EnglishConnect voor zendelingen
Les 3: Interesses


‘Les 3: Interesses’, EnglishConnect 2 voor beginners (2022)

‘Les 3’, EnglishConnect 2 voor beginners

twee glimlachende mannen

Lesson 3

Interests

Doel: Ik leer vertellen wat iemand leuk vindt om te doen en waarom.

Personal Study

Bereid je voor op de gespreksgroep door de activiteiten A t/m E te doen.

pictogram a
Study the Principle of Learning: Take Responsibility

Verantwoordelijkheid nemen

I have the power to choose, and I am responsible for my own learning.

Ik kan mijn eigen keuzes maken en ik ben verantwoordelijk voor mijn eigen leerproces.

Je bent een kind van God, met de macht om voor jezelf te kiezen en te handelen. Die macht wordt keuzevrijheid genoemd. Lehi, een profeet uit het Boek van Mormon, leert ons dat we geen stenen zijn, die op iemand wachten om ons te veranderen of te verplaatsen. We kunnen naar eigen believen handelen en zelf besluiten wat we geloven, wat we doen en wie we worden. Lehi heeft gezegd:

‘[God] heeft alle dingen geschapen, zowel dingen om te handelen als dingen om mee te handelen. […] Daarom stond de Here God de mens toe zelfstandig te handelen’ (2 Nephi 2:14, 16).

Je kunt ervoor kiezen om te leren en vooruitgang te maken. Je leerkracht en de andere leerlingen in je gespreksgroep kunnen je helpen, maar uiteindelijk zijn het jouw keuzes die de grootste invloed op je leerproces hebben. Je kunt zelfstandig handelen en elke dag Engels oefenen. Als er problemen zijn, zoek je naar oplossingen. Je hebt keuzevrijheid gekregen – de macht van God om te handelen. Je kunt verantwoordelijkheid voor je eigen leerproces nemen.

twee mannen en een jongen in gesprek

Ponder

  • Wat betekent het voor je om naar eigen believen te handelen en verantwoordelijk te zijn voor je eigen studie?

  • Wat maakt het moeilijk om elke dag Engels te studeren?

  • Wat kun je doen om elke dag zelfstandig te handelen als je elke dag Engels studeert?

pictogram b
Memorize Vocabulary

Leer de betekenis en uitspraak van elk woord voordat je naar de gespreksgroep gaat. Probeer de woorden toe te passen. Bedenk wanneer en waar je die woorden kunt gebruiken.

Verbs/Verbs + ing

cook/cooking

kook/koken

dance/dancing

dans/dansen

fish/fishing

vis/vissen

go/going to museums

naar een museum gaan

paint/painting

schilder/schilderen

play/playing sports

sport/sporten

read/reading

lees/lezen

run/running

loop hard/hardlopen

swim/swimming

zwem/zwemmen

write/writing

schrijf/schrijven

Adjectives

amazing

geweldig

boring

saai

challenging

uitdagend

difficult

moeilijk

easy

makkelijk

fun

leuk

interesting

interessant

relaxing

ontspannend

tiring

vermoeiend

wonderful

prachtig

pictogram c
Practice Pattern 1

Oefen het gebruik van de patronen totdat je zelfverzekerd vragen kunt stellen en beantwoorden. Je kunt de onderstreepte woorden door woorden uit ‘Memorize Vocabulary’ vervangen.

Q: What do you like doing?A: I like (verb + ing).

Questions

patroon 1 vraag wat doe je graag

Answers

patroon 1 antwoord ik werkwoord graag

Examples

vader leest voor aan dochtertje

Q: What do you like doing?A: I like reading.

Q: What doesn’t she like doing?A: She doesn’t like swimming.

pictogram d
Practice Pattern 2

Oefen het gebruik van de patronen totdat je zelfverzekerd vragen kunt stellen en beantwoorden. Probeer de regels in de patronen te begrijpen. Bedenk in welke opzichten het Engels vergelijkbaar is met, of anders is dan, jouw taal.

Q: Why do you like (verb + ing)?A: I like (verb + ing) because it’s (adjective).

Questions

patroon 2 vraag waarom werkwoord je graag

Answers

patroon 2 antwoord ik werkwoord graag omdat het bijvoeglijk naamwoord is

Examples

Q: Why do you like reading?A: I like reading because it’s interesting.

meisje zwemt

Q: Why doesn’t she like swimming?A: She doesn’t like swimming because it’s difficult.

man schildert

Q: Why does he like painting?A: Because it’s relaxing.

pictogram e
Use the Patterns

Noteer vier vragen die je aan iemand kunt stellen. Noteer een antwoord op elke vraag. Lees ze hardop voor.

Additional Activities

Doe de lesactiviteiten en toetsen online op englishconnect.org/learner/resources of in het EnglishConnect 2 Werkboek.

Act in Faith to Practice English Daily

Blijf dagelijks Engels oefenen. Gebruik je ‘Persoonlijke studietracker’. Bekijk je studiedoel en evalueer je leerinspanningen.

Conversation Group

Discuss the Principle of Learning: Take Responsibility

(20–30 minutes)

twee mannen en een jongen in gesprek

pictogram 1
Activity 1: Practice the Patterns

(10–15 minutes)

Neem met een partner de woordenlijst door.

Oefen patroon 1 met een partner:

  • Oefen het stellen van vragen.

  • Oefen het beantwoorden van vragen.

  • Oefen een gesprek met gebruik van de patronen.

Herhaal dit voor patroon 2.

pictogram 2
Activity 2: Create Your Own Sentences

(10–15 minutes)

Kijk naar de afbeeldingen. Stel en beantwoord vragen over elke persoon. Wissel elkaar af.

Example: Ahmad

Likes

jongens spelen met bal op het strand

Doesn’t Like

moeder en zoon koken samen
  • A: What does Ahmad like doing?

  • B: He likes playing sports.

  • A: Why does he like playing sports?

  • B: Because it’s fun.

  • A: What doesn’t Ahmad like doing?

  • B: He doesn’t like cooking.

  • A: Why doesn’t he like cooking?

  • B: He doesn’t like cooking because it’s tiring.

Image Group 1: Ken

Likes

man leest boek

Doesn’t Like

man aan het hardlopen

Image Group 2: Marisa

Likes

vrouw zwemt

Doesn’t Like

vrouw en meisje bewonderen kunst in museum

Image Group 3: Mei

Likes

vrouw schildert op een doek

Doesn’t Like

gezin vist

Image Group 4: Rosa

Likes

twee vrouwen dansen in huis

Doesn’t Like

vrouw schrijft in agenda

pictogram 3
Activity 3: Create Your Own Conversations

(15–20 minutes)

Kies drie vrienden of familieleden. Stel en beantwoord vragen over de interesses van elke persoon. Wissel elkaar af.

New Vocabulary

cheap

goedkoop

expensive

duur

playing games

spelletjes spelen

shopping

winkelen

traveling

reizen

Example

  • A: My sister likes shopping.

  • B: Why does your sister like shopping?

  • A: She likes shopping because it’s exciting.

  • B: Does your sister like traveling?

  • A: No, she doesn’t like traveling.

  • B: Why doesn’t she like traveling?

  • A: Because it’s expensive.

Evaluate

(5–10 minutes)

Evalueer je vooruitgang aan de hand van de doelen en je inspanningen om dagelijks Engels te oefenen.

Evaluate Your Progress

I can:

  • Talk about what I like and don’t like doing and why.

    Vertellen wat ik graag doe en waarom.

    neutraal gezicht, tevreden gezicht, blij gezicht
  • Talk about what others like and don’t like doing and why.

    Vertellen wat anderen graag doen en waarom.

    neutraal gezicht, tevreden gezicht, blij gezicht

Evaluate Your Efforts

Evalueer je inspanningen inzake:

  1. Het leerbeginsel bestuderen.

  2. De woorden uit het hoofd leren.

  3. De patronen oefenen.

  4. Dagelijks oefenen.

Een doel stellen. Overweeg de studiesuggesties in de ‘Persoonlijke studietracker’.

Bespreek je doel met een partner.

Act in Faith to Practice English Daily

‘Onze keuzes bepalen onze bestemming.’ (Thomas S. Monson, ‘Keuzes’, Liahona, mei 2016, 86.)