Een geestelijk werk


OUDERLING ANDERSEN

Mijn geliefde broeders en zusters. Een van de grootste zegeningen van mijn leven is dat ik bijna wekelijks met een aantal van u kan vergaderen in uw ringen. Als algemene autoriteiten hebben wij het voorrecht om uw goedheid en uw geloof in de Heer, Jezus Christus, te voelen, ongeacht het volk of de cultuur waartoe u behoort. Wij weten dat U Hem liefhebt, en wij verheugen ons dat u Hem wilt volgen en zijn geboden onderhouden. Wij danken u die leden bent van een ring- of wijkraad, dat u over Gods koninkrijk waakt en een werktuig in zijn handen bent om zijn zoons en dochters te dienen.

Als lid van de wijkraad worden wij er voortdurend aan herinnerd dat dit een geestelijk werk is. Hoewel we bij elkaar zitten in raadsvergaderingen, begint ons werk op onze knieën, als we de Heer om leiding vragen. En hoewel we wel af en toe moeten plannen aan de hand van de kalender, vervullen we de belangrijkste doelen van de Heer vaak pas nadat onze vergadering is afgelopen. We werken samen in geloof en eensgezindheid — het geloof dat de Heer ons in onze stappen zal leiden, en de eensgezindheid onder elkaar en met de zendelingen. Onze motivatie daarbij is altijd onze liefde voor Hem, onze liefde voor elkaar en voor degenen die wij dienen.

Die geestelijke beginselen hebben altijd al deel uitgemaakt van het werk van de Heer. Ik ben ervan overtuigd dat de samenwerking in uw wijkraad daar een goed voorbeeld van is.

Ik wil u drie waar gebeurde verhalen vertellen van een opdracht die ik enkele weken geleden in Tampa, in Florida, uitvoerde. Bedenk bij het kijken welke positieve dingen er in uw eigen wijkraad gebeuren.

Ons eerste verhaal komt uit de wijkraad van de wijk Brooksville, in Florida.

BISSCHOP CICCARELLO

We vonden op onze ledenlijsten een naam die we niet herkenden. Het was zuster Kane. In onze wijkraad delen we concrete opdrachten uit om bepaalde gezinnen te bezoeken. En ik heb die verandering meegemaakt dat wijkraadsleden iemand anders onderbreken en vrijwillig zeggen: ‘Bisschop, ik ga wel.’

OUDERLING ANDERSEN

Dat is de kern van ons heilige werk, dat we een geestelijke ingeving voelen en dan bereid zijn om er gevolg aan te geven. In de wijk Brooksville was het zuster James die zichzelf aanbood.

ZUSTER KANE

Ik kreeg bezoek van zuster James en enkele zendelingen. Ze nodigde me uit voor wat activiteiten waardoor ik in feite een vriendin in de kerk kreeg. En weet u, dat maakte eigenlijk net het verschil uit, zodat ik me weer welkom voelde.

OUDERLING ANDERSEN

Doen we ons werk in de wijkraad onder gebed,dan komt er openbaring. Zuster James was bereidwillig, er werd een taak uitgedeeld, en er volgden wonderen op. Al gauw begon de man van zuster Kane, die geen lid van de kerk was, ook de invloed van de Heer te voelen.

ZUSTER KANE

Op een zondag — hij was wekenlang niet met ons naar de kerk geweest — zei hij zomaar ineens: ‘Ik denk dat ik vandaag maar eens met jullie mee naar de kerk ga.’

BISSCHOP CICCARELLO

Broeder Kane ging mee, en kort na de avondmaalsdienst vertrok hij. Ik zag zuster Kane en vroeg haar waar haar man was. Ze zei: ‘Hij is op de parkeerplaats. Eigenlijk wil hij naar huis.’ En ik vroeg of ze het goed vond als ik mezelf aan hem voorstelde. En dat deed ik.

OUDERLING ANDERSEN

De wijkraad, de zendelingen, zuster James, de bisschop —ziet u in hoe eensgezind ze waren? Vervolgens werd de bisschop geïnspireerd om broeder en zuster Kane uit te nodigen voor een gesprek met de ringpresident.

BROEDER KANE

Hij zei: ‘Ik wil graag dat u lid van de kerk wordt, wat vindt u daarvan?’ En ik dacht: ‘Tjonge, dat is echt fijn, dat er iemand in me gelooft en me er echt bij wil hebben. Het is fijn als iemand je erbij wil hebben, weet u.’

OUDERLING ANDERSEN

Wat broeder Kane voelde in zijn gesprek met de ringpresident was hetzelfde wat hij al die tijd al had gevoeld. Hij voelde de liefde van de Heer voor hem die de leiders, de leden, en de zendelingen hem eensgezind betoonden.

BISSCHOP CICCARELLO

Van toen af aan begonnen we hem voor avondmaalsdiensten uit te nodigen. Het was door het welkom dat hij van de wijk kreeg, en de Geest die hij door onze liefde voelde, dat hij echt begon te veranderen.

OUDERLING ANDERSEN

Bij mijn bezoek aan de wijkraad in Brooksville bracht bisschop Aaron Ciccarello het gevoel onder woorden dat ieder in zijn hart had.

BISSCHOP CICCARELLO

Er heeft een grote verandering plaatsgevonden in hoezeer we die mensen liefhebben. We doen het allemaal samen en we zijn een stelletje onvolmaakte leiders. Maar het grootste verschil is dat we weten dat het zijn werk is en dat Hij ons niet zal laten mislukken als we ons uiterste best doen.

OUDERLING ANDERSEN

Dat is erg belangrijk: als we ons uiterste best doen, zal Hij ons niet laten mislukken. We vinden allemaal dat we tekortschieten. Maar, zoals president Monson heeft gezegd: ‘Als wij in dienst van de Heer zijn, hebben we recht op zijn hulp.’ Wetend dat ons geloof door wonderen gevolgd wordt.

Nephi zei dat hij ‘door de Geest geleid’ werd, ‘van tevoren niet wetende wat [hij] moest doen’ (1 Nephi 4:6). Zo gaat dat met een discipel. We weten niet altijd wat er voor ons ligt, maar de Heer weet dat wél, en als we op Hem vertrouwen, pakt Hij onze hand, en volgen er wonderen op. Ik vind deze krachtige verklaring van de Heer mooi: ‘Ik ben God; en Ik ben een God van wonderen; en Ik zal de wereld tonen dat Ik dezelfde ben, gisteren, heden en tot in eeuwigheid; en Ik werk alleen onder de mensenkinderen volgens hun geloof’ (2 Nephi 27:23).

Dit beginsel geldt voor elk volk, elke cultuur en elke taal. Een maand geleden filmde ik in Hongkong met mijn kleine videocamera wat uitspraken en meningen van enkele plaatselijke kerkleiders.

OUDERLING ANDERSEN

Bisschop Chek, hebt u drie of vier gezinnen bedacht die met de hulp van de zendelingen weer geactiveerd kunnen worden?

BISSCHOP CHEK

Ja, en we hebben één succes te melden. De familie Wong was vijf of zes jaar minderactief. De zendelingen bezochten het gezin. De leden baden en vastten voor het gezin. En toen ze er klaar voor waren, brachten we ze terug.

ZUSTER MOK

We krijgen altijd hulp als we geloof hebben.

OUDERLING ANDERSEN

Handelen wij in geloof, dan ondervinden we vaak dat de zegeningen van de Heer anders zijn dan we verwacht hadden, maar wel veel beter dan we ons hadden voorgesteld. Ons tweede verhaal illustreert dat beginsel. Het begint met president Victor Patrick van de ring Tampa, in Florida. Hij had met zijn gezin de Heer om leiding gebeden en inspiratie gekregen om hun vrienden en buren uit te nodigen voor de doop van een dochter.

PRESIDENT PATRICK

Er kwamen enkele mensen, maar geen van hen toonde belangstelling voor de kerk. En dus legde ik in een ringvergadering uit: dit was het Patrick-plan, dit is wat we deden, en het was goed. Er kwamen veel mensen naar de doopdienst, maar tot nu toe is er niets gebeurd.’ Zuster Palmer was bij die vergadering.

MELISSA PALMER

Afgelopen jaar hoorde ik president Patrick een toespraak houden. En hij vertelde terloops dat zijn vrouw bij alle verjaardagsuitnodigingen van haar dochter een uitnodiging voor haar doopdienst had gevoegd. Dus ik voegde er een met de hand geschreven briefje bij om ze allemaal uit te nodigen voor de doopdienst. Maar jammer genoeg …

BEIDE

kwam er niemand. [Gelach]

BRAD PALMER

Hoewel we dat toen niet wisten, werd een van onze buren er wel op voorbereid.

OUDERLING ANDERSEN

De Heer had zowel president Patrick als zuster Palmer geïnspireerd, maar tot een wonder dat ze niet hadden verwacht. We kunnen niet altijd het einde vanaf het begin zien. We vertrouwen op de Heer en wachten op Hem, wetend dat Hij op zijn tijd en op zijn manier zijn wonderen tot stand zal brengen. Toen de Heer president Patrick en zuster Palmer inspireerde, bereidde Hij ook zuster Valerie Adams voor, een minderactief lid dat meer dan tien jaar niet naar de kerk was geweest. Zuster Adams’ zoon Braden was een schoolvriend van Rhett Palmer.

OUDERLING ANDERSEN

Vertel ons eens hoe dit in uw gezin begon.

ZUSTER ADAMS

Eerst kreeg ik dromen over de kerk. Ze waren niets bijzonders. Maar een week of twee later werd er aangeklopt en stond er een schattig jongetje voor de deur dat mij een kleine verjaardagsuitnodiging gaf. En in die uitnodiging zat een andere uitnodiging. Ik heb die uitnodiging zelfs meegenomen.

OUDERLING ANDERSEN

O, die wil ik graag zien.

ZUSTER ADAMS

Ja, ik heb hem bewaard omdat hij echt bijzonder is.

ZUSTER ADAMS

Dus toen ik die las, keek ik om me heen, want, tjonge, het voelde net alsof — tjonge!

OUDERLING ANDERSEN

Alsof er iemand over u waakte.

ZUSTER ADAMS

Precies, als een teken. Dus ging ik naar het verjaardagsfeest. Ik ging naar binnen en zei in feite: ‘Hallo, ik ben Valerie, en ik ben in de kerk gedoopt.’

OUDERLING ANDERSEN

Valerie en haar gezin werden meteen omringd met de liefde en vriendschap van een fantastische groep leden en zendelingen. De zendelingen onderwezen hen. En al gauw keerde Valerie terug naar de kerk. Derek, haar man, werd gedoopt, en hij doopte Braden.

Ziet u hoe de Heer zijn werk volbrengt? Onze hemelse Vader kent zijn kinderen. Hij luistert naar hun gebeden. Hij weet wie Hem zoekt, en Hij zal ons naar hen toe leiden. Zoals Ammon in het Boek van Mormon zegt: ‘Zij zijn in de handen van de Heer van de oogst, en zij zijn de zijnen’ (Alma 26:7).

Onze profeet, president Thomas S. Monson, heeft zich in zijn leven door een belangrijk geloofsbeginsel laten leiden. Hij heeft gezegd: ‘Iets gebeurt niet omdat wij het wensen. De Heer verwacht […] dat wij in actie komen.’ Ons derde verhaal illustreert deze lering heel goed. Het begint met bisschop Rodney Kelly, die de behoefte voelde om zijn wijk tot actie aan te zetten.

BISSCHOP KELLY

We vonden het heel moeilijk om mensen te dopen in onze wijk. We hadden heel weinig dopen en we beseften dat de Heer ons niet zou zegenen met nieuwe bekeerlingen als we niet zorgden voor de mensen die we al in onze wijk hadden.

OUDERLING ANDERSEN

De bisschop en de wijkraad zagen in dat alleen praten over mensen niet genoeg was. Ze moesten actie ondernemen.

BISSCHOP KELLY

Dus begonnen wij als bisschap er eerst mee. Wij gingen op stap met namen die we niet herkenden en zochten de mensen op. We vroegen de leden van de LPC om zich bij ons te voegen. En later breidden we de kring uit met het hele ouderlingenquorum en de groep hogepriesters. We vroegen ze om één dinsdag- of donderdagavond per maand op te offeren.

OUDERLING ANDERSEN

Toen wijkleiders en zendelingen andere mensen de hand begonnen te reiken en tot zegen te zijn, vond er een grote verandering plaats in de wijk. De Geest van de Heer bloeide op. De voltijdzendelingen merkten het verschil.

OUDERLING LYONS

De zendingsleider van de wijk belde ons dagelijks, maar ook de bisschop belde ons de hele tijd, en de leden — alle leden met wie we samenwerkten, belden ons bijna dagelijks of sms’ten ons en probeerden alles te doen wat ze konden.

OUDERLING ANDERSEN

De leiders en zendelingen uit de wijk Tampa 4 vertelden mij bij mijn bezoek aan hun wijkraad hoe het was.

BROEDER BARNHILL

Ik weet nog dat ik, toen ik voor het eerst kwam en over die wekelijkse bezoekjes sprak, bij mezelf dacht: ‘Dat kost veel tijd.’ Maar ik merkte dat als ik erop uitging en mensen bezocht, en de aanwijzingen en leiding van de bisschop volgde, dat het verbazend was.

ZHV-PRESIDENTE

Ik heb de zusters zien veranderen. Ze waren bereid om die extra-inspanning te leveren en te doen wat van ze gevraagd werd en ervoor te zorgen dat iedereen zich geliefd en welkom voelde.

BISSCHOP KELLY

Toen die geestelijke momenten zich voordeden, wilde je daar echt bij zijn. De actieve mensen in de wijk wilden die geestelijke momenten echt meemaken.

ZUSTER BOWE

De eerste avond dat ik er was, gingen er wijkleden met zendelingen mee. En dat vond ik zo inspirerend, om te beseffen dat ik er was om mensen iets te leren en ze terug in de kudde te brengen en de wijk te helpen.

OUDERLING ANDERSEN

Op mijn reis naar Azië van vier weken geleden bracht ik een bezoek aan India. De leiders daar begrijpen diezelfde geestelijke waarheden. Ze vertelden voor de camera die ik had meegenomen wat ze van hun ervaring vonden.

PRESIDENT BENGANPA

We bezoeken ze thuis. Ja, we gaan naar hun huis. En we proberen ons getuigenis te geven en ze lief te hebben, en proberen ze terug te brengen.

ZUSTER MASSEY

Als we ons getuigenis geven, nodigen we echt de Geest uit in die kamer. En de onderzoeker of het minderactieve lid kan die Geest voelen. En ze besluiten terug te komen omdat ze weten dat het belangrijk is, iets dat ze echt missen in hun leven.

OUDERLING ANDERSEN

Om ons allen te helpen, is er een nieuwe afdeling gekomen op LDS.org, met de titel ‘Hastening the Work of Salvation’. Daar vindt u meer verhalen en voorbeelden van leidinggevenden, leden en zendelingen over de hele wereld die, net als u, in geloof en liefde samenwerken om het werk van de Heer te bespoedigen.

Als wij ons uiterste best doen, zal de Heer met ons zijn. In de Schriften staat: Toen ‘de knechten heengingen en uit alle macht arbeidden; [arbeidde] de heer ook’ (Jakob 5:72).

Toen ik enkele weken geleden tijdens de conferentie van de ring Tampa op het podium zat, zag ik tot mijn verbazing dat aan 32 broeders steun werd verleend voor hun ordening tot het Melchizedeks priesterschap. Zij kwamen uit wijken en gemeenten die heel erg lijken op de unit waar u woont.

Toen al die mannen gingen staan, bedacht ik wat een wonderen er plaats hadden gevonden in hun leven, en in het leven van hun vrouw en kinderen. Ik dacht aan de leiders, de leden en de zendelingen die eensgezind hadden samengewerkt, en aan hun christelijke naastenliefde en dienstbetoon. Ik dacht aan de goddelijke leiding die ze van de Heer kregen toen ze in geloof handelden. Ik dacht aan de woorden van Moroni: ‘Zijn wonderen opgehouden? […] Of zijn engelen opgehouden te verschijnen aan de mensenkinderen? Of heeft Hij hun de macht van de Heilige Geest onthouden?’ (Moroni 7:27, 36.)

‘Zie, ik zeg u: neen; want het is door geloof dat wonderen worden verricht’ (Moroni 7.37).

Ik geef u mijn vaste getuigenis: Jezus is de Christus. Hij is onze Heiland en Verlosser. Dit is zijn heilige werk. Ik beloof u dat Hij u zal helpen en dat Hij met u zal zijn als u er nederig en gelovig naar streeft om zijn hulp te ontvangen. In de naam van Jezus Christus. Amen.