2011
Verloren lammetjes redden
2011 februari


Verloren lammetjes redden

Jaren geleden reden mijn vrouw en ik vroeg in het voorjaar door de prachtige Star Valley in de Amerikaanse staat Wyoming. Het was een prachtige voorjaarsochtend en het landschap was bijzonder inspirerend.

Toen Jackie en ik de Star Valley in reden, vonden we het fijn om hier en daar een kudde schapen met tientallen lammetjes te zien. Er zijn maar weinig dingen vertederender dan een lammetje. Toen we over de drukke weg reden, zagen we een lammetje vlak langs de weg, buiten de omheining. Het rende wanhopig heen en weer langs de afrastering om terug bij de kudde te komen. Ik ging ervan uit dat dit lammetje klein genoeg was om zich door een opening in de afrastering te wringen, maar nu niet meer in staat was om terug te gaan.

Ik was ervan overtuigd dat als we niet stopten om het lammetje te redden, het uiteindelijk de weg op zou lopen en gewond zou raken of gedood worden. Ik zette de auto aan de kant en zei tegen Jackie en onze passagiers op de achterbank: ‘Wacht even, ik ben zo terug.’

Ik ging er met mijn totale gebrek aan ervaring met lammeren vanuit dat het bange lammetje blij zou zijn om me te zien; ik had tenslotte de beste bedoelingen. Ik kwam zijn leven redden!

Maar tot mijn teleurstelling was het lammetje bang voor me en waardeerde het mijn pogingen om het te redden helemaal niet. Toen ik het naderde, rende het diertje zo snel als het kon weg van mij, langs de afrastering. Jackie zag wat er gebeurde en stapte uit de auto om te helpen. Maar zelfs samen lukte het niet om het lammetje te snel af te zijn.

Toen stapte het echtpaar op de achterbank, dat volop had genoten van de rodeo, uit de auto en hielp ons met de reddingspoging. Met z’n allen lukte het uiteindelijk om het bange lammetje in te sluiten bij de afrastering. Toen ik me in mijn schone reiskleding voorover bukte om hem op te pakken, merkte ik al snel dat hij sterk naar een boerenschuur rook. En toen vroeg ik me af: is dit werkelijk de moeite waard?

Toen we het lammetje oppakten en over de afrastering heen tilden om het in veiligheid te brengen, vocht en schopte hij uit alle macht. Maar binnen enkele momenten had het zijn moeder gevonden en stond het dicht en veilig tegen haar aangedrukt. Met onze kleding een beetje verfomfaaid, maar met grote voldoening en in de zekerheid dat we iets goeds hadden gedaan, vervolgden we onze weg.

Ik heb sindsdien verscheidene malen aan dat voorval gedacht. Ik vraag me af of we ook zo veel moeite zouden doen om een minderactief medelid te redden dat onze pogingen niet waardeert. Ik hoop van wel! ‘Hoeveel gaat niet een mens een schaap te boven?’ heeft de Heiland gevraagd (Matteüs 12:12). In elke gemeente, wijk en ring zijn verloren lammetjes die gevaar lopen.

Denk eens aan de tekst van de bekende lofzang ‘Heb ik heden iets goeds in de wereld gedaan’ en vraag u af hoe u die kunt toepassen op het redden van verloren schapen en lammeren:

‘Waakt op dan en doet toch iets meer,

dan dromen van d’hemelse woon.

Ons aan goed doen te wijden, geeft maatloos verblijden,

een zegen vol liefde, zo schoon.’1

Onze naasten kunnen de indruk wekken dat ze onze inzet niet waarderen, en zijn misschien bang of willen niet gered worden. En onze pogingen om hen te redden kunnen tijd, inzet, energie en de steun en hulp van anderen vergen. Maar die moeite wordt beloond met eeuwige zegeningen. De Heer heeft beloofd: als wij ‘slechts één ziel tot [Hem] bracht[en], hoe groot zal dan [onze] vreugde met hem zijn in het koninkrijk van [onze] Vader’ (LV 18:15).

Noot

  1. Zie ‘Heb ik heden iets goeds in de wereld gedaan?’, Heilige lofzangen, 193.