Seminarie
2 Nephi 2:1–16: ‘God [stond] de mens toe zelfstandig te handelen’


‘2 Nephi 2:1–16: “God [stond] de mens toe zelfstandig te handelen”’, Het Boek van Mormon — cursistenboek (2024)

‘2 Nephi 2:1–16: “God [stond] de mens toe zelfstandig te handelen”’, Het Boek van Mormon — cursistenboek

2 Nephi 2:1–16

‘God [stond] de mens toe zelfstandig te handelen’

Afbeelding
Lehi onderricht Jakob

Stel je een leven voor waarin je geen keuzemogelijkheden hebt. Keuzevrijheid, ofwel het vermogen om te kiezen, is een van Gods grootste gaven aan zijn kinderen. Lehi’s zoon Jakob had al op jonge leeftijd veel moeilijkheden ondervonden. Daarom bracht Lehi hem waardevolle waarheden over de Heiland en keuzevrijheid bij. Deze les kan je meer inzicht geven in de rol van keuzevrijheid in het plan van onze hemelse Vader.

Mogelijke leeractiviteiten

Belangrijke keuzes

Noteer de volgende twee minuten enkele belangrijke keuzes die je de afgelopen dagen hebt gemaakt.

  • Waarom denk je dat keuzes belangrijk zijn voor ons leven en in het heilsplan van onze hemelse Vader?

Denk na over de keuzes waar je trots op bent en die waar je spijt van hebt, en wat je daarvan hebt geleerd. Zoek bij je studie tijdens deze les naar de leiding van de Heilige Geest om te weten te komen waardoor je je vermogen om te kiezen beter kunt begrijpen en gebruiken. Als je vragen over keuzevrijheid hebt, bid dan ook om antwoorden en zoek daarnaar terwijl je studeert.

Essentiële aspecten van keuzevrijheid

Lehi’s zoon Jakob werd in de woestijn geboren nadat het gezin Jeruzalem had verlaten. Kort voor Lehi’s dood bracht hij Jakob belangrijke waarheden over keuzevrijheid bij.

Lees in 2 Nephi 2:1–4 hoe Lehi zijn boodschap aan Jakob begon. Het kan nuttig zijn om bij het woord ‘heiligen’ ook te denken aan ‘wijden’ of ‘toewijden’ (zie ‘Toewijden, wet van toewijding’ in de Gids bij de Schriften [schriften.ChurchofJesusChrist.org]).

  • Waarom kan het zinvol zijn voor iemand die veel beproevingen heeft doorstaan om het belang van het vermogen om te kiezen te begrijpen?

  • Welke waarheden uit deze verzen zeggen je het meest? Waarom?

Lehi bracht Jakob veel belangrijke aspecten van keuzevrijheid bij. Lees de volgende opties door. Kies er twee waar je volgens jou wat aan hebt en bestudeer daarna de volgende informatie.

Ons vermogen om te kiezen

Boek van Mormon – leerkrachtenboek (2024) – ‘2 Nephi 2:1–16’

Optie A: Wat leren we van ons vermogen om te kiezen over God?

Lees 2 Nephi 2:14, 16 en ga na wat Lehi over God en onze keuzevrijheid zei.

  • Wat heb je ervan opgestoken?

  • Waarom is het belangrijk om te begrijpen dat God ons het vermogen geeft om zelfstandig te handelen?

  • Wat vind je ervan dat je hemelse Vader je genoeg vertrouwt om je eigen keuzes te maken?

Denk aan een keer dat je je keuzevrijheid op een manier hebt gebruikt die je hemelse Vader blij maakte.

  • Waarom was God volgens jou blij met je keuze?

Het kan ook nuttig zijn om na te denken over keuzes die je hebt gemaakt waar God misschien niet blij mee was en wat je daarvan geleerd hebt.

Optie B: Wat heeft God ons gegeven om verstandig te kunnen kiezen?

Let in 2 Nephi 2:5, 13 en Moroni 7:16 op de volgende waarheden. Let op: ‘de wet’ verwijst naar Gods geboden.

  • We moeten goed van kwaad kunnen onderscheiden om onze keuzevrijheid ten volle te gebruiken.

  • Zonder wet geen keuzevrijheid.

  • Wat kom je over onze hemelse Vader en Jezus Christus te weten uit het feit dat Ze iedereen voldoende kennis van goed en kwaad geven om voor rechtschapenheid of goddeloosheid te kunnen kiezen?

  • Wat zou er gebeuren als er geen wet was en geen geboden waren?

Optie C: Waarom ondervinden we tegenstand bij goede keuzes?

Lees in 2 Nephi 2:11, 16 wat Lehi nog meer over keuzevrijheid heeft gezegd.

  • Wat heb je gevonden?

  • Waarom denk je dat tegenstellingen een noodzakelijk aspect van keuzevrijheid zijn in het plan van onze hemelse Vader?

  • Op welke manieren worden we verlokt om goede en verkeerde keuzes te maken?

Lees het volgende citaat van ouderling Jeffrey R. Holland van het Quorum der Twaalf Apostelen om deze waarheid beter te begrijpen:

Gods voorsterfelijke kinderen konden niet worden zoals Hij […] tenzij zij [een] bestaan doormaakten waarin zowel goed als kwaad voorkwam. […]

We wilden de kans krijgen om […] met goed en kwaad in aanraking te komen en sterk genoeg te zijn om het goede te kiezen. (Jeffrey R. Holland, Christ and the New Covenant: The Messianic Message of the Book of Mormon [1997], 200, 204.)

Bedenk hoe jij nu het goede leert kiezen, ook als je door het kwade wordt verleid. Noteer je gedachten eventueel in je studiedagboek. Je kunt ook overdenken hoe je hulp kunt inroepen bij beslissingen die je zou willen veranderen.

Onze behoefte aan de Heiland

Alleen de Heiland heeft zijn keuzevrijheid op volmaakte wijze gebruikt. We zondigen allemaal. Zonder hulp gaan we allemaal ‘verloren […] en worden voor eeuwig ongelukkig’ (2 Nephi 2:5).

Lees met die informatie in gedachten 2 Nephi 2:6–8 en zie wat Jezus Christus voor ons allen heeft gedaan.

Als je beter wilt begrijpen wat er in 2 Nephi 2:6–8 staat, raadpleeg dan de informatie in het gedeelte ‘Facultatief: Wil je meer weten?’ voor deze verzen.

  • Hoe verkoos de Heiland je te helpen?

  • Wat voor invloed heeft deze kennis over Jezus Christus op je gevoelens voor Hem?

  • Wat leer je door het voorbeeld van de Heiland over keuzes maken?

Denk aan een keer dat je je met de hulp van Jezus Christus van een zonde bekeerde. Welke invloed had je bekeringsdaad op je?