‘7–13 september. 3 Nephi 1–7: “Hef uw hoofd op en wees welgemoed”’, Kom dan en volg Mij – voor het jeugdwerk: Boek van Mormon 2020 (2020)
‘7–13 augustus. 3 Nephi 1–7’, Kom dan en volg Mij – voor het jeugdwerk: 2020
Een dag, een nacht en een dag, Jorge Cocco
7–13 september
3 Nephi 1–7
‘Hef uw hoofd op en wees welgemoed’
Voor meer lesideeën kunt u vooraan in dit boek ‘Extra leermiddelen voor onderwijs aan kinderen’ en ‘Aan de behoeften van kleine kinderen voldoen’ doornemen.
Schrijf uw ingevingen op
Meedoen stimuleren
Laat de kinderen vertellen wat ze nog weten van de tekens die volgens Samuel de Lamaniet zouden wijzen op de geboorte van Jezus. Vertel de kinderen dat de les van vandaag gaat over de mensen die deze tekens zagen gebeuren.
Kleine kinderen in de leer onderwijzen
Bij de geboorte van Jezus verscheen er een nieuwe ster.
De beschrijving van de geboorte van de Heiland in het Nieuwe Testament is bekend, zelfs bij kinderen. De les van deze week is een mooie gelegenheid om de kinderen in uw klas te vertellen over de wonderen die de Nephieten zagen gebeuren bij de geboorte van Jezus.
Mogelijke activiteiten
-
Hang voordat de les begint een ster op de muur. Vraag de kinderen of er iets aan de muur hangt wat er anders niet is. Vertel de kinderen dat de Nephieten een nieuwe ster aan de hemel zagen bij de geboorte van Jezus. Vat de gebeurtenissen in 3 Nephi 1:4–15 en 19–21 samen. U kunt ‘Hoofdstuk 41: De tekens van de geboorte van Christus’ (Verhalen uit het Boek van Mormon, 114–116) gebruiken.
-
Toon een plaat van de geboorte van de Heiland (zie Evangelieplatenboek, nr. 30) en zing een kerstliedje, zoals ‘Het lied van Jezus’ geboorte’ (Kinderliedjes, 32–33). Zorg ervoor dat de kinderen begrijpen dat de Nephieten ver weg woonden van de plek waar Jezus werd geboren, maar dat ze wisten dat Hij was geboren doordat ze de tekens zagen. Getuig dat wij dankzij de Heilige Geest kunnen weten dat de verhalen in de Schriften waar zijn, ook al waren we niet aanwezig bij de geboorte van de Heiland.
De woorden van de profeten worden altijd vervuld.
De Heer zei tegen Nephi: ‘Ik [kom] in de wereld om de wereld te tonen dat Ik alles zal vervullen wat Ik bij monde van mijn heilige profeten heb laten spreken’ (3 Nephi 1:13).
Mogelijke activiteiten
-
Toon platen van gelegenheden waarbij God door middel van zijn profeten sprak. Bijvoorbeeld Noach (Evangelieplatenboek, nr. 7–8; zie Genesis 6–7) en Samuel de Lamaniet (Evangelieplatenboek, nr. 81; zie Helaman 14:1–7). Vraag de kinderen wat ze van die gebeurtenissen weten.
-
Lees 3 Nephi 1:20, en getuig dat de woorden van profeten altijd worden vervuld. Moedig de kinderen aan om tijdens de volgende algemene conferentie naar de profeet te luisteren.
Ik kan Jezus Christus volgen.
Mormon zei: ‘Ik ben een discipel van Jezus Christus.’ Hoe kunt u ervoor zorgen dat de kinderen zichzelf ook als discipelen zien?
Mogelijke activiteiten
-
Lees 3 Nephi 5:13, en laat de kinderen het zinnetje ‘Ik ben een discipel van Jezus Christus’ herhalen. Leg uit dat een discipel van Jezus Christus iemand is die Hem probeert te volgen. Vertel over enkele dingen die Mormon deed om meer op Jezus te lijken, zoals Gods woord prediken en Gods geboden onderhouden (zie 3 Nephi 5:13–18). Bedenk samen manieren waarop de kinderen discipelen kunnen zijn.
-
Laat de kinderen hun hand op een blad papier omtrekken en uitknippen. Schrijf op de ene kant ‘Ik ben een discipel van Jezus Christus’, en laat de kinderen op de andere kant tekenen wat ze kunnen doen om een discipel te zijn. (Misschien moet u ze ideeën aan de hand doen.) Zing met de klas een liedje over de Heiland volgen, zoals ‘Ik wil graag als Jezus worden’ (Kinderliedjes, 40–41).
Grote kinderen in de leer onderwijzen
Gods beloften, die Hij door zijn profeten maakt, worden altijd vervuld.
Het verhaal in 3 Nephi 1:4–21 kan het vertrouwen van de kinderen dat God zijn beloften altijd nakomt, versterken.
Mogelijke activiteiten
-
Laat de kinderen de profetie van Samuel de Lamaniet in Helaman 14:1–7 vergelijken met de manier waarop ze in 3 Nephi 1:19–21 wordt vervuld. Getuig dat Gods beloften, die Hij door zijn profeten maakt, altijd worden vervuld.
-
Lees samen wat er in 3 Nephi 1:4–10 gebeurt. Vraag de kinderen hoe ze zich zouden voelen als ze toen een van de gelovigen waren geweest. Laat de kinderen de rest van het verhaal in de verzen 11–15 lezen en de volgende zin aanvullen: ‘De moraal van het verhaal is…’ Hoe kunnen wij blijk geven van ons vertrouwen in God als we bezorgd of ontmoedigd zijn?
-
Noem iets wat onze levende profeet ons heeft beloofd. Hoe kunnen we laten zien dat we geloven dat de woorden van de profeet van God komen?
3 Nephi 2:11–12; 3:13–14, 24–26
Wij zijn sterker als we bijeen komen.
De Nephieten moesten zich voor hun veiligheid verenigen. Hoe kunt u de kinderen duidelijk maken dat ze geestelijk sterker kunnen worden als ze hun krachten met goede vrienden bundelen?
Mogelijke activiteiten
-
Lees samen de volgende verzen, en laat de kinderen opzoeken waarom de Nephieten zich verenigden en hoe hun dat tot zegen was: 3 Nephi 2:11–12 en 3:13–14, 24–26. Waarom is het belangrijk dat wij thuis en in de kerk bijeen komen? Hoe kunnen wij geestelijk sterker worden door samen te komen?
-
Gebruik aanschouwelijk onderwijs om te kinderen te leren dat we samen sterker zijn dan alleen. Laat de kinderen bijvoorbeeld proberen één stokje doormidden te breken en vervolgens een bundel stokjes, of laat ze eerst één vel en daarna een hele stapel papier proberen in tweeën te scheuren. In welk opzicht lijken wij op de stokjes of het papier? Hoe kunnen we elkaar versterken als we thuis of in de kerk bijeen komen?
-
Leg uit dat Jezus in deze tijd zijn volk in de kerk bijeen brengt door het zendingswerk (zie 3 Nephi 5:24–26). Nodig een voltijdzendeling of wijkzendeling in de klas uit, die uit eigen ervaring vertelt hoe mensen sterker worden door zich bij de kerk aan te sluiten.
3 Nephi 4:30–33; 5:12–26; 6:14; 7:15–26
Ik ben een discipel van Jezus Christus.
Hoe kunt u ervoor zorgen dat de kinderen zichzelf als discipelen van Jezus Christus zien, net als Mormon? (Zie 3 Nephi 5:13).
Mogelijke activiteiten
-
Laat een plaat van Mormon zien (bijvoorbeeld Evangelieplatenboek, nr. 73). Laat de kinderen beurtelings herhalen wat Mormon in 3 Nephi 5:13 zei: ‘Ik ben een discipel van Jezus Christus.’ Wat houdt het in om een discipel van Jezus Christus te zijn? (Zie LV 41:5.)
-
Verdeel de klas in groepjes, en laat elk groepje over een van de volgende voorbeelden van discipelschap lezen: de bekeerde Lamanieten (zie 3 Nephi 4:30–33; 6:14), Mormon (zie 3 Nephi 5:12–26) en Nephi (zie 3 Nephi 7:15–26). In welk opzicht waren deze mensen ware discipelen van Jezus Christus? Hoe kunnen wij hun voorbeeld volgen?
Thuisstudie stimuleren
Laat de kinderen iets bedenken wat ze deze week kunnen doen om discipelen van Christus te zijn. Moedig ze aan om het op te schrijven en thuis te vertellen wat ze van plan zijn.
Ons onderwijs verbeteren
Hang een Schrifttekst op. Kies een vers dat u belangrijk vindt of laat de kinderen er een kiezen. Hang het ergens op waar kinderen het vaak zullen zien. U kunt het vers enkele weken laten hangen en er af en toe op terugkomen.