2007
Vrienden en zendelingen
Maart 2007


Van vriend tot vriend

Vrienden en zendelingen

Ga uit en verkondig ‘zijn evangelie […] aan de mensenkinderen’ (Mozes 8:19).

Afbeelding

Ik ben opgevoed in een gezin dat actief was in de katholieke kerk. We gingen geregeld naar de kerkdiensten en activiteiten en baden thuis elke avond gezamenlijk. In mijn jeugd hielpen vrienden in de kerk mij met allerlei goede keuzes.

Toen ik negen jaar was, werd ik misdienaar. In de katholieke kerk helpen misdienaars de priester tijdens de zondagsdienst, die ‘mis’ genoemd wordt. Mijn broers en veel van mijn vrienden deden dat samen met mij — en het was een grote eer voor ons. We staken kaarsen aan bij het altaar, ontvouwden voorzichtig de gewaden van de priester en legden de Bijbel naast het altaar. Tijdens de dienst hielpen we met uitdelen van het brood voor de communie, net zoiets als het avondmaal.

Om misdienaar te worden, leerden we de Latijnse misteksten uit ons hoofd. We gingen ook elke week naar de godsdienstles. Elke zomer gingen mijn vrienden, mijn broers en zussen en ik naar de bijbelschool, meer dan dertig kilometer van ons huis. Mijn ouders hadden het in de zomer druk op onze tarweboerderij. Ze hadden dan best onze hulp kunnen gebruiken, maar meenden dat het belangrijk was dat we deze kans kregen om over God te leren en bij onze vrienden te zijn. Ik was onder de indruk van het geloof van de priesters en nonnen die ons lesgaven. Ik besloot toen dat ik zou doen wat God wilde.

In het voortgezet onderwijs deden veel klasgenoten allerlei dingen waarvan ik had geleerd dat ze niet goed waren, zoals drinken en roken. Ik was druk op de boerderij, met sport, toneelspelen op school, en activiteiten in mijn kerk. Ik voelde me gezegend omdat ik goede vrienden had die ook probeerden om het goede te kiezen.

Toen ik naar de universiteit ging en De Kerk van Jezus Christus van de Heiligen der Laatste Dagen leerde kennen, maakten goede vrienden weer het verschil voor mij uit. Ik herinner me nog mijn eerste bezoek aan een wijk van de kerk, in een klein wijkgebouw. Zodra ik uit de auto stapte, zwermden mijn studievrienden om mij heen. ‘Fijn om je te zien!’ zeiden ze. ‘Fijn dat je kon komen!’ Ik had nog nooit zoveel mensen de hand geschud. ‘Fijn dat je er bent’, zeiden volslagen vreemden. ‘Kom nog eens terug.’ Ik ben nog ontroerd door de liefde die deze wijk mij, een vreemde, betoonde.

Alles wat er die dag om mij heen gebeurde, voelde vreemd aan. De eredienst die ik als misdienaar meemaakte was erg gestructureerd en bijzonder stil. De dienst in deze kerk was zo anders — er waren zoveel gezellige praatjes voor de dienst, zoveel nieuwe denkbeelden om over na te denken, en nieuwe ervaringen om mee te maken. Toen ik in die zaal zat, had ik veel vragen en twijfels. Maar door de warmte en vriendschap van de kerkleden voelde ik me op mijn gemak. En toen ik het evangelie bestudeerde, gaf het getuigenis van de Heilige Geest mij het verlangen om me te laten dopen.

Ik ben dankbaar voor de herstelde waarheden in De Kerk van Jezus Christus van de Heiligen der Laatste Dagen. En ik ben de vrienden dankbaar die mij hebben geholpen om die waarheden te vinden.

Als kinderen in de Kerk van Jezus Christus zijn jullie gezegend met zoveel kennis van onze hemelse Vader en zijn Zoon. Je geloof zal groeien als je naar de kerk gaat, bidt en je de Schriften bestudeert — alleen en met je huisgenoten.

Kies niet alleen het goede voor jezelf, maar help alsjeblieft ook andere mensen die geen lid van de kerk zijn of die niet regelmatig komen. Heet ze welkom in het jeugdwerk. Glimlach. Ga naast iemand zitten die nieuw is. Vraag naar de interesses van andere mensen en wees altijd vriendelijk. Als je mensen liefde geeft, kunnen zij makkelijker het goede kiezen en leren zij de Heiland, Jezus Christus, en de leringen van zijn herstelde evangelie kennen.