Alles over op zending gaan
Antwoorden en advies
Op zending gaan kan spannend en geweldig zijn, maar ook nieuw en vreemd. Hier zijn antwoorden van zendelingen op veelgestelde vragen van jongeren.
Illustraties, Mike Mullan
De eerste elf maanden van mijn zending diende ik in Utah in plaats van het zendingsgebied waaraan ik was toegewezen. Dat kwam door de COVID-19-pandemie. Ik sprak mijn moedertaal, at bekend voedsel en bezocht bekende gezichten en plekken. Dat was geweldig!
Toen de reisrestricties werden opgeheven, bracht ik de resterende zeven maanden van mijn zending door in de prachtige Dominicaanse Republiek (mijn oorspronkelijke zendingsgebied). Ik liep urenlang door de kleurrijke, levendige straten, sprak Spaans, at ontzettend veel bananen en mango’s, en onderwees het evangelie van Jezus Christus aan de nederigste, leukste en meest gelovige mensen die ik ooit heb ontmoet. Dat was ook helemaal geweldig!
Geen twee zendingen zijn precies hetzelfde. Wij zijn allemaal heel verschillend en dat geldt ook voor onze zendingservaringen! Heb jij vragen over op zending gaan? Hoe het eraan toegaat, hoe je je kunt voorbereiden en of jij zou kunnen gaan?
Vraag & antwoord over op zending gaan
Nieuwsgierige jongeren (zoals jij!) stuurden ons hun vragen over op zending gaan. We vroegen zendelingen in het zendingsgebied Gilbert (Arizona, VS) ze te beantwoorden.
Vraag: Wat is het verschil tussen een servicezending en een onderwijszending?
Antwoord: ‘Zowel servicezendelingen als onderwijszendelingen moeten zich aan een aantal regels houden om Jezus Christus te vertegenwoordigen. Servicezendelingen wonen vaak thuis en vertegenwoordigen Jezus Christus door in hun eigen gemeenschap te dienen. De Heer ziet onderwijszendelingen en servicezendelingen hetzelfde. Ze hebben hetzelfde gezag en zijn Hem evenveel waard.’
Ouderling Joseph Duncan
Vraag: Hoe krijg je een hechte band met en voel je je op je gemak bij je collega’s als je weinig met elkaar gemeen hebt?
Antwoord: ‘Sta ervoor open om ze te leren kennen en van ze te leren. Praat over van alles en nog wat. Ga samen op ontdekking uit. Bid voor hen en hun familie.’
Zuster Riley Johnson
Vraag: Wat doe je als je heimwee hebt?
Antwoord: ‘Wanneer ik heimwee heb, ga ik aan het werk, toon de mensen liefde, en bedenk hoe ver ik ben gekomen en hoezeer ik ben gezegend. Ik heb me nog nooit zo voldaan, gelukkig en echt door God gezien gevoeld als tijdens mijn zending.’
Zuster Lucy Chapman
Vraag: Wat is er veranderd sinds je op zending bent?
Antwoord: ‘Mijn zending heeft mij een andere focus gegeven. Vóór mijn zending gaf ik eigenlijk alleen maar om wat anderen van me dachten. Ik heb op zending geleerd dat alles op zijn plek valt als ik mijn hemelse Vader en Jezus Christus op de eerste plaats zet.’
Ouderling Jakob Blad
Vraag: Hoe bereid ik me voor op een zending?
Antwoord: ‘Toen ik mij op mijn zending aan het voorbereiden was, putte ik veel kracht uit geregeld tempelbezoek en in het Boek van Mormon lezen. Tijd in het huis des Heren zal je kracht van omhoog geven om te gaan en moedig te dienen!’
Ouderling Ammon Runger
Vraag: Hoe ga je om met persoonlijke problemen?
Antwoord: ‘Als ik persoonlijke problemen heb, helpt het me om ze vanuit een eeuwig perspectief te bekijken. President Nelson heeft gezegd: “Wanneer de druk van het leven u te veel wordt, denk celestiaal!” Door celestiaal te denken, weet ik dat ik door Jezus Christus elke beproeving aankan, omdat Hij precies weet wat ik doormaak en mij kracht kan geven.’
Ouderling Benjamin Baker
Vraag: Wat vind je het moeilijkst aan je zending?
Antwoord: ‘Verwachtingen bijstellen. Een zending is niet altijd helemaal wat je had verwacht, maar is wel altijd wat je nodig hebt. God houdt zich met alle details bezig.’
Zuster Taylee Martinez
Vraag: Wat vind je het leukst aan een zending?
Antwoord: ‘De mensen. Omdat God relaties in ons leven belangrijk vindt, stuurt Hij je collega’s, andere zendelingen, zendingsleiders, wijkleden en mensen op straat van wie je wat leert, door wie je groeit en met wie je banden voor het leven opbouwt. God stuurt de mensen op jouw pad die jij moet raken, en de mensen die jou moeten raken.’
Zuster Sarah Mueller
Vraag: In welk opzicht heeft je zending je sterker gemaakt?
Antwoord: ‘Mijn zending heeft mij sterker gemaakt door mijn band met Jezus Christus en God de Vader. Voordat ik op zending ging, wist ik amper hoe hun liefde voelde. Sinds ik een zendeling ben, zie ik die elke dag door wonderen, de liefde van anderen, en bovenal door Jezus Christus. Ik denk dat ik zijn liefde op geen enkele andere manier zo goed had leren kennen dan door Hem te dienen.’
Ouderling Ethan Withers
Vraag: Wat moet ik doen als ik me niet waardig voel om op zending te gaan?
Antwoord: ‘Velen van ons voelen ons niet waardig om Jezus Christus ieder moment te vertegenwoordigen. Ik put troost uit de wetenschap dat Hij mensen die zich zo voelden altijd bekwaam heeft gemaakt als ze de nodige stappen zetten om God te laten zien dat ze hun best doen en veranderen! Ik voel me waardig doordat ik de genezende kracht van de verzoening van de Heiland heb ervaren. Ik weet dat we allemaal waardig worden als we ons vertrouwen in Hem stellen en zijn evangelie naleven!’
Ouderling Matthew Hollingsworth
Vraag: Hoe zorg je op zending voor je relaties thuis?
Antwoord: ‘De relaties die ik thuis heb, helpen mij om mijn doel als zendeling te verwezenlijken, want zij behoren tot mijn grootste voorbeelden! Ik doe mijn best om me niet door hen te laten afleiden, maar juist met hun liefde, vreugde en steun mijn Heiland, Jezus Christus, zo goed mogelijk te dienen!’
Zuster Kimberly Pannell
Vraag & antwoord: Digitale extra’s
Vraag: Hoe vaak ontmoet je mensen of geef je les?
Antwoord: ‘Je krijgt elke dag de kans om nieuwe mensen te ontmoeten en de liefde van Jezus Christus voor hen te delen, of het nu mensen op straat of leden van de wijk zijn. Het is een voorrecht om zoveel kinderen van God te ontmoeten en iets van hen te leren.’
Zuster Nicole Hatch
Vraag: Hoelang blijf je in het opleidingscentrum voor zendelingen?
Antwoord: ‘Hoelang je in het opleidingscentrum blijft, hangt af van waar je vandaan komt en waar je naartoe gaat. Je blijft minimaal twee en maximaal negen weken. Als je een nieuwe taal moet leren, blijf je eerder langer.’
Ouderling Samuel Martin
Vraag: Hoe deel je je tijd in zodat je kunt koken?
Antwoord: ‘Ik plan mijn maaltijden voor de week op onze voorbereidingsdag. Ik maak goede maaltijden die ik makkelijk en snel kan klaarmaken. Ik vind het heerlijk om te leren koken en nieuwe gerechten uit te proberen!’
Ouderling Tyson Burr
Vraag: Heb je tijd om te sporten?
Antwoord: ‘Zendelingen krijgen elke dag tijd om te sporten. In die tijd kun je gaan hardlopen of fitnessapparatuur gebruiken die jij of andere zendelingen tot jullie beschikking hebben.’
Ouderling Ethan Gibson
Vraag: Hoelang duurde het om aan je zending te wennen?
Antwoord: ‘Voor mij duurde het maar een paar weken, omdat ik mijn eigen verlangens losliet zodra ik mijn naamplaatje had. Ik heb al vroeg de keuze gemaakt om mijn wil aan die van de Heer te onderwerpen en Hem mij te laten veranderen in de persoon die Hij wil dat ik word.’
Ouderling Nathan Meyers
Vraag: Was je er klaar voor om je familie en vrienden achter te laten voordat je op zending ging?
Antwoord: ‘Ik wilde al heel lang op zending gaan, maar ik wist dat ik veel dingen zou gaan missen. Doordat ik mijn geloof in Jezus Christus stelde en mijn tempelverbonden nakwam, in het bijzonder de wet van toewijding, heb ik gezien hoeveel meer de Heer voor mij in petto heeft.’
Zuster Elanor Eden Van Slyke
Vraag: Hoe wist je dat je op zending wilde gaan?
Antwoord: ‘Toen ik in het jeugdwerk zat, besloot ik dat ik op zending zou gaan! In mijn jeugd had ik veel geestelijke ervaringen die bevestigden dat ik anderen over dit evangelie moest gaan vertellen!’
Ouderling Carter Seeman
Vraag: Krijg je inspraak in waar je naartoe gaat?
Antwoord: ‘Uiteindelijk is het aan de Heer. Je hebt geen inspraak in waar je naartoe gaat. Je gaat daarheen waar de Heer je nodig heeft. Hij heeft jouw persoonlijkheid en wie jij bent in dat zendingsgebied nodig.’
Ouderling Denis McLaughlin