Jezus Christus

11–17 september

2 Korinthe 1–7

‘Laat u met God verzoenen’

Noteer enkele evangeliebeginselen die u in de brieven van Paulus aan de Korinthiërs tegenkomt. Denk erover na hoe u die beginselen kunt toepassen.

Schrijf uw indrukken op

Soms moet iemand als kerkleider moeilijke dingen zeggen. Dat was in de tijd van Paulus zo en dat geldt nu ook. Kennelijk bevatte een eerdere brief van Paulus aan de Korinthische heiligen vermanende woorden waardoor mensen waren gekwetst. In de brief die als 2 Korinthe bekend zou worden, probeerde hij uit te leggen hoe hij tot zijn harde woorden was gekomen: ‘In veel verdrukking en benauwdheid van hart heb ik u geschreven, onder veel tranen, niet opdat u bedroefd zou worden, maar opdat u de liefde zou leren kennen die ik overvloedig voor u heb’ (2 Korinthe 2:4). Als u door een leidinggevende terecht wordt gewezen, bedenk dan dat dit door christelijke liefde is ingegeven. En zelfs in gevallen waar dat niet zo is, kunnen we anderen zien met de liefde die Paulus voelde. Dan zijn we beter in staat om gepast op een onheuse bejegening te reageren. Ouderling Jeffrey R. Holland heeft de volgende raad gegeven: ‘Wees […] mild met menselijke zwakheid – die van uzelf en van hen met wie u in een door vrijwilligers geleide kerk dient. Behalve zijn eniggeboren, enige volmaakte Zoon heeft God het vanaf het begin der tijd altijd met onvolmaakte mensen moeten doen.’ (‘Ik geloof, Heere’, Liahona, mei 2013, 94.)

individuele studie (pictogram)

Ideeën voor individuele Schriftstudie

2 Korinthe 1:3–7; 4:6–10, 17–18; 7:4–7

Mijn beproevingen kunnen een zegen zijn.

In het licht van alles wat Paulus te verduren kreeg, is het niet verwonderlijk dat hij veel over de doeleinden en zegeningen van beproevingen schreef. Lees 2 Korinthe 1:3–7; 4:6–10, 17–18; 7:4–7 en denk aan manieren waarop uw beproevingen een zegen kunnen zijn. Overdenk bijvoorbeeld hoe God u ‘troost in al [uw] verdrukking’ en hoe u, op uw beurt, hen kunt ‘troosten die in allerlei verdrukking zijn’ (2 Korinthe 1:4). U kunt ook stilstaan bij het licht van Jezus Christus dat in uw hart heeft geschenen, zelfs toen u ‘verdrukt’ werd en ‘in twijfel’ was (2 Korinthe 4:6, 8).

Zie ook Mosiah 24:13–17; Henry B. Eyring, ‘Beproefd, bewezen en gepolijst’, Liahona, november 2020, 96–99; ‘Tegenslag’ in Trouw aan het geloof, 152–155.

2 Korinthe 2:5–11

Vergeving is een zegen die ik zowel kan geven als ontvangen.

We weten niet veel over de man die Paulus in 2 Korinthe 2:5–11 noemde. We weten alleen dat hij overtredingen had begaan (zie de verzen 5–6) en dat Paulus de heiligen vroeg om hem te vergeven (zie de verzen 7–8). Waarom ‘bevestigen’ we onze liefde soms niet tegen een dierbare die ons iets heeft aangedaan? (Zie vers 8.) Hoe schaden we onszelf en anderen als we niet willen vergeven? (Zie de verzen 7, 10–11.) Hoe behaalt ‘satan […] voordeel’ op ons (vers 10) als we anderen niet vergeven?

Zie ook Leer en Verbonden 64:9–11.

2 Korinthe 5:14–21

Dankzij de verzoening van Jezus Christus kan ik mij met God verzoenen.

Paulus wist als geen ander hoe het was om ‘een nieuwe schepping’ te worden (2 Korinthe 5:17). Hij werd van christenvervolger een onverschrokken voorvechter van Christus. U kunt 2 Korinthe 5:14–21 lezen en nadenken over vragen zoals: Wat betekent het om u te verzoenen? Wat betekent het om u met God te verzoenen? Overdenk wat u mogelijk van God verwijderd houdt. Wat moet u doen om u nog meer met Hem te verzoenen? Hoe maakt de Heiland dat mogelijk?

U kunt ook overdenken wat het betekent om ‘gezanten namens Christus’ in ‘de bediening van de verzoening’ te zijn (de verzen 18, 20). Welke inzichten haalt u uit de toespraak van ouderling Jeffrey R. Holland ‘Een bediening van verzoening’? (Liahona, november 2018, 77–79.)

Zie ook 2 Nephi 10:23–25.

2 Korinthe 7:8–11

Droefheid overeenkomstig de wil van God leidt ertoe dat we ons bekeren.

We zien droefheid meestal niet als iets positiefs. Maar Paulus sprak over ‘droefheid […] overeenkomstig de wil van God’ (2 Korinthe 7:10) als noodzakelijk onderdeel van bekering. Overweeg wat u over goddelijke droefheid uit het volgende haalt: 2 Korinthe 7:8–11; Alma 36:16–21; Mormon 2:11–15; en de toespraak ‘Goddelijke ontevredenheid’ van zuster Michelle D. Craig (Liahona, november 2018, 52–55). Wanneer hebt u droefheid overeenkomstig de wil van God gevoeld? Wat voor invloed had dat op u?

studie in gezinsverband (pictogram)

Ideeën voor Schriftstudie in gezinsverband en de thuisavond

2 Korinthe 3:1–3.Hebben uw gezinsleden ooit iemand om een aanbevelingsbrief gevraagd voor bijvoorbeeld een sollicitatie of opleiding? Vraag hun erover te vertellen. Paulus schreef dat het leven van de heiligen een aanbevelingsbrief voor het evangelie van Jezus Christus was, ‘geschreven niet met inkt, maar door de Geest van de levende God’. Lees samen 2 Korinthe 3:1–3. Bespreek hoe ons voorbeeld als een brief kan zijn, die kan worden ‘gekend en gelezen door alle mensen’, waarin de waarheid en waarde van het evangelie is geschreven. Misschien kan ieder gezinslid in een ‘brief’ uitleggen hoe een ander gezinslid een goed voorbeeld als discipel van Jezus Christus is. Laat ze hun brief eventueel voorlezen en aan het gezinslid geven over wie die gaat. Waarom is het belangrijk om te begrijpen dat ons leven een ‘brief van Christus’ is?

2 Korinthe 5:6–7.Wat houdt ‘wandelen door geloof, niet door aanschouwen’ in? Wat doen we om te laten zien dat we in de Heiland geloven hoewel we Hem niet zien?

2 Korinthe 5:17.Kunt u met het gezin voorbeelden in de natuur bedenken of vinden van iets wat een opmerkelijke verandering ondergaat en een nieuwe schepping wordt? (Zie de afbeelding aan het eind van deze les.) Hoe kan het evangelie van Jezus Christus ons veranderen?

2 Korinthe 6:1–10.Wat houdt ‘dienaars van God’ zijn volgens 2 Korinthe 6:1–10 in? (Vers 4.) Welke eigenschappen bezit een dienaar van God?

2 Korinthe 6:14–18.Hoe kunnen we Paulus’ raad ‘Ga daarom uit [het] midden [van de goddelozen] weg en zonder u af’ opvolgen en de mensen om ons heen toch liefhebben?

U vindt meer ideeën voor onderwijs aan kinderen in het lesschema van deze week in Kom dan en volg Mij – voor het jeugdwerk.

Aanbevolen liedje: ‘Help mij, o Vader’, Kinderliedjes, p. 52.

Ons onderwijs verbeteren

Aanschouwelijk onderwijs. Sommige evangeliebegrippen, zoals de verzoening, zijn weleens moeilijk te begrijpen. Foto’s, platen of voorwerpen kunnen de beginselen die u in de Schriften tegenkomt voor uw gezin verduidelijken.

rups, cocon en vlinder

Als we ons tot het evangelie van Christus bekeren, brengt dat een grote verandering in ons teweeg. Volgens Paulus worden we zelfs een ‘nieuwe schepping’ (2 Korinthe 5:17).