2013
Een doopzegen
Juni 2013


Een doopzegen

De schrijfster woont in Nevada (VS)

Trevor werd altijd zenuwachtig als hij bedacht dat hij onder water zou gaan. Hoe kon hij zich laten dopen?

Trevor ging op de bank zitten, met zijn hoofd op zijn handen. Zijn broertjes waren met opa aan het spelen. Hij wilde ook wel plezier maken, maar hij maakte zich teveel zorgen om zijn doop.

Mama ging naast hem zitten en streek door zijn haar. ‘Wat is er?’ vroeg ze. ‘Wil je niet spelen?’

Trevor schudde zijn hoofd en fronste.

Mama keek hem even aan en sloeg toen een arm om hem heen. ‘Ben je nog steeds bang om onder water te gaan?’

Trevor knikte.

Trevor werd altijd bang van de gedachte dat hij onder water zou gaan. Toen hij drie was, was hij in een zwembad gevallen. Hij zou nooit vergeten hoe bang hij was toen hij steeds dieper wegzonk, totdat iemand hem eruit haalde. Hij was sindsdien altijd zenuwachtig als hij in de buurt van water kwam.

‘Waarom helpt er niets?’ vroeg Trevor. ‘We hebben gebeden. We zijn zelfs naar de vont geweest. Niets hielp!’ Trevor sprong op van de bank en rende naar zijn kamer.

Hij sloeg de slaapkamerdeur achter zich dicht en liet zich op zijn bed vallen. Al gauw hoorde hij iemand op de deur kloppen.

Trevor keek op toen papa naast hem ging zitten. ‘Mama zegt dat je nog steeds zenuwachtig bent over je doop’, zei papa.

Trevor knikte. ‘Ik blijf erover bidden, maar ik ben nog steeds bang.’

Papa dacht even na. ‘Soms als we om iets bidden, gebeurt het niet meteen. Je bent nu nog bang, maar misschien voel je je morgen al beter.’

Trevor schudde het hoofd, maar bedacht toen hoe zenuwachtig hij was geweest toen hij afgelopen jaar naar school was gegaan. Papa had hem een zegen gegeven. Misschien kon een zegen hem helpen met zijn doop. Hij keek papa aan. ‘Wil je me met met opa misschien een zegen geven?’

Papa knikte. ‘Dat vind ik een goed idee.’

Even later zat Trevor in de huiskamer op een stoel. Papa en opa legden hun handen op zijn hoofd. Papa zegende hem en zei dat zijn hemelse Vader hem zou helpen om rustig te worden als hij geloof had.

Toen Trevor de volgende dag bij zijn doopdienst in zijn witte kleren zat, was hij nog zenuwachtig. Hij was blij dat hij de zegen had gekregen, maar als hij nou eens bang bleef? Hoe kon hij zich dan laten dopen?

Na een toespraak over de doop boog papa zich naar hem toe. ‘Het is tijd om naar de vont te gaan’, zei hij. Trevor knikte en volgde papa naar de vont. Papa ging er het eerste in.

Toen was het Trevors beurt. Hij aarzelde, maar dacht aan zijn zegen. ‘Hemelse Vader, help me alstublieft om geloof te hebben’, bad hij stilletjes.

Langzaam stak Trevor een voet in het water. Dat was lekker warm. Trevor deed nog een stap.

Met elke stap werd hij minder bang en bezorgd. Papa pakte zijn arm vast en glimlachte. ‘Klaar?’

Trevor was rustig. Dat was het gevoel dat zijn hemelse Vader hem beloofd had. Hij knikte. ‘Klaar.’

Papa hield zijn rechter arm omhoog en sprak het doopgebed uit. Toen papa hem onder water liet zakken, was Trevor niet bang. Hij had alleen maar dat rustige gevoel, en hij voelde dat het sterker werd.

Trevor kwam glimlachend uit het water. Hij wist dat zijn geloof hem had geholpen om zijn angst te overwinnen zodat hij zich kon laten dopen. Hij wist dat zijn hemelse Vader hem altijd zou helpen als hij probeerde het goede te kiezen.

Illustraties Kevin Keele