God houdt van ieder van ons. Hij wil ook graag dat we die liefde voelen, zodat we vooruitgang kunnen maken en groeien. Hij zorgt dat we kansen krijgen om zin aan ons leven te geven, en een zekere rust en helderheid te midden van alle verwarring van de wereld. God voorziet ons onder meer van hulp door de woorden van profeten.
Als je in gebed contact met God zoekt, kun je leiding voor je eigen leven ontvangen. Maar God spreekt ook bij monde van profeten tot zijn kinderen. Deze profeten onderwijzen ons in het evangelie van Jezus Christus. Ze geven ons speciaal voor deze tijd leiding van God door.
Uit de oude verhalen en heilige leringen in de Bijbel en het Boek van Mormon blijkt dat God door de eeuwen heen profeten heeft gekozen om in zijn naam voor het heil van zijn kinderen te handelen.
In tijden dat mensen de woorden van de profeten geloofden, leefden ze rechtschapen. Op andere momenten verwierpen ze Gods boodschappen van profeten en keerden ze zich van God af. Die toestand noemen we afvalligheid. Die tijden van afvalligheid maakten uiteindelijk plaats voor hernieuwde rechtschapenheid, doordat mensen zich gingen bekeren en opnieuw naar Gods uitverkoren profeten luisterden.
In de Bijbel lezen we in Amos 3:7 dat God niets doet tenzij Hij het openbaart ‘aan Zijn dienaren, de profeten’. De Heer stuurde door het hele Oude Testament heen profeten om mensen te waarschuwen zodat ze zich op hongersnood, oorlog of andere rampen zouden voorbereiden. Ze deelden Gods wil aan het volk mee en getuigden van de gevolgen van zonde. Profeten boden bovenal hoop met hun profetieën over de geboorte van Jezus Christus en zijn evangelie, dat iemands leven kan veranderen.
Profeten in de Bijbel en het Boek van Mormon dragen lessen en waarheden aan die vandaag de dag nog steeds aanspreken – over geloof in Jezus Christus ontwikkelen en meer op Hem gaan lijken bijvoorbeeld. Je kunt kracht, hoop en inspiratie putten uit hun woorden.
Toen Jezus op aarde was, riep Hij twaalf apostelen om zijn kerk te helpen leiden. Na de dood van Jezus kregen de apostelen met vervolging te maken. Sommigen werden zelfs gedood. Na verloop van tijd gingen belangrijke evangeliebeginselen en het priesterschapsgezag van God verloren, omdat mensen over de hele wereld afvallig werden.
In 1820 ging een 14-jarige jongen, Joseph Smith, in ernstig gebed over het heil van zijn ziel. Hij vroeg zich ook af bij welke kerk hij zich moest aansluiten. God de Vader en Jezus Christus verschenen aan Joseph. Ze vertelden hem dat zijn zonden vergeven waren en dat hij zich bij geen van de bestaande kerken moest aansluiten. Hij werd later als profeet gekozen om Jezus Christus’ kerk op aarde te herstellen.
Sinds die tijd wordt De Kerk van Jezus Christus van de Heiligen der Laatste Dagen geleid door een levende profeet. Hij wordt bijgestaan door twaalf apostelen en andere leidinggevenden naar het voorbeeld van Christus’ kerk van weleer.
De hedendaagse profeet en apostelen volgen in het voetspoor van de profeten in de Schriften. Ze zetten eeuwige waarheden uiteen, getuigen van Jezus Christus, waarschuwen ons voor gevaar en geven ons redenen tot hoop. Daarnaast verschaffen ze leiding van God, specifiek voor onze tijd.
Als je de woorden van een levende profeet volgt, kom je nader tot Jezus Christus. Je hebt dan ook reden tot hoop en vreugde. In de afgelopen jaren heeft Russell M. Nelson, profeet en president van de kerk, onder meer de volgende raad gegeven: