormde een patroon dat we door het hele Boek van Mormon heen waarnemen. Nephi had ‘een groot verlangen om de verborgenheden van God te kennen’.17 Dat verlangen groeide in hem, en hij riep in gebed met een eerlijke bedoeling de Heer aan.18 De Heer zei tegen Nephi over zijn zoektocht: ‘Gezegend bent u, Nephi, wegens uw geloof, want u hebt Mij ijverig gezocht met een nederig hart.’19

Dus dit is het patroon: een verlangen om te weten, met heel het hart vurig bidden, ijverig zoeken met nederigheid en geloof in Jezus Christus, en de gave van de Heilige Geest.20 Wij zien dit patroon in het leven van Enos, Alma, de zoons van Mosiah, koning Lamoni en zijn vader, het volk van Ammon, Helaman en zijn jeugdige krijgers, en vele anderen.21 Ja, in tijden van rechtschapenheid onder de Nephieten en de Lamanieten, was het ontvangen van persoonlijke openbaring door de Heilige Geest een wijdverbreid patroon.22

Handelden de getrouwe Nephieten en Lamanieten naar – en schreven zij op – wat de Heilige Geest hun openbaarde, dan zegende de Heer hen met nog meer. Omdat zij als een schat bewaarden23 wat Hij hun gaf, zegende de Heer hen met meer geloof in Hem, een diepgaandere bekering, en de geest van openbaring. Hun vermogen om door de macht van de Heilige Geest openbaring te ontvangen nam toe.

Wat Alma meemaakte, is een prachtig voorbeeld van dit patroon. U herinnert zich vast dat hij engelen had gezien en opmerkelijke visioenen had ontvangen, en toch bleef hij ernaar streven het getuigenis van de Geest van de Heer te ontvangen: ‘Zie, ik getuig tot u te weten dat deze dingen waarover ik heb gesproken, waar zijn. En hoe denkt u dat ik dit zo zeker weet?

‘Zie, ik zeg u: ze worden mij bekendgemaakt door de Heilige Geest van God. Zie, ik heb vele dagen gevast en gebeden om deze dingen voor mijzelf te kunnen weten. En nu weet ik inderdaad voor mijzelf dat ze waar zijn, want de Here God heeft ze mij door zijn Heilige Geest geopenbaard; en dat is de geest van openbaring die in mij is.’24

Het getuigenis van de Heilige Geest had een grote uitwerking op het Nephitische volk en op hun samenleving.25 Er is geen beter voorbeeld dan de zending van de zoons van Mosiah onder de Lamanieten, 91 jaar voordat de Heiland geboren werd. Door de Schriften ijverig onder gebed en vasten te onderzoeken hadden deze grote zendelingen ‘de geest van profetie en de geest van openbaring’.26

Hun werk onder de Lamanieten had een grote uitwerking op het verloop van de Nephitische en Lamanitische geschiedenis. Voor het eerst in vijfhonderd jaar werden ‘duizenden [Lamanieten] tot de kennis van de Heer gebracht, […] en hun werden de kronieken en profetieën geleerd’.27 Mormons beschrijving van deze gebeurtenis is een profetische belofte van wat er gebeuren kan met Gods kinderen als zij het patroon van persoonlijke openbaring door de Heilige Geest volgen: ‘Zovelen als er geloofden, ofwel zovelen als er tot de kennis van de waarheid waren gebracht door de prediking van Ammon en zijn broeders, volgens de geest van openbaring en van profetie, en de macht van God die wonderen onder hen werkte […] en zich tot de Heer bekeerden, zijn nooit afvallig geworden.’28

Broeders en zusters, zo werken het getuigenis en de kracht van de Heilige Geest; zij versterken geloof in Jezus Christus en verdiepen onze bekering tot Hem.

Profeten die van Jezus Christus getuigen en zich tegen het kwaad uitspreken

Het derde patroon van persoonlijke openbaring is levende profeten die met macht en gezag bekleed zijn om in realtime tot het hele volk te zeggen: ‘Aldus zegt de Heer.’ Dit is het grootse profetische patroon dat we door het hele Boek van Mormon heen zien: profeten getuigen van Jezus Christus, onderwijzen in zijn evangelie, roepen de mensen tot bekering, waarschuwen voor het kwaad in hun tijd en spreken zich daartegen uit.29 Door openbaring, met name van engelen, hebben de profeten uit het Boek van Mormon ons geweldig en diepgaand inzicht gegeven in Jezus Christus, zijn leer en zijn verzoening.30

De profeten waren stoutmoedig en openhartig als ze het volk tot bekering riepen. En zo komen we in het Boek van Mormon aan de geweldige leringen over bekering door Nephi, Jakob, koning Benjamin, Alma, Amulek, de zoons van Mosiah, opperbevelhebber Moroni, Mormon en Moroni.31 Deze grote profeten onderwezen duidelijk, openhartig, liefdevol en vol hoop. Door de macht van de Heilige Geest weerklinken hun leringen nog steeds in onze oren:

  • ‘Bent u geestelijk uit God geboren?’32

  • ‘Indien u gestemd was het lied van de verlossende liefde te zingen, zou ik willen vragen: Kunt u nu zo gestemd zijn?’33

  • ‘Zie, bent u van hoogmoed ontdaan?’34

  • ‘Bekeer u, bekeer u, want de Here God heeft het gesproken! […] Hij nodigt alle mensen uit, want de armen van barmhartigheid zijn naar hen uitgestrekt, en Hij zegt: Bekeer u, en Ik zal u aannemen.’35

Profeten in het Boek van Mormon spraken zich uit tegen goddeloze mensen die het volk van Jezus Christus weg wilden leiden en zijn kerk wilden vernietigen. Mensen zoals Sherem, Nehor, Amlici, Korihor, Amalickiah en vele anderen werden door de tegenstander geleid om het volk met grote vaardigheid te verwarren en misleiden.36 Zij waren uiterst bedreven in het gebruik van hun taal en bedienden zich van sluwheden en argumenten om goed kwaad te laten lijken en kwaad goed.

Zij verleidden de mensen, spraken hun neiging tot ijdelheid en hoogmoed aan, hun verlangen naar macht, en hun verlangen om hun lusten te bevredigen. In de Schriften staat dat zij ‘veel overredingskracht [konden] toepassen, volgens de macht van de duivel’37 en zij verhieven ‘zich […] met woorden die steeds luider klonken’.38 Hoewel deze leringen, argumenten en beloften allemaal vals waren, spraken ze de natuurlijke mens erg aan, en veel mensen verlieten de kerk en dwaalden af, totdat de profeten zich sterk maakten om het kwaad te bestraffen en te weerstaan.39

Toen woorden niet volstonden, vervielen goddeloze mensen tot terreur, moord en roof, en richtten zij geheime verenigingen op om hun kwade daden te verbergen.40

Profeten weerstonden deze vormen van kwaad met het duidelijke, eenvoudige woord van God, met hun getuigenis door de macht van de Heilige Geest, en door wonderen die door de hand van de Heer tot stand werden gebracht. Zoals Jakob over zijn aanvaring met Sherem zei: ‘De Here God stortte zijn Geest in mijn ziel, zodanig dat ik hem in al zijn woorden beschaamde.’41

Levende profeten spreken in onze tijd namens de Heer. Wanneer wij door de geest hun woorden horen, ontvangen wij rechtstreekse persoonlijke openbaring, inclusief de bevestigende openbaring dat wat de profeet heeft gezegd, waar is.42 Leren wij onze cursisten om de woorden van de levende profeten op te zoeken voor het beantwoorden van hun vragen, dan leiden wij hen naar een belangrijke bron van geopenbaarde waarheid. Onze cursisten leren dat persoonlijke openbaring hun toestroomt als ze levende profeten volgen die van Jezus Christus getuigen en zich uitspreken tegen het kwaad.43

Het beginsel van persoonlijke openbaring diepgaand leren

Samen, broeders en zusters, hebben we gekeken hoe we persoonlijke openbaring kunnen ontlenen aan heilige kronieken, het getuigenis van de Heilige Geest, en levende profeten wier krachtige woorden in het Boek van Mormon staan opgetekend.44 We hebben die afzonderlijk besproken, maar ze zijn onderling sterk verbonden. Ja, dit maakt deel uit van het grote werk ‘om in de bedeling van de volheid van de tijden alles weer in Christus bijeen te brengen’.45

Deze patronen van persoonlijke openbaring werken samen om te getuigen van Christus, geloof in Hem te versterken, en onze bekering tot Hem te verdiepen. Onze cursisten moeten diepgaand het beginsel van persoonlijke openbaring leren, ze moeten het in hun verstand en hun hart kennen en begrijpen. Ze moeten weten hoe zij het door rechtschapen handelingen kunnen verkrijgen, en om te groeien in het beginsel van openbaring en steeds meer op hun Heiland, Jezus Christus, te gaan lijken.

Ik wil enkele suggesties doen die u uw cursisten hopelijk zult leren voor hun streven om het eeuwige beginsel van persoonlijke openbaring diepgaand te leren.

Ten eerste is persoonlijke openbaring persoonlijk.

Als onze cursisten zich met hart en verstand op Jezus Christus en zijn herstelde evangelie richten, zullen zij zijn liefde voelen, zich in zijn evangelie verheugen, en dichter tot Hem komen. Er zal in hen een verlangen groeien om zijn stem te horen en zijn licht te ontvangen. Persoonlijke openbaring is persoonlijk. De Heer kent onze cursisten door en door. Hij zal hen persoonlijk toespreken met volmaakte liefde, empathie, en kennis van wat zij nodig hebben. Openbaring wordt door de Heilige Geest ontvangen, maar het is het woord van de Heer. Hij heeft lief. Hij spreekt. Hij leidt. Hij beschermt. Het is persoonlijk.

Ten tweede hebben al onze cursisten het vermogen om persoonlijke openbaring te ontvangen.

Persoonlijke openbaring vindt van Geest tot geest plaats; het is goddelijke communicatie van de Heilige Geest tot de eeuwige geest van onze cursisten.46 Ieder van onze cursisten heeft een ingebouwd vermogen om persoonlijke openbaring van God te ontvangen. Het werkt volgens een goddelijke wet. Er is inzet voor nodig – ijverig naar openbaring streven in gebed, vasten, studeren, luisteren, schrijven en met geloof in Jezus Christus ernaar handelen. Dit werk – samen met persoonlijke rechtschapenheid – opent het kanaal van persoonlijke openbaring dat ze allemaal hebben.

Ten derde, het vermogen van onze cursisten om openbaring te ontvangen, kan en moet toenemen.

Het vermogen van onze cursisten om persoonlijke openbaring te ontvangen kán toenemen. En het móet toenemen als ze geestelijk willen overleven en het eeuwige leven willen ontvangen. Dat geldt ook voor ons. Daarom heeft president Nelson hen (en ons) aangespoord en gesmeekt ‘uw geestelijk vermogen om openbaring te ontvangen te vergroten’.47 De profeet Joseph heeft onderwezen: ‘Door de geest van God te leren kennen en begrijpen, [kunnen onze cursisten] in het beginsel openbaring groeien, totdat [zij] volmaakt in Christus Jezus [worden].’48

Onderschat ten slotte nooit de openbarende kracht die u krijgt als u de profeet volgt.

Onze cursisten leven in een geweldige maar moeilijke tijd. Zij zullen worden beschermd en gezegend, en hun zal openbaring toestromen, als zij de raadgevingen en uitnodigingen van de profeet van de Heer opvolgen. De profeet spreekt namens de Heer. Hier is een hedendaags voorbeeld: president Russell M. Nelson heeft aan onze cursisten geschreven: ‘Jullie vermogen om […] een grotere uitwerking op de wereld te hebben dan welke vorige generatie ook, is volledig afhankelijk van de mate van jullie toewijding aan Jezus Christus. Ieder van jullie [is] verantwoordelijk om je huisgenoten te helpen met het leren van het evangelie. Met het seminarie en instituut kun je thuis een heiligdom van geloof maken – een plek waar in het evangelie van Jezus Christus wordt onderwezen, en waar het wordt geleerd, nageleefd en gewaardeerd.’49

Broeders en zusters, help onze cursisten alstublieft om de profeet te volgen. Leer ze om hun ouders te steunen als die van hun huis een centrum van evangeliestudie willen maken. Leer ze om hun liefde voor de Heer door te geven, en zijn evangelie met hun familieleden en vrienden te delen. Doen ze dat, dan zullen ze ‘openbaring op openbaring […] ontvangen […], datgene wat vreugde brengt, datgene wat het eeuwige leven brengt’.50 Dan zullen zij als het leger van Helaman zijn, een inspiratie voor allen die hen kennen, met name hun huisgenoten.

Getuigenis

Mijn geliefde broeders en zusters, ik getuig dat onze hemelse Vader ons liefheeft. Hij leeft. Jezus is de Christus, onze Heiland en Verlosser. Ik weet dat Hij leeft. De Heilige Geest is werkzaam in ons leven. De hemelen zijn geopend. Dit is een tijd van wonderen, een tijd van openbaring door de macht van ‘de Geest […], uitgezonden door de wil van de Vader door middel van Jezus Christus, zijn Zoon’.51 Ik weet dat dit waar is. Moge ieder van ons ernaar streven openbaring van de Heer te ontvangen om elke cursist te helpen, ieder persoonlijk, om dit heerlijke beginsel diepgaand te leren, en nu en voor altijd persoonlijke openbaring te ontvangen.

In de heilige naam van Jezus Christus. Amen.

Noten

  1. Deze drie patronen werden door de leden van Lehi’s gezin op hun reis naar het beloofde land gevestigd. Lehi was profeet, en hij profeteerde tot zijn gezin: hij getuigde van Jezus Christus, riep ze tot bekering, en bestreed het kwaad dat onder hen voorkwam. Nephi streefde ernaar om persoonlijke openbaring te ontvangen zoals zijn vader, en ontving die in dromen en visioenen, in de influisteringen van de Geest, in de stem van de Heer, en in de bediening van engelen. En ze hadden heilige kronieken op de koperen platen die van Jezus Christus getuigden.

  2. Zie Geschiedenis van Joseph Smith 1:19.

  3. Nephi maakt duidelijk dat zijn vader Lehi een geleerd en welbespraakt man was. Aan het begin van zijn kroniek zegt Nephi: ‘Ik, Nephi, ben geboren uit goede ouders, daarom ben ik enigermate in al de geleerdheid van mijn vader onderwezen; […] ik schrijf een kroniek in de taal van mijn vader, die bestaat uit de geleerdheid van de Joden en de taal van de Egyptenaren. […] En nu maak ik, Nephi, geen volledig verslag van de dingen die mijn vader heeft geschreven’ (1 Nephi 1:1–2, 16).

    Lehi was een geletterd man die zelf zijn dromen, visioenen en profetieën opschreef. Maar de Heer gebood hem om zijn zoons terug naar Jeruzalem te sturen en daar de kronieken van de Joden op te zoeken die door Laban bewaard werden.

  4. 1 Nephi 3:19–20.

  5. Zie 1 Nephi 19:10 voor een voorbeeld van de geschriften van profeten op de koperen platen die niet in de Bijbel staan.

  6. Zie 1 Nephi 6:4; 19:1, 21. De koperen platen zijn door de hele Nephitische geschiedenis heen een bron van inzicht en openbaring gebleven. Duizend jaar na Lehi haalde Moroni een tekst van Jesaja van de koperen platen aan over de verbonden van de Vader, waarbij hij de verlossende kracht van Jezus Christus aanspreekt: ‘Ontwaak en verhef u uit het stof, o Jeruzalem; ja, en bekleed u met uw pronkgewaden, o dochter van Zion; […] opdat de verbonden van de eeuwige Vader die Hij met u, o huis van Israël, heeft gesloten, zullen worden vervuld.

    ‘Ja, kom tot Christus en word vervolmaakt in Hem en onthoud u van alle goddeloosheid’ (Moroni 10:31–32).

  7. Zie 1 Nephi 6:4; 19:21.

  8. Het belang van taal en leren – het vermogen om te lezen, te schrijven en verslagen bij te houden – was zo verregaand in de Nephitische samenleving verweven dat zelfs ongelovigen dit vermogen ontwikkelden. Amulon, bijvoorbeeld, één van de goddeloze priesters van koning Noach, werd onderwijzer onder de Lamanieten en leerde hen lezen, schrijven en verslagen bijhouden. Zelfs de rovers van Gadianton lazen en schreven brieven. Bovendien was het scheppen van een samenleving met mensen die verslagen bijhielden, lazen, en anderen onderwezen van kritiek belang voor het instellen van de wetgeving onder het Nephitische volk tijdens de regeringsperiode van de rechters. Verslagen en het bijhouden van verslagen waren, evenals lezen en onderwijzen, belangrijke manieren waarop de Heer het Nephitische volk zowel in stoffelijk als geestelijk opzicht zegende. En aan die ervaring kunnen wij vervolgens zelf in deze tijd een patroon ontlenen.

  9. We zien in de toespraak van koning Benjamin dat deze verslagen gebruikt worden. Hij had zijn woorden opgeschreven en liet ze uitdelen onder het volk dat hem niet kon horen. We zien dit ook wanneer Abinadi de geboden van de Heer van de koperen platen aan de goddeloze priesters van koning Noach voorleest. We zien het ook onder de inwoners van Ammonihah die Alma en Amulek geloofden en die ‘begonnen zich te bekeren en de Schriften te onderzoeken’ (Alma 14:1). De vrouwen en kinderen van de gelovigen, en ‘hun kronieken […] die de heilige Schriften bevatten’ (Alma 14:8) werden in het vuur geworpen en vernietigd.

  10. Zie Mosiah 1:2–5.

  11. Zie Alma 18:36 waar Ammon ‘de kronieken en de heilige Schriften’ aan koning Lamoni voorlegde.

  12. Zie Alma 37:8–9.

  13. Zie 3 Nephi 11:8–17. De mensen werden overmand door vreugde en getuigden die avond en nog in komende generaties van Jezus Christus. Nephi, de achter-achterkleinzoon van Alma de jonge, noteerde deze heilige gebeurtenissen, en zij vormen een opmerkelijk getuigenis van de herrijzenis en het zoenoffer van de Zoon van God.

  14. De Heer zei tegen Joseph dat hij de macht had ontvangen om het Boek van Mormon door ‘de genade van God’ te vertalen (Leer en Verbonden 1:29). Aan het eind van zijn leven deed Nephi een algemene oproep aan allen die het verbondspad betreden om het woord van Christus te koesteren. Die oproep weerklonk door de eeuwen heen in de Nephitische geschiedenis in hun woningen, hun heiligdommen en in de leringen van de profeten. Ook in deze tijd sluiten wij de inspirerende belofte uit die oproep in ons hart: ‘Daarom moet u standvastig in Christus voorwaarts streven, met volmaakt stralende hoop, en liefde voor God en voor alle mensen. Welnu, indien u voorwaarts streeft, u vergastend aan het woord van Christus, en tot het einde volhardt, zie, zo zegt de Vader: U zult het eeuwige leven hebben’ (2 Nephi 31:20; cursivering toegevoegd).

  15. Alma 37:18; zie ook Alma 37:14–19. De koperen platen zijn behouden gebleven en zijn aan de zorg en bewaring van Moroni toevertrouwd. David Whitmer heeft in 1878 in een gesprek met Joseph F. Smith en Orson Pratt in de plaats Richmond, in de Amerikaanse staat Missouri, getuigd dat dit waar is: ‘Joseph, Oliver en ik zagen niet alleen de platen van het B[oek] van M[ormon], maar ook de koperen platen, de platen van het boek Ether, […] en veel andere platen. Feitelijk was het net alsof Joseph, Oliver en ik gewoon hier op een boomstam zaten toen we werden overschaduwd door een licht, dat niet als het licht van de zon was […] maar heerlijker en prachtiger. […] Er verscheen als het ware een tafel met veel kronieken of platen erop, en behalve de platen van het Boek van Mormon ook het zwaard van Laban, de wegwijzers, namelijk de bal die Lehi had, en de uitleggers. Ik zag ze net zo duidelijk als ik dit bed zie […] en ik hoorde de stem van de Heer net zo duidelijk als ik wat dan ook in mijn leven heb gehoord, verklarend dat de kronieken van de platen van het Boek van Mormon door de gave en macht van God waren vertaald.’ (David Whitmer, in een brief van Joseph F. Smith aan John Taylor, 17 september 1878, Joseph F. Smith papers, 1854–1918, Bibliotheek voor kerkgeschiedenis, Salt Lake City, 8–9.)

  16. 1 Nephi 10:17. In 2 Nephi beschrijft Nephi hoe iemand in aanmerking komt voor de gave van de Heilige Geest, en wat de Heilige Geest doet: ‘De poort waardoor u moet binnengaan, is bekering en doop met water; en dan komt vergeving van uw zonden door vuur en door de Heilige Geest. […] Dan bent u op dat nauwe en smalle pad dat tot het eeuwige leven voert; […] en u hebt de Heilige Geest ontvangen, die van de Vader en de Zoon getuigt ter vervulling van de belofte die Hij heeft gedaan: dat u, indien u langs de weg binnengaat, zult ontvangen’ (2 Nephi 31:17–18).

    ‘Indien u langs de weg binnengaat en de Heilige Geest ontvangt, [zal] Hij u alle dingen tonen die u behoort te doen’ (2 Nephi 32:5).

  17. 1 Nephi 2:16.

  18. Zie 1 Nephi 2:16.

  19. 1 Nephi 2:19.

  20. Dit patroon is duidelijk in veel ervaringen met persoonlijke openbaring in het Boek van Mormon. Overweeg het volgende:

    Een verlangen om het zelf te weten

    Een verlangen om de waarheid te kennen, antwoorden te krijgen, leiding of troost of vergeving te krijgen, vaak ontstaan door het woord van God, motiveert het streven naar persoonlijke openbaring. Nephi had ‘een groot verlangen […] om de verborgenheden van God te kennen’ (1 Nephi 2:16). De ziel van Enos ‘hongerde’ naar vergeving (Enos 1:4). Alma riep in zijn hart uit: ‘O Jezus, Zoon van God, wees barmhartig jegens mij’ (Alma 36:18). Dit is een waar verlangen om openbaring van God te krijgen.

    Met een eerlijke bedoeling bidden

    Een waar verlangen leidt tot gebed, vaak op een stille plek. Wij streven naar openbaring van onze hemelse Vader, en wij doen dat met een gebed dat uit het hart komt, dat voortkomt uit het verlangen om iets te weten. Het is een gebed met een eerlijke bedoeling om te handelen naar wat wij ontvangen. Nephi, Enos, Alma, de zoons van Mosiah, en Helaman en zijn jeugdige krijgers spraken zulke gebeden uit (zie 1 Nephi 2:16; Enos 1:4; Alma 17:3; Alma 58:10–12).

    IJverig zoeken

    Om openbaring te ontvangen, moeten we ijverig zoeken. Denk aan Alma, die had ‘vele dagen gevast en gebeden om deze dingen voor [zichzelf] te kunnen weten’ (Alma 5:46). IJverig naar openbaring streven, houdt in dat we de Schriften doorzoeken, overpeinzen, erover bidden, en vasten om te leren van wat we lezen. Het betekent onze hemelse Vader veelvuldig benaderen en op zijn timing vertrouwen.

  21. Zoals Jakob schreef, bracht de gave van persoonlijke openbaring door de heilige Geest ook geestelijke gaven met zich mee, vergrootte het geloof in Jezus Christus, en verdiepte de bekering tot de Heer: ‘Daarom onderzoeken wij de profeten, en wij hebben vele openbaringen en de geest van profetie; en dankzij al deze getuigen verkrijgen wij hoop en wordt ons geloof onwankelbaar, zodat wij waarlijk kunnen gebieden in de naam van Jezus, en zelfs de bomen ons gehoorzamen, of de bergen, of de golven van de zee.

    ‘De Here God toont ons evenwel onze zwakheid om ons te laten weten dat wij door zijn genade en door zijn grote goedgunstigheid jegens de mensenkinderen bij machte zijn die dingen te doen’ (Jakob 4:6–7).

  22. Dat gold voor alle manieren waarop God met zijn volk communiceerde. Bijvoorbeeld, de bediening van engelen kwam veel onder de rechtschapenen voor. Alma schreef: ‘In deze tijd verkondigen engelen [bekering] aan velen in ons land’ (Alma 13:24). Kort voor de geboorte van de Heiland ‘verschenen [er] engelen aan de mensen, aan wijze mensen, en zij verkondigden hun blijde tijdingen van grote vreugde’ (Helaman 16:14).

  23. Zie Leer en Verbonden 84:85.

  24. Alma 5:45–46.

  25. Alma vatte in zijn onderricht aan de inwoners van Ammonihah de opmerkelijke zegeningen samen die de Nephieten genoten, en beschreef de aard van de verbondssamenleving die de Heer onder hen had ingesteld. In Alma 9:20–22 staat dat zij ‘een […] hoogbegunstigd volk van de Heer’ waren, dat ‘hun alle dingen […] bekendgemaakt’ werden ‘volgens hun verlangens en hun geloof en hun gebeden, aangaande hetgeen is geweest, en hetgeen nu is, en hetgeen zal komen’, dat ze ‘door de geest van God [werden] bezocht; na met engelen te hebben gesproken en door de stem van de Heer te zijn toegesproken’ en dat ze ‘de geest van profetie, en de geest van openbaring, en ook vele gaven’ hadden.

  26. Alma 17:3; zie ook Alma 17:1–3.

  27. Alma 23:5; zie ook Alma 23:5–7.

  28. Alma 23:6.

  29. We concentreren ons hier op de rol van de profeten, maar erkennen dat profeten tevens zieners en openbaarders zijn. ‘Ammon zei dat een ziener een openbaarder is en ook een profeet. […] Een ziener kan weten van dingen die voorbij zijn, en ook van dingen die zullen komen, en door hen zullen alle dingen worden geopenbaard of, liever gezegd, geheime dingen zullen openbaar worden gemaakt, en verborgen dingen zullen aan het licht komen, en dingen die niet bekend zijn, zullen door hen worden bekendgemaakt, en tevens zullen door hen dingen worden bekendgemaakt die anders niet bekend konden zijn’ (Mosiah 8:16–17).

  30. Zij deden dit met zulke geestelijke kracht dat de boodschap het hart van de mensen doordrong die bereid waren om te luisteren. In de loop van een geschiedenis van duizend jaar lezen we dat de mensen die ‘met vreugde [waren] vervuld’ (1 Nephi 5:1; Mosiah 4:3), hun ‘ziel door het licht van het eeuwigdurende woord verhelderd’ kregen (Alma 5:7), en ‘door de Heer verlost [en] uit de Geest geboren’ werden (Mosiah 27:24). Vaak waren ‘er duizenden […] die zich bij de kerk aansloten en tot bekering werden gedoopt’ (Helaman 3:24). Voor een voorbeeld van de rol van engelen bij openbaring aan profeten die onze kennis van de leer van Christus verdiept, zie Mosiah 3.

  31. Zie 2 Nephi 31; Jakob 2; Mosiah 3; Alma 5; Alma 18, Alma 34; Alma 46; Moroni 7; Moroni 8; Moroni 10.

  32. Alma 5:14.

  33. Alma 5:26.

  34. Alma 5:28.

  35. Alma 5:32–33.

  36. Zie Jakob 7:1–20 (Sherem); Alma 1:3–15 (Nehor); Alma 2:1–31 (Amlici); Alma 30:3–59 (Korihor); Alma 46:3–11 (Amalickiah).

  37. Zie Jakob 7:4.

  38. Zie Alma 30:31.

  39. Toen de tijd van de geboorte van de Heiland naderbij kwam, joegen goddeloze mannen nog groter kwaad na – zij stichtten geheime verenigingen (zie Helaman 1:9–12; Helaman 2:4–5). Deze goddeloze mensen deden wat in de oudheid al werd gedaan – dit gaat terug tot de tijd van Adam en Eva – en zij richtten een bende op om macht en rijkdom te verkrijgen, en de kerk en de regering te vernietigen door in het geheim te moorden en te roven. Zij gebruikten geen woorden, maar knuppels, zwaarden en messen. Zij beschermden zichzelf door onderling eden af te leggen en verbonden te sluiten teneinde hun kwaad geheim te houden. Overlopers werden gedood (zie Helaman 6:20–33; 3 Nephi 1:27–30).

  40. Zie Helaman 1:9–12; Helaman 2:4–5; Helaman 6:20–33; 3 Nephi 1:27–30.

  41. Zie Jakob 7:8.

  42. Voor een bespreking van dit beginsel, zie Henry B. Eyring, ‘Voortdurende openbaring’, Liahona, november 2014, 70–73.

  43. Dit is de betekenis van de boodschap van de Heer aan de profeet Joseph: ‘Hetgeen van God is, is licht; en wie licht ontvangt en in God blijft, ontvangt meer licht; en dat licht wordt steeds helderder tot de volle dag toe’ (Leer en Verbonden 50:24). Hoewel de Nephieten niet altijd rechtschapen waren, en hoewel er altijd andersdenkenden onder hen waren, hielden de profeten de vlam van het geloof helder brandende. Vol moed en de macht van openbaring verenigden zij de gelovigen die ontmoedigd en vervolgd waren. Zij hielpen velen om hun leven in de Heiland te verankeren en persoonlijke openbaring te ontvangen die hen naar Jezus Christus en zijn evangelie bracht of terugbracht.

  44. Onze cursisten kunnen lezen en zien hoe de Nephieten en de Lamanieten werden gezegend door heilige kronieken, persoonlijke openbaring en levende profeten. Lezen onze studenten over deze geweldige zegeningen, dan kunnen zij zelf aanvoelen of zij ze willen omarmen. Door hun onderzoek van het Boek van Mormon, en hun gebeden om geestelijke leiding, kunnen onze cursisten kennis en begrip van het evangelie van Jezus Christus en het plan van de Vader krijgen, kunnen zij leren hoe ze het evangelie moeten naleven, en kunnen zij een getuigenis ontvangen dat wat ze hebben gelezen waar is – en dat allemaal door de macht van de Heilige Geest.

  45. Zie Efeze 1:10.

  46. Joseph Smith heeft ons geleerd dat we in het sterfelijk leven als volgt persoonlijke openbaring krijgen: het ‘wordt aan onze geest geopenbaard alsof wij helemaal geen lichaam hadden’ (Leringen van kerkpresidenten: Joseph Smith [2007], 475).

  47. Russell M. Nelson, ‘Openbaring voor de kerk, openbaring voor onszelf’, Liahona, mei 2018, 96.

  48. Leringen van kerkpresidenten: Joseph Smith (2007), 132.

  49. Bericht op de Instagrampagina van president Russell M. Nelson gedateerd 22 maart 2019. In dit bericht worden de wijzigingen aan de seminariekalender en het lesplan met ingang van januari 2020 aangekondigd.

  50. Leer en Verbonden 42:61.

  51. Leer en Verbonden 50:27.