2021
Als een venster van je ziel
Maart 2021


‘Als een venster van je ziel’, Voor de kracht van de jeugd, maart 2021, 6–8.

Als een venster van je ziel

Toen deze tieners met hun wijkkoor op een interreligieus festival zongen, ondervonden ze dat muziek op veel manieren alle gelovigen bij elkaar kan brengen.

Afbeelding
drie jongeren

Megan C., Ethan M. en Romy C. hebben iets gemeen: ze houden van eerbiedige muziek. Ze vinden het fijn dat muziek ze opbeurt en inspireert. Ze krijgen een goed gevoel van muziek. En ze vinden het fijn om te zien dat anderen erdoor opgebeurd en geïnspireerd worden.

Megan (18), Ethan (19) en Romy (17) hebben nog iets gemeen: ze zingen allemaal in hun wijkkoor in Florida. En onlangs gaf het koor ze een nog betere gelegenheid om hun liefde voor muziek met anderen te delen door hun deelname aan een interreligieus muziekfestival.

‘We hebben hier een interreligieuze coalitie die veel moeite doet om mensen van verschillende godsdiensten bijeen te brengen’, legt Ethan uit. De groep hield bijvoorbeeld een discussie tijdens een iftarmaaltijd (de avondmaaltijd waarmee moslims in de heilige maand van de ramadan hun dagelijkse vasten afsluiten), zette een aantal dienstbetoonprojecten op touw, zoals het maken van schoolrugzakken voor arme kinderen, en organiseerde enkele potluckmaaltijden waarbij mensen die elkaar niet kenden zij aan zij aan dezelfde tafel zaten en voedsel, gewoonten en overtuigingen uit hun cultuur bespraken.

Afbeelding
jongeren eten, zingen en dienen

De koorleden aten, zongen en dienden samen met leden van andere godsdiensten.

Laten we vriendschap sluiten

Natuurlijk is het doel van de coalitie om mensen met verschillende achtergronden aan te moedigen vriendschap te sluiten.

‘Er is een Turks gezin dat ik altijd bij de interreligieuze maaltijden zie. Ze komen altijd snel op me af, en zeggen: “Wat fijn om je weer te zien!”’ zegt Romy. ‘In een wereld vol godsdienstige vervolging is het fijn dat we allemaal bij elkaar kunnen komen om gewoon met elkaar te praten.’ Ze vertelt dat ‘de dames in een andere kerk’ tijdens een van de dienstbetoonprojecten ‘zo lief waren’. ‘Het maakte ze niet uit welke godsdienst anderen hadden. Ze waren er alleen maar om hulp te bieden. Het was verfrissend.’

Megan zegt: ‘Ook al geloven we verschillende dingen, ik heb het geloof van andere mensen altijd gerespecteerd. Het was fijn om onder deze omstandigheden, waarin we allemaal wat over de ander te weten willen komen, contact met ze te krijgen.’

‘Onze kerk is een van de nieuwere leden van de coalitie’, zegt Ethan. ‘Dus ik waardeerde heel erg dat ze zo vriendelijk voor ons waren en ons zo makkelijk accepteerden. Ik weet dat mensen de kerk hier en daar soms verkeerd begrijpen. Dus ik waardeer altijd mensen die verschillen met anderen accepteren en kijken wat ze met elkaar gemeen hebben.’

Eensgezind

Een van de dingen die alle godsdienstige groeperingen gemeen hebben, is muziek. We dachten dat het interreligieuze muziekfestival een geweldige kans zou zijn om samen met andere gelovigen God te loven. Het wijkkoor was een van de zes groepen die namens de gemeentes van diverse kerken in de stad zouden optreden.

‘Er was een handbelkoor, een zangduo, een groot koor, een klein koor, een fluit- en pianoduo enzovoort’, legt Megan uit. ‘Elke groep werd gevraagd om twee nummers uit te voeren.’

Megan vervolgt: ‘We wilden met onze liederen duidelijk maken dat wij in Jezus Christus en in onze hemelse Vader geloven. We wilden een gevoel van aanbidding opwekken.’

Het koor koos twee nummers die ze eerder uitgevoerd hadden, ‘Great Things and Small Things’, van Steven Kapp Perry, en ‘Sacraments and Symbols’, van Janice Kapp Perry, Steven Kapp Perry en Lynne Perry Christofferson.

‘Het eerste lied is vrolijk. Het biedt de verzekering dat je door God alles kunt, of het nu iets kleins of groots is’, zegt Ethan. ‘Het tweede lied is heel eerbiedig. Het is bijna een psalm, en het geeft echt een aanbiddingsgevoel.’

Repeteren, repeteren en nog eens repeteren

Bij de voorbereidingen op de uitvoering gebruikte Ethan een methode die hij eerder had toegepast. ‘Ik probeer me zo veel mogelijk in het lied te verdiepen’, zegt hij. ‘Ik merk dat ik meer van het lied geniet als ik op de betekenis let. Natuurlijk zorg ik ervoor dat ik het goed kan zingen, maar ik merk dat dit makkelijker wordt als ik op de boodschap van het lied ben afgestemd. Ik besteed vooral aandacht aan mijn geestelijke voorbereiding.’

‘We hadden ook nog onze optredens in de avondmaalsdienst, en hadden andere stukken om te oefenen’, zegt Megan. ‘Maar we wisten hoe belangrijk het interreligieuze evenement was, dus we zorgden ervoor dat we er klaar voor waren. We werkten er hard aan.’

Het tweede nummer werd door een dubbelkwartet van de koorleden uitgevoerd. ‘We repeteerden op dinsdagen vóór de jongemannen- en jongevrouwenactiviteit’, zegt Megan. ‘Ik moest een hele week lang, eigenlijk een hele maand lang, aan het lied denken. Ik doe dit meestal niet, maar ik zocht het lied op YouTube op en speelde het telkens opnieuw af. Ik wilde er beter in worden. Ik wilde dat we het zó zongen dat we er andere mensen mee zouden raken.’

Ethan, Megan en Romy zijn het erover eens dat alle repetities een bijkomend voordeel hadden. ‘Als je liederen telkens zingt, houd je de boodschap van die liederen in je hoofd en in je hart.’

Afbeelding
jeugdkoor

Het koor treedt op tijdens het interreligieus muziekfestival.

In het hoofd, in het hart

Dat ze het in hun hoofd en in hun hart hielden, werd duidelijk toen de koorleden zongen. ‘Beide liederen waren gewoon prachtig’, zegt Romy. ‘Het publiek werd heel erg stil, en iedereen voelde tijdens het zingen de Geest. We voelden ons eensgezind.’

‘Ik heb het eerste lied altijd heel vrolijk gevonden’, zegt Megan. ‘Ik had ook het gevoel dat het meteen een uitwerking op de mensen op het festival had. Ik vond het leuk om het te zingen, en ik hoop dat zij er allemaal net zo van genoten. En bij het tweede lied vormden de stemmen een bijzonder harmonieus geheel. Ik denk dat iedereen die ernaar luisterde een geest van respect en eerbied voor God voelde.’

Megan vervolgt: ‘Aan het einde van de avond spraken we met andere deelnemers en leden van het publiek. Ik weet dat men bij onze koordirigent informeerde naar de liederen die we zongen – ‘Wat voor muziek was dat?’ of ‘Waar hebt u dat arrangement gevonden?’ We bespraken onze gezamenlijke interesse, de muziek. Ik had het gevoel dat ik hen door hun liederen beter begreep, en dat zij ons door de onze beter begrepen. Muziek is net een venster van je ziel.’