1In een stille, heil’ge hof,
daar hebt U mij vrijgekocht.
In Gethsémané weleer
pleitte U voor mij, o Heer.
pleitte U voor mij, o Heer.
Neem ’t gebroken harte mijn,
laat uw wil de mijne zijn.
In Gethsémané weleer
pleitte U voor mij, o Heer.
pleitte U voor mij, o Heer.
2Uw geschonden lichaam is
’t zinnebeeld van uw genâ.
Daar uw pijn voor allen zij,
Heiland, stierf U ook voor mij.
Heiland, stierf U ook voor mij.
Neem ’t gebroken harte mijn,
laat uw wil de mijne zijn.
Daar uw pijn voor allen zij,
Heiland, stierf U ook voor mij.
Heiland, stierf U ook voor mij.
3Met de beker aan mijn mond
weet ik hoe U werd gewond.
’t Brood gebroken neem ik aan;
’k zal als uw getuige staan.
’k zal als uw getuige staan.
Neem ’t gebroken harte mijn,
laat uw wil de mijne zijn.
Nooit meer lijden hoeft U nu.
Heel mijn leven wijd ik U.
Heel mijn leven wijd ik U.
Tekst naar: Tammy Simister Robinson
Muziek: Tammy Simister Robinson
© 2003 by Tammy Simister Robinson. All rights reserved. Het maken van kopieën voor incidenteel, niet-commercieel gebruik thuis of in de kerk is toegestaan. Deze mededeling moet op elke kopie verschijnen.