Geloof om te handelen en te worden
Door te bidden, de Schriften te bestuderen en te handelen, kunnen we de zegeningen van de hemel ontsluiten en een betere volgeling van de Heiland Jezus Christus worden.
Kort na mijn roeping als algemeen zeventiger kreeg ik de gelegenheid om even met president Russell M. Nelson te spreken. Het was een ongeplande ontmoeting in de cafetaria. Hij nodigde ouderling S. Mark Palmer en mij vriendelijk uit om bij hem te komen zitten.
Ik dacht: waarover heb je het als je met de profeet aan het lunchen bent? Ik besloot president Nelson te vragen of hij goede raad voor me had in mijn nieuwe roeping. Zijn antwoord was eenvoudig en rechtuit. Hij keek me aan en zei: ‘Ouderling Schmeil, u bent geroepen voor wat u kunt worden.’ Door die ervaring ging ik me afvragen wat de Heer wil dat ik word. Toen ik hierover nadacht, besefte ik dat Hij wil dat ik een betere echtgenoot, vader, zoon en een betere dienstknecht word. Ik realiseerde me dat ik dat alles kon bereiken door een betere discipel van de Heiland Jezus Christus te worden.
President Nelson heeft in de afgelopen algemene conferentie gezegd: ‘Iets goed doen, vergt inzet. Een waar discipel van Jezus Christus worden, is daar geen uitzondering op.’1 President Nelson vraagt ons om echt ons best te doen om een betere discipel van Jezus Christus te worden. Hij zei dat we om meer zoals de Heiland te worden ons geloof moeten versterken door onder andere te vragen, te handelen en te studeren.
1. Vragen
Hij zei: ‘Vraag uw hemelse Vader in de naam van Jezus Christus om hulp.’2 In gebed vragen is een van de sleutels om te weten hoe we een betere discipel van Jezus Christus kunnen worden.
Tegen het einde van zijn bediening onder de Nephieten in Amerika voer Jezus Christus ten hemel. Later kwamen zijn discipelen bijeen, ‘verenigd in machtig gebed en vasten. En Jezus vertoonde Zich wederom aan hen, want zij baden tot de Vader in zijn naam.’3 Waarom vertoonde Jezus Zich wederom aan zijn discipelen? Omdat zij aan het bidden waren; ze vroegen.
Hij zei:
‘Nu ga Ik tot de Vader. En voorwaar, Ik zeg u, wat u de Vader ook vraagt in mijn naam, zal u gegeven worden.
‘Daarom, bid, en u zult ontvangen; klop, en u zal worden opengedaan; want hij die bidt, ontvangt; en voor hem die klopt, zal worden opengedaan.’4
We moeten in geloof vragen of we de wil van de Heer mogen leren kennen, en accepteren dat de Heer weet wat het beste voor ons is.
2. Handelen
Handelen is een andere essentiële sleutel om een betere discipel van Jezus Christus te worden. Als wij handelen, geeft Hij ons gaandeweg aanwijzingen. Nephi zal de Heer ongetwijfeld om leiding hebben gevraagd om te weten hoe hij de koperen platen van Laban kon bemachtigen. Toch probeerden hij en zijn broers het twee keer tevergeefs. Maar ze handelden en de Heer gaf ze gaandeweg aanwijzingen. Bij de derde poging lukte het Nephi eindelijk. Hij zegt daarover: ‘Ik werd door de Geest geleid, van tevoren niet wetende wat ik moest doen.’5
Zo werkt de Heer als wij moeite doen en handelen, zelfs als we niet goed weten wat we moeten doen. De Heer zei tegen Nephi wat hij moest doen: ga de platen halen. Maar Hij legde niet uit hoe. Hij liet het aan Nephi over om het uit te vorsen en de hulp van de Heer in te roepen – en zo werkt de Heer ook vaak in ons leven. Als wij in geloof handelen, geeft de Heer ons aanwijzingen.
3. Studeren
In 3 Nephi zeiden de discipelen tegen de Heiland dat er woordenstrijd onder het volk over de naam van de kerk was. De Heiland onderwees hen een belangrijk beginsel door te vragen: ‘Hebben zij de Schriften niet gelezen?’6 Studeren is nog een essentiële sleutel om een betere discipel van Jezus Christus te worden. Gebed en Schriftstudie gaan hand in hand. Ze werken samen voor ons welzijn. Dit is de procedure die de Heer heeft ingesteld. ‘Vergast u aan de woorden van Christus; want zie, de woorden van Christus zullen u alle dingen zeggen die u behoort te doen.’7
De Heiland wil dat we de Schriften niet alleen bestuderen, maar er ook uit onderwijzen. Hij gaf de Nephieten het voorbeeld: ‘En nu geschiedde het, toen Jezus alle Schriftuur die zij hadden opgeschreven, in hun geheel had uitgelegd, dat Hij hun gebood de dingen te leren die Hij hun had uitgelegd.’8
Daarom was het zo belangrijk dat Nephi terugging om de koperen platen te bemachtigen: zijn familie had de Schriften nodig – niet alleen om naar het beloofde land te reizen, maar ook om hun kinderen te onderwijzen. Ook wij moeten op onze reis leiding uit de Schriften putten, en er thuis en in onze kerkroepingen uit onderwijzen.
4. Handelen om te worden
We krijgen zelden meteen antwoord op ons gebed. Maar we moeten geloof hebben om door te gaan, rechtschapen te handelen, en te volharden zoals Nephi toen hij de koperen platen ging halen. De Heer zal ons stukje bij beetje aanwijzingen geven. Als we de Schriften bestuderen, geeft de Heer ons de antwoorden of de kracht om de dag of de week door te komen, of om het opnieuw te proberen. Ouderling Richard G. Scott heeft gezegd: ‘Wees dankbaar dat God u soms lange tijd in het ongewisse laat. Daardoor neemt uw geloof toe en groeit uw karakter.’9
Door gebed en Schriftstudie heeft de Heer me altijd de kracht gegeven om te handelen, nog een dag of een week te volharden, en het opnieuw te proberen. Vaak kwamen de antwoorden niet meteen. Ik zit nog steeds met vragen, maar ik blijf vragen en studeren. En ik ben dankbaar dat de Heer me de kracht blijft geven om te handelen terwijl ik op antwoord wacht.
Ouderling Scott heeft ook gezegd: ‘Als u in geloof de grenzen van uw eigen begrip en zekerheden overschrijdt, zult u oplossingen vinden die u anders niet had kunnen krijgen.’10
Een betere volgeling van de Heiland Jezus Christus worden, is een levenslange reis. We bevinden ons allemaal in verschillende fases en hebben ons eigen tempo. We mogen niet vergeten dat dit geen wedstrijd is; we zijn hier om elkaar lief te hebben en te helpen. We moeten handelen zodat de Heiland met ons kan werken.
De Heer heeft tegen Sidney Rigdon gezegd: ‘Ik heb u en uw werken gadegeslagen. Ik heb uw gebeden gehoord en u voorbereid op een groter werk.’11 Ik getuig dat de Heer onze gebeden hoort en verhoort, ons kent en voor ieder van ons een groot werk heeft. Door te bidden, de Schriften te bestuderen en te handelen, kunnen we de zegeningen van de hemel ontsluiten en een betere volgeling van de Heiland Jezus Christus worden.
Ouderling Dallin H. Oaks heeft gezegd: ‘Het laatste oordeel [is] niet slechts een opsomming van goede en slechte handelingen – wat we hebben gedaan. Het is de erkenning van het uiteindelijke gevolg van onze handelingen en gedachten – wat we zijn geworden.’12
Ik ben dankbaar voor profeten, zieners en openbaarders; zij zijn wachters op de toren. Zij zien dingen die wij niet zien. Ik getuig dat we door hun woorden betere volgelingen van de Heiland Jezus Christus kunnen worden en ons potentieel kunnen bereiken. Ik getuig dat Christus leeft en ieder van ons kent. Dit is zijn kerk. In de heilige naam van Jezus Christus. Amen.