2010
Ons op de zegeningen van de tempel voorbereiden
2010


Ons op de zegeningen van de tempel voorbereiden

Iedere tempel is een symbool van ons geloof in God en een bewijs van ons geloof in een leven na de dood. De tempel is het doel van iedere activiteit, iedere les en iedere stap voorwaarts in de kerk.

Als er voor de mensen tempels worden gebouwd, moeten de mensen zich voorbereiden om naar de tempel te gaan

Op alle tempels staan de woorden ‘De Here gewijd’1 gegraveerd. Die woorden geven aan dat zowel de tempel als de doelen ervan heilig zijn. Wie naar de tempel gaat, moet ook de eigenschap heiligheid bezitten.2 Als er voor de mensen tempels worden gebouwd, moeten de mensen zich voorbereiden om naar de tempel te gaan.

Een tempel verschilt van andere kerkgebouwen. In tegenstelling tot kerkgebouwen is de tempel op de sabbat gesloten zodat de mensen naar de kerk kunnen gaan en die heilige dag met hun gezin kunnen doorbrengen. Tempels zijn op andere dagen van de week open voor het heilige werk. Een tempel is letterlijk het huis van de Heer, bestemd voor het verrichten van eeuwige verordeningen. Deze verordeningen omvatten de dopen, huwelijken, begiftigingen en verzegelingen.

Iedere tempel is een symbool van ons geloof in God en een bewijs van ons geloof in een leven na de dood. De tempel is het doel van iedere activiteit, iedere les en iedere stap voorwaarts in de kerk. Al ons werk voor de verkondiging van het evangelie, de vervolmaking van de heiligen en de verlossing van de doden leidt naar de tempel. De tempelverordeningen zijn uitermate belangrijk. Zonder die verordeningen kunnen we niet in Gods heerlijkheid terugkeren.

Iedere tempelverordening houdt een plechtige belofte in

In de tempel ontvangen we een begiftiging, die letterlijk een gave is. We moeten de geestelijke waarde daarvan begrijpen en hoe belangrijk het is om ons aan de heilige verbonden en verplichtingen te houden die we op ons nemen. Iedere ‘tempelverordening is niet alleen een ritueel, maar een plechtige belofte die we afleggen.’3

De begiftiging is door openbaring gegeven. Daarom kunnen we die ook het best door openbaring en een rein hart begrijpen. President Brigham Young heeft gezegd: ‘Uw begiftiging betekent dat u alle verordeningen in het huis van de Heer ontvangt die u na dit leven nodig hebt om in de tegenwoordigheid van de Vader terug te kunnen keren, waarbij u de engelen passeert die als wachter staan, (…) en uw eeuwige verhoging ontvangt.’4

Door gehoorzaamheid aan de heilige tempelverbonden komen we in aanmerking voor het eeuwige leven

In iedere tempel wordt de verzegelbevoegdheid van het priesterschap gebruikt. President Gordon B. Hinckley heeft uitgelegd: ‘Er is geen koning, geen president, geen ambtenaar van welke mogendheid dan ook in de wereld waarin wij leven die enig gezag heeft over zaken die verder dan het graf reiken. Iedereen staat hulpeloos tegenover de dood. Maar de nederige, rechtschapen hogepriester die de verzegelbevoegdheid heeft ontvangen, kan datgene wat op aarde gebonden is, in de hemelen binden.’5

Net als het priesterschap eeuwig is — zonder begin of einde — is de bevoegdheid van het priesterschap dat ook.6 Dus zijn de verordeningen en verbonden van het priesterschap ook eeuwig. De eerste openbaring die de profeet Joseph Smith van de engel Moroni kreeg, ging over het gezag van het priesterschap.7 In latere instructies aan de profeet over de tempel heeft de Heer gezegd:

‘Laat dit huis worden gebouwd voor mijn naam, opdat Ik mijn verordeningen daarin zal kunnen openbaren aan mijn volk;

‘want Ik verwaardig Mij mijn kerk dingen te openbaren die van vóór de grondlegging der wereld verborgen zijn gehouden, dingen die te maken hebben met de bedeling van de volheid der tijden.’8

Wij leven in die bedeling. Tempels, verordeningen, verbonden, begiftigingen en verzegelingen zijn volgens de profetieën hersteld. De tempelverordeningen zorgen voor onze verzoening met de Heer en verzegelen gezinnen voor eeuwig. Door gehoorzaamheid aan de heilige tempelverbonden komen wij in aanmerking voor het eeuwige leven — de grootste van alle gaven Gods.9

Iedereen die zich goed voorbereidt, kan naar de tempel gaan

Omdat een tempel heilig is, vraagt de Heer om die te beschermen tegen ontheiliging. Iedereen die zich goed op dat voorrecht voorbereidt, kan naar de tempel gaan. Dat beginsel van voorbereiding geldt ook op andere gebieden. Ik herinner me dat ik als kleine jongen al tegen mijn ouders zei dat ik naar de universiteit wilde. Zij zeiden dat het mogelijk was, maar alleen als ik op school goed mijn best deed en aan alle toelatingseisen van de universiteit voldeed. Evenzo moeten wij aan de toelatingseisen van de tempel voldoen. Wij bereiden ons lichamelijk, intellectueel en geestelijk voor. Voor iedereen wordt individueel bepaald of hij of zij in aanmerking komt voor een tempelaanbeveling.

Zij die de sleutels van het gezag van het priesterschap dragen en verantwoordelijk zijn, helpen ons door een normengesprek met onze voorbereiding. Deze leiders hebben het beste met ons voor en helpen ons bepalen of we voldoende zijn voorbereid om naar de tempel te gaan. Zij hebben de Heer lief en zorgen ervoor ‘dat niets onreins zal worden toegestaan [zijn] huis binnen te komen.’10 Daarom wordt in deze gesprekken over onze verantwoordelijkheid gesproken.

Hoe bereiden we ons voor op een tempelaanbeveling? We kunnen met onze bisschap overleggen, maar ook met ouders, familieleden, ringpresidium, leerkrachten of quorumadviseurs. De vereisten zijn eenvoudig. Kort samengevat moeten we de geboden onderhouden van Hem van wie het huis is. Hij heeft bepaald wat de geboden zijn. We gaan naar de tempel als zijn gast.

Het zou de Heer behagen als ieder volwassen lid een geldige tempelaanbeveling waardig is en die ook bezit. ‘Gesprekken (…) voor een tempelaanbeveling, met [leden van uw bisschap] en leden van uw ringpresidium, zijn goede ervaringen. En ze kunnen in zeker opzicht als nuttige ‘generale repetities’ worden beschouwd voor dat belangrijke gesprek als u voor de grote Rechter staat.’11

Ons fysiek voorbereiden om naar de tempel te gaan

Met een tempelaanbeveling in de hand zijn we klaar voor nog wat voorbereidingen. We bereiden ons fysiek voor door ons gepast te kleden als we naar de tempel gaan. Vrijetijdskleding is niet gepast. Hedendaagse profeten hebben nadruk gelegd op zelfrespect wat ons lichaam betreft. Dat respect geldt vooral voor hen die naar de heilige tempel gaan.12

In de tempel is iedereen in vlekkeloos wit gekleed. ‘De symbolische reinheid van de witte kleding herinnert ons eraan dat God een rein volk verwacht.’13 Leeftijd, nationaliteit, taal — zelfs positie in de kerk — zijn minder belangrijk. Ik heb veel begiftigingsdiensten bijgewoond waar de president van de kerk aanwezig was. Iedere man werd met dezelfde achting behandeld als de president. Iedereen zit naast elkaar en is gelijk in de ogen van de Heer. Omdat iedereen hetzelfde gekleed is, worden we eraan herinnerd dat God geen ‘aannemer des persoons’14 is.

Bruiden en bruidegoms gaan naar de tempel om voor tijd en alle eeuwigheid verzegeld te worden. In de tempel draagt de bruid een witte jurk, met lange mouwen, bescheiden van vormgeving en stof, en zonder al te veel versieringen. Mannen dragen geen smoking of formele kleding. President Boyd K. Packer, president van het Quorum der Twaalf Apostelen, heeft geschreven: ‘Het is aangenaam in de ogen van de Heer als we ons lichaam wassen en schone kleding aantrekken, hoe goedkoop die kleding ook mag zijn. We behoren ons zo te kleden dat we een avondmaalsdienst of een andere bijeenkomst van de kerk kunnen bijwonen.’15

Moeders en grootmoeders kunnen wat gepaste kleding betreft veel invloed op hun kinderen en kleinkinderen hebben als ze naar de tempel gaan. Afhankelijk van hun vaardigheid en omstandigheden kunnen ze een concrete motivatie in de familie zijn. Een met de hand geborduurde zakdoek of een ander stuk tempelkleding kan een krachtige stimulans zijn die een dierbaar kind of kleinkind kan koesteren.

De tempelonderkleding is een symbool van onze voortdurende toewijding

Als we de tempelonderkleding dragen, geven we symbolisch aan hoe belangrijk onze voortdurende toewijding is. Net als de Heiland ons een voorbeeld gaf van zijn vermogen om tot het einde te volharden, is het dragen van de tempelonderkleding een manier waarop wij kunnen laten zien dat we volharden, vol geloof in Hem en in de eeuwige verbonden die Hij met ons sluit.

Het Eerste Presidium heeft een brief over dat onderwerp aan de leden van de kerk geschreven. Daarin stond:

‘Uit de praktijk blijkt dat sommige leden van de kerk geen volledig begrip hebben van het verbond dat ze in de tempel hebben gesloten om de tempelonderkleding volgens de geest van de heilige begiftiging te dragen.

‘Leden van de kerk die in de tempel in de tempelonderkleding zijn gekleed, hebben een verbond gesloten het hun verdere leven te dragen. Dit betekent dat het dag en nacht als onderkleding wordt gedragen. (…) De belofte van bescherming en zegeningen is afhankelijk van de waardigheid en getrouwheid in het naleven van het verbond.

‘Het fundamentele beginsel moet zijn dat we de tempelonderkleding dragen en geen aanleidingen zoeken om het uit te doen. De leden behoren de tempelonderkleding dus niet geheel of gedeeltelijk uit te trekken om in de tuin te werken of in zwemkleding of ongepaste kleding in en om het huis rond te hangen. Ook behoren zij het niet uit te trekken om mee te doen met recreatieve activiteiten waaraan ze redelijkerwijs kunnen deelnemen met hun tempelonderkleding onder de gewone kleding. Als de tempelonderkleding moet worden uitgetrokken, bijvoorbeeld om te zwemmen, moet het daarna zo snel mogelijk weer worden aangetrokken.

‘De beginselen van fatsoenlijke kleding en het bedekken van het lichaam maken deel uit van het verbond, en aan de hand daarvan bepalen we wat voor kleding we dragen. Kerkleden die hun begiftiging hebben ontvangen, dragen het tempelonderkleed als herinnering aan de heilige verbonden die zij met de Heer hebben gesloten en als bescherming tegen verleiding en kwaad. Hoe het wordt gedragen, is een uiting van persoonlijke toewijding aan de Heiland.’16

Verstandelijke en geestelijke voorbereiding op de tempel

Naast de fysieke voorbereiding moeten we ons ook verstandelijk en geestelijk voorbereiden. Omdat de verordeningen en verbonden van de tempel heilig zijn, mogen we buiten de tempel absoluut niet praten over wat er in de tempel gebeurt. Heilige zaken verdienen het dat wij ze heilig behandelen.

In dit huis van lering worden we op de manier van de Heer onderricht. Zijn wegen zijn niet onze wegen.17 We moeten niet verbaasd zijn als de lesmethoden afwijken van wat we buiten de tempel gewend zijn. De verordeningen en verbonden van de tempel maken al sinds de tijd van Adam en Eva deel uit van het evangelie. Vroeger werden er symbolen gebruikt om bepaalde waarheden duidelijk te maken, en deze lesmethode wordt tegenwoordig ook in de tempel gebruikt.

Daarom is het noodzakelijk dat we goed nadenken over de symbolen die in de tempel gebruikt worden en de machtige realiteit beseffen die achter die symbolen schuilgaat.18 ‘De tempelverordeningen bevatten zoveel symbolische betekenis dat iemand ze een leven lang kan bestuderen en overwegen.’19 De leringen van de tempel zijn geweldig eenvoudig en eenvoudigweg geweldig. Ze worden begrepen door hen die niet de kans op een opleiding hebben gehad, daarentegen kunnen ze het verstandelijke vermogen van hoogopgeleiden stimuleren.

Ik moedig de leden die voor het eerst naar de tempel gaan aan om in de Gids bij de Schriften onderwerpen op te zoeken die met de tempel te maken hebben, zoals ‘Zalven’, ‘Verbond’, ‘Offers’ en ‘Tempel’. Ze kunnen ook Exodus 26–29 en Leviticus 8 lezen. Het Oude Testament en de boeken Mozes en Abraham in de Parel van grote waarde onderstrepen de ouderdom van het tempelwerk en de eeuwige aard van de verordeningen.

Een verbond met God naleven is zowel beschermend als ondersteunend

Er zijn twee beginselen die we in gedachten moeten houden als we ons voorbereiden om naar de tempel te gaan. Het eerste is verbond. We mogen niet vergeten dat een verbond een belofte is. Een verbond met God mogen we niet zien als een beperking, maar als een bescherming. Verbonden met Hem beschermen ons tegen gevaar.

Dat beginsel is niet nieuw. Als ons water bijvoorbeeld van slechte kwaliteit is, gebruiken we een filter. Evenzo beschermen de verbonden met God ons tegen gevaar. Als we ervoor kiezen om onszelf alle goddeloosheid te ontzeggen,20 verliezen we niets van waarde, maar bemachtigen we de heerlijkheid van het eeuwige leven. Een tempelverbond naleven, is niet beperkend maar verruimend. Het verheft ons boven onze eigen vermogens en visie. Het is te vergelijken met het verschil tussen een tractor op een modderige akker en een straaljager in de lucht. Een verbond met God naleven is zowel beschermend als ondersteunend.

Het tweede beginsel waarop we bij onze verstandelijke voorbereiding nadruk moeten leggen, is Verzoening. De verzoening van Jezus Christus is de belangrijkste daad in de geschiedenis van de mens. Het is de kern van het heilsplan. Zonder de eeuwige verzoening is de mensheid reddeloos verloren. Door de verordeningen en verbonden van de tempel worden we in de verlossende macht van de verzoening onderricht.

Door gehoorzaamheid aan de tempelverbonden kunnen we het eeuwige leven ontvangen

Als we tempelwerk verrichten, worden we in dit leven en in de eeuwigheid gezegend. Ouderling Neal A. Maxwell van het Quorum der Twaalf Apostelen heeft gezegd: ‘Tempelwerk is geen vlucht uit de wereld, maar een bevestiging dat het onze taak is om de wereld te verbeteren, terwijl we ons op een andere en veel betere wereld voorbereiden. Als wij dus in het huis des Heren zijn, kunnen we ons van de wereld onderscheiden en iets in de wereld betekenen.’21

Als we in dit leven getrouw blijven, kunnen we het eeuwige leven ontvangen. Onsterfelijkheid betekent voor altijd blijven leven. Het eeuwige leven is meer dan alleen onsterfelijkheid. Het eeuwige leven is de verhoging in de hoogste hemel en in familieverband leven. God heeft gezegd dat het zijn ‘werk en [zijn] heerlijkheid’ is om ‘de onsterfelijkheid en het eeuwige leven van de mens tot stand te brengen.’22 Zijn gave van onsterfelijkheid is onvoorwaardelijk — een vrije gave van verlossing voor de hele mensheid. De mogelijkheid van het eeuwige leven — zelfs de verhoging — is verkrijgbaar door gehoorzaamheid aan de verbonden die we hebben gesloten en de verordeningen die we hebben ontvangen in de heilige tempels van God.

De zegeningen van de tempel zijn vooral belangrijk als onze dierbaren overlijden en uit onze familie verdwijnen. De kennis dat we slechts tijdelijk van hun gescheiden zijn, geeft een innerlijke rust die het gewone begrip te boven gaat.23 President Joseph Fielding Smith heeft geschreven: ‘Door de macht van het priesterschap dat Elia verleende, kunnen man en vrouw verzegeld worden en voor eeuwig getrouwd zijn; kinderen kunnen voor eeuwig aan hun ouders verzegeld worden; daarom is het gezin eeuwig en worden de gezinsleden door de dood niet van elkaar gescheiden.’24 Gezegend met eeuwige verzegelingen kunnen we de dood onder ogen zien als een noodzakelijk onderdeel van Gods grote plan van geluk.25

Het eeuwige perspectief dat we in de tempel krijgen, geeft ons de kracht om de beproevingen van het dagelijks leven te doorstaan

Door een eeuwig perspectief kunnen we volledig trouw blijven aan de verbonden die we sluiten. President Packer heeft gezegd: ‘Verordeningen en verbonden worden onze geloofsbrieven voor toelating in [Gods] tegenwoordigheid. Daarnaar streven is een levenslange zoektocht; ze vervolgens behouden is de uitdaging van het sterfelijk leven.’26

Tempelverordeningen hebben niet alleen met onze eeuwige heerlijkheid te maken maar ook met die van onze overleden voorouders. ‘Want hun heil is noodzakelijk en onontbeerlijk voor ons heil, (…) dat zij zonder ons niet tot volmaking kunnen komen — net zo min als wij zonder onze doden tot volmaking kunnen komen.’27 Door het werk dat we voor hen verrichten, worden we in de gelegenheid gesteld om steeds naar de tempel te gaan en plaatsvervangend werk te verrichten naar het voorbeeld van de Heiland die de verzoening tot stand heeft gebracht om alle mensen tot zegen te zijn.

Op een dag zullen we onze Schepper ontmoeten en op de dag des oordeels voor Hem staan. In de Schriften staat: ‘De poortwachter is de Heilige Israëls; en Hij heeft daar geen knecht in dienst gesteld; en er is geen andere weg dan door de poort; want Hij kan niet worden misleid, aangezien Here God zijn naam is.’28 De Heer zal beoordelen of we trouw zijn geweest aan de verbonden die we met Hem in de tempel hebben gesloten en of we recht hebben op de geweldige zegeningen die Hij heeft beloofd aan hen die hun verbonden naleven.

Dat perspectief geeft ons de kracht om onze beproevingen te doorstaan. President Packer heeft gezegd: ‘Het uiteindelijke doel van al ons onderricht is ouders en kinderen in geloof te verenigen in de Heer Jezus Christus, zodat zij thuis gelukkig zijn, in een eeuwig huwelijk zijn verzegeld, verbonden aan hun voor- en nageslacht, en verzekerd van verhoging in de tegenwoordigheid van onze hemelse Vader.’29

Iedere tempel is een symbool van ons lidmaatschap in de kerk, een teken van ons geloof in het leven na de dood en een springplank naar de heerlijkheid voor ons en ons gezin. Ik bid dat alle leden van de kerk zich zullen voorbereiden op de geweldige zegeningen van de tempel.

Houstontempel (Texas). Op 26 augustus 2000 ingewijd.

Johannesburgtempel (Zuid-Afrika). Op 24 augustus 1985 ingewijd.

Helsinkitempel (Finland). Op 22 oktober 2006 ingewijd.

Recifetempel (Brazilië). Op 15 december 2000 ingewijd.