Het gelovige hart van de weduwe
Laten we het nodige doen om het gelovige hart van de weduwe te krijgen. Laten we ons ook verheugen in de zegeningen die de resulterende ‘armoede’ dan ruimschoots zullen compenseren.
Ik heb bijna mijn hele volwassen leven onder de heiligen van Oceanië mogen dienen. Het geloof, de liefde en de ongelofelijke opofferingen van deze toegewijde heiligen vervullen me met inspiratie, dankbaarheid en vreugde. Hun verhalen lijken op die van u.
Ik moest eraan denken dat deze heiligen veel weg hebben van de weduwe die de Heiland gadesloeg terwijl Hij ‘was gaan zitten [en] zag […] hoe de menigte geld in de schatkist wierp; en veel rijken wierpen er veel in.
‘En er kwam één arme weduwe, die er twee kleine munten in wierp […].
‘En toen Hij Zijn discipelen bij Zich geroepen had, zei Hij tegen hen: Voorwaar, Ik zeg u dat deze arme weduwe er meer in geworpen heeft dan allen die iets in de schatkist geworpen hebben.
‘Want zij […] hebben van hun overvloed erin geworpen; maar deze heeft van haar armoede alles wat zij had, erin geworpen, heel haar levensonderhoud.’1
Ook al stelden haar twee muntjes op het oog niet veel voor, de Heiland beschouwde haar gave van onschatbare waarde omdat ze alles gaf. Op dat moment kende de Heiland de weduwe volkomen, want haar gave toonde Hem haar gelovige hart. Haar liefde en geloof waren zo zuiver en groot, dat ze gaf in de wetenschap dat ze in haar ‘armoede’ geen gebrek zou lijden.
Datzelfde gelovige hart heb ik bij de heiligen in Oceanië gezien. Een oudere man en zijn vrouw in een dorpje op een van deze eilanden gaven gehoor aan de uitnodiging van de zendelingen om de Heer oprecht te vragen of de gegeven lessen waar waren. Daarbij overwogen ze ook de consequenties van wat ze aan toezeggingen deden als het antwoord tot aanvaarding van het herstelde evangelie zou leiden. Ze vastten en baden om achter de waarheid van de kerk en van het Boek van Mormon te komen. Het antwoord op hun gebeden kwam in de vorm van een heerlijke maar duidelijke bevestiging: ‘Ja! Het is waar!’
Ze kozen na het ontvangen van dit getuigenis voor de doop. Die keuze ging met offers gepaard. Ze betaalden een hoge prijs voor de beslissing die tot hun doop leidde. Ze raakten hun baan kwijt, gaven hun sociale status op, raakten goede vrienden kwijt, en moesten het zonder de steun, de liefde en het respect van hun familie stellen. Ze gingen nu elke zondag te voet naar de kerk. Onderweg wisselden ze ongemakkelijke blikken met vrienden en buren die de andere kant op liepen.
In die moeilijke situatie vroeg men deze goede broeder naar zijn gevoelens over hun besluit om tot de kerk toe te treden. Zijn eenvoudige en vastberaden antwoord luidde: ‘Het is immers waar? Onze keuze lag voor de hand.’
Deze twee pas bekeerde heiligen hadden waarlijk het gelovige hart van de weduwe. Net als de weduwe wierpen zij er bewust ‘alles’ in wat ze van hun ‘armoede’ konden geven. Door hun gelovige hart en standvastige geloof in die zware tijden werden hun lasten licht gemaakt. Ze werden gesteund en omringd door hulpvaardige en dienende kerkleden. Ook putten ze kracht uit hun kerkroepingen.
Nadat ze er ‘alles’ in hadden geworpen wat ze hadden, beleefden ze de mooiste dag van hun leven toen ze in de tempel als eeuwig gezin verzegeld werden. Net zoals bij de bekeerlingen onder Alma’s leiding versterkte ‘de Heer […] hen, zodat zij hun lasten met gemak konden dragen, en zij onderwierpen zich welgemoed en met geduld aan de gehele wil van de Heer.’2 Zo is het gelovige hart van de weduwe ook bij dit geweldige echtpaar zichtbaar.
Ik wil nog een ervaring aanhalen waarbij het gelovige hart van de weduwe goed te zien was. In Samoa proberen we dorpsraden zover te krijgen dat ze zendelingen toelaten om het evangelie te prediken. Een paar jaar geleden sprak ik met het hoofd van een dorp waar de zendelingen vele jaren niet welkom waren geweest. Dat gesprek vond plaats niet lang nadat het dorpshoofd de kerk en de zendelingen had toegelaten. Ze mochten belangstellenden nu in het evangelie en de leerstellingen onderwijzen.
Ik was benieuwd wat het dorpshoofd na al die jaren tot deze wonderbaarlijke ommekeer en actie had bewogen. Ik vroeg daar naar en het dorpshoofd antwoordde: ‘Een mens kan een tijdlang in duisternis leven, maar er komt een tijd dat hij naar het licht gaat verlangen.’
Het dorpshoofd gaf met het openstellen van het dorp blijk van het gelovige hart van de weduwe – een hart dat verzacht wordt wanneer de warmte en het licht van de waarheid geopenbaard worden. Deze leider was bereid om jarenlange tradities op te geven, veel tegenstand te verduren en standvastig te blijven zodat anderen gezegend konden worden. Het hart van deze leider was op het welzijn en geluk van zijn volk gericht, niet op tradities, culturele overwegingen en persoonlijke macht. Hij liet die zorgen varen ten gunste van wat president Thomas S. Monson ons heeft geleerd: ‘Als we het voorbeeld van de Heiland volgen, krijgen we de gelegenheid om een licht voor anderen te zijn.’3
Ik wil tot slot nog een ervaring onder de heiligen van Oceanië aanhalen die diep in mijn geest en mijn ziel is gegrift. Jaren geleden was ik een jonge raadgever van een bisschop in een nieuwe wijk in Amerikaans-Samoa. Onder de 99 leden bevonden zich keuterboeren, fabrieksarbeiders, ambtenaren en hun gezinsleden. Toen het Eerste Presidium in 1977 aankondigde dat er in Samoa een tempel zou worden gebouwd, was er alom blijdschap en dankbaarheid. In die tijd moest men vanuit Amerikaans-Samoa voor een tempelbezoek naar Hawaï of Nieuw-Zeeland reizen. Dat was een dure reis die veel trouwe kerkleden zich niet konden veroorloven.
In die periode werden de leden aangemoedigd om geld aan een bouwfonds voor tempels bij te dragen. In die geest vroegen we als bisschap aan de wijkleden om onder gebed te overwegen wat ze konden geven. Er werd een datum geprikt waarop de gezinnen hun bijdragen zouden inleveren. De enveloppen werden later achter gesloten deuren geopend. Het geloof en de gulheid van onze fantastische wijkleden stemden ons als bisschap nederig en ontroerden ons.
Ik kende elk gezin en hun omstandigheden. Ik werd door gevoelens van ontzag, respect en nederigheid overstelpt. Het ging hier, in elk opzicht, om hedendaagse muntjes van de weduwe. Zij hadden die vrijwillig en blijmoedig van hun ‘armoede’ voor de zegenrijke beloofde bouw van een heilige tempel van de Heer in Samoa gegeven. Deze gezinnen hadden alles wat ze konden aan de Heer toegewijd, met het geloof dat ze niets tekort zouden komen. Hun gave liet zien dat zij het gelovige hart van de weduwe hadden. Allen die gaven, deden dat bereidwillig en blijmoedig omdat het innerlijke oog van het gelovige hart van de weduwe de grote bekronende zegeningen kon zien. Die zegeningen lagen voor de volgende generaties van hun familie en voor alle mensen van Samoa en Amerikaans-Samoa in het verschiet. Ik weet dat hun toegewijde offergaven, hun muntjes van de weduwe, door de Heer opgemerkt en aanvaard werden.
Het gelovige hart van de weduwe die haar twee muntjes gaf, is een hart dat alles wil geven door offers te brengen; door moeilijkheden, vervolging en afwijzing te verduren; en door lasten van allerlei aard te dragen. Het gelovige hart van de weduwe is een hart dat het licht van de waarheid bespeurt, voelt en kent, en er alles voor over heeft om die waarheid te omarmen. Het helpt ook anderen datzelfde licht te zien en dezelfde mate van eeuwige blijdschap en vreugde te beleven. Tot slot kenmerkt het gelovige hart van de weduwe zich door de bereidheid om alles voor de opbouw van het koninkrijk van God op aarde over te hebben.
Laten we als heiligen overal ter wereld het nodige doen om het gelovige hart van de weduwe te krijgen. Laten we ons ook verheugen in de zegeningen die de resulterende ‘armoede’ dan ruimschoots zullen compenseren. Ik bid dat ieder van ons een gelovig hart zal hebben, zodat we onze lasten kunnen dragen en de nodige offers kunnen brengen, en de wil om te geven en te dienen. Ik beloof dat de Heer u niets tekort laat komen. Het gelovige hart van de weduwe is vol dankbaarheid dat de Heiland ‘een Man van smarten, bekend met ziekte’ was,4 zodat wij de ‘bittere beker’ niet hoeven te smaken.5 Ondanks, en juist vanwege, onze zwakheden en fouten blijft Hij zijn doorboorde handen naar ons uitstrekken. Hij zal ons verheffen als wij bereid zijn het licht van zijn evangelie in te stappen, Hem omarmen en Hem onze ‘armoede’ in overvloed laten veranderen.
Ik getuig van de grote liefde die wij als discipelen en volgelingen van de Heer Jezus Christus kunnen uitdragen en ontvangen. Ik hou van president Thomas S. Monson en steun hem als de profeet van God op aarde. Het Boek van Mormon is eveneens een getuige van Jezus Christus aan de wereld. Ik nodig allen uit het te lezen en te ontdekken welke boodschap het voor u bevat. Allen die op de uitnodiging van de Heer ingaan en tot Hem komen, zullen gemoedsrust, liefde en licht vinden. Jezus Christus is ons grote Voorbeeld en onze Verlosser. Alleen dankzij Jezus Christus en het wonder van zijn oneindige verzoening kunnen wij het eeuwige leven ontvangen. Daar getuig ik van in de heilige naam van Jezus Christus. Amen.